Reactie op verzoek commissie over berichtgevingen in de media dat de boycot van Russische olie ineffectief of zelfs contraproductief is én schadelijk voor de Nederlandse economie en het prijsniveau van olieproducten in Nederland en daarbij aan te geven wat de verwachtingen van het kabinet zijn ten aanzien van een mogelijke price cap op de olieprijs
Situatie in de Oekraïne
Brief regering
Nummer: 2022D46515, datum: 2022-11-03, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36045-119).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 36045 -119 Situatie in Oekraïne .
Onderdeel van zaak 2022Z21534:
- Indiener: W.B. Hoekstra, minister van Buitenlandse Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingshulp
- Volgcommissie: vaste commissie voor Economische Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2022-11-10 14:45: Aansluitend aan de stemmingen: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2022-11-17 12:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2022-12-08 12:30: Raad Buitenlandse Zaken d.d. 12 december 2022 en Afghanistan (Commissiedebat), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 |
36 045 Situatie in de Oekraïne
Nr. 119 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 3 november 2022
Met deze brief geef ik mede namens de Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking en de Minister voor Klimaat en Energie gevolg aan het verzoek van de vaste Kamercommissie Buitenlandse Zaken om «de Kamer schriftelijk een reactie te geven op berichtgevingen in de media dat de boycot van Russische olie ineffectief of zelfs contraproductief is én schadelijk voor de Nederlandse economie en het prijsniveau van olieproducten in Nederland en daarbij aan te geven wat de verwachtingen van het kabinet zijn ten aanzien van een mogelijke price cap op de olieprijs.»
De voortdurende en onacceptabele Russische militaire agressie in Oekraïne leidt tot enorm veel leed. Dagelijks zijn er veel doden en gewonden te betreuren en de schade in Oekraïne wordt steeds groter. De inval in Oekraïne is een grove schending van het internationaal recht en raakt daarmee aan een fundament van de veiligheid en welvaart van Nederland en de EU. In reactie hierop heeft de EU, naast financiële en militaire steun aan Oekraïne, in acht pakketten verschillende sanctiemaatregelen getroffen tegen Rusland en Belarus. Wat het kabinet betreft blijven we ons met kracht hierop inzetten. De ingestelde sancties hebben als doel om de capaciteit van Rusland om de aanvalsoorlog in Oekraïne voort te zetten te ondermijnen, en om de vrede en veiligheid in Europe te beschermen. Verschillende bronnen laten zien dat de RF economie zwaar lijdt onder de door het Westen opgelegde sancties, al voorkomt het grote aandeel van de staat in de Russische economie een onmiddellijke implosie. De sancties brengen onvermijdelijk ook een prijs mee voor de Nederlandse economie. Bedrijven die zaken deden met partners in Rusland of Belarus moeten nu mogelijk op zoek naar alternatieve markten. Het Ministerie van BZ helpt hen daarbij via de dienstverlening van de RVO. Nederland is bereid deze prijs voor sancties te betalen, want als wij nu nalaten die te betalen zal de uiteindelijke prijs veel hoger uitvallen.
Daarnaast worden huishoudens en bedrijven in Nederland en de EU ook rechtstreeks geraakt door de gevolgen van de Russische agressie. Zo leidt het verminderen van de gasleveringen aan de EU door Rusland tot hoge energieprijzen. Veel mensen maken zich zorgen over de historisch hoge inflatie. Het kabinet deelt deze zorgen. Daarom kondigde het kabinet op Prinsjesdag een historisch groot koopkrachtpakket aan met onder andere een prijsplafond voor gas en energie.
Het kabinet heeft in de aanloop naar de EU-besluitvorming herhaaldelijk aangegeven dat in beginsel alle sancties, waaronder op olie, bespreekbaar waren en zijn. Hierbij dient te allen tijde rekening gehouden te worden met de leveringszekerheid in Nederland en die van EU-lidstaten. De oliesancties zijn van toepassing vanaf 4 juni 2022 en hebben t.a.v. de invoer van olie en olieproducten een uitgestelde werking voor contracten die voor 4 juni 2022 zijn gesloten, en voor incidentele eenmalige leveringscontracten die na 4 juni worden gesloten. Voor beide typen contracten geldt de verplichting deze uiterlijk 5 december 2022 (ruwe olie) of uiterlijk 5 februari 2023 (olieproducten) afgewikkeld te hebben. Door deze uitgestelde werking krijgen de oliemarkten de gelegenheid te anticiperen op het embargo en handelsroutes aan te passen.
Het kabinet ziet het EU-embargo op Russische olie en Russische olieproducten als een effectieve maatregel om de Russische oliebaten te verminderen. De EU en haar bondgenoten zijn immers wereldwijd veruit de grootste afnemers van Russische olie. Andere landen kunnen deze vraag waarschijnlijk niet vervangen, ook niet op termijn (waarbij ook nog geldt dat Russische olie sinds het begin van de oorlog met korting wordt verkocht aan derde landen). Alhoewel de wereldolieprijs op korte termijn lastig te voorspellen is, zal volgens het kabinet de prijs van Russische olie uiteindelijk sterk dalen (doordat er minder afnemers van zijn), waardoor de Russische olie-inkomsten zullen afnemen.
Om de effectiviteit van het EU-embargo op Russische olie verder te verhogen, voert de EU reeds in afstemming met haar bondgenoten ook een verbod in op diensten zoals het verzekeren en vervoeren van Russische olie en olieproducten.
Daarnaast zijn er al snel na de Russische invasie van Oekraïne in februari 2022 strenge exportbeperkingen ingevoerd op de uitvoer van goederen en technologie voor de olie- en gasindustrie, in aanvulling op de al bestaande sanctiemaatregelen die al sinds 2014 gelden. Hierdoor wordt onderhoud aan en modernisering van de Russische industrie bemoeilijkt en neemt de Russische olie- en gasproductiecapaciteit op de langere termijn verder af.
De wereldwijde oliemarkt is een complexe markt, waarbij veel factoren de olieprijs beïnvloeden. Door de uitgestelde werking van het EU-embargo krijgt de internationale oliemarkt de gelegenheid zich aan te passen aan de nieuwe situatie om zo volatiliteit te beperken. Andere recente ontwikkelingen met grote invloed op de olieprijs zijn bijvoorbeeld het (zero-)COVID-beleid in China en dreigende recessies in de VS en de EU. Op het moment van schrijven is de wereldolieprijs door al deze factoren lager dan op het moment dat het EU-embargo werd aangekondigd (31 mei jl.).
Nu het EU-embargo op Russische olie- en olieproducten bijna van kracht wordt, is een price-cap op Russische olie- en olieproducten die naar de EU worden geïmporteerd niet nodig.
Op 6 oktober jl. zijn er door de EU nieuwe sancties tegen Rusland aangenomen, mede op verzoek van Nederland. Hierbij is ook de juridische basis gelegd voor de EU om een price-cap op de uitvoer van Russische olie naar derde landen in te stellen. Dit initiatief wordt in G7 verband ontwikkeld. Deze price-cap moet werken via het verbod op (o.a. verzekerings)diensten voor de uitvoer van olie. Dienstverlening voor de uitvoer van RF olie door bedrijven uit de G7-landen zou dan worden toegestaan, mits de prijs van de olie onder de price-cap ligt of daaraan gelijk is. Het kabinet ziet deze price-cap op Russische olie uitvoer naar derde landen als een mogelijk effectief middel omdat het beoogt de Russische olie-inkomsten te verlagen zonder dat de leveringszekerheid wordt geraakt.
Het kabinet blijft zich proactief inzetten om de effectiviteit van sancties tegen Rusland te verhogen. Sancties zullen onvermijdelijk ook de Nederlandse economie raken. Dit is de prijs die we betalen om pal te staan voor vrijheid en de internationale rechtsorde.
De Minister van Buitenlandse Zaken,
W.B. Hoekstra