[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Kabinetsreactie onderzoek doeltreffendheid van de wezenuitkering

Beleidsdoorlichting Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Brief regering

Nummer: 2022D45798, datum: 2022-11-07, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-30982-67).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 30982 -67 Beleidsdoorlichting Sociale Zaken en Werkgelegenheid .

Onderdeel van zaak 2022Z21240:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2022-2023

30 982 Beleidsdoorlichting Sociale Zaken en Werkgelegenheid

Nr. 67 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR ARMOEDEBELEID, PARTICIPATIE EN PENSIOENEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 7 november 2022

Op 18 juli jl. (Bijlage bij Kamerstuk 30 982, nr. 65) heb ik u het rapport doeltreffendheid van de wezenuitkering aangeboden. Met deze brief bied ik u mijn reactie op het onderzoeksrapport en mijn beleidsconclusies aan.

In de beleidsdoorlichting Artikel 9 Nabestaanden1 is geadviseerd nader onderzoek te doen naar de doelgroep van de wezenuitkering in het licht van doeltreffendheid en doelmatigheid. Naar aanleiding hiervan heeft onderzoeksbureau De Beleidsonderzoekers in opdracht van mijn ministerie een verkennend kwalitatief onderzoek uitgevoerd.

Wezenuitkering

Het overlijden van ouders heeft een grote impact op het leven van kinderen, zeker als beide ouders overlijden. De overheid beschermt wezen tegen de financiële gevolgen van het verlies van ouders met een wezenuitkering op grond van de Algemene nabestaandenwet (Anw). De Sociale Verzekeringsbank (SVB) is uitvoerder van de Anw. Kinderen hebben recht op een wezenuitkering als beide juridische ouders zijn overleden en de laatst overleden ouder verzekerd was voor de Anw. Iemand is verzekerd voor de Anw als degene woont of werkt in Nederland. De uitkering stopt op het moment dat een wees 16 jaar wordt. De uitkering kan verlengd worden tot 21 jaar onder extra voorwaarden2. Deze voorwaarden zijn o.a. dat de wees onderwijs volgt om een startkwalificatie te behalen of zorgt voor het huishouden waarin nog een ander kind woont met een wezenuitkering. De hoogte van de wezenuitkering is afhankelijk van de leeftijd. Er worden drie leeftijdscategorieën3 gehanteerd. Hier wordt in aanmerking genomen dat de kosten van het levensonderhoud hoger zijn naarmate de leeftijd van het kind hoger is. In Nederland ontvangen ongeveer 1.000 wezen een wezenuitkering. Deze doelgroep is klein, divers en de afgelopen jaren stabiel gebleven qua aantal.

Bevindingen van het onderzoek

In het onderzoeksrapport wordt ingegaan op de vraag of de financiële tegemoetkoming die de overheid biedt aan wezen doelmatig en doeltreffend is en wat de mogelijkheden voor verbetering zijn.

De wezenuitkering is doeltreffend en doelmatig als:

1. een wees terechtkomt in een huishouden met een minimuminkomen

2. een meerderjarige wees zelfstandig woont

De wezenuitkering is minder of niet doeltreffend en doelmatig als:

1. het bedrag van de wezenuitkering niet overeenkomt met de dagelijkse kosten behorende bij de leeftijd van de wees

2. een wees de uitkering niet aanvraagt (het niet-gebruik)

Tot slot verdienen de specifieke voorwaarden voor jongvolwassen wezen heroverweging in het licht van de bedoeling van de regeling.

Kabinetsreactie

De wezenuitkering is een kleine regeling voor een kwetsbare diverse doelgroep. Niet eerder is de doelgroep wezen op deze manier onderzocht. Het is een ingrijpende gebeurtenis om op jonge leeftijd wees te worden. Het verdriet om zonder ouders op te groeien en hun begeleiding te missen is verschrikkelijk. Dit heeft gevolgen op alle aspecten van de leefwereld van de wees. De wezenuitkering draagt bij aan bestaanszekerheid voor de wees in deze moeilijke situatie. De regeling blijkt dit doel ook te bereiken. Met de verbeterpunten ga ik graag aan de slag. Het gaat hier om de beleidsmatige verbeterpunten en de verbeterpunten voor de informatievoorziening. Voordat ik echter inga op deze verbeterpunten, wil ik nog kort ingaan op het mogelijk niet-gebruik van de wezenuitkering.

Mogelijk niet-gebruik van de wezenuitkering

Ik vind het belangrijk om te weten of sprake is van mogelijk niet-gebruik van de wezenuitkering, omdat dit ook armoede kan voorkomen. De wezenuitkering draagt immers bij aan het versterken van een financieel sterkere positie van de wezen, een kwetsbare groep. Daarom wil ik mij inzetten om het niet-gebruik tegen te gaan zodat alle wezen de financiële ondersteuning krijgen waar ze recht op hebben. Dit doe ik graag in samenwerking met de SVB. De aanbeveling uit het rapport hanteer ik hierbij als uitgangspunt.

Beleidsmatige verbeterpunten

Als eerst ga ik in op de beleidsmatige verbeterpunten. Daarna op de verbeterpunten die gericht zijn op de informatievoorziening.

In de Strategische Evaluatie Agenda van ons departement zal ik enkele beleidsmatige verbeterpunten meenemen. Om de kostenbehoefte van wezen in kaart te brengen, heb ik een onderzoek uitgezet bij het Nibud. Om de afbakening van de doelgroep te verkennen, zal ik het gesprek met de SVB hierover aangaan. Het doel is om te kijken of er met aanvullende criteria de doelgroep verbreed kan worden, zodat halfwezen toch aanspraak kunnen maken op de wezenuitkering waarvan de overlevende ouder niet in beeld is in het leven van het kind. Verder wil ik nader onderzoek doen naar de situatie van de oudere wezen, omdat we onvoldoende zicht hebben op de situatie van oudere wezen. Dit is van belang om te weten of er naast de bekende knelpunten nog andere knelpunten zijn. Daarom gaan wij stakeholders zoals stichtingen die wezen ondersteunen hierover bevragen.

Verbetering van de informatievoorziening

Daarnaast is er nog winst te behalen in de informatievoorziening aan wezen en/of hun voogden. Uit het rapport komt naar voren dat het zinvol is om de informatievoorziening rondom het doel van de wezenuitkering te verbeteren. Ook kan de informatievoorziening over de gevolgen van de wezenuitkering voor het huishoudinkomen verbeterd worden. Gedacht kan worden aan informatie over de loonheffingskorting of over het doen van belastingaangifte en de doorwerking op toeslagen. Bovendien is het van belang om meer informatie te verstrekken en deze te herhalen. Samen met de Belastingdienst en de SVB zal ik bezien hoe wij dit kunnen aanpakken. Eerste gesprekken met de Belastingdienst en SVB hebben plaatsgevonden. Ook vinden er gesprekken plaats in de onderwijssector om hen te voorzien van goede informatie ter ondersteuning van de doelgroep. Immers, scholen zijn de belangrijkste stakeholder voor wezen. Tot slot geven wij in de nieuwsbrief Gemeentenieuws informatie over de wezenuitkering aan gemeenten.

Voor de zomer van 2023 informeer ik u over de voortgang op dit dossier.

De Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen,
C.J. Schouten


  1. Kamerstuk 30 982, nr. 55.↩︎

  2. Een kind heeft geen ouders meer | Algemene nabestaandenwet | SVB.↩︎

  3. Leeftijdscategorieën zijn tot en met 9 jaar, 10 tot en met 15 jaar en 16 tot en met 20 jaar.↩︎