Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over Meerjarenplan 2023-2026 en Jaarplan 2023 Nederlandse Arbeidsinspectie (Kamerstuk 25883-447)
Arbeidsomstandigheden
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2022D54108, datum: 2022-12-14, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2022D54108).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: T. Kuzu, voorzitter van de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Ooit DENK kamerlid)
- Mede ondertekenaar: E.E. van den Broek, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2022Z23244:
- Indiener: C.E.G. van Gennip, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2022-11-29 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2022-12-13 16:30: Procedures en brieven commissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2022-12-14 14:00: Meerjarenplan 2023-2026 en Jaarplan 2023 Nederlandse Arbeidsinspectie (25883-447) (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2023-02-21 16:30: Procedures en brieven commissie Sociale Zaken en Werkgelegenheid (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2023-05-24 18:30: Arbeidsmigratie (Commissiedebat), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2023-06-01 14:09: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-06-15 14:00: Gezond en veilig werken (Commissiedebat), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- 2023-09-05 16:30: Extra procedurevergadering commissie SZW (groslijst controversieel verklaren) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid
Preview document (🔗 origineel)
2022D54108 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
In de vaste commissie voor Sociale Zaken en Werkgelegenheid bestond bij enkele fracties de behoefte een aantal vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid over de op 25 november 2022 ontvangen brief inzake «Meerjarenplan 2023–2026 en Jaarplan 2023 Nederlandse Arbeidsinspectie (Kamerstuk 25 883, nr. 447)».
De voorzitter van de commissie,
Kuzu
De adjunct-griffier van de commissie,
Van den Broek
Inhoudsopgave | blz. | |
I | Vragen en opmerkingen vanuit de fracties | 2 |
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie | 2 | |
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie | 3 | |
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie | 4 | |
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie | 5 | |
Vragen en opmerkingen van de leden van de PvdA-fractie en de leden van de GroenLinks-fractie | 6 | |
Vragen en opmerkingen van de leden van de ChristenUnie-fractie | 7 | |
II | Antwoord/Reactie van de Minister | 7 |
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben met interesse kennisgenomen van het meerjarenplan 2023–2026 en het jaarplan 2023 van de Nederlandse Arbeidsinspectie en hebben hier nog enkele vragen over.
De leden van de VVD-fractie constateren dat in 2022 de capaciteitsuitbreiding waarmee gestart is na afspraken in het regeerakkoord 2017 is afgerond. De leden van de VVD-fractie vragen de Minister welke meetbare effecten deze capaciteitsuitbreiding heeft opgeleverd.
De leden van de VVD-fractie constateren dat in 2022 herhaaldelijk is voorgekomen dat er bij toonaangevende Nederlandse bedrijven, zoals PostNL en bij Schiphol, structurele tekortkomingen via de pers naar boven kwamen. Uit deze artikelen bleek dat de Nederlandse Arbeidsinspectie (de Arbeidsinspectie) tekortschoot in haar inspecties waardoor de slechte omstandigheden niet tijdig zijn opgemerkt. De leden van de VVD-fractie zouden dan ook willen weten hoe hier in de toekomst verbetering op aangebracht gaat worden aangezien deze leden hier niets over hebben gelezen in de aangeboden jaarplannen.
De leden van de VVD-fractie constateren dat het blijkt dat inspecties bij Besluit risico's zware ongevallen (Brzo-)bedrijven vaak succesvoller zijn als er in combinatie met andere instanties zoals gemeenten, de belastingdienst en het Openbaar Ministerie wordt gecontroleerd. De leden van de VVD-fractie vragen dan ook op welke wijze deze succesvolle methode ook kan worden toegepast bij andere inspecties zoals bij «Aanvullende risico-inventarisatie en -evaluatie (Arie)» bedrijven en controles op bedrijventerreinen.
Verder lezen de leden van de VVD-fractie in het Jaarplan dat er capaciteitsuitbreiding beschikbaar komt voor de aanpassing en wijziging van artikel 273f van het Wetboek van Strafrecht. Kan de Minister een tijdspad schetsen van hoe dit wijzigingstraject zal verlopen en wanneer deze kan worden afgerond?
Daarnaast constateren de leden van de VVD-fractie dat de Arbeidsinspectie duidelijk heeft aangegeven dat de grens met uitzendbureaus bereikt is op het gebied van arbeidsuitbuiting. Hoeveel boetes, stilleggingen en strafrechtelijke vervolgingen hebben in 2022 plaats gevonden? Hoe verhoudt zich dit tot eerdere jaren, en wat verklaart de verschillen en/of overeenkomsten tussen de jaren? Hoe gaat de Arbeidsinspectie in 2023 aan het werk om hierin een gedragsverandering tot stand te brengen?
De leden van de VVD-fractie zouden graag van de Minister horen of en zo ja op welke wijze zij bekend is met beperkingen en belemmeringen op juridisch en strafrechtelijk vlak die inspecteurs ondervinden om op te treden tegen arbeidsuitbuiting en eerlijk werk. Welke knelpunten en welke verbeterpunten heeft de Minister hiertoe in beeld, en is zij bereid hier structureel op te monitoren?
De leden van de VVD-fractie constateren dat gezond en veilig werken belangrijk is en de Arbeidsinspectie ziet hierop toe. Maar de leden van de VVD-fractie zouden graag weten op welke wijze de Arbeidsinspectie haar eigen medewerkers/inspecteurs beschermt in het gezond en veilig werken, intimidaties, belangenverstrengeling en blootstelling tijdens inspecties op locaties.
De leden van de VVD-fractie constateren dat bij het programma blootstelling gevaarlijke stoffen het gevolg van die blootstelling pas jaren later te constateren is, de Arbeidsinspectie geeft aan met diverse acties hierop te willen acteren. Is juist aan de voorkant bij het MBO onderwijs, bedrijfsopleidingen en daarna bij het leven lang ontwikkelen niet de grootste kans om gedrag en uitvoering structureel te veranderen? En zo ja, hoe acteert de Arbeidsinspectie hierop?
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben met interesse kennisgenomen van de voorliggende stukken. Deze leden hebben hierover nog enkele vragen.
De leden van de D66-fractie vragen de Minister om toe te lichten welk tijdspad zij voor zich ziet voor de modernisering van het mensenhandenartikel 273f uit het Wetboek van Strafrecht.
De leden van de D66-fractie delen de zorg van de Arbeidsinspectie dat de wervingsopgave groot is. Deze leden vragen de Minister nader toe te lichten op welke aspecten zij in wil zetten om de uitstroom van medewerkers te beperken en om de nieuwe collega’s goed te ontvangen en in te werken.
De leden van de D66-fractie onderschrijven het belang van de samenwerking in de handhavingsketen. Deze leden vragen waarom in deze keten geen zorginstanties zijn betrokken om bijvoorbeeld nazorg te leveren na een inspectie. Ook vragen zij de Minister om nader in te gaan op samenwerking met gemeenten en de uitdagingen die zij al dan niet ziet in het samenwerken met kleine(re) gemeenten.
De leden van de D66-fractie zien ook het belang van internationale samenwerking om internationale handhaving te organiseren. Deze leden vragen de Minister of zij hier tegen beperkingen in wet- en regelgeving aanloopt, bijvoorbeeld rondom de gegevensdeling of omdat het beleid in verschillende landen dermate van elkaar verschilt dat effectieve handhaving verhinderd wordt.
De leden van de D66-fractie onderschrijven het belang van de geïntensiveerde inzet van de Arbeidsinspectie op het gebied van arbeids(markt)discriminatie. In het deelrapport «Arbeidsmarkt» bij het parlementair onderzoek naar de mogelijkheden van de wetgever om discriminatie tegen te gaan (van de Eerste Kamer) constateert de parlementaire onderzoekscommissie effectiviteit antidiscriminatiewetgeving (POC): «De Nederlandse Arbeidsinspectie lijkt, gelet op het geringe aantal tekortkomingen bij herhaalde inspecties, haar educatieve rol goed te vervullen.» Toch constateert de POC ook dat er op het gebied van discriminatieregelgeving gebrekkige naleving is bij werkgevers die moet worden gezien «tegen het licht van de beperkte inspectiecapaciteit in combinatie met een terughoudend sanctieregime.» De huidige regelgeving én handhaving zouden nog onvoldoende een afschrikwekkend effect hebben. Kan de Minister reageren op de bevindingen uit het POC-rapport met betrekking tot de rol van de Arbeidsinspectie? In hoeverre zijn deze zorgen al meegenomen in het Actieplan Arbeidsmarktdiscriminatie 2023–2026 en waar zou de strategie op basis van deze bevindingen nog moeten worden bijgesteld?
Vragen en opmerkingen van de leden van de CDA-fractie
De leden van de CDA-fractie maken graag gebruik van de mogelijkheid tot het leveren van een schriftelijke inbreng op het Meerjarenplan 2023–2026 en Jaarplan 2023 Nederlandse Arbeidsinspectie (25 883, nr. 447).
De leden van de CDA-fractie lezen dat naast de gerealiseerde uitbreiding van formatie binnen de Arbeidsinspectie ook de komende jaren ingezet wordt op uitbreiding van taken en formatie. Is hiervoor voldoende personeel beschikbaar? Worden de genoemde formatie-aantallen gehaald? Zo nee, kunnen dan de adviezen van onder andere het Aanjaagteam bescherming arbeidsmigranten wel (volledig) worden opgevolgd?
De leden van de CDA-fractie constateren dat sinds mei 2022 de circa 10.000 meldingen en verzoeken die de Arbeidsinspectie jaarlijks krijgt van burgers, werknemers en werkgevers en die ze registreren, triëren en opvolgen worden gedaan vanuit een centraal Meld- en InformatieCentrum met follow up in teams in tien regio’s. Kan aangegeven worden wat de eerste bevindingen zijn van deze nieuwe werkwijze? Wat merken de burgers, werknemers en werkgevers hiervan?
De leden van de CDA-fractie lezen in het Meerjarenplan Nederlandse Arbeidsinspectie 2023–2026 dat de uitkomst van de uitgevoerde risico- en omgevingsanalyses een behoorlijke mate van continuïteit aangeeft in het beeld van de risico’s. De risico’s die in de meerjarenperiode 2019–2022 prioritair waren, blijven dat in de komende periode. Kan aangegeven worden welke acties er zijn ondernomen om deze risico’s in de vorige meerjarenperiode en in de aankomende periode aan te pakken?
De leden van de CDA-fractie vinden het mooi dat drempels voor bedrijfsartsen met betrekking tot consulteren/betrekken van de Arbeidsinspectie worden verlaagd of verkend wordt hoe deze verlaagd kunnen worden. Daarbij wordt concreet genoemd gesprek met de beroepsvereniging voor bedrijfsartsen inzake gevaarlijke stoffen. Deze leden zijn daar blij mee en vinden dat een mooi initiatief. Vraag daarbij is of dit gesprek niet breder is dan enkel gevaarlijke stoffen, mede gelet mede de aanleiding de historie die er was op Schiphol bekend van zwaar werk waar een en ander niet op orde was (is)?
De leden van de CDA-fractie vragen of de Arbeidsinspectie ook controleert op toegang tot de werkvloer voor vakbonden. Of heeft dit een signaalfunctie?
De leden van de CDA-fractie lezen in het Meerjarenplan dat vanwege de internationale instabiliteit en economische onzekerheid het nog onduidelijk is hoe lang de bestaande krapte op de arbeidsmarkt aanhoudt. Een deel van de werkgevers ziet arbeidsmigratie als een oplossing voor de krapte. Sommige groepen arbeidsmigranten zijn kwetsbaar voor onderbetaling, onveilig en ongezond werk en arbeidsuitbuiting. De kwetsbaarheid van deze groepen werd benadrukt door vele meldingen hierover die de Arbeidsinspectie tijdens de coronacrisis ontving. Ziet de Arbeidsinspectie dat werkgevers meer gebruik maken van arbeidsmigranten en signaleert zij hierdoor meer onderbetaling, onveilig en ongezond werk of arbeidsuitbuiting? Is dat terug te zien in bepaalde sectoren?
De leden van de CDA-fractie constateren dat de economie en de arbeidsmarkt steeds meer Europees zijn. De komende (tientallen) jaren levert dit juridische en institutionele vragen op, die dan ook op Europees niveau om oplossingen vragen. Aan welke vragen denkt de Arbeidsinspectie en de Minister? Zijn er vanuit Nederlands perspectief al oplossingsrichtingen bedacht/geformuleerd? Zo ja, welke?
In het Jaarplan 2023 lezen de leden van de CDA-fractie dat de media-analyse om signalen op te vangen en waar nodig die in de vorm van signalen aan beleidsmakers en de Tweede Kamer te melden wordt geïntensiveerd. Hierin past volgens de Arbeidsinspectie ook de verdere ontwikkeling van de reflectieve functie van toezicht. Deze is in 2021 onder meer versterkt door te kiezen voor een nieuwe opzet van het jaarverslag en de agendering van het onderwerp arbeidsmigratie. Is hiervan het interview met de inspecteur-generaal waarin wordt aangegeven «Nederland kan meer arbeidsmigranten niet aan» een voorbeeld? Hoe kijkt de Minister hierop terug?
De Arbeidsinspectie kiest voor haar inzet sectoren, informatie gestuurd en risico gericht; kan dit nog iets nader worden geduid hoe dit werkt? Welke rol spelen meldingen bijvoorbeeld een rol, of media berichten of door de politiek genoemde sectoren?
Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie
De leden van de SP-fractie hebben kennisgenomen van de voorliggende stukken. Deze leden hebben nog enkele vragen.
De leden van de SP-fractie constateren dat er meermaals is gebleken dat veel bedrijven nog geen Risico Inventarisatie en Evaluatie (RI&E) hebben. Deze leden lezen in het jaarplan 2023 van de Arbeidsinspectie dat hierop gecontroleerd gaat worden. Kan het kabinet aangeven naar welke doelen de Arbeidsinspectie hierbij streeft? Op welke manieren wil de Arbeidsinspectie ervoor zorgen dat het aantal bedrijven met een RI&E toeneemt? Met hoeveel is het aantal bedrijven zonder RI&E aan het einde van 2023 wat de Arbeidsinspectie betreft afgenomen?
De leden van de SP-fractie vragen of het kabinet kan ingaan op de plannen van de Arbeidsinspectie omtrent arbeidsmigranten. Kan er worden uitgelegd welke stappen de Arbeidsinspectie in 2023 wil zetten om arbeidsmigranten beter te beschermen tegen uitbuiting? Welke doelen stelt de Arbeidsinspectie zichzelf als het gaat om handhaving van de arbeidsomstandigheden van arbeidsmigranten. Op welke sectoren wordt er door de Arbeidsinspectie gefocust, en op welke gebieden? Wordt er bijvoorbeeld meer gekeken naar woon- en werkomstandigheden, of meer naar werken met gevaarlijke stoffen? Onlangs bleek dat 1 op de 7 uitzendbureaus naar verwachting de wet overtreden. Deze leden lezen dat de Arbeidsinspectie hierop in wil zetten, maar missen een beschrijving van de maatregelen die de Arbeidsinspectie wil inzetten om hier strenger op te handhaven. Kan deze alsnog worden gegeven? Welke doelen stelt de Arbeidsinspectie zichzelf als het gaat om het handhaven bij malafide uitzendbureaus? Hoeveel malafide uitzendbureaus zijn er wat de Arbeidsinspectie betreft in 2023 uit de markt gehaald?
De leden van de SP-fractie hebben ook een aantal vragen omtrent arbeidsongevallen en taal. Heeft de Arbeidsinspectie er zicht op hoeveel arbeidsongevallen plaatsvinden vanwege een taalkundige miscommunicatie op de werkvloer? Zo ja, kan hier een overzicht van worden gegeven per sector per jaar? Kan er een uitsplitsing worden gegeven tussen gereglementeerde beroepen met een taaleis, en de beroepen die dan niet hebben? Zo nee, waarom houdt de Arbeidsinspectie dat niet bij? Kan het kabinet toezeggen dat de Arbeidsinspectie dit in 2023 zal bijhouden en hier half 2023 een tussentijdse rapportage over geeft?
De leden van de SP-fractie lezen in het jaarplan ook dat de Arbeidsinspectie van plan is om inzichtelijk te maken welke schijnconstructies er worden gebruikt. Kan het kabinet daarover naar aanleiding van het onderzoek van de Arbeidsinspectie verslag doen naar de Kamer?
De leden van de SP-fractie vragen welke lessen de Arbeidsinspectie uit de Monitor Arbeidsongevallen 2021 trekt. Welke analyses heeft de Arbeidsinspectie naar aanleiding van die monitor gemaakt, die we nu teruglezen in het jaarplan? Welke sectoren worden daardoor extra in de gaten gehouden? Welke vormen van werk worden daardoor extra gecontroleerd?
Hoe gaat de Arbeidsinspectie bijvoorbeeld om met het feit dat uit de monitor blijkt dat slachtoffers van een arbeidsongeval vaak vallen in de jongste en oudste leeftijdsgroepen? En hoe gaat de Arbeidsinspectie ermee om dat 27% van de onderzochte ongevallen een uitzendkracht is?
De leden van de SP-fractie vragen ook welke plannen de Arbeidsinspectie heeft omtrent handhaving rondom (maaltijd)bezorging. Deze leden roepen het onderzoek van de Arbeidsinspectie van een jaar geleden graag in herinnering. Daaruit bleek dat veel maaltijdbezorgers gevaar lopen op de weg en in schijnconstructies moeten werken. Kan de Arbeidsinspectie aangeven hoe ze hier in 2023 op in willen zetten? Welke doelen verbindt de Arbeidsinspectie daaraan?
Vragen en opmerkingen van de leden van de PvdA-fractie en de leden van de GroenLinks-fractie
De leden van de PvdA-fractie en de leden van de GroenLinks-fractie hebben kennisgenomen van het Jaarplan 2023 en Meerjarenplan van de Arbeidsinspectie en hebben hierover enkele vragen.
De leden van de PvdA-fractie en de leden van de GroenLinks-fractie vragen hoe de Arbeidsinspectie voornemens is de mistanden omtrent arbeidsmigratie aan te pakken, hoe veel menskracht (in fte) en middelen hiervoor beschikbaar zijn en of dit voldoende is. Voorts vragen zij in welke sectoren de Arbeidsinspectie toegevoegde waarde ziet in intensivering van de aanpak. Deze leden vragen daarnaast of er nog andere aanknopingspunten zijn om de aanpak te verbeteren. Ook vragen deze leden hoe de Arbeidsinspectie kijkt naar de aanpak van mistanden in België en welke lessen kan zij daaruit kan trekken.
Vragen en opmerkingen van de leden van de ChristenUnie-fractie
De leden van de ChristenUnie-fractie hebben met interesse kennisgenomen van het Meerjarenplan Nederlandse Arbeidsinspectie 2023–2026 en het Jaarplan 2023 Nederlandse Arbeidsinspectie. Aangaande dit eerste stuk hebben deze leden nog één vraag.
De leden van de ChristenUnie-fractie vragen of de Arbeidsinspectie bij de keuzes voor projecten en subjecten op tactisch en operationeel niveau meenemen in welke sectoren en bedrijven veel mensen arbeidsongeschikt worden verklaard, zowel op psychisch als op lichamelijk vlak. Is er bij het toezicht op deze sectoren en bedrijven extra aandacht voor het achterhalen van de oorzaken van deze frequente arbeidsongeschiktheid en voor inzet om dit in de toekomst te verminderen?