Uitvoering van de nader gewijzigde motie van de leden Mohandis en Westerveld over de maatschappelijke worteling en kwaliteit van de publieke omroep en omroepverenigingen blijven borgen (Kamerstuk 32827-269)
Toekomst mediabeleid
Brief regering
Nummer: 2022D48640, datum: 2022-11-18, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-32827-272).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: G. Uslu, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Onderdeel van kamerstukdossier 32827 -272 Toekomst mediabeleid.
Onderdeel van zaak 2022Z22549:
- Indiener: G. Uslu, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2022-11-22 16:00: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2022-11-28 11:00: Media (Wetgevingsoverleg), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2022-12-08 10:15: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2023-02-16 13:20: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 |
32 827 Toekomst mediabeleid
Nr. 272 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 18 november 2022
In het tweeminutendebat over de hoofdlijnenbrief media op 6 oktober 2022 (Handelingen II 2022/23, nr. 9, item 4) is de gewijzigde motie van de leden Mohandis en Westerveld ingediend1. De motie verzoekt het kabinet om het adviescollege te verzoeken dat, naast het formuleren van criteria, in brede zin onderzocht wordt op welke wijze en in welke vorm maatschappelijke worteling van de omroepverenigingen, kwaliteit van de publieke omroep, de externe pluriformiteit en het bijdragen aan de wettelijke taakopdracht in de toekomst het beste kunnen worden vormgegeven.
Nadat uw Kamer de motie heeft aangenomen (Handelingen II 2022/23, nr. 10, item 11), heb ik dit verzoek uiteraard overgebracht bij het adviescollege en aan hen gevraagd om deze motie mee te wegen in hun werkzaamheden en deze te verbreden conform hetgeen gesteld in de motie. Het adviescollege heeft mij laten weten dat in de kadernotitie die in december zal worden opgeleverd, in de geest van de motie uiteengezet wordt op welke manier uitvoering wordt gegeven aan elementen uit het in de motie geformuleerde verzoek.
De Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
G. Uslu
Kamerstuk 32 827, nr. 268.↩︎