[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Memorie van toelichting

Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2022 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)

Memorie van toelichting

Nummer: 2022D46914, datum: 2022-11-24, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36250-VII-2).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 36250 VII-2 Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2022 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota).

Onderdeel van zaak 2022Z21750:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2022‒2023
36 250VII Wijziging van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2022 (wijziging samenhangende met de Najaarsnota)
Nr. 2

MEMORIE VAN TOELICHTING

A. ARTIKELSGEWIJZE TOELICHTING BIJ HET WETSVOORSTEL

Wetsartikelen 1 tot en met 3

De begrotingsstaten die onderdeel zijn van de Rijksbegroting, worden op grond van artikel 2.3, eerste lid, van de Comptabiliteitswet 2016 elk afzonderlijk bij wet vastgesteld en derhalve ook gewijzigd. Het onderhavige wetsvoorstel strekt ertoe om voor het jaar 2022 wijzigingen aan te brengen in:

  1. de departementale begrotingsstaat van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII);
  2. de begrotingsstaat inzake de agentschappen van dit ministerie;

De in de begrotingsstaten opgenomen begrotingsartikelen worden in onderdeel B van deze memorie van toelichting toegelicht (de zgn. begrotingstoelichting).

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,

H.G.J.Bruins Slot

B. BEGROTINGSTOELICHTING

1 Leeswijzer

De tweede suppletoire begroting geeft een beeld van de uitvoering van de begroting 2022. De tweede suppletoire begroting is opgebouwd vanaf de stand ontwerpbegroting 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 1) inclusief de nota van wijziging (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 50), een amendement (Kamerstukken II 2021/2, 35925 VII, nr. 12) en (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 52) en de eerste incidentele suppletoire begrotingen (Kamerstukken II 2021/22, 36018, nr. 1) .

In de stand eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36120 VII, nr. 1) zijn de nota van wijziging op de eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36120 VII, nr. 3), de tweede incidentele suppletoire begroting inzake personele inzet voor crisisopvang (Kamerstukken II 2021/22, 36177 VII, nr. 1) en de derde incidentele suppletoire begroting inzake huisverstingspakket migratiecrisis (Kamerstukken II 2021/22, 36183 VII, nr. 1) verwerkt.

Uitgangspunt bij de tabel budgettaire gevolgen van beleid is dat per artikel de beleidsmatige en technische mutaties toegelicht worden, die groter dan of gelijk zijn aan de ondergrens zoals deze in de Rijksbegrotingsvoorschriften (RBV) zijn opgenomen, de zogenaamde staffel. In het kader van transparantie of anderszins kan het voorkomen dat mutaties beneden deze ondergrenzen ook worden toegelicht.

1. Openbaar bestuur en democratie Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
2. Nationale Veiligheid Verplichtingen/Uitgaven: 5 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
3. Woningmarkt Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.
Ontvangsten: 5 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 20 mln.
Ontvangsten: 10 mln.
4. Energietransitie gebouwde omgeving en bouwkwaliteit Verplichtingen/Uitgaven: 5 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
5. Ruimtelijke ordening en omgevingswet Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
6. Overheidsdienstverlening en informatiesamenleving Verplichtingen/Uitgaven: 5 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
7. Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
9. Uitvoering Rijksvastgoedbeleid Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 4 mln.
Ontvangsten: 4 mln.
11. Centraal apparaat Verplichtingen/Uitgaven: 5 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 10 mln.
Ontvangsten: 4 mln.
12. Algemeen Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 2 mln.
13. Nog onverdeeld Verplichtingen/Uitgaven: 1 mln.
Ontvangsten: 1 mln.
Verplichtingen/Uitgaven: 2 mln.
Ontvangsten: 2 mln.

De in de tabel budgettaire gevolgen van beleid gepresenteerde budget‐ flexibiliteit (percentage juridisch verplicht) is de stand per 24 oktober 2022.

Overzicht coronamaatregelen

1 Waterschappen 10.220 10.220 0 (Kamerstukken II 2022/23, 36250 VII, nr. 1)
Totaal 10.220 10.220 0

2 Beleid

2.1 Overzicht belangrijke uitgaven- en ontvangstenmutaties

Vastgestelde begroting 20221 8.888.902
Stand 1e suppletoire begroting 20222 8.084.316
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Bevolkingsdaling 1 11.245
2) Waterschappen 1 10.220
3) Achtervang vergoeding NHG 2021 3 61.653
4) Huurtoeslag 3 43.400
5) Herplaatsingsgarantie 3 ‒ 20.000
6) Overlooplocaties 3 ‒ 96.000
7) Beschermde diersoorten 4 ‒ 6.698
8) Afdracht BTW compensatiefonds 4 ‒ 6.600
9) Personele inzet crisisopvang 7 ‒ 30.500
10) Kwijtschelding publieke schulden 12 ‒ 160.000
11) Personele inzet crisisopvang 13 30.300
12) Overige mutaties ‒ 4.221
Stand 2e suppletoire begroting 2022 7.917.115
  1. Inclusief de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 1), de Nota van Wijziging op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 50), de amendementen op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 12; Kamerstukken II 2021/22,, 35925 VII, nr. 52) en de eerste incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36018 VII, nr. 1).
  2. Inclusief de nota van wijziging op de eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36120 VII, nr. 3), de tweede incidentele suppletoire begroting inzake personele inzet voor crisisopvang en de derde incidentele suppletoire begroting inzake huisvestingspakket migratiecrisis.

Toelichting

1) Bevolkingsdaling

Omdat de invoering van het nieuwe verdeelmodel van de algemene uitkering gemeentefonds is uitgesteld tot 2023, wordt voor 2022 nogmaals de uitkering bevolkingsdaling verstrekt. Tot en met 2021 werden deze middelen verstrekt via een decentralisatie-uitkering. Omdat de decentralisatie-uitkering als onrechtmatig is aangemerkt door de Algemene rekenkamer, zullen de middelen in 2022 in de vorm van een specifieke uitkering worden verstrekt. Daarom wordt het budget (€ 11,2 mln.) voor 2022 overgeheveld naar de begroting BZK.

2) Waterschappen

Dit betreft een overheveling van de Aanvullende Post van het ministerie van Financiën in verband met de inkomstenderving van de waterschappen als gevolg van de COVID-19 pandemie.

3) Achtervang vergoeding NHG 2021

Voor de achtervangfunctie van het Rijk bij de Nationale Hypotheekgarantie (NHG) draagt het Waarborgfonds Eigenwoning (WEW) een achtervangvergoeding af aan het Rijk. In 2021 bedroeg deze afdracht 0,3% van iedere nieuwe afgegeven hypotheekgarantie. Deze afdracht wordt doorberekend aan de consument. In 2022 heeft het Rijk de afdrachten over het boekjaar 2021, ter grootte van afgerond € 61,7 mln. ontvangen. Dit bedrag is in de daartoe bestemde risicovoorziening gestort. Eind 2021 bedroeg de risicovoorziening cumulatief € 326,4 mln.

4) Huurtoeslag

In 2023 wordt het wettelijk minimumloon verhoogd. Dit leidt tot extra uitgaven bij de huurtoeslag. De minimum-inkomensijkpunten in de huurtoeslag zijn wettelijk gekoppeld aan de bijstand en de AOW, die weer gekoppeld zijn aan het wettelijk minimumloon. Een verhoging hiervan leidt via de bijstand en de AOW ook tot extra uitgaven huurtoeslag. Ook wordt in 2023 de opslag op de eigen bijdrage van de huurtoeslag verlaagd van € 16,94 naar € 0. Hierdoor ontvangen vrijwel alle huurtoeslagontvangers circa € 203 meer huurtoeslag per jaar. In december 2022 krijgen de huurtoeslagontvangers het eerste voorschot voor 2023.

5) Herplaatsingsgarantie

Vanwege de nadere uitwerking van de beleidsinzet op dit onderwerp zijn de uitgaven van € 20 mln. voor de financiële herplaatsingsgarantie doorgeschoven naar 2023.

6) Overlooplocaties

Vanwege de nadere uitwerking van de beleidsinzet op dit onderwerp zijn de uitgaven van € 96 mln. voor de fysieke overlooplocaties doorgeschoven naar 2023.

7) Beschermde diersoorten

Dit betreft een overboeking naar het Gemeentefonds van € 6,7 mln. Hiermee wordt met een decentrale uitkering soortenmanagement plannen opgesteld die bij na-isolatie werkzaamheden rekening houden met de aanwezigheid van beschermde soorten die woningen en gebouwen kunnen nestelen en verblijven.

8) Afdracht BTW compensatiefonds

Vanuit artikel 4 wordt in totaal € 6,6 mln. afgedragen aan het BTW compensatiefonds.

9) Personele inzet crisisopvang

Ten behoeve van de personele inzet voor de crisisopvang van asielzoekers is per tweede incidentele suppletoire begroting 2022 € 33,1 mln. toegevoegd aan artikel 7 (Kamerstukken II 2021/22, 36177 VII, nr. 1). Aangezien deze middelen in 2022 niet volledig tot uitputting komen, schuift het uitgavenbudget van € 30,5 mln. voor de personele inzet crisisopvang door naar 2023. Deze middelen komen dit jaar niet tot besteding en zullen bij 1e suppletoire begroting 2023 weer worden opgeboekt.

10) Kwijtschelding publieke schulden

Dit betreft een correctie van € 160 mln. Met medeoverheden is afgesproken dat compensatie van de uitgaven en de derving van inkomsten plaatsvindt op basis van nacalculatie (werkelijke kosten). Omdat op dit moment volgens de voorwaarden nog niet kan worden overgegaan tot betaling, komt het beschikbare budget van € 160 mln. in 2022 niet tot besteding en worden deze middelen volgens afspraak generaal teruggeboekt. Bij de 1e suppletoire begroting 2023 worden deze middelen weer opgeboekt.

11) Personele inzet crisisopvang

Ten behoeve van de personele inzet voor de crisisopvang van asielzoekers is per tweede incidentele suppletoire begroting 2022 € 33,1 mln. toegevoegd (Kamerstukken II 2021/22, 36177 VII, nr. 1). Het kabinet heeft besloten dat de middelen hiervoor middels een verdeelsleutel worden opgehaald bij alle departementen. In totaal is € 30,3 mln. overgeboekt van andere departementen naar de begroting van BZK. Het aandeel van het Ministerie van BZK van € 2,8 mln. is gerealloceerd vanaf artikel 11.

Vastgestelde begroting 20221 1.097.581
Stand 1e suppletoire begroting 2022 638.913
Belangrijkste suppletoire mutaties
1) Achtervang vergoeding NHG 2021 3 61.653
2) Meeronvangsten RVO 4 4.900
3) Beheer Digitaal Stelsel Omgevingswet 5 7.912
4) Bodemmaterialen 9 12.689
5) Verkoop bodemmaterialen en benzineveiling 9 45.300
6) Overige mutaties 22.326
Stand 2e suppletoire begroting 2022 793.693
  1. Inclusief de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 1), de Nota van Wijziging op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 50), de amendementen op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 12; Kamerstukken II 2021/22,, 35925 VII, nr. 52) en de eerste incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36018 VII, nr. 1).

Toelichting

1) Achtervang vergoeding NHG 2021

Voor de achtervangfunctie van het Rijk bij de Nationale Hypotheekgarantie (NHG) draagt het Waarborgfonds Eigenwoning (WEW) een achtervangvergoeding af aan het Rijk. In 2021 bedroeg deze afdracht 0,3% van iedere nieuwe afgegeven hypotheekgarantie. Deze afdracht wordt doorberekend aan de consument. In 2022 heeft het Rijk de afdrachten over het boekjaar 2021, ter grootte van afgerond € 61,7 mln., ontvangen. Dit bedrag is in de daartoe bestemde risicovoorziening gestort. Ultimo eind 2021 bedroeg de risicovoorziening cumulatief € 326,4 mln.

2) Meerontvangsten RVO

Het ontvangstenbudget wordt met € 4,9 mln. opgehoogd vanwege meerontvangsten RVO.

3) Beheer Digitaal Stelsel Omgevingswet

Dit betreft onder meer bijdragen van de Unie van Waterschappen en het Interprovinciaal Overleg (IPO) voor het beheer van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). Daarnaast betreft het hier de vaststellingen van de bijdrage voor 2021 aan verschillende partijen voor de afbouw van het basisniveau DSO.

4) Bodemmaterialen

Dit betreft de definitieve afrekening van de bevoorschotting in 2021 aan het Rijksvastgoedbedrijf. Het gaat hier om de meerontvangsten uit de verkoop van bodemmaterialen.

5) Verkoop bodemmaterialen en benzineveiling

Dit betreft meeropbrengsten vanuit bodemmaterialen en benzineveilingen. De recent geveilde locaties van benzinestations langs Rijkswegen hebben meer opgebracht dan geraamd.

3 Beleidsartikelen

3.1 Artikel 1. Openbaar bestuur en democratie

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 96.576 85.352 19.752 16.206 121.310
Uitgaven 96.576 87.510 19.752 6.315 113.577
1.1 Bestuur en regio 33.686 28.519 13.427 11.304 53.250
Subsidies (regelingen)
POK - Multiproblematiek 2.000 2.000 ‒ 431 ‒ 900 669
POK - Antidiscriminatie 150 150 0 0 150
Oorlogsgravenstichting 3.578 3.578 146 350 4.074
Bestuur en regio 2.492 2.767 566 480 3.813
POK - Basisinfrastructuur 10.000 4.500 0 0 4.500
Opdrachten
POK - Multiproblematiek 1.000 1.168 ‒ 85 ‒ 600 483
Bestuur en regio 2.195 2.045 80 ‒ 420 1.705
POK - Antidiscriminatie 420 420 ‒ 73 ‒ 250 97
Regiodeals 0 0 1.513 ‒ 227 1.286
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
Diverse bijdragen 259 259 0 ‒ 150 109
Regiodeals 0 0 0 101 101
Bijdrage aan medeoverheden
Groeiopgave Almere 8.898 8.898 466 0 9.364
Evides 1.250 1.250 0 0 1.250
Diverse bijdragen 0 40 0 0 40
Bevolkingsdaling 0 0 11.245 0 11.245
Waterschappen 0 0 0 10.220 10.220
Regiodeals 0 0 0 3.000 3.000
Gemeenten 0 0 0 150 150
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
Bijdragen internationaal 36 36 0 50 86
Bijdrage aan agentschappen
RWS 908 908 0 0 908
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
POK - Multiproblematiek 500 500 0 ‒ 500 0
1.2 Democratie 62.890 58.991 6.325 ‒ 4.989 60.327
Subsidies (regelingen)
Politieke partijen 27.708 28.276 1.173 ‒ 1.708 27.741
Comité 4/5 mei 118 118 4 0 122
ProDemos 8.740 8.740 269 0 9.009
Verbinding inwoner en overheid 1.521 1.536 1.124 220 2.880
Toerusting en ondersteuning politieke ambtsdragers 2.427 3.127 550 ‒ 280 3.397
Weerbaar bestuur 988 988 400 80 1.468
Opdrachten
Verbinding inwoner en overheid 10.461 5.812 ‒ 1.403 ‒ 2.916 1.493
Toerusting en ondersteuning politieke ambtsdragers 673 673 0 ‒ 62 611
Weerbaar bestuur 1.902 1.344 690 ‒ 161 1.873
Inkomensoverdrachten
Toerusting en ondersteuning politieke ambtsdragers 7.032 7.032 0 0 7.032
Vergoeding rouwvervoer 0 0 18 0 18
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
Diverse bijdragen 0 25 3.500 ‒ 162 3.363
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
Bijdragen internationaal 102 102 0 0 102
Bijdrage aan agentschappen
Dienst Publiek en Communicatie 1.218 1.218 0 0 1.218
Ontvangsten 24.765 14.765 291 1.581 16.637
  1. Inclusief de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 1), de Nota van Wijziging op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 50), de amendementen op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 12; Kamerstukken II 2021/22,, 35925 VII, nr. 52) en de eerste incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36018 VII, nr. 1).
  2. Inclusief de nota van wijziging op de eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36120 VII, nr. 3), de tweede incidentele suppletoire begroting inzake personele inzet voor crisisopvang en de derde incidentele suppletoire begroting inzake huisvestingspakket migratiecrisis.

Toelichting

Van het totale uitgavenbudget op artikel 1 is 99,7% juridisch verplicht.

Mutaties Miljoenennota

1.1 Bestuur en regio

Opdrachten

Regiodeals

Het betreft grotendeels een reallocatie van middelen om de organisatiekosten van de Regio Deals op het juiste instrument te verantwoorden.

Bijdrage aan medeoverheden

Bevolkingsdaling

Omdat de invoering van het nieuwe verdeelmodel van de algemene uitkering gemeentefonds is uitgesteld tot 2023, wordt voor 2022 nogmaals de uitkering bevolkingsdaling verstrekt. Tot en met 2021 werden deze middelen verstrekt via een decentralisatie-uitkering. Omdat de decentralisatie-uitkering als onrechtmatig is aangemerkt door de Algemene Rekenkamer, zullen de middelen in 2022 in de vorm van een specifieke uitkering worden verstrekt. Daarom wordt het budget voor 2022 overgeheveld naar de begroting BZK.

1.2 Democratie

Subsidies (regelingen)

Politieke partijen

Dit betreft met name de verdeling van de loon- en prijsbijstelling tranche 2022.

Verbinding en inwoner

Dit betreft met name een reallocatie van € 0,6 mln. van het instrument Opdrachten om de middelen op het juiste instrument te kunnen verantwoorden. Daarnaast betreft het de verdeling van de loon- en prijsbijstelling tranche 2022.

Opdrachten

Verbinding en inwoner

Dit betreft met name een reallocatie van € 1,4 mln. naar het instrument Subsidies (regelingen) om de middelen op het juiste instrument te kunnen verantwoorden.

Weerbaar bestuur

Dit betreft met name een structurele overheveling van middelen van de begroting van Justitie en Veiligheid (VI) in de bestrijding van ondermijning voor het versterken van bestuurlijke weerbaarheid. Het betreft middelen die in het kader van het tegengaan van ondermijning bij de Miljoenennota 2022 beschikbaar zijn gekomen.

Daarnaast betreft dit een eenmalige financiële bijdrage van € 0,4 mln. aan iedere provincie (totaal € 4,8 mln.) binnen het programma Weerbaar Bestuur via het Provinciefonds (C). Met deze bijdragen kunnen de provincies de komende jaren de slagkracht van met name kleinere gemeenten tegen ondermijnende invloeden vergroten.

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

Diverse bijdragen

In de bestrijding van ondermijning worden voor de City Deal Zicht op Ondermijning, middelen structureel overgeheveld van de begroting van Justitie en Veiligheid (VI) naar de begroting van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII). Het betreft middelen die in het kader van het tegengaan van ondermijning bij de Miljoenennota 2022 beschikbaar zijn gekomen.

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2022

Uitgaven

1.1 Bestuur en regio

Subsidies(regelingen)

POK-Multiproblematiek

Dit betreft een reallocatie van € 0,9 mln. van het instrument Subsidies (regelingen) naar het instrument Bijdrage andere begrotingshoofdstukken om het budget op het juiste instrument te verantwoorden voor de bijdrage vanuit de begroting van het ministerie van BZK (VII) aan de begroting van het Gemeentefonds (B) bestemd voor de 20 stedelijke vernieuwingsgebieden.

Opdrachten

POK-Multiproblematiek

Dit betreft een reallocatie van € 0,6 mln. van het instrument Opdrachten naar het instrument Bijdrage andere begrotingshoofdstukken om het budget op het juiste instrument te verantwoorden voor de bijdrage vanuit de begroting van het ministerie van BZK (VII) aan de begroting van het Gemeentefonds (B) bestemd voor de 20 stedelijke vernieuwingsgebieden.

Bijdrage aan medeoverheden

Waterschappen

Dit betreft een overheveling van de Aanvullende Post van het ministerie van Financiën in verband met de inkomstenderving van de waterschappen als gevolg van de COVID-19 pandemie.

Regiodeals

Dit betreft een toevoeging van € 3 mln. vanuit het ministerie van OCW aan het Nationaal Programma Rotterdam Zuid (NPRZ) om de bestaande dagprogrammering (extra onderwijstijd) te continueren voor het schooljaar 2022/2023 als onderdeel van Regio Deal Rotterdam Zuid.

Bijdrage aan andere begrotingshoofdstukken

POK-Multiproblematiek

Een bedrag van € 2 mln. wordt vanuit de begroting van het ministerie van BZK (VII) overgeboekt naar de begroting van het Gemeentefonds (B) voor de 20 stedelijke vernieuwingsgebieden. Hiervan is € 1,5 mln gerealloceerd vanuit het instrumenten Subsidies (regelingen) en Opdrachten.

1.2 Democratie

Subsidies

Politieke partijen

Dit betreft voornamelijk een bijdrage van in totaal € 1,4 mln. via het Gemeentefonds aan de gemeente Den Haag voor de opstartkosten en organisatie van de verkiezing van de leden van het kiescollege niet-ingezetenen voor de Eerste Kamer en de verkiezing door het kiescollege van de leden van de Eerste Kamer. In maart 2023 vinden deze verkiezingen voor het eerst plaats.

Opdrachten

Verbinding inwoner en overheid

Het gaat hier met name om een bijdrage van in totaal € 2,7 mln. via het Gemeentefonds aan de gemeenten voor het bevorderen van de toegankelijkheid van de verkiezingen.

Ontvangsten

De meevaller op het ontvangstenbudget is voornamelijk ontstaan door een lagere vaststelling van de ProDemos subsidie 2021 als gevolg van het feit dat door de coronamaatregelen een deel van de activiteiten geen doorgang kon vinden. Deze meevaller bedroeg circa € 1,2 mln.

Daarnaast zijn er diverse kleinere meevallers als gevolg van lagere subsidievaststellingen (totaal circa € 0,4 mln.).

3.2 Artikel 2. Nationale veiligheid

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 344.621 358.071 21.499 4.927 384.497
Uitgaven 344.621 358.071 21.499 4.927 384.497
AIVD apparaat 328.221 341.671 20.717 4.927 367.315
AIVD geheim 16.400 16.400 782 0 17.182
Ontvangsten 14.714 14.714 0 0 14.714
  1. Inclusief de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 1), de Nota van Wijziging op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 50), de amendementen op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 12; Kamerstukken II 2021/22,, 35925 VII, nr. 52) en de eerste incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36018 VII, nr. 1).
  2. Inclusief de nota van wijziging op de eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36120 VII, nr. 3), de tweede incidentele suppletoire begroting inzake personele inzet voor crisisopvang en de derde incidentele suppletoire begroting inzake huisvestingspakket migratiecrisis.

Toelichting

Van het totale uitgavenbudget op artikel 2 is 100% juridisch verplicht.

Mutaties Miljoenennota

Uitgaven

AIVD apparaat

De AIVD ontvangt de opdracht om werkzaamheden uit te voeren in het kader van de nationale Cryptostrategie en Coalition of the Willing. De AIVD ontvangt hiervoor circa € 5,1 mln. vanuit artikel 7.

Daarnaast worden de jaarlijkse bedrijfsvoeringskosten van de diensten (AIVD en MIVD) verrekend tussen het ministerie van BZK en het ministerie van Defensie. Voor 2022 ontvangt de AIVD hier € 5,0 mln. vanuit het ministerie van Defensie.

Tenslotte betreft dit de toevoeging van loon- en prijsbijstelling tranche 2022 van circa € 12,0 mln.

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2022

Uitgaven

AIVD apparaat

Dit betreft grotendeels de kostendeling van gezamenlijke projecten tussen AIVD en MIVD van in totaal € 4,3 mln.

3.3 Artikel 3. Woningmarkt

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 4.592.084 5.234.676 133.439 644 5.368.759
Uitgaven 4.662.089 5.304.681 133.439 ‒ 103.356 5.334.764
3.1 Woningmarkt 4.522.522 4.469.226 105.966 8.955 4.584.147
Subsidies (regelingen)
Bevordering eigen woningbezit 4.800 4.800 0 0 4.800
Woningmarkt 3.206 13.382 527 3.151 17.060
Opdrachten
WSW risicovoorziening 0 0 0 492 492
NHG risicovoorziening 0 0 61.653 0 61.653
Woningmarkt 3.625 3.625 0 5.823 9.448
Inkomensoverdrachten
Huurtoeslag 4.498.985 4.428.339 43.400 ‒ 511 4.471.228
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
Woningmarkt 3.022 3.022 97 0 3.119
Bijdrage aan agentschappen
Dienst van de Huurcommissie 7.414 14.368 258 0 14.626
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
Financiën (IXB) 500 500 0 0 500
Infrastructuur en Waterstaat (XII) 970 1.190 31 0 1.221
3.3 Woningbouw 139.567 835.455 27.473 ‒ 112.311 750.617
Subsidies (regelingen)
Woningbouw 0 0 177 25 202
Binnenstedelijke Transformatiefaciliteit 0 22.000 0 0 22.000
Caribisch Nederland 0 1.400 0 ‒ 1.400 0
Garanties
Herplaatsingsgarantie 0 20.000 0 ‒ 20.000 0
Opdrachten
Woningbouwimpuls 250 350 11 0 361
Volkshuisvestingsfonds 0 0 103 0 103
Woningbouw 0 2.120 215 ‒ 829 1.506
Tijdelijke uitvoeringsorganisatie 0 6.000 0 6.445 12.445
Grootschalige woningbouwgebieden 0 0 1.000 ‒ 706 294
Bijdrage aan medeoverheden
Woningbouwimpuls 79.084 360.051 20.870 0 380.921
Ouderenhuisvesting 20.000 20.000 0 8.000 28.000
Flexpools 0 40.000 0 0 40.000
Kwetsbare groepen 40.000 40.000 12.135 100 52.235
Woondeals 0 6.500 0 0 6.500
Flexwoningen 0 5.000 0 ‒ 5.000 0
Wadden 0 5.000 0 0 5.000
Versnelling huisvesting 0 100.000 0 0 100.000
Overlooplocaties 0 96.000 0 ‒ 96.000 0
Caribisch Nederland 0 0 0 1.400 1.400
Bijdrage aan agentschappen
Woningbouwimpuls 233 0 0 0 0
RVO 0 8.384 ‒ 4.038 ‒ 4.346 0
RVB 0 99.650 0 0 99.650
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
Raad van State (IIB) 0 3.000 ‒ 3.000 0 0
Ontvangsten 354.100 367.000 61.653 4.332 432.985
  1. Inclusief de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 1), de Nota van Wijziging op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 50), de amendementen op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 12; Kamerstukken II 2021/22,, 35925 VII, nr. 52) en de eerste incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36018 VII, nr. 1).
  2. Inclusief de nota van wijziging op de eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36120 VII, nr. 3), de tweede incidentele suppletoire begroting inzake personele inzet voor crisisopvang en de derde incidentele suppletoire begroting inzake huisvestingspakket migratiecrisis.

Toelichting

Van het totale uitgavenbudget op artikel 3 is 100% juridisch verplicht.

Mutaties Miljoenennota

Uitgaven

3.1 Woningmarkt

Opdrachten

NHG risicovoorziening

Voor de achtervangfunctie van het Rijk bij de Nationale Hypotheekgarantie (NHG) draagt het Waarborgfonds Eigenwoning (WEW) een achtervangvergoeding af aan het Rijk. In 2021 bedroeg deze afdracht 0,3% van iedere nieuwe afgegeven hypotheekgarantie. Deze afdracht wordt doorberekend aan de consument. In 2022 heeft het Rijk de afdrachten over het boekjaar 2021, ter grootte van afgerond € 61,7 mln. ontvangen. Dit bedrag is in de daartoe bestemde risicovoorziening gestort. Ultimo eind 2021 bedroeg de risicovoorziening cumulatief € 326,4 mln.

Inkomensoverdrachten

Huurtoeslag

In 2023 wordt het wettelijk minimumloon verhoogd. Dit leidt tot extra uitgaven bij de huurtoeslag. De minimum-inkomensijkpunten in de huurtoeslag zijn wettelijk gekoppeld aan de bijstand en de AOW, die weer gekoppeld zijn aan het wettelijk minimumloon. Een verhoging hiervan leidt via de bijstand en de AOW ook tot extra uitgaven huurtoeslag. Ook wordt in 2023 de opslag op de eigen bijdrage van de huurtoeslag verlaagd van € 16,94 naar € 0. Hierdoor ontvangen vrijwel alle huurtoeslagontvangers circa € 203 meer huurtoeslag per jaar. In december 2022 krijgen de huurtoeslagontvangers het eerste voorschot voor 2023.

3.3 Woningbouw

Woningbouwimpuls

Dit budget is opgehoogd met de loon- en prijsbijstelling 2022.

Kwetsbare groepen

Dit betreft een kasschuif om de middelen die momenteel op de begroting staan voor aandachtsgroepen in het juiste kasritme te zetten. Dit vanwege de urgentie om huisvesting voor aandachtsgroepen sneller te realiseren.

Daarnaast betreft dit een reallocatie naar Opdrachten en Bijdragen aan agentschappen van in totaal circa € 2,9 mln. voor de uitvoering en capaciteitskosten voor de regeling voor aandachtsgroepen.

Ontvangsten

Voor de achtervangfunctie van het Rijk bij de Nationale Hypotheekgarantie (NHG) draagt het Waarborgfonds Eigenwoning (WEW) een achtervangvergoeding af aan het Rijk. In 2021 bedroeg deze afdracht 0,3% van iedere nieuwe afgegeven hypotheekgarantie. Deze afdracht wordt doorberekend aan de consument. In 2022 heeft het Rijk de afdrachten over het boekjaar 2021, ter grootte van afgerond € 61,7 mln., ontvangen. Dit bedrag is in de daartoe bestemde risicovoorziening gestort. Ultimo eind 2021 bedroeg de risicovoorziening cumulatief € 326,4 mln.

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2022

Uitgaven

3.1 Woningmarkt

Subsidies

Woningmarkt

Op grond van artikel 91 van de Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Sint Eustatius en Saba (hierna: Wet FinBES) kan een bijzondere uitkering worden verstrekt. Gelet op artikel 92, lid 2, onderdeel c van de Wet FinBES kan aan Bonaire, Sint Eustatius en Saba voor het kalenderjaar 2023 een bijdrage worden toegekend voor de kosten van de verhuurdersubsidie, van respectievelijk USD 254.924 (€ 0,2 mln.), USD 54.000 (€ 0,05 mln.) en USD 23.750 (€ 0,02 mln.).

Op grond van het Kaderbesluit BZK-subsidies ontvangt woningcorporatie Bazalt Wonen een bijdrage van USD 19.336 (€ 0,02 mln.) voor verhuurdersubsidie voor sociale huurwoningen op Saba en Sint Eustatius voor het kalenderjaar 2021.

Opdrachten

Woningmarkt

Het Kabinet heeft besloten een additionele groep mensen uit Afghanistan naar Nederland te halen. Het betreft evacuees met een Nederlands paspoort. In afwachting van het vinden van een geschikte woning worden zij opgevangen in hotels en krijgen ze begeleiding. De kosten hiervoor worden geraamd op € 5,2 mln.

3.3 Woningbouw

Garanties

Herplaatsingsgarantie

Vanwege de nadere uitwerking van de beleidsinzet op dit instrument zijn de uitgaven van € 20 mln. voor de financiële herplaatsingsgarantie doorgeschoven naar 2023.

Bijdrage aan medeoverheden

Ouderenhuisvesting

De Stimuleringsregeling Ontmoetingsruimten voor Ouderen (SOO) wordt uitgebreid en opgehoogd met € 8,0 mln. De middelen hiervoor komen over van het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Flexwoningen

De middelen (€ 5,0 mln.) die bestemd waren voor flexwoningen, komen niet tot besteding in 2022 vanwege de nadere uitwerking hiervan en langere doorlooptijden.

Overlooplocaties

Vanwege de nadere uitwerking van de beleidsinzet op dit instrument zijn de uitgaven van € 96 mln. voor de fysieke overlooplocaties doorgeschoven naar 2023.

3.4 Artikel 4. Energietransitie gebouwde omgeving en bouwkwaliteit

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 809.083 760.080 15.778 211.878 987.736
Uitgaven 812.918 783.523 1.078 ‒ 24.271 760.330
4.1 Energietransitie en duurzaamheid 802.098 771.955 ‒ 1.739 ‒ 23.396 746.820
Subsidies (regelingen)
Subsidie verduurzaming en onderhoud huurwoningen 40.000 12.239 ‒ 10.000 ‒ 2.200 39
Energiebesparing Koopsector 12.790 14.420 ‒ 743 ‒ 5.000 8.677
Energiebesparing Huursector 18.951 18.951 0 ‒ 8.498 10.453
Kennis- en innovatieprogramma emissiearme bouwproducten (stikstof) 5.500 3.900 0 4.310 8.210
Verduurzaming Maatschappelijk Vastgoed 51.800 41.500 0 0 41.500
Energietransitie en duurzaamheid 33.475 29.329 131 ‒ 2.174 27.286
Renovatieversneller 9.000 0 0 1.000 1.000
SAH 26.000 19.310 ‒ 15.000 ‒ 900 3.410
Warmtefonds 114.200 56.116 24.484 5.000 85.600
Opdrachten
Energietransitie en duurzaamheid 3.267 3.267 2.016 191 5.474
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
Energietransitie en duurzaamheid 1.007 1.045 0 0 1.045
Bijdrage aan medeoverheden
Aardgasvrije wijken 0 52.877 9.683 ‒ 44 62.516
Ventilatie in scholen 72.434 72.434 0 0 72.434
Nationaal Isolatie Programma 67.500 67.500 ‒ 67.500 0 0
Ondersteuning aanpak energiearmoede 150.000 296.121 62.838 ‒ 270 358.689
Verduurzaming Maatschappelijk Vastgoed 17.000 17.000 0 ‒ 340 16.660
Bijdrage aan agentschappen
ILT (Handhaving Energielabel) 528 528 ‒ 504 0 24
RVO (Uitvoering Energieakkoord) 21.426 8.338 ‒ 4.361 ‒ 3.977 0
Dienst Publiek en Communicatie 1.000 1.000 85 0 1.085
Diverse Agentschappen 0 350 20 0 370
RVO (Energietransitie en duurzaamheid) 14.817 25.563 7.383 3.318 36.264
RVB 5.000 970 0 0 970
Verduurzaming Maatschappelijk Vastgoed 4.600 4.600 0 ‒ 1.000 3.600
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
Gemeentefonds (B) 105.000 10.000 ‒ 9.000 ‒ 1.000 0
Kennis- en innovatieprogramma emissiearme bouwproducten (stikstof) 8.500 6.698 0 ‒ 6.698 0
EGO 18.052 7.648 ‒ 1.271 ‒ 5.114 1.263
Handhaving energielabel C 251 251 0 0 251
4.2 Bouwregelgeving en bouwkwaliteit 10.820 11.568 2.817 ‒ 875 13.510
Subsidies (regelingen)
Bouwregelgeving en bouwkwaliteit 8.565 8.905 3.375 ‒ 875 11.405
Opdrachten
Bouwregelgeving en bouwkwaliteit 2.200 2.134 ‒ 125 0 2.009
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
Overige bijdragen 0 41 0 0 41
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
Diverse bijdragen 55 488 ‒ 433 0 55
Ontvangsten 91 91 0 4.900 4.991
  1. Inclusief de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 1), de Nota van Wijziging op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 50), de amendementen op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 12; Kamerstukken II 2021/22,, 35925 VII, nr. 52) en de eerste incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36018 VII, nr. 1).
  2. Inclusief de nota van wijziging op de eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36120 VII, nr. 3), de tweede incidentele suppletoire begroting inzake personele inzet voor crisisopvang en de derde incidentele suppletoire begroting inzake huisvestingspakket migratiecrisis.

Toelichting

Van het totale uitgavenbudget op artikel 4 is 98,7% juridisch verplicht.

Mutaties Miljoenennota

Uitgaven

4.1 Energietransitie en duurzaamheid

Subsidie (regelingen)

Subsidie verduurzaming en onderhoud huurwoningen

Dit betreft een reallocatie van € 10 mln. naar het Warmtefonds. De SVOH is per 1 april 2022 opengesteld voor de doelgroep van kleine verhuurders. Omdat het een nieuwe regeling betreft, was de uitputting vooraf lastig in te schatten. Het aantal aanvragen valt tegen. Het verduurzamingstempo in de sector en bij deze doelgroep van kleine verhuurders is nog niet hoog waardoor er ook gewoon weinig subsidieaanvragen zijn. Daarnaast kan subsidie achteraf worden aangevraagd, dat wil zeggen nadat de verduurzamingsmaatregelen zijn getroffen. De bestaande subsidieregeling wordt aangepast en de verduurzamingsmaatregelen worden verbreed naar particuliere verhuurders. Het streven ernaar is per 1 april in werking te laten treden. Daarnaast vindt in de 1e suppletoire begroting 2023 een bijstelling van het WF naar SVOH plaats van € 10 mln.

SAH

Dit betreft een reallocatie van € 15 mln. naar het Warmtefonds. Voor gemengde VvE’s en verhuurders is subsidie voor het aansluiten van een extern warmtenet mogelijk vanuit deze Stimuleringsregeling aardgasvrije huurwoningen (SAH). Het aantal projecten dat aanspraak doet op de SAH valt in 2022 tegen. Dat komt vooral doordat het aanleggen van warmtenetten – en woningen aansluiten op die warmtenetten – in de praktijk complex is en langer duurt dan verwacht ook mede door het uitstel van nieuwe warmtewet. In het Voorjaar 2023 vindt een bijstelling van het WF naar SAH plaats van € 15 mln.

Warmtefonds

Dit betreft voornamelijk een reallocatie van middelen uit Subsidie verduurzaming en onderhoud huurwoningen (SVOH) en Stimuleringsregeling aardgasvrije huurwoningen (SAH) naar het Warmtefonds voor een bedrag van € 25 mln. Deze middelen worden gerealloceerd in het voorjaar 2023 naar de regelingen SVOH en SAH. Het Nationaal Warmtefonds heeft namelijk door de hoge gasprijzen een grote toename van aanvragen en verstrekte financieringen. Daarnaast bevat het ook nog een reallocatie van circa € 0,5 mln. uit het Warmtefonds voor een evaluatie- en adviesopdracht wooneigenaren.

Opdrachten

Energietransitie en duurzaamheid

Dit betreft een mutatie van € 1,5 mln. om de uitgaven voor de opdrachten op het juiste instrument te kunnen verantwoorden. Het betreft onder andere opdrachten t.b.v. funderingsproblematiek en klimaatadaptatie. Daarnaast bevat het ook nog een reallocatie van circa € 0,5 mln. vanuit het Warmtefonds.

Bijdrage aan medeoverheden

Aardgasvrije wijken

Dit betreft voornamelijk een reallocatie van € 9 mln. vanuit het instrument bijdrage aan begrotingshoofdstukken naar bijdrage aan medeoverheden om de 3e ronde proeftuinen Aardgasvrije Wijken op het juiste instrument te verantwoorden. De bijdrage aan gemeenten is via specifieke uitkering verstrekt.

Nationaal Isolatie Programma

Het budget voor lokale aanpak woningisolatie wordt ingezet ter onder­ steuning van huishoudens om op korte termijn energiebesparende maatregelente treffen. Deze wordt ook tevens verdeeld met de specifieke uitkering aan gemeenten voor ondersteuning aanpak energiearmoede. Hierdoor wordt er € 67,5 mln. overgeheveld naar Ondersteuning aanpak energiearmoede.

Ondersteuning aanpak energiearmoede

Dit betreft de reallocatie vanuit het Nationaal Isolatie Programma voor een bedrag van € 68,5 mln. Hiervan komt € 67,5 mln. vanuit het Nationaal Isolatie programma en € 1 mln. vanuit RVO (uitvoering Energieakkoord). Dit gebeurt om zowel huishoudens in energiearmoede te kunnen ondersteunen als de opstap naar een meer fundamentele en structurele aanpak en grootschalige isolatie te kunnen maken. Van deze € 68,5 wordt er € 5,6 mln. afgedragen aan het BTW compensatiefonds.

Bijdrage aan agentschappen

RVO (Uitvoering Energieakkoord)

Dit betreffen meerdere mutaties waaronder de reallocatie van € 1 mln. naar het instrument Ondersteuning aanpak energiearmoede en een reallocatie van € 1,5 mln. naar het instrument Energietransitie en duurzaamheid.

RVO (Energietransitie en duurzaamheid)

Dit betreft meerdere mutaties, waaronder een bijdrage van ca. € 1,8 mln. die de Rijksvastgoedorganisatie (RVO) ontvangt voor de Jaaropdracht 2022 m.b.t. het Expertteam Woningbouw voor kortdurende inzet van één of meerdere onafhankelijke experts maatwerkadvies. Dit is om een woningbouwvraagstuk - of proces vlot te trekken of te versnellen. Deze uitgaven worden vanwege het gecentraliseerd opdrachtgeverschap verantwoord op artikel 4.

Daarnaast ontvangt deze post ook een bedrag van € 0,7 mln. voor de Woningbouwimpuls en een reallocatie vanuit de regeling Subsidie energiebesparing eigen huis (SEEH) voor VvE’s van € 0,7 mln.

Bijdrage aan (andere) Begrotingshoofdstukken

Gemeentefonds (B)

Dit betreft een reallocatie van € 9 mln. naar Aardgasvrije wijken om onder andere de bijdragen aan gemeenten voor de 3e ronde proeftuinen Aardgasvrije Wijken op het juiste instrument te verantwoorden.

Energietransitie Gebouwde Omgeving (EGO)

Dit betreffen een aantal mutaties, waaronder verschillende uitgaven van totaal € 1,8 mln. omtrent de nationale klimaatadaptatiestrategie en verduurzaming van maatschappelijk vastgoed, waaronder een structurele bijdrage aan de rekenmeesterfunctie van het Planbureau voor de Leefomgeving en verschillende bijdragen aan de uitvoering van het kennis- en innovatieplatform verduurzaming maatschappelijk vastgoed (KIP MV).

4.2 Bouwregelgeving en bouwkwaliteit

Subsidie (regelingen)

Bouwregelgeving en bouwkwaliteit

Deze mutaties bestaan voornamelijk uit de verdeling van de prijsbijstelling tranche 2022 voor wonen en bouwen voor een bedrag van € 3 mln.

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2022

Uitgaven

4.1 Energietransitie en duurzaamheid

Subsidies (regelingen)

Subsidie verduurzaming en onderhoud huurwoningen

Het aantal aanvragen valt tegen op de regeling SVOH ten opzichte van de raming. Dit betreft een totaal van € 2,2 mln. dat wordt ingezet ten behoeve van het algemeen beeld. Het verduurzamingstempo in de sector en bij deze doelgroep van kleine verhuurders is nog niet hoog waardoor er ook gewoon weinig subsidieaanvragen zijn. Daarnaast kan subsidie achteraf worden aangevraagd, dat wil zeggen nadat de verduurzamingsmaatregelen zijn getroffen.

Energiebesparing Koopsector

Dit betreft een rellocatie van € 5 mln. voor de Subsidieregeling energiebesparing eigen huis (SEEH) naar het Warmtefonds voor het verstrekken van energiebespaarleningen. Het Nationaal Warmtefonds heeft door de hoge gasprijzen een grote toename van aanvragen en verstrekte financieringen. In het Voorjaar 2023 vindt een bijstelling van het WF naar SEEH plaats.

Energiebesparing Huursector

Dit betreft een meevaller van ca. € 3,7 mln. dat wordt ingezet ten behoeve van het algemeen beeld. Er is daarbij sprake van een vrijval op het STEP- budget. Dit betreft de afwikkeling van de laatste aanvragen van de STEP- regeling. Verder bestaat deze mutatie uit een inzet van € 4,8 mln. voor huisvesting van additionele groep mensen uit Afghanistan.

Kennis- en innovatieprogramma emissiearme bouwproducten (stikstof)

Dit betreft een reallocatie van € 4,3 mln. van bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken naar Subsidie kennis –en innovatieprogramma emmissiearme bouwprodukten voor een subsidieaanvraag van Topcon­sortium voor Kennis en Innovatie en bouwen en Techniek (TKI/BT. )

Het doel van deze subsidie aan het TKI BT is voor de ontwikkeling en het testen van een omscholing / bijscholingsproramma gericht op emissieloos bouwen bij 4 regionale innovatiehubs.

Energietransitie en duurzaamheid

Dit betreft een reallocatie van de € 2,9 mln. naar bijdrage aan andere begrotingshoofdstukken, Energietransitie Gebouwde Omgeving. Dit bedrag is afkosmtig van contingentenaanpak onderdeel van het nationaal Isolatieprogramma. Deze middelen worden uitgekeerd aan provincies met een decentralisatieuitkering voor natuurinclusief bouwen. Hiervoor worden soortenmanagement plannen opgesteld. Bij na-isolatie werkzaamheden dient er rekening te worden gehouden met de aanwezigheid van beschermde soorten die in woningen en gebouwen kunnen nestelen en verblijven. Daarnaast bestaat het uit een aantal kleine reallocaties.

Renovatieversneller

Dit betreft een reallocatie van € 1 mln. vanuit programmabudget renovatieversneller instrument bijdrage aan andere begrotingshoofdstukken om de subsidie aan het programma voor verduurzaming koop- en huurwoningen (crescendo) op het juiste instrument te verantwoorden.

SAH

De verwachte aanvragen vallen tegen t.o.v. de raming. Het betreft totaal € 0,9 mln. Dit wordt ingezet voor het BZK-brede beeld.

Warmtefonds

Dit betreft een rellocatie van € 5 mln. voor de Subsidieregeling energiebesparing eigen huis (SEEH) vanuit instrument Energiebesparing koopsector voor het verstrekken van energiebespaarleningen. Het Nationaal Warmtefonds heeft door de hoge gasprijzen een grote toename van aanvragen en verstrekte financieringen.

Bijdrage aan medeoverheden

Ondersteuning aanpak energiearmoede

In de brief van 11 maart 2022 (Kamerstukken II 2021/22, 35925 XV, nr. 111) heeft het kabinet maatregelen aangekondigd om huishoudens tegemoet te komen vanwege de sterk gestegen energieprijzen en de dalende koopkracht. Voor de Europees-Nederlandse gemeenten zijn er reeds uitkeringen verstrekt.

In lijn met deze kamerbrief worden de gereserveerde middelen voor de Caribisch Nederlandse gemeenten voor het bestrijden van energiearmoede toegekend. Hiervoor wordt een bijzondere uitkering aan de openbare lichamen van de BES-eilanden verstrekt.

Het doel is om Caribisch Nederlandse huishoudens te helpen in het treffen van eenvoudige energiezuinige maatregelen in hun woning of eventueel met het opwekken van duurzame energie voor het tegengaan van energiearmoede. De openbare lichamen van Bonaire, St Eustatius en Saba, kunnen kiezen voor een aanpak die het beste past bij de doelgroep in hun gemeente, met inachtneming van de beschikbare capaciteit en uitvoerbaarheid. Mogelijk te nemen maatregelen zijn: het omwisselen of laten plaatsen van zeer energiezuinige (witgoed) producten, LED lampen of energiezuinige douchekoppen, voorlichting over energiebesparing en gedrag en bijvoorbeeld PV-panelen (eventueel met opslag faciliteit). Net als bij de Europees-Nederlandse regeling, moeten de maatregelen leiden tot lagere energiekosten en daarmee direct ten goede komen aan de huurder of bewoner.

De middelen zullen via een bijzondere uitkering aan de openbare lichamen van de BES-eilanden beschikbaar worden gesteld. De eilanden zullen daarbij worden gevraagd, krachtens artikel 28 van de FinBES, aan te geven hoe de middelen zijn ingezet. De verantwoording vindt plaats in de jaarrekening van die eilanden en wordt gecontroleerd door de accountant. Het gaat daarbij om de activiteiten die zijn ingezet om huishoudens te ondersteunen.

De verdeling van de middelen van totaal € 1.730.000 exclusief uitvoeringskosten, over de Caribisch Nederlandse BES-eilanden, is op basis van de CN- verdeelsleutel en op basis van een plan van aanpak per eiland.

Het onderstaande overzicht geeft, conform artikel 92, tweede lid aanhef en onder d., van de Wet financiën openbare lichamen Bonaire, Saba en Sint Eustatius (FinBES), de maximaal te ontvangen bedragen per BES-eiland of openbare lichaam weer.

Verdeling aanpak energiearmoede op de BES-eilanden in 2022

Openbare lichaam bedrag
Bonaire € 920.000
St Eustatius € 450.000
Saba € 360.000
totaal € 1.730.000

Bijdrage aan agentschappen

RVO (Uitvoering Energieakkoord)

Dit betreffen meerdere reallocaties waaronder de grootste van € 2,5 mln. naar RVO (Energietransitie en duurzaamheid) voor de jaaropdracht aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland om het op het juiste instrument te verantwoorden.

RVO (Energietransitie en duurzaamheid)

Dit betreffen meerdere reallocaties waaronder de grootste van € 2,5 mln. vanuit (RVO) Uitvoering Energieakkoord voor de jaaropdracht aan de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland om het op het juiste instrument te verantwoorden.

Verduurzaming maatschappelijk vastgoed

Dit betreft een reallocatie van circa € 1 mln. voor onvoorziene kosten voor de renovatie van het Binnenhofcomplex. De onverwachte tussenliggende periode waarin zowel de gebruikers als de aannemers niet aanwezig zijn op het Binnenhofcomplex is hier de oorzaak van. Dit resulteert in beveiliging- en leegstandskosten die gegeven hun aard niet activeerbaar zijn bij het RVB en geen onderdeel vormen van het reguliere investeringsbudget bij huisvestingsprojecten. De kosten worden conform de reguliere systematiek direct afgerekend met de opdrachtgever.

Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken

Gemeentefonds (B)

Dit betreft de afdracht aan het BTW compensatiefonds voor een bedrag van € 1 mln. voor de aanvullende gemeenten uit de 3e derde ronde proeftuinen Aardgasvrije Wijken.

Kennis- en innovatieprogramma emissiearme bouwproducten (stikstof)

Dit betreft een reallocatie van € 4,3 mln. van bijdrage naar Subsidie kennis en innovatieprogramma emissiearme bouwproductie om de subsidieaanvraag Topconsortium voor Kennis en Innovatie en bouwenen Techniek (TKI/BT)op het juiste instrument te verantwoorden. Het doel van deze subsidie aan het TKI BT is voor de ontwikkeling en test van een omscholing / bijscholingsprogramma gericht op emissieloos bouwen bij 4 regionale innovatiehubs. Daarnaast wordt een bijdrage van € 2,4 mln. overgeboekt naar het Ministerie van EZK (XIII) voor het door TNO uit te voeren programma emmissieloos bouwen.

Energietransitie Gebouwde Omgeving (EGO)

Aan het beschikbare budget van € 4 mln. voor soortenmanagement is € 2,9 mln. toegevoegd uit Energietransitie en duurzaamheid. Er is totaal € 6,7 mln. overgeboekt aan het Provinciefonds ten behoeve van een decentralisatie-uitkering voor het opstellen van soortenmanagement plannen. Bij na-isolatie werkzaamheden dient er rekening te worden gehouden met de aanwezigheid van beschermde soorten die in woningen en gebouwenkunnen nestelen en verblijven. Daarnaast is € 0,180 mln. afgedragen aan het btw-compensatiefonds.

Daarnaast betreft dit een reallocatie van € 1 mln. naar de post Renovatieversneller om de subsidie aan het programma voor verduurzaming koop- en huurwoningen (crescendo) op het juiste instrument te verantwoorden.

Ontvangsten

Dit betreft meerontvangsten van de RVO van € 4,9 mln.

3.5 Artikel 5. Ruimtelijke ordening en omgevingswet

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 122.548 124.503 5.811 41.849 172.163
Uitgaven 122.548 124.503 5.811 6.849 137.163
5.1 Ruimtelijke ordening 50.932 56.580 368 1.208 58.156
Subsidies (regelingen)
Programma Ruimtelijk Ontwerp 1.500 300 0 ‒ 300 0
Basisregistraties 380 540 ‒ 25 0 515
Ruimtelijk instrumentarium (diversen) 300 300 0 0 300
Basisregistraties Ondergrond 10 24 1 0 25
Opdrachten
Programma Ruimtelijk Ontwerp 1.413 1.413 ‒ 404 ‒ 622 387
Basisregistraties Ondergrond 542 712 1.271 ‒ 1.300 683
Gebiedsontwikkeling 2.929 2.159 ‒ 851 ‒ 393 915
Geo-informatie 0 50 708 ‒ 668 90
Ruimtelijk instrumentarium (diversen) 2.188 1.747 970 ‒ 323 2.394
Windenergie op zee 280 0 0 0 0
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
Kadaster (Basisregistraties) 27.296 32.006 1.331 2.443 35.780
Geo-informatie 2.272 4.291 547 568 5.406
Basisregistraties Ondergrond 531 517 ‒ 283 61 295
Diverse bijdragen 33 108 1 439 548
Bijdrage aan medeoverheden
Diversen projecten ruimtelijke kwaliteit 2.547 2.547 ‒ 2.416 ‒ 131 0
Gebiedsontwikkeling 0 970 ‒ 500 456 926
Bijdrage aan agentschappen
RVB 2.683 3.215 354 170 3.739
RWS (Leefomgeving) 5.902 4.946 0 1.187 6.133
RIVM 126 49 0 ‒ 49 0
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
Infrastructuur en Waterstaat (XII) 0 686 ‒ 336 ‒ 330 20
5.2 Omgevingswet 71.616 67.923 5.443 5.641 79.007
Subsidies (regelingen)
Eenvoudig Beter 2.150 3.150 63 ‒ 796 2.417
Opdrachten
Eenvoudig Beter 1.231 0 0 0 0
Aan de Slag 12.609 4.140 ‒ 2.046 ‒ 887 1.207
Serviceteam Rijk 0 680 ‒ 30 ‒ 106 544
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
Kadaster 46.918 19.659 4.140 1.711 25.510
Geonovum 0 3.500 0 ‒ 40 3.460
ICTU 750 450 17 ‒ 158 309
Bijdrage aan agentschappen
Aan de Slag 7.958 36.344 3.299 5.917 45.560
Ontvangsten 3.824 3.824 2.644 8.855 15.323
  1. Inclusief de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 1), de Nota van Wijziging op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 50), de amendementen op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 12; Kamerstukken II 2021/22,, 35925 VII, nr. 52) en de eerste incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36018 VII, nr. 1).
  2. Inclusief de nota van wijziging op de eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36120 VII, nr. 3), de tweede incidentele suppletoire begroting inzake personele inzet voor crisisopvang en de derde incidentele suppletoire begroting inzake huisvestingspakket migratiecrisis.

Toelichting

Van het totale uitgavenbudget op artikel 5 is 99,6% juridisch verplicht.

Mutaties Miljoenennota

5.1. Ruimtelijke Ordening

Opdrachten

Basisregistraties Ondergrond

Dit betreft een saldo van meerdere mutaties. Hieronder valt met name een overheveling van € 2,8 mln. vanuit het ministerie van Infrastructuur en Waterstaat (XII) als bijdrage voor de opname van gegevens over bodemverontreiniging in de Basisregistratie Ondergrond (BRO). Daarnaast omvat het een overheveling vanaf deze begroting naar de begroting van het ministerie van Economische Zaken en Klimaat (XIII) ten behoeve van incidentele programmakosten voor de opname van gegevens over bodemverontreiniging in de BRO.

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

Kadaster (Basisregistraties)

Dit betreft met name de verdeling van loon- en prijsbijstelling tranche 2022.

Bijdrage aan medeoverheden

Diverse projecten Ruimtelijke Kwaliteit

Dit betreft met name een reallocatie van € 1,3 mln. naar de regeling Ruimtelijk instrumentarium (diversen) ten behoeve van het programma Mooi Nederland. Ook vinden er vanaf dit instrument twee reallocaties plaats van in totaal € 0,8 mln. in het kader van Geo-informatie naar het instrument Bijdrage aan ZBO's/RWT's en naar het instrument Opdrachten.

5.2. Omgevingswet

Opdrachten

Aan de Slag

Dit betreft met name reallocaties naar verschillende instrumenten om de activiteiten die worden uitgevoerd door diverse uitvoeringsorganisaties (zoals Kadatser, Rijkswaterstaat en Geonovum) op de juiste regeling te kunnen verantwoorden. Daarnaast vindt er een reallocatie plaats voor externe inhuur in het kader van de Omgevingswet.

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

Kadaster

Dit betreft een saldo van meerdere mutaties. In de eerste plaats gaat het hier voor een deel om de toedeling van de loon- en prijsbijstelling tranche 2022. Daarnaast ontvangt het Kadaster een bijdrage van circa € 1,7 mln. voor het beheer van het Digitaal Stelsel Omgevingswet (DSO). Dit bedrag komt overeen met de ontvangen bijdrage van het InterProvinciaal Overleg(IPO) voor het beheer van het DSO. Ook is er sprake van een aantal reallocaties van ruim € 1,6 mln. totaal om de uitgaven van het Kadaster ten behoeve van de Omgevingswet op het juiste instrument te verantwoorden.

Bijdrage aan agentschappen

Aan de Slag

Dit betreft een saldo van meerdere mutaties, waaronder bijdragen van diverse departementen voor de kosten die het Serviceteam Rijk maakt om de regelgeving onder de Omgevingswet te digitaliseren en een bijdrage van het IPO voor het beheer van het DSO.

Ontvangsten

Dit betreft grotendeels de bijdrage die BZK ontvangt van het IPO voor het beheer van het DSO.

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2022

Uitgaven

5.1 Ruimtelijke ordening

Opdrachten

Basisregistraties ondergrond

Het gaat bij deze mutatie allereerst om een reallocatie van € 0,6 mln. naar de begroting van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat (EZK) voor TNO/Geologische dienst ten behoeve van de Landelijke Voorziening BRO. Daarnaast vindt er een reallocatie van € 0,1 mln. plaats naar het instrument Bijdrage aan ZBO's/RWT's voor een bijdrage aan Geonovum, waarmee zij standaarden voor drie aanvullende registratieobjecten in de Basisregistratie Ondergrond ontwikkelt. Daarnaast wordt € 0,6 mln. teruggegeven aan het Algemene Beeld.

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

Kadaster (Basisregistraties)

Dit betreft een saldo van meerdere reallocaties, waaronder een aantal reallocaties naar deze regeling als bijdrage voor de activiteiten die het Kadaster uitvoert. Het gaat hierbij onder andere om Publieke dienstverlening op de kaart in het kader van de Basisregistratie Ondergrond en het beheren en muteren van de landelijke voorziening voor de Basisregistratie Grootschalige Topografie (BGT).

Bijdrage aan agentschappen

RWS (Leefomgeving)

Dit betreft voor het grootste deel een reallocatie van ruim € 1,1 mln. voor een bijdrage aan Rijkswaterstaat (RWS) voor het uitvoeren van het plan van aanpak Continuïteit en security Omgevingsloket Online en voor de helpdesk InfoMil als gevolg van het uitstel van de inwerkingtreding van de omgevingswet.

5.2 Omgevingswet

Opdrachten

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

Kadaster

Dit betreft een aantal reallocaties ten behoeve van activiteiten die het Kadaster uitvoert in het kader van de Omgevingswet, waaronder afbouw, implementatie en uitbouw van het DSO.

Bijdrage aan agentschappen

Aan de Slag

Dit betreft een saldo van een aantal mutaties. Onder meer gaat het hier om bijdragen van de Unie van Waterschappen (circa € 1,3 mln.) en het InterProvinciaal Overleg (circa € 1,7 mln.) aan het ministerie van BZK voor het beheer van het DSO. Ook betreft het hier de vaststelling van de bijdrage voor 2021 (circa € 2,5 mln.) aan het RWS voor de afbouw van het basisniveau van het DSO. Daarnaast wordt er vanaf dit instrument ruim € 1,1 mln. gerealloceerd naar het instrument Bijdrage aan agentschappen ten behoeve van het RWS.

Ontvangsten

Dit betreft onder meer de bijdragen van de Unie van Waterschappen (ruim € 1,3 mln.) en het IPO (circa € 1,7 mln.) aan het ministerie van BZK voor het beheer van het DSO. Ook betreft het hier de vaststellingen van de bijdrage voor 2021 aan het RWS (ruim € 2,5 mln.) en het Kadaster (€ 0,9 mln.) voor de afbouw van het basisniveau van het DSO. Verder betreffen de ontvangsten nog een aantal vaststellingen voor verschillende partijen over 2021.

3.6 Artikel 6. Overheidsdienstverlening en informatiesamenleving

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 242.684 222.317 11.922 5.149 239.388
Uitgaven 242.684 222.317 11.922 5.149 239.388
6.2 Overheidsdienstverlening, informatiebeleid en informatiesamenleving 78.342 79.925 5.060 3.965 88.950
Subsidies (regelingen)
Overheidsdienstverlening 1.939 1.966 3.930 866 6.762
Opdrachten
Ondersteuning koepels implementatie Woo 863 23 ‒ 23 0 0
Informatiebeleid 7.654 7.654 ‒ 3.746 ‒ 3.908 0
Overheidsdienstverlening 10.031 8.281 1.025 ‒ 8.290 1.016
Informatiesamenleving 3.513 6.348 ‒ 2.498 ‒ 803 3.047
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
CBS 35 35 0 0 35
RDW 0 0 1.600 1.400 3.000
KvK 5.279 5.279 0 0 5.279
ICTU 7.159 7.880 ‒ 267 2.688 10.301
Diverse bijdragen 200 290 1.464 600 2.354
Bijdrage aan medeoverheden
Gemeenten 600 600 0 0 600
Provincies 0 0 0 209 209
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
Digitale dienstverlening 180 180 0 130 310
Bijdrage aan agentschappen
RVO 8.769 9.269 900 ‒ 120 10.049
UBR 9.143 9.143 2.889 1.379 13.411
Diverse bijdragen 0 0 15 1 16
Logius 21.177 21.177 ‒ 540 ‒ 1.630 19.007
RvIG 150 150 54 11.443 11.647
Telecom 1.600 1.600 0 0 1.600
AZ-DPC 0 0 145 0 145
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
Buitenlandse Zaken (V) 50 50 112 0 162
6.5 Identiteitsstelsel 35.045 36.045 2.821 1.160 40.026
Opdrachten
Identiteitsstelsel 4.993 4.993 ‒ 3.492 0 1.501
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
ICTU 0 1.000 553 0 1.553
Diverse bijdragen 45 45 205 0 250
Bijdrage aan medeoverheden
Gemeenten 51 51 0 375 426
Bijdrage aan agentschappen
RvIG 29.956 29.956 5.555 785 36.296
6.6 Investeringspost digitale overheid 59.379 59.379 2.245 0 61.624
Subsidies (regelingen)
Doorontwikkeling en innovatie digitale overheid 1.629 1.629 6.815 0 8.444
Opdrachten
Doorontwikkeling en innovatie digitale overheid 48.651 48.651 ‒ 40.634 ‒ 5.900 2.117
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
KvK 0 0 856 0 856
ICTU 520 520 786 2.070 3.376
Diverse bijdragen 0 0 1.008 0 1.008
RDW 330 330 0 0 330
Bijdrage aan medeoverheden
Gemeenten 0 0 565 0 565
Provincies 0 0 101 837 938
Waterschappen 0 0 651 0 651
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
Diverse bijdragen 0 0 36 36 72
Bijdrage aan agentschappen
RVO 454 454 2.036 173 2.663
Diverse bijdragen 0 0 2.201 0 2.201
Logius 6.202 6.202 26.339 107 32.648
RvIG 510 510 361 2.677 3.548
AZ-DPC 1.083 1.083 1.124 0 2.207
6.7 Hoogwaardige dienstverlening één overheid 69.918 46.968 1.796 24 48.788
Subsidies (regelingen)
Hoogwaardige dienstverlening één overheid 0 0 2.665 ‒ 316 2.349
VNG 0 1.847 0 0 1.847
Opdrachten
Hoogwaardige dienstverlening één overheid 69.918 21.326 ‒ 20.653 340 1.013
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
ICTU 0 8.083 2.074 0 10.157
RDW 0 11.500 ‒ 3.065 0 8.435
CBS 0 45 ‒ 23 0 22
KvK 0 0 0 390 390
Bijdrage aan medeoverheden
Gemeenten 0 0 2.000 0 2.000
Bijdrage aan agentschappen
Logius 0 0 2.398 0 2.398
RvIG 0 0 10.600 2 10.602
AZ-DPC 0 1.167 8.198 ‒ 392 8.973
Overige bijdragen 0 3.000 ‒ 2.398 0 602
Ontvangsten 448 448 0 0 448
  1. Inclusief de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 1), de Nota van Wijziging op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 50), de amendementen op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 12; Kamerstukken II 2021/22,, 35925 VII, nr. 52) en de eerste incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36018 VII, nr. 1).
  2. Inclusief de nota van wijziging op de eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36120 VII, nr. 3), de tweede incidentele suppletoire begroting inzake personele inzet voor crisisopvang en de derde incidentele suppletoire begroting inzake huisvestingspakket migratiecrisis.

Toelichting

Van het totale uitgavenbudget op artikel 6 is 91,6% juridisch verplicht.

Mutaties Miljoenennota

Uitgaven

6.2 Overheidsdienstverlening, informatiebeleid en informatiesamenleving

Subsidies (regelingen)

Overheidsdienstverlening

Dit betreft met name een reallocatie van circa € 1,6 mln. om de subsidies op het gebied van overheidsdienstverlening, zoals het programmabureau Landelijke Data Alliantie, Dutch Blockchain Coalition en Campagne Digitale Samenleving op het juiste instrument te verantwoorden. Daarnaast worden middelen gerealloceerd (circa € 1,1 mln.) ten behoeve van de aansluiting van het Interprovinciaal Overleg (IPO) en de certificering provincies. Tot slot betreft dit een reallocatie van circa € 0,6 mln. naar Artikel 2 Nationale Veiligheid ten behoeve van cyberveiligheid.

Opdrachten

Informatiebeleid

Dit omvat met name een reallocatie (circa € 3,2 mln.) naar Bijdrage aan agentschappen voor de bijdrage aan UBR/KOOP om deze op het juiste instrument te verantwoorden.

6.5 Identiteitsstelsel

Opdrachten

Identiteitsstelsel

Dit betreffen meerdere reallocaties van middelen (circa € 2,4 mln.) naar Bijdragen aan agentschappen om deze op het juiste instrument te verantwoorden, onder andere voor RvIG en Logius.

Bijdragen aan agentschappen

RvIG

De RvIG ontvangt extra middelen voor het meergebruik van de Basis Registratie Personen (BRP) door het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid en de Vereniging van Nederlandse Gemeenten (VNG), alsmede een naheffing voor het gebruik van de BRP (circa € 2,6 mln.).

Daarnaast wordt er circa € 2,5 mln. gerealloceerd vanuit Opdrachten om de middelen op het juiste instrument te verantwoorden. Deze reallocaties betreffen onder andere de beheervoorziening BSN en de Basisregistratie Personen (BRP) op de BES-eilanden en de Landelijke Aanpak Adreskwaliteit.

6.6 Investeringspost digitale overheid

Subsidies (regelingen)

Doorontwikkeling en innovatie digitale overheid

Dit betreft met name een reallocatie van circa € 5,4 mln. vanuit Opdrachten om de subsidies in het kader van de investeringsagenda 2022 voor bijvoorbeeld de Single Digital Gateway (SDG) en Haal Centraal op het juiste instrument te verantwoorden.

Daarnaast worden er ook middelen (circa € 1,4 mln.) gerealloceerd vanuit Opdrachten om subsidies voor twee doorontwikkelings- en vernieuwingsprojecten op het juiste instrument te verantwoorden.

Opdrachten

Doorontwikkeling en innovatie digitale overheid

Deze mutatie wordt verklaard door een aantal reallocaties.

Ten eerste betreft dit een reallocatie van € 12,7 mln. naar Logius onder Bijdragen aan agentschappen om onder andere uitgaven ten aanzien van de elektronische Identiteitskaart (eID) en Machtigen op het juiste instrument te verantwoorden en een reallocatie ten behoeve van het IP-project Herbouw Digipoort (€ 6 mln.), het IP-project Haal Centraal (ca. 2,5 mln.) en het IP-project eID (ca. € 2,4 mln.).

Daarnaast betreft dit diverse reallocaties van in totaal circa € 9,4 mln. om bijdragen aan negen IP-projecten op het juiste instrument te verantwoorden.

Ten derde betreft dit een reallocatie van middelen van € 6,8 mln. om de subsidies in het kader van de investeringsagenda 2022 voor bijvoorbeeld de Single Digital Gateway (SDG) en Haal Centraal op het juiste instrument Subsidies (regelingen) te verantwoorden.

Tot slot omvat deze mutatie nog enkele overige reallocaties aan agentschappen RVO en Telecom om de uitgaven in het kader van de investeringsagenda op het juiste instrument te verantwoorden. Circa € 4,2 mln. wordt gerealloceerd naar Bijdragen aan agentschappen.

Bijdragen aan agentschappen

Logius

Dit betreft met name een reallocatie vanaf het instument Opdrachten om de uitgaven aan Logius in het kader van de investeringsagenda 2022 voor onder andere eID en Machtigen op het juiste instrument te verantwoorden (circa € 12,7 mln.) en een reallocatie ten behoeve van het IP-project Herbouw Digipoort (€ 6 mln.), het IP-project Haal Centraal (ca. 2,5 mln.) en het IP-project eID (ca. € 2,4 mln.).

6.7 Hoogwaardige dienstverlening één overheid

Opdrachten

Hoogwaardige dienstverlening één oveheid

Dit betreft met name een reallocatie van € 9,5 mln. naar Bijdrage aan agentschappen om de opdrachten voor het project Toekomst BRP op het juiste instrument te verantwoorden. Ook wordt er € 2 mln. gerealloceerd naar Bijdrage aan agentschappen om de systemen bij gemeenten aan te passen voor het project Toekomst BRP.

Daarnaast gaat het om een reallocatie van in totaal circa € 8,2 mln. aan de Dienst Publiek en Communicatie (Bijdrage aan agentschappen) om de middelen op het juiste instrument te verantwoorden.

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

RDW

Dit betreft met name een reallocatie van circa € 2,7 mln. naar Opdrachten om de middelen voor het project Informatiepunt Digitale Overheid op het juiste instrument te verantwoorden.

Bijdrage aan agentschappen

RvIG

Hieronder valt voornamelijk een reallocatie van € 9,5 mln. om de bijdrage voor het project Toekomst BRP vanaf het instument Opdrachten op het juiste instrument te verantwoorden.

Daarnaast omvat dit een reallocatie vanaf het instrument Opdrachten van circa € 1,1 mln. om bijdragen voor het project 1Overheid op het juiste instrument te verantwoorden.

AZ-DPC

Dit betreft twee reallocaties vanuit het instrument Opdrachten om de middelen van in totaal circa € 8,2 mln. aan de Dienst Publiek en Communicatie (DPC) op het juiste instrument te verantwoorden.

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2022

Uitgaven

6.2 Overheidsdienstverlening, informatiebeleid en informatiesamenleving

Opdrachten

Informatiebeleid

Dit betreft met name een reallocatie van € 2,2 mln. aan ICTU onder Bijdrage aan ZBO's/RWT's om de middelen voor de Interbestuurlijke datastrategie op het juiste instrument te verantwoorden. Daarnaast worden middelen (€ 1,4 mln.) gerealloceerd naar de Rijksdienst voor het Wegverkeer (RDW) onder Bijdrage aan ZBO's/RWT's om deze op het juiste instrument te verantwoorden.

Overheidsdienstverlening

Dit betreft met name een reallocatie naar de RvIG (Bijdrage aan agentschappen) om € 5,0 mln. op het juiste instrument te verantwoorden.

Daarnaast worden er middelen (€ 0,8 mln.) gerealloceerd naar artikel 11 Centraal apparaat om de bijdrage aan de werkagenda Digitalisering op het juiste instrument te verantwoorden. Er wordt ook € 0,6 mln. gerealloceerd naar Subsidies (regelingen) om de subsidie aan de VNG op het juiste instrument te verantwoorden. Tevens wordt € 0,6 mln. gerealloceerd aan Bijdrage aan ZBO's/RWT's om de bijdrage aan Stichting Geonovum voor het Parlementaire Ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag (POK)-project Development Portal op het juiste instrument te verantwoorden. Tot slot wordt € 0,6 mln. gerealloceerd naar ICTU onder instrument Bijdrage aan ZBO's/RWT's.

Bijdrage aan agentschappen

RvIG

De beheer- en exploitatiekosten van de Generieke Digitale Infrastructuur (GDI) worden doorbelast aan de gebruikers. De RvIG ontvangt een vergoeding van circa € 6,4 mln. voor het gebruik van beheervoorziening Burgerservicenummers (BSN) vanuit het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport.

Daarnaast betreft dit een reallocatie van middelen (circa € 5 mln.) vanuit Opdrachten om de beheervoorziening BSN op het juiste instrument te verantwoorden.

6.6 Investeringspost digitale overheid

Opdrachten

Doorontwikkeling en innovatie digitale overheid

Dit betreft met name een reallocatie van circa € 2,1 mln. aan ICTU (Bijdrage aan ZBO's/RWT's) om de middelen op het juiste instrument te verantwoorden.

Daarnaast wordt er circa € 2,7 mln. gerealloceerd naar RvIG (Bijdrage aan agentschappen) om de middelen voor het project Electronic Identities And Trust Services eIDAS) op het juiste instrument te verantwoorden.

3.7 Artikel 7. Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 193.597 110.205 ‒ 4.114 ‒ 26.581 79.510
Uitgaven 193.597 112.705 ‒ 4.114 ‒ 26.581 82.010
7.1 Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid 186.759 105.867 ‒ 4.114 ‒ 26.581 75.172
Subsidies (regelingen)
Diverse subsidies 662 1.249 0 0 1.249
Overlegstelsel 2.901 2.401 0 ‒ 250 2.151
POK - Ambtelijk Vakmanschap 0 250 0 0 250
Bedrijfsvoeringsbeleid 205 743 7 0 750
POK- Leiderschap, diversiteit en inclusie 0 0 16 0 16
Ondersteuning koepels implementatie Woo 0 840 23 0 863
Kwaliteit management rijksdienst 26 26 1 33 60
POK - Bevorderen veilig werk- en meldklimaat 0 0 0 100 100
POK - Ondersteuning melders misstanden 0 0 0 50 50
Opdrachten
Bedrijfsvoeringsbeleid 8.396 11.010 ‒ 2.902 ‒ 4.167 3.941
Kwaliteit Management Rijksdienst 2.778 3.060 842 ‒ 215 3.687
Werkgeversbeleid 1.858 1.454 31 ‒ 419 1.066
Informatiehuishouding 148.000 17.654 ‒ 5.423 955 13.186
Doorontwikkeling Rijksbrede ICT-voorziening 93 1.203 762 6.635 8.600
POK - Ambtelijk Vakmanschap 4.786 2.203 ‒ 944 ‒ 100 1.159
POK - Staat van de Uitvoering 2.600 50 ‒ 50 0 0
POK- Leiderschap, diversiteit en inclusie 1.725 1.189 ‒ 16 0 1.173
POK - Bevorderen veilig werk- en meldklimaat 874 874 0 ‒ 100 774
POK - Ondersteuning van melders van misstanden 626 626 ‒ 14 ‒ 150 462
Open Overheid 0 710 ‒ 35 ‒ 103 572
Adviescollege ICT 0 0 270 0 270
Personele inzet crisisopvang 0 33.100 0 ‒ 30.500 2.600
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
POK - Ambtelijk Vakmanschap 0 0 42 0 42
Bedrijfsvoeringsbeleid 0 180 1.906 40 2.126
Werkgeversbeleid 1.700 1.700 0 0 1.700
POK - Staat van de Uitvoering 0 2.550 0 0 2.550
POK - Bevorderen veilig werk- en meldklimaat 267 0 0 0 0
POK - Ondersteuning van melders van misstanden 828 0 14 100 114
Diverse bijdragen 0 200 35 0 235
Bijdrage aan medeoverheden
Compensatie Waterschappen Woo (incidenteel) 0 1.084 0 0 1.084
Bijdrage aan (inter-)nationale organisaties
Werkgeversbeleid 37 47 0 0 47
Bijdrage aan agentschappen
POK - Ambtelijk Vakmanschap 0 1.127 79 100 1.306
UBR (Arbeidsmarktcommunicatie) 5.441 7.335 238 0 7.573
I-Functie Rijk 0 0 130 0 130
Bedrijfsvoeringsbeleid 1.725 2.462 ‒ 15 1.137 3.584
Werkgeversbeleid 1.006 2.476 695 290 3.461
POK- Leiderschap, diversiteit en inclusie 0 139 0 0 139
KOOP 0 7.700 389 13 8.102
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
Bedrijfsvoeringsbeleid 225 225 ‒ 195 ‒ 30 0
7.2 Pensioenen en uitkeringen 6.838 6.838 0 0 6.838
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
Stichting Administratie Indonesische Pensioenen 6.838 6.838 0 0 6.838
Ontvangsten 64 142 452 807 1.401
  1. Inclusief de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 1), de Nota van Wijziging op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 50), de amendementen op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 12; Kamerstukken II 2021/22,, 35925 VII, nr. 52) en de eerste incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36018 VII, nr. 1).
  2. Inclusief de nota van wijziging op de eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36120 VII, nr. 3), de tweede incidentele suppletoire begroting inzake personele inzet voor crisisopvang en de derde incidentele suppletoire begroting inzake huisvestingspakket migratiecrisis.

Toelichting

Van het totale uitgavenbudget op artikel 7 is 95,5% juridisch verplicht.

Mutaties Miljoenennota

Uitgaven

7.1 Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid

Opdrachten

Bedrijfsvoeringsbeleid

Dit betreft met name de bijdrage van € 5,2 mln. aan de AIVD om werkzaamheden uit te voeren in het kader van de Nationale Cryptostrategie / Coalition of the willing. Daarnaast worden er middelen (circa € 1,9 mln.) toegevoegd als gevolg van loonbijstelling.

Informatiehuishouding

Dit betreft met name de verdeling van additionele middelen (circa € 6,4 mln.) aan Doc-Direkt, het Rijksprogramma Duurzaam Digitale Informatiehuishouding (RDDI) (circa € 2 mln.) en het programma Developer portaal (circa € 1,3 mln.) voor het op orde brengen van de informatiehuishouding, naar aanleiding van de kabinetsreactie op de Parlementaire Ondervragingscommissie Kinderopvangtoeslag (POK).

Daarnaast ontvangt BZK circa € 1,7 mln. aan middelen middels een overboekeing vanuit het ministerie van Financiën voor het basisbudget informatiehuishouding van De Nederlandse Bank (DNB), omdat de middelen niet rechtstreeks aan DNB overgemaakt kunnen worden.

Vervolgens wordt € 1,5 mln. overgeheveld vanuit artikel 11 om de middelen voor informatiehuishouding op het juiste instrument te verantwoorden.

Tot slot wordt er circa € 1,7 mln. toegevoegd als tranche loon- en prijsbijstelling 2022.

Bijdrage aan ZBO's/RWT's

Bedrijfsvoeringsbeleid

Dit betreft met name de toevoeging van de tranche loon- en prijsbijstelling van circa €1,5 mln.

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2022

Uitgaven

7.1 Werkgevers- en bedrijfsvoeringsbeleid

Opdrachten

Bedrijfsvoeringsbeleid

Dit betreft met name de reallocatie naar de regeling Informatiehuishouding van circa € 2,0 mln. voor investeringen in Rijksbrede ICT voorzieningen. Daarnaast wordt circa € 0,8 mln. gerealloceerd naar artikel 11 om uitgaven voor het programma DenkDoeDuurzaam op het juiste instrument te verantwoorden.

Tenslotte wordt er circa € 0,8 mln. gerealloceerd naar de regeling Doorontwikkeling Rijksbrede ICT-voorziening.

Doorontwikkeling Rijksbrede ICT-voorziening

Er worden middelen (circa € 4,3 mln.) toegevoegd aan de begroting van BZK vanuit de verschillende ministeries voor opdrachten in het kader van de doorontwikkeling en vernieuwing van de Rijksbrede ICT-voorzieningen.

Daarnaast ontvangt het ministerie van BZK circa € 2,3 mln. aan middelen vanuit de ministeries van Infrastructuur & Waterstaat, Financiën en Defensie voor het project Vernieuwing Rijksportaal.

Personele inzet crisisopvang

Ten behoeve van de personele inzet voor de crisisopvang van asielzoekers is per tweede incidentele suppletoire begroting 2022 € 33,1 mln. toegevoegd (Kamerstukken II 2021/22, 36177 VII, nr. 1). Aangezien deze middelen in 2022 niet volledig tot uitputting komen, schuift het uitgavenbudegt van € 30,5 mln. voor de personele inzet crisisopvang door naar 2023. Deze middelen komen dit jaar niet tot besteding en zullen bij 1e suppletoire begroting 2023 weer worden opgeboekt.

3.8 Artikel 9. Uitvoering Rijksvastgoedbeleid

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 137.948 159.361 5.798 5.600 170.759
Uitgaven 137.948 159.361 5.798 5.600 170.759
9.1 Doelmatige Rijkshuisvesting 71.011 90.105 3.056 5.600 98.761
Bijdrage aan agentschappen
RVB (Bijdrage voor huisvesting Hoge Colleges van Staat) 41.641 41.036 1.824 9.600 52.460
RVB (Bijdrage voor huisvesting Koninklijk Huis) 16.394 16.394 736 0 17.130
RVB (Bijdrage voor monumenten) 2.958 2.958 119 0 3.077
RVB (Bijdrage voor rijkshuisvesting) 6.230 6.629 213 0 6.842
RVB (Bijdrage voor huisvesting Ministerie van AZ) 3.788 23.088 164 ‒ 4.000 19.252
9.2 Beheer materiële activa 66.937 69.256 2.742 0 71.998
Bijdrage aan agentschappen
RVB 12.396 12.660 511 0 13.171
RVB (Onderhoud en beheerkosten) 4.874 4.829 201 0 5.030
RVB (Zakelijke lasten) 49.667 51.767 2.030 0 53.797
Ontvangsten 120.282 113.721 7.489 51.519 172.729
  1. Inclusief de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 1), de Nota van Wijziging op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 50), de amendementen op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 12; Kamerstukken II 2021/22,, 35925 VII, nr. 52) en de eerste incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36018 VII, nr. 1).
  2. Inclusief de nota van wijziging op de eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36120 VII, nr. 3), de tweede incidentele suppletoire begroting inzake personele inzet voor crisisopvang en de derde incidentele suppletoire begroting inzake huisvestingspakket migratiecrisis.

Toelichting

Van het totale uitgavenbudget op artikel 9 is 97,5% juridisch verplicht.

Mutaties Miljoenennota

Uitgaven

9.1 Doelmatige Rijkshuisvesting

Bijdrage aan agentschappen

RVB (Bijdrage voor huisvesting Hoge Colleges van Staat)

Dit betreft de verdeling van de loon- en prijsbijstelling tranche 2022.

9.2 Beheer materiële activa

Bijdrage aan agentschappen

RVB (Zakelijke lasten)

Dit betreft de verdeling van de prijsbijstelling tranche 2022.

Ontvangsten

Dit betreft de definitieve afrekening van de bevoorschotting in 2021 aan het Rijksvastgoedbedrijf. Het gaat hier om de meerontvangsten uit de verkoop van bodemmaterialen.

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2022

9.1 Doelmatige Rijkshuisvesting

Bijdrage aan agentschappen

RVB (Bijdrage voor huisvesting Hoge Colleges van Staat)

Dit betreffen onvoorziene kosten voor de renovatie van het Binnenhofcomplex. De onverwachte tussenliggende periode waarin de gebruikers niet aanwezig zijn op het Binnenhofcomplex en de aannemers het complex nog niet in beheer kunnen nemen is hier de oorzaak van. Dit resulteert in beveiliging- en leegstandskosten die gegeven hun aard niet activeerbaar zijn bij het RVB en geen onderdeel vormen van het reguliere investeringsbudget bij huisvestingsprojecten. De kosten worden conform de reguliere systematiek direct afgerekend met de opdrachtgever.

RVB (Bijdrage voor huisvesting Ministerie van AZ)

Dit betreft een reallocatie van circa € 4 mln. naar het instrument RVB (bijdrage voor huisvesting Hoge Colleges van Staat). Vanwege de latere oplevering van de te nemen maatregelen voor het langer verblijf van het ministerie van AZ op het Binnenhof worden dit jaar minder kosten gemaakt.

9.2 Beheer materiele activa

Bijdrage aan agentschappen

RVB (Onderhoud en beheerkosten)

Dit betreft een saldo van twee mutaties. Ten eerste betreft dit een overdracht aan de begroting van Economische Zaken en Klimaat (XIII) van circa € 1 mln. ten behoeve van het Windmolenpark Zeewolde. Daarnaast betreft dit een desaldering van de meeropbrengsten van de ingebruikgeving.

Ontvangsten

Dit betreft circa € 45 mln. aan meerontvangsten doordat de veiling van benzinestations langs Rijkswegen meer hebben opgebracht dan geraamd. Daarnaast omvat dit circa € 5,2 mln. aan meerontvangsten voor bodemmaterialen. Tot slot omvat dit circa € 1 mln. aan meeropbrengsten uit de ingebruikgeving voor de desaldering.

3.9 Artikel 10. Groningen versterken en perspectief

Budgettaire gevolgen van beleid

Verplichtingen 1.520.108 0 0 0 0
Uitgaven 1.520.108 0 0 0 0
Subsidies (regelingen)
Woonbedrijf 3.028 0 0 0 0
Diverse subsidies 650 0 0 0 0
Bestuursakkoord 569.800 0 0 0 0
Industrie 839 0 0 0 0
Opdrachten
Werk- en onderzoeksbudget 11.564 0 0 0 0
Versterkingsoperatie 738.334 0 0 0 0
Bestuursakkoord 17.500 0 0 0 0
Industrie 213 0 0 0 0
Inkomensoverdrachten
Tegemoetkoming aan huurders 63 0 0 0 0
Bijdrage aan medeoverheden
Nationaal Programma Groningen 25.000 0 0 0 0
Compensatie gemeenten en provincie 15.195 0 0 0 0
Bestuursakkoord 137.922 0 0 0 0
Ontvangsten 490.000 0 0 0 0
  1. Inclusief de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 1), de Nota van Wijziging op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 50), de amendementen op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 12; Kamerstukken II 2021/22,, 35925 VII, nr. 52) en de eerste incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36018 VII, nr. 1).
  2. Inclusief de nota van wijziging op de eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36120 VII, nr. 3), de tweede incidentele suppletoire begroting inzake personele inzet voor crisisopvang en de derde incidentele suppletoire begroting inzake huisvestingspakket migratiecrisis.

Toelichting

De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties is met ingang van het kabinet Rutte IV niet meer verantwoordelijk voor beleid van dit artikel. Dit artikel is herverkaveld naar de begroting van Economische Zaken en Klimaat.

4 Niet-beleidsartikelen

4.1 Artikel 11. Centraal apparaat

Verplichtingen 584.253 593.568 43.034 11.518 648.120
Uitgaven 584.253 593.568 43.679 11.518 648.765
Personele uitgaven
Eigen personeel 302.162 258.634 19.697 ‒ 14.553 263.778
Inhuur externen 24.464 33.531 9.150 10.808 53.489
Overige personele uitgaven 11.520 4.586 1.150 ‒ 127 5.609
Materiële uitgaven
Bijdrage SSO's 232.915 271.201 12.761 8.981 292.943
ICT 489 8.204 491 5.508 14.203
Overige materiële uitgaven 12.703 17.162 428 13 17.603
Bijdrage aan agentschappen
Diverse bijdragen 0 250 2 888 1.140
Ontvangsten 89.293 90.034 ‒ 5.268 15.504 100.270
  1. Inclusief de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 1), de Nota van Wijziging op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 50), de amendementen op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 12; Kamerstukken II 2021/22,, 35925 VII, nr. 52) en de eerste incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36018 VII, nr. 1).
  2. Inclusief de nota van wijziging op de eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36120 VII, nr. 3), de tweede incidentele suppletoire begroting inzake personele inzet voor crisisopvang en de derde incidentele suppletoire begroting inzake huisvestingspakket migratiecrisis.

Toelichting

Miljoenennota mutaties

Uitgaven

Eigen personeel

In de eerste suppletoire begroting is de jaarlijkse desaldering voor Doc-Direkt uitgevoerd waarbij het budget voor de tariefgefinancierde dienstverlening van Doc-Direkt wordt gedesaldeerd met de ontvangsten voor deze dienstverlening. Abusievelijk zijn in deze mutatie ook de te ontvangen middelen verbetering informatiehuishouding (IHH) meegenomen. Dat was onjuist aangezien deze middelen met een budgetoverheveling worden overgeheveld. Derhalve wordt dat deel van de desaldering nu teruggedraaid (€- 4,3 mln.).

Daarnaast betreft dit een reallocatie van artikel 3 voor de uitvoering en capaciteitskosten van de middelen voor de regeling voor aandachtsgroepen (€ 1,5 mln.).

Verder betreft het loon- en prijsbijstelling tranche 2022.

Inhuur externen

Dit betreft een saldo van diverse mutaties. Naar aanleiding van de kabinetsreactie POK, zijn middelen beschikbaar gesteld voor het op orde brengen van de informatiehuishouding. In de ICBR van 19 april 2022 is de verdeling van de additionele budgetten vastgesteld. Doc-Direkt ontvangt conform de vastgestelde verdeling een additioneel budget voor 2022 (€ 6,4 mln.).

Daarnaast betreft dit een reallocatie van middelen om de organiatiekosten van de Regiodeals op het juiste instrument te verantwoorden (€ - 1,2 mln.).

Verder betreft het de loon- en prijsbijstelling tranche 2022.

Materiële uitgaven

Bijdrage SSO's

De afrekening P-Direkt vloeit voort uit de besluitvorming in de ICBR van 15 augustus 2017, waar de spelregel is afgesproken dat indien per departement het aantal te verzorgen personen meer dan 5% afwijkt van het aantal personen waarvoor budget is afgedragen er afgerekend zal worden met dat departement. Op grond van de telling van de individuele arbeidsrelaties (IAR's) is er voor dit jaar sprake van een afwijking van meer dan 5% (€ 2,4 mln.).

Verder betreft het de loon- en prijsbijstelling tranche 2022.

Overige materiële uitgaven

In de eerste suppletoire begroting is de jaarlijkse desaldering voor Doc-Direkt uitgevoerd waarbij het budget voor de tariefgefinancierde dienstverlening van Doc-Direkt wordt gedesaldeerd met de ontvangsten voor deze dienstverlening. Abusievelijk zijn in deze mutatie ook de te ontvangen middelen verbetering informatiehuishouding (IHH) meegenomen. Dat was onjuist aangezien deze middelen met een budgetoverheveling worden overgeheveld. Derhalve wordt dat deel van de desaldering nu teruggedraaid (€- 1,9 mln ).

Verder betreft loon- en prijsbijstelling tranche 2022.

Ontvangsten

Tarief gefinancierde dienstverlening Doc-Direkt

In de 1e suppletoire begroting is de jaarlijkse desaldering voor Doc-Direkt uitgevoerd waarbij het budget voor de tariefgefinancierde dienstverlening van Doc-Direkt wordt gedesaldeerd met de ontvangsten voor deze dienstverlening. Abusievelijk zijn in deze mutatie ook de te ontvangen middelen verbetering informatiehuishouding (IHH) meegenomen. Dat was onjuist aangezien deze middelen met een budgetoverheveling worden overgeheveld. Derhalve wordt dat deel van de desaldering nu teruggedraaid (€-6,2 mln.).

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2022

Personele uitgaven

Eigen personeel

Dit betreft diverse mutaties. Zo worden middelen overgeheveld naar begroting van Hoge Colleges van Staat (IIA) in verband met aanschaffing van een gouveneurswoning/kantoorpand (€ 6 mln.). Ook worden middelen overgeheveld naar de begroting van Koninkrijksrelaties (IV) in verband met de personele kosten van het Caribisch orgaan voor hervorming en ontwikkeling (COHO) (€ 3,1 mln.).

Daarnaast betreft dit diverse reallocaties binnen de begroting van het ministerie van BZK (VII) om uitgaven op het juiste artikel en/of de juiste regeling te kunnen verantwoorden. Zo worden middelen gerealloceerd in het kader van het inhuur externen (€ 7,8 mln.) en voor onvoorziene kosten van renovatie Binnenhofcomplex (€ 4,6 mln. naar artikel 9). De onverwachte tussenliggende periode waarin zowel de gebruikers als de aannemers niet aanwezig zijn op het Binnenhofcomplex is hier de oorzaak van. Dit resulteert in beveiliging- en leegstandskosten die gegeven hun aard niet activeerbaar zijn bij het RVB en geen onderdeel vormen van het reguliere investeringsbudget bij huisvestingsprojecten. De kosten worden conform de reguliere systematiek direct afgerekend met de opdrachtgever. Daarnaast omvat dit een teruggave van € 3,5 mln. aan het Algemene Beeld en een bijdrage van BZK aan de crisisnoodopvang (€ 2,8 mln. naar beleidsartikel 13).

Inhuur externen

Dit betreft reallocaties binnen dit artikel (€ 7,8 mln. zie toelichting op eigen personeel) om uitgaven op het juiste regeling te kunnen verantwoorden. Daarnaast wordt een additionele bijdrage aan Doc-Direkt verstrekt voor het rijksbreed inzetten van I-trainees (€ 2,6 mln.).

Materiële uitgaven

Bijdrage SSO's

Dit betreft diverse desalderingen, namelijk met betrekking tot dienstverleningsovereenkomsten (DVA's) van SSO's (een aanvulling op de raming van de kosten van de dienstverlening van de baten-lastenagentschappen die via het kerndepartement lopen) en de vloerploblematiek (teruggestorte huurkosten als gevolg van de vloerenproblematiek ter compensatie van de vermindering van het effectief bruto vloeroppervlakte (BVO)).

Tenslotte betreft dit bijdragen van andere departementen voor de dienstverlening van FMH.

ICT

Dit betreft een additionele bijdrage aan Doc-Direkt voor het rijksbreed inzetten van I-trainees (€ 3,1 mln.).

Ontvangsten

Dit betreft het tarief gefinancierde deel van Doc-Direkt (€ 5,3 mln.); de aanvulling op de raming van de kosten DVA's (€ 2,4 mln.), de vloerproblematiek (€ 1,7 mln.) en diverse detacheringen (€ 1,4 mln.).

4.2 Artikel 12. Algemeen

Verplichtingen 11.560 45.808 4.497 ‒ 4.581 45.724
Uitgaven 171.560 205.808 4.635 ‒ 164.581 45.862
Subsidies (regelingen)
Diverse subsidies 1.041 1.112 47 64 1.223
Koninklijk Paleis Amsterdam 53 53 2 0 55
Opdrachten
(Inter)nationale samenwerking 417 214 0 ‒ 72 142
Diverse opdrachten 321 321 ‒ 26 ‒ 55 240
Bijdrage aan ZBO's/RWT's
Diverse bijdragen 0 150 33 0 183
POK - BZK transparant 0 0 0 100 100
Bijdrage aan medeoverheden
Kwijtschelden publieke schulden 160.000 160.000 4.579 ‒ 164.579 0
Verzameluitkeringen 0 0 0 48 48
Bijdrage aan agentschappen
Eigenaarsbijdrage 0 5.500 0 0 5.500
POK - BZK transparant 0 1.257 0 ‒ 163 1.094
Diverse bijdragen 0 0 0 55 55
Bijdrage aan (andere) begrotingshoofdstukken
Financiën (IXB) 9.728 37.201 0 21 37.222
Ontvangsten 0 34.174 0 21 34.195
  1. Inclusief de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 1), de Nota van Wijziging op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 50), de amendementen op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 12; Kamerstukken II 2021/22,, 35925 VII, nr. 52) en de eerste incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36018 VII, nr. 1).
  2. Inclusief de nota van wijziging op de eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36120 VII, nr. 3), de tweede incidentele suppletoire begroting inzake personele inzet voor crisisopvang en de derde incidentele suppletoire begroting inzake huisvestingspakket migratiecrisis.

Toelichting

Uitgaven

Mutaties Miljoenennota

Bijdrage aan medeoverheden

Kwijtschelden publieke schulden

Dit betreft de toedeling van de prijsbijstelling tranche 2022.

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2022

Uitgaven

Bijdrage aan medeoverheden

Kwijtschelden publieke schulden

Dit betreft een correctie op ontvangen LPO-uitkering op het budget voor kwijtschelden van de publieke schulden (€ -4,6 mln.).

Verder betreft dit een correctie van € 160 mln. Met medeoverheden is afgesproken dat compensatie van de uitgaven en de derving van inkomsten plaats vindt op basis van nacalculatie (werkelijke kosten). Omdat op dit moment volgens de voorwaarden nog niet kan worden overgegaan tot betaling, komt het beschikbare budget van € 160 mln. in 2022 niet tot uitputting en worden deze middelen volgens afspraak generaal teruggeboekt. In de 1e suppletoire begroting 2023 worden deze middelen weer opgeboekt.

4.3 Artikel 13. Nog onverdeeld

Verplichtingen 0 132.269 ‒ 165.369 33.100 0
Uitgaven 0 132.269 ‒ 165.369 33.100 0
Nog te verdelen
Loonbijstelling 0 30.944 ‒ 30.944 0 0
Prijsbijstelling 0 134.425 ‒ 134.425 0 0
Onvoorzien 0 ‒ 33.100 0 33.100 0
Ontvangsten 0 0 0 0 0
  1. Inclusief de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 1), de Nota van Wijziging op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 50), de amendementen op de ontwerpbegroting (Kamerstukken II 2021/22, 35925 VII, nr. 12; Kamerstukken II 2021/22,, 35925 VII, nr. 52) en de eerste incidentele suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36018 VII, nr. 1).
  2. Inclusief de nota van wijziging op de eerste suppletoire begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36120 VII, nr. 3), de tweede incidentele suppletoire begroting inzake personele inzet voor crisisopvang en de derde incidentele suppletoire begroting inzake huisvestingspakket migratiecrisis.

Toelichting

Mutaties Miljoenennota

Uitgaven

Nog te verdelen

Loonbijstelling

Dit betreft met name de loonbijstelling overboeking voor Groningen en Versterken (artikel 10) naar het Minsterie van EZK in verband met de herverkaveling. Verder betreft het de verdeling van de loonbijstelling tranche 2022.

Prijsbijstelling

Dit betreft met name de prijsbijstelling overboeking voor Groningen en Versterken (artikel 10) naar het Minsterie van EZK in verband met de herverkaveling. Verder betreft het de verdeling van de prijsbijstelling tranche 2022.

Overige mutaties 2e suppletoire begroting 2022

Onvoorzien

Ten behoeve van de personele inzet voor de crisisopvang van asielzoekers is per tweede incidentele suppletoire begroting 2022 € 33,1 mln. toegevoegd aan de begroting (Kamerstukken II 2021/22, 36177 VII, nr. 1). Het kabinet heeft besloten dat de middelen hiervoor middels een verdeelsleutel worden opgehaald bij alle departementen. In totaal is € 30,3 mln. overgeboekt van andere departementen naar de begroting van BZK. Het aandeel van het Ministerie van BZK van € 2,8 mln. is gerealloceerd vanaf artikel 11.

5 Agentschappen

5.1 Dienst van de Huurcommissie (DHC)

Baten
- Omzet 13.925 5.135 2.052 21.112
waarvan omzet moederdepartement 7.261 4.635 2.552 14.448
waarvan omzet overige departementen 0 0 0 0
waarvan omzet derden 6.664 500 ‒ 500 6.664
Rentebaten 0 0 0 0
Vrijval voorzieningen 0 0 0 0
Bijzondere baten 0 0 0 0
Totaal baten 13.925 5.135 2.052 21.112
Lasten
Apparaatskosten 14.394 4.633 591 19.618
- Personele kosten 11.376 3.374 481 15.231
waarvan eigen personeel 7.762 1.038 481 9.281
waarvan inhuur externen 2.958 2.442 0 5.400
waarvan overige personele kosten 656 ‒ 106 0 550
- Materiële kosten 3.018 1.259 110 4.387
waarvan apparaat ICT 960 1.070 110 2.140
waarvan bijdrage aan SSO's 0 0 0 0
waarvan overige materiële kosten 2.058 189 0 2.247
Rentelasten 0 0 0 0
Afschrijvingskosten 18 15 68 101
- Materieel 18 15 68 101
waarvan apparaat ICT 18 15 60 93
waarvan overige materiële afschrijvingskosten 0 0 8 8
- Immaterieel 0 0 0 0
Overige lasten 560 ‒ 560 0 0
waarvan dotaties voorzieningen 0 0 0 0
waarvan bijzondere lasten 560 ‒ 560 0 0
Totaal lasten 14.972 4.088 659 19.719
Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening ‒ 1.047 1.047 1.393 1.393
Agentschapsdeel Vpb-lasten 0 0 0 0
Saldo van baten en lasten ‒ 1.047 1.047 1.393 1.393

Toelichting

Baten

Omzet

Omzet moederdepartement

In de omzet moederdepartement zijn de loon- en prijsbijstelling (LPO) en de additionele middelen die voortkomen uit het Rijksbrede traject Werken aan Uitvoering (WaU) opgenomen. Met deze middelen worden verdere stappen gezet om de dienstverlening van de Huurcommissie te verbeteren gericht op het doenvermogen van de burger. Via onder andere het klantportaal in het nieuwe ICT systeem en de vormgeving van het klantcontactcentrum wordt meer nabijheid bewerkstelligd.

Omzet derden

De legesinkomsten blijven achter op de raming voor 2022, de verwachting is dat deze € 0,5 mln lager uitkomen. Dit komt door een lager aantal geraamde geschillen en in de raming was onvoldoende rekening gehouden met legesvrijstellingen.

Lasten

Apparaatskosten

Eigen personeel

De continue werving van medewerkers komt op stoom en dit leidt tot hogere kosten in het uitvoeringsjaar. Uitbreiding van het personeelsbestand is wenselijk om de afhankelijkheid van externen te verminderen en de organisatie voor te bereiden op een verwachte hogere instroom van zaken in het nieuwe jaar als gevolg van de macro-economische situatie.

Materiële kosten

Apparaat ICT

Door de middelen vrijgekomen uit de WaU is het mogelijk geworden een hoger aantal sprints uit te voeren in de bouw van het nieuwe zaaksysteem. De ICT kosten komen hierdoor hoger uit dan begroot.

Afschrijvingskosten

Materieel

De afschrijvingen zijn aangepast aan de werkelijk verwachte afschrijvingen over 2022.

Saldo van baten en lasten

Door de extra te ontvangen baten vanuit het programma WaU vallen andere middelen vrij die zorgen voor een positief saldo van circa € 1,4 mln.

1. Rekening courant RHB 1 januari +  depositorekeningen 343 2.161 0 2.504
Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+) 13.925 5.135 2.052 21.112
Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-) ‒ 14.954 ‒ 4.073 ‒ 591 ‒ 19.618
2. Totaal operationele kasstroom ‒ 1.029 1.062 1.461 1.494
Totaal investeringen (-/-) 0 0 ‒ 53 ‒ 53
Totaal boekwaarde desinvesteringen (+) 0 0 0 0
3. Totaal investeringskasstroom 0 0 ‒ 53 ‒ 53
Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-) 0 0 0 0
Eenmalige storting door moederdepartement (+) 1.029 ‒ 870 0 159
Aflossingen op leningen (-/-) 0 0 0 0
Beroep op leenfaciliteit (+) 0 0 0 0
4. Totaal financieringskasstroom 1.029 ‒ 870 0 159
5. Rekening courant RHB 31 december (=1+2+3+4) 343 2.353 1.408 4.104

Toelichting

Operationele kasstroom

Door de verhoogde bijdrage van het moederdepartement (LPO en WaU) neemt het saldo van de operationele kasstroom toe.

Financieringskasstroom

In 2022 zijn nieuwe ICT middelen aangeschaft met een hogere investeringsstroom tot gevolg.

5.2 Rijksvastgoedbedrijf (RVB)

Baten
- Omzet 1.309.531 0 ‒ 68.893 1.240.638
waarvan omzet moederdepartement 127.971 0 33.152 161.123
waarvan omzet overige departementen 1.047.460 0 ‒ 55.042 992.418
waarvan omzet derden 134.101 0 ‒ 47.004 87.097
Rentebaten 0 0 0
Vrijval voorzieningen 0 0 0
Bijzondere baten 73.045 0 8.883 81.928
Totaal baten 1.382.577 0 ‒ 60.011 1.322.566
0
Lasten 0
Apparaatskosten 320.641 0 11.704 332.345
- Personele kosten 242.954 0 18.792 261.746
waarvan eigen personeel 209.015 0 10.370 219.385
waarvan inhuur externen 33.939 0 8.422 42.361
waarvan overige personele kosten 0 0 0
- Materiële kosten 77.687 0 ‒ 7.088 70.599
waarvan apparaat ICT 21.425 0 ‒ 7.690 13.735
waarvan bijdrage aan SSO's 31.664 0 4.285 35.949
waarvan overige materiële kosten 24.598 0 ‒ 3.683 20.915
Rentelasten 90.987 0 ‒ 8.901 82.086
Afschrijvingskosten 406.088 0 ‒ 28.327 377.761
- Materieel 406.088 0 ‒ 28.327 377.761
waarvan apparaat ICT 0 0 0 0
waarvan overige materiële afschrijvingskosten 406.088 0 ‒ 28.327 377.761
- Immaterieel 0 0 0
Overige lasten 564.862 0 ‒ 34.488 530.374
waarvan dotaties voorzieningen 0 0 0
waarvan bijzondere lasten 564.862 0 ‒ 34.488 530.374
Totaal lasten 1.382.577 0 ‒ 60.011 1.322.566
Saldo van baten en lasten gewone bedrijfsuitoefening 0 0 0 0
Agentschapsdeel Vpb-lasten 0 0 0 0
Saldo van baten en lasten 0 0 0 0

Toelichting

Baten

Omzet

De totale omzet wordt naar verwachting lager doordat de oplevering van grote projecten doorschuift, waarvan het nieuwe RIVM/CBG pand het grootste is. Daarnaast vallen de verwachte opbrengsten van onroerend goed lager uit.

Bijzondere baten

De bijzondere baten nemen toe door hoger verwachte project- en nazorgresultaten, een btw suppletie en het ontvangen van een schadevergoeding.

Lasten

Apparaat

De apparaatskosten zullen toenemen door hogere salariskosten en kosten voor externe inhuur. De reden hiervoor is de verwerking van de CAO en een hogere toegestane bezetting.

Materiële kosten

De materiële kosten voor ICT dalen naar verwachting, als gevolg van lagere projectkosten en een verschuiving naar personele kosten.

Waarvan bijdrage aan SSO's

De bijdrage aan SSO’s is gestegen door onder andere een hogere bijdrage aan SSC-ICT vanwege een tariefstijging.

Afschrijvingskosten

De afschrijvingslasten vallen lager uit dan begroot door de latere opleveringen van een aantal projecten.

Overige lasten

De overige lasten zijn naar verwachting lager door lagere markthuren, DBFMO (Design, Built, Finance, Maintain en Operate) lasten, en kosten gerelateerd aan de ontwikkeling en verkoop van onroerend goed.

1. Rekening courant RHB 1 januari +  depositorekeningen 321.970 0 90.545 412.515
Totaal ontvangsten operationele kasstroom (+) 2.231.351 0 49.076 2.280.427
Totaal uitgaven operationele kasstroom (-/-) ‒ 1.898.309 0 ‒ 86.285 ‒ 1.984.594
2. Totaal operationele kasstroom 333.042 0 ‒ 37.209 295.833
Totaal investeringen (-/-) ‒ 739.000 0 ‒ 117.300 ‒ 856.300
Totaal boekwaarde desinvesteringen (+) 0 0 0 0
3. Totaal investeringskasstroom ‒ 739.000 0 ‒ 117.300 ‒ 856.300
Eenmalige uitkering aan moederdepartement (-/-) 0 0 ‒ 12.624 ‒ 12.624
Eenmalige storting door moederdepartement (+) 0 0 0 0
Aflossingen op leningen (-/-) ‒ 351.830 0 18.815 ‒ 333.015
Beroep op leenfaciliteit (+) 739.000 0 117.300 856.300
4. Totaal financieringskasstroom 387.170 0 123.491 510.661
5. Rekening courant RHB 31 december (=1+2+3+4) 303.182 0 59.527 362.709

Toelichting

De stand van de rekening courant RHB 1 januari 2022 is gebaseerd op het Jaarverslag BZK 2021.

Totaal ontvangsten operationele kasstroom

De mutatie onder de post totaal ontvangsten operationele kasstroom wordt enerzijds verklaard door een lagere omzet, anderzijds is er sprake van een toename van programmagelden van zowel BZK als Defensie.

Totale uitgaven operationele kasstroom

De totale uitgaven van de operationele kasstroom zijn toegenomen door hogere apparaatslasten en de toename van de programmagelden van BZK en Defensie.

Eenmalige uitkering aan moederdepartement

De eenmalige uitkering aan het moederdepartement is de afroming van het eigen vermogen van 2021 op basis van het Jaarverslag BZK 2021.