Motie van het lid Bromet c.s. over onderzoek naar de mogelijkheden van het beprijzen van de milieuschade van hoogrisicobestrijdingsmiddelen
Gewasbeschermingsbeleid
Motie
Nummer: 2022D46482, datum: 2022-11-09, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 4
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-27858-591).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: L. Bromet, Tweede Kamerlid (GroenLinks-PvdA)
- Mede ondertekenaar: J. Thijssen, Tweede Kamerlid (GroenLinks-PvdA)
- Mede ondertekenaar: L. Vestering, Tweede Kamerlid (Ooit PvdD kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 27858 -591 Gewasbeschermingsbeleid.
Onderdeel van zaak 2022Z21521:
- Indiener: L. Bromet, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: J. Thijssen, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: L. Vestering, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2022-11-09 16:00: Tweeminutendebat Gewasbeschermingsmiddelen (CD 20/10) (Plenair debat (tweeminutendebat)), TK
- 2022-11-10 17:45: Voortzetting van de STEMMINGEN (over het Pakket Belastingplan 2023, Fiscale Verzamelwet 2023 (36 107) en Wet implementatie EU-richtlijn gegevensuitwisseling digitale platformeconomie (36 063) en over moties ingediend bij het Tweeminutendebat Gewasbeschermingsmiddelen) (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 |
27 858 Gewasbeschermingsbeleid
Nr. 591 MOTIE VAN HET LID BROMET C.S.
Voorgesteld 9 november 2022
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
overwegende dat de doelen uit de Kaderrichtlijn Water niet gehaald worden door onder andere te veel bestrijdingsmiddelen in het oppervlaktewater;
overwegende dat drinkwaterbedrijven steeds meer problemen hebben met het verwijderen van resten bestrijdingsmiddelen uit het drinkwater en hier hoge kosten voor moeten maken, waar de consument nu voor moet betalen;
overwegende dat in het Uitvoeringsprogramma Toekomstvisie gewasbescherming 2030 is gesteld dat wordt toegewerkt naar weerbare plant- en teeltsystemen, waarbij alleen als laatste redmiddel bestrijdingsmiddelen worden ingezet, waarbij zo veel mogelijk naar groene alternatieven en laagrisicomiddelen wordt overgegaan;
overwegende dat in Denemarken is gebleken dat door een heffing op de hoogrisicobestrijdingsmiddelen het gebruik is gedaald;
verzoekt de regering een onderzoek in te stellen naar de mogelijkheden van het beprijzen van de milieuschade van de hoogrisicobestrijdingsmiddelen, waarbij de ervaringen uit andere landen die dit hebben ingevoerd worden meegenomen en waarbij de terugsluis naar stimulering van natuurvriendelijke methoden van gewasbescherming kan worden ingezet,
en gaat over tot de orde van de dag.
Bromet
Thijssen
Vestering