Reactie op een vraag van het lid Teunissen, gesteld tijdens het debat over de Klimaat- en Energieverkenning en de Klimaatnota op 30 november 2022, over een reactie op het artikel “EU climate plan sacrifices carbon storage and biodiversity for bioenergy”
Kabinetsaanpak Klimaatbeleid
Brief regering
Nummer: 2022D56174, datum: 2022-12-22, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-32813-1164).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.A.A. Jetten, minister voor Klimaat en Energie (D66)
Onderdeel van kamerstukdossier 32813 -1164 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid.
Onderdeel van zaak 2022Z26062:
- Indiener: R.A.A. Jetten, minister voor Klimaat en Energie
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2023-01-17 15:05: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 |
32 813 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid
Nr. 1164 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR KLIMAAT EN ENERGIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 december 2022
Tijdens het debat over de Klimaat-en Energieverkenning en de Klimaatnota van 30 november jl. (Handelingen II 2022/23, nr. 29, debat over de Klimaat- en Energieverkenning en de Klimaatnota) heeft het lid Teunissen (PvdD) gevraagd om een reactie op het artikel «EU climate plan sacrifices carbon storage and biodiversity for bioenergy» van de website nature.com1. In het debat vroeg het lid Teunissen mij specifiek te reageren op de in het artikel beschreven mogelijk forse toename van de hoeveelheid boskap in Europa door het gebruik van houtige biomassa, en of ik in Europa op kan roepen om te stoppen met houtige biomassa. Met deze brief kom ik tegemoet aan dit verzoek.
In het artikel wordt betoogd dat volgens de modellen van de Europese Commissie het jaarlijkse gebruik van bio-energie tussen 2015 en 2050 meer dan zal verdubbelen, waarvoor jaarlijks een hoeveelheid biomassa nodig zou zijn die twee keer zo groot is als de huidige jaarlijkse houtoogst in Europa en dat er een risico bestaat op out-sourcing naar landen buiten de EU. Een kanttekening hierbij is dat in het model van de Europese Commissie2 waarnaar wordt verwezen alle vormen van biomassa worden meegenomen. De gemodelleerde verdubbeling wordt voornamelijk veroorzaakt door stijging van andere bronnen van biogrondstoffen (zoals bijvoorbeeld lignocellulose gras en afvalstromen), terwijl de gemodelleerde stijging van bosbiomassa beperkt is.
Tegelijkertijd staat buiten kijf dat de vraag naar biogrondstoffen toe zal nemen en ook toe zal moeten nemen om de klimaatdoelstellingen te realiseren. Deze hogere vraag kan een kwetsbaarheid worden voor het borgen van de duurzaamheid van biogrondstoffen. In lijn met het SER-advies Biomassa in Balans, wil het kabinet duurzame biogrondstoffen uiteindelijk zo beperkt en hoogwaardig mogelijk inzetten voor toepassingen waarvoor geen alternatieven voor beschikbaar zijn. Bijvoorbeeld in de chemie of in de bouw. Bij deze toepassingen kunnen duurzame biogrondstoffen onze afhankelijkheid van (geïmporteerde) primaire fossiele grondstoffen en minerale delfstoffen beëindigen. Om te borgen dat de inzet van biogrondstoffen verantwoord en zorgvuldig gebeurt, heeft het kabinet een integraal duurzaamheidskader gepresenteerd3. Daarnaast is het kabinet gestopt met het subsidiering van laagwaardige toepassingen.
Naast deze nationale aanpak zet ik me ook in Europa ervoor in om houtige biogrondstoffen zo beperkt en hoogwaardig mogelijk in te zetten. Tijdens de onderhandelingen over de RED III heeft Nederland gepleit voor aanscherping van de Europese criteria voor duurzame biogrondstoffen. Nederland pleit onder meer voor het opnemen van sociaaleconomische criteria, in lijn met de criteria uit het Duurzaamheidskader, en opname van een rapportageverplichting over de CO2-uitstoot van houtige biogrondstoffen. De herziening van de RED bevindt zich momenteel in de trilogen, waarbij de Europese Commissie, het Europees Parlement, en de Raad uiteindelijk gezamenlijk de herziening van de RED zullen vaststellen. Echter hebben de individuele lidstaten in dit stadium beperkte invloed: de Raad heeft in de zomer een gezamenlijk onderhandelingsmandaat vastgesteld4. Ook het Europees Parlement heeft een positie ingenomen5. Hoewel Nederland niet op alle punten zijn zin zal krijgen – omdat andere landen andere belangen hebben – pleit ik binnen dit speelveld onverminderd voor ambitie en zal ik dit debat in Europa blijven voeren.
De Bossenstrategie van de Europese Unie6 stelt dat de hoeveelheid geoogste houtige biomassa – voor bijvoorbeeld langdurig gebruik in meubels of woningen of voor energie – binnen de grenzen van wat duurzaam is moet blijven en geen negatieve gevolgen mag hebben voor de klimaat- en biodiversiteitsdoelen voor 2030 en 2050. De inzet van fors meer houtige biomassa is daarmee niet in lijn met de Bossenstrategie van de Europese Unie.
De Minister voor Klimaat en Energie,
R.A.A. Jetten
EU climate plan sacrifices carbon storage and biodiversity for bioenergy (nature.com).↩︎
resource.html (europa.eu).↩︎
Kamerstukken 32 813 en 31 239, nr. 617.↩︎
https://www.consilium.europa.eu/en/press/press-releases/2022/06/27/fit-for-55-council-agrees-on-higher-targets-for-renewables-and-energy-efficiency/.↩︎
https://www.europarl.europa.eu/news/en/press-room/20220909IPR40134/parliament-backs-boost-for-renewables-use-and-energy-savings.↩︎
Nieuwe EU-bosstrategie voor 2030 | Europese Commissie (europa.eu).↩︎