[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

35673, bijgewerkt t/m nr. 9 (NvW d.d. 23 december 2022)

Wijziging van de Arbeidsomstandighedenwet en de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs in verband met de invoering van de verplichting om over een werkwijze te beschikken die gericht is op het creëren van gelijke kansen in het proces van werving en selectie en het toezicht daarop (Wet toezicht gelijke kansen bij werving en selectie)

Bijgewerkte tekst

Nummer: 2023D00049, datum: 2022-12-23, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.doc), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Onderdeel van zaak 2020Z24749:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Bijgewerkt t/m nr. 9 (NvW d.d. 23 december 2022)



	35 673 	Wijziging van de Arbeidsomstandighedenwet en de Wet allocatie
arbeidskrachten door intermediairs in verband met de invoering van de
verplichting om over een werkwijze te beschikken die gericht is op het
creëren van gelijke kansen in het proces van werving en selectie en het
toezicht daarop (Wet toezicht gelijke kansen bij werving en selectie)







Nr. 2	VOORSTEL VAN WET



	Wij Willem-Alexander, bij de gratie Gods, Koning der Nederlanden, Prins
van Oranje-Nassau, enz. enz. enz.

Allen, die deze zullen zien of horen lezen, saluut! doen te weten:

Alzo Wij in overweging genomen hebben dat het wenselijk is om
aanvullende maatregelen te nemen ter voorkoming van
arbeidsmarktdiscriminatie, dat werkgevers, degenen die
arbeidsbemiddeling verrichten en degenen die arbeidskrachten ter
beschikking stellen een belangrijke rol spelen in de voorkoming van
arbeidsmarktdiscriminatie en dat zij daarom verplicht worden bij
aanbieding en vervulling van openstaande betrekkingen over een werkwijze
te beschikken die gericht is op het creëren van gelijke kansen in het
proces van werving en selectie;

Zo is het, dat Wij, de Afdeling advisering van de Raad van State
gehoord, en met gemeen overleg der Staten-Generaal, hebben goedgevonden
en verstaan, gelijk Wij goedvinden en verstaan bij deze:

ARTIKEL I. WIJZIGING VAN DE ARBEIDSOMSTANDIGHEDENWET

De Arbeidsomstandighedenwet wordt als volgt gewijzigd:

A

Onder vervanging van de punt aan het slot van onderdeel l, van artikel
1, derde lid, door een puntkomma, wordt een onderdeel toegevoegd,
luidende:

m. arbeidsmarktdiscriminatie: verboden onderscheid op grond van
godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht,
nationaliteit, hetero- of homoseksuele gerichtheid, burgerlijke staat,
handicap, chronische ziekte of leeftijd als bepaald bij en krachtens de
Algemene wet gelijke behandeling, de Wet gelijke behandeling op grond
van handicap of chronische ziekte, de Wet gelijke behandeling op grond
van leeftijd bij de arbeid of de Wet gelijke behandeling mannen en
vrouwen. 

B

Na hoofdstuk 1 wordt een hoofdstuk ingevoegd, luidende:

HOOFDSTUK 1A. VOORKOMING ARBEIDSMARKTDISCRIMINATIE BIJ WERVING EN
SELECTIE

Artikel 2a Werkwijze werving en selectie

1. De werkgever beschikt bij de aanbieding van een betrekking en de
behandeling bij de vervulling van een openstaande betrekking over een
werkwijze die gericht is op voorkoming van arbeidsmarktdiscriminatie.
Uit de werkwijze blijkt dat de procedure van werving en selectie is
gebaseerd op voor de functie relevante functie-eisen, inzichtelijk en
controleerbaar is, en systematisch is ingericht.

2. De werkgever neemt in het kader van de werkwijze, gelet op de stand
van de wetenschap en professionele dienstverlening, doeltreffende
maatregelen en voert deze uit. Hij is daarbij in ieder geval gehouden:

a. werknemers die vanwege hun functie bij de aanbieding van betrekkingen
en vervulling van openstaande betrekkingen inhoudelijk betrokken zijn,
te informeren over voorkoming van arbeidsmarktdiscriminatie en de
maatregelen;

b. maatregelen om te voldoen aan de verplichtingen, bedoeld in artikel
2b, eerste en tweede lid, te nemen, voor zover die artikelonderdelen op
hem van toepassing zijn.

3. De werkgever past de werkwijze en de maatregelen aan zo dikwijls als
de daarmee opgedane ervaring, de stand van de wetenschap of
professionele dienstverlening daartoe aanleiding geeft. 

4. De werkgever zorgt ervoor dat eenieder kennis kan nemen van de
geldende werkwijze.

5. Onder een betrekking als bedoeld in het eerste lid wordt mede
verstaan een stage die onderdeel uitmaakt van een onderwijsprogramma. 

6. De werkgever legt de werkwijze en de daarbij behorende maatregelen
schriftelijk vast. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur
kunnen nadere regels worden gesteld over de werkwijze. 

7. In afwijking van het zesde lid geldt de verplichting tot
schriftelijke vastlegging niet voor werkgevers voor wie in de regel ten
hoogste 25 werknemers arbeid verrichten. Indien het vermoeden bestaat
dat deze werkgever niet beschikt over een werkwijze als bedoeld in het
eerste lid, kan de toezichthouder als eis tot naleving stellen dat de
werkwijze op schrift wordt gesteld.

8. Het niet naleven van de verplichtingen, bedoeld in het eerste,
tweede, derde, vierde, zesde lid, eerste zin, of zevende lid, tweede
zin, wordt aangemerkt als een overtreding. Het niet naleven van de op
grond van het zesde lid, tweede zin, gestelde regels wordt als
overtreding aangemerkt voor zover dit bij of krachtens algemene
maatregel van bestuur is bepaald.

Artikel 2b Vergewisplicht

1. Als een werkgever een ander dan zijn werknemer werkzaamheden laat
uitvoeren bij de aanbieding van een betrekking of de behandeling bij de
vervulling van een openstaande betrekking, vergewist de werkgever zich
ervan dat die ander over een werkwijze beschikt die gericht is op
voorkoming van arbeidsmarktdiscriminatie. Uit de werkwijze blijkt dat de
procedure van werving en selectie is gebaseerd op voor de functie
relevante functie-eisen, inzichtelijk en controleerbaar is, en
systematisch is ingericht.

2. Als de werkgever bij de aanbieding van een betrekking of de
behandeling bij de vervulling van een openstaande betrekking gebruik
maakt van een geautomatiseerd systeem, vergewist hij zich ervan dat de
uitkomsten voor zover hij redelijkerwijs kan beoordelen geen
arbeidsmarktdiscriminatie met zich brengen.

3. De werkgever neemt een document in zijn administratie op waaruit
blijkt dat hij heeft voldaan aan de verplichtingen, bedoeld in het
eerste en tweede lid. Deze documenten worden bewaard tot ten minste drie
jaar na het einde van het kalenderjaar waarin de werkzaamheden van de
ander zijn beëindigd of het gebruik van geautomatiseerde systemen is
beëindigd.

4. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels
worden gesteld over de in dit artikel bedoelde verplichtingen.

5. In afwijking van het derde lid, eerste zin, geldt de verplichting tot
schriftelijke vastlegging niet voor werkgevers voor wie in de regel ten
hoogste 25 werknemers arbeid verrichten. Indien het vermoeden bestaat
dat een dergelijke onderneming zich niet heeft vergewist als bedoeld in
het eerste en tweede lid, kan de toezichthouder als eis tot naleving
stellen dat een document wordt opgesteld ter illustratie van de
vergewisplicht.

6. Het niet naleven van de verplichtingen, bedoeld in het eerste,
tweede, derde lid of vijfde lid, tweede zin, wordt aangemerkt als een
overtreding. Het niet naleven van de op grond van het vierde lid
gestelde regels wordt als overtreding aangemerkt voor zover dit bij of
krachtens algemene maatregel van bestuur is bepaald.

C

In artikel 27, vijfde lid, wordt na “artikelen” ingevoegd “2a,
2b,”. 

D

Artikel 29a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het eerste en tweede lid wordt “en een instelling als bedoeld in
artikel 20, tweede lid,” steeds vervangen door “, een instelling als
bedoeld in artikel 20, tweede lid, en andere organisaties die bij
algemene maatregel van bestuur zijn aangewezen,”.

2. In het tweede lid wordt na “hun wettelijke taak” ingevoegd “of
een bij algemene maatregel van bestuur aangewezen taak”.

3. Aan het artikel wordt een lid toegevoegd, luidende:

6. De gegevens worden uitsluitend verstrekt door of aan andere
organisaties als bedoeld in het eerste en tweede lid indien daarop
pseudonimisering als bedoeld in artikel 4, onderdeel 5, van de Algemene
verordening gegevensbescherming is toegepast en vervolgens onafgebroken
is gecontinueerd.

E

Aan hoofdstuk 5 wordt een artikel toegevoegd, luidende: 

Artikel 29c. Openbaarmaking van door toezicht op de naleving verkregen
gegevens voorkoming arbeidsmarktdiscriminatie bij werving en selectie

1. De toezichthouder of de door Onze Minister aangewezen ambtenaar,
bedoeld in artikel 34, eerste lid, maken het feit dat een bestuurlijke
boete is opgelegd wegens overtreding van deze wet als bedoeld in artikel
2a, achtste lid, en 2b, zesde lid, openbaar teneinde de naleving van
hoofdstuk 1a van deze wet te bevorderen en inzicht te geven in het
uitvoeren van toezicht op de naleving van dat hoofdstuk.

2. Bij de openbaarmaking, bedoeld in het eerste lid, is artikel 5.1,
eerste lid, onderdelen c, d, en e, en tweede lid, onderdeel f, van de
Wet open overheid van overeenkomstige toepassing.

3. Bij algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld met
betrekking tot de openbaar te maken gegevens, waaronder de mogelijke
reactie van een belanghebbende in verband met de openbaarmaking van zijn
gegevens, de termijn waarop deze gegevens beschikbaar worden gesteld en
de wijze waarop de openbaarmaking plaatsvindt. 

4. De openbaarmaking, bedoeld in het eerste lid, geschiedt niet eerder
dan nadat tien werkdagen zijn verstreken na de dag waarop het besluit
aan belanghebbende bekend is gemaakt.

5. Bij de openbaarmaking wordt vermeld of tegen een besluit tot
oplegging van een bestuurlijke boete een rechtsmiddel is ingesteld dan
wel of daartoe de mogelijkheid bestaat.

6. Indien wordt verzocht om een voorlopige voorziening als bedoeld in
artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht, wordt de openbaarmaking
opgeschort totdat de voorzieningenrechter een uitspraak heeft gedaan.

7. Indien de openbaarmaking, bedoeld in het eerste lid, in strijd is of
zou kunnen komen met het doel van het toezicht op de naleving van
hoofdstuk 1a dat door de toezichthouders wordt uitgeoefend, blijft
openbaarmaking achterwege.

F

In artikel 31, tweede lid, wordt voor “en” ingevoegd “29c”.

ARTIKEL II. WIJZIGING VAN DE WET ALLOCATIE ARBEIDSKRACHTEN DOOR
INTERMEDIAIRS

De Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs wordt als volgt
gewijzigd:

A

Artikel 1 wordt als volgt gewijzigd:

1. Onder vervanging van de punt aan het einde van onderdeel g door een
puntkomma, wordt aan het eerste lid een onderdeel toegevoegd, luidende:

h. arbeidsmarktdiscriminatie: verboden onderscheid op grond van
godsdienst, levensovertuiging, politieke gezindheid, ras, geslacht,
nationaliteit, hetero- of homoseksuele gerichtheid, burgerlijke staat,
handicap, chronische ziekte of leeftijd als bepaald bij en krachtens de
Algemene wet gelijke behandeling, de Wet gelijke behandeling op grond
van handicap of chronische ziekte, de Wet gelijke behandeling op grond
van leeftijd bij de arbeid of de Wet gelijke behandeling mannen en
vrouwen.

2. Het tweede lid vervalt, onder vernummering van het derde en vierde
lid tot tweede en derde lid. 

B

Artikel 4 wordt als volgt gewijzigd:

Het opschrift komt te luiden: 

Regels voor bepaalde categorieën werkzoekenden en werkgevers en voor
online arbeidsbemiddeling.

2. Voor de tekst wordt de aanduiding "1." geplaatst.

3. Er wordt een lid toegevoegd, luidende:

2. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen regels worden
gesteld voor arbeidsbemiddeling die tot stand komt met behulp van een
website of voor andere vormen van onlinedienstverlening. 

C

In hoofdstuk 2 worden na artikel 4 de volgende artikelen ingevoegd,
luidende:

Artikel 4a Werkwijze werving en selectie

1. Degene die arbeidsbemiddeling verricht beschikt over een werkwijze
die gericht is op voorkoming van arbeidsmarktdiscriminatie. Uit de
werkwijze blijkt dat de procedure van werving en selectie is gebaseerd
op voor de functie relevante functie-eisen, inzichtelijk en
controleerbaar is, en systematisch is ingericht.

2. Degene die arbeidsbemiddeling verricht neemt in het kader van de
werkwijze, gelet op de stand van de wetenschap en professionele
dienstverlening, doeltreffende maatregelen en voert deze uit. Hij is
daarbij in ieder geval gehouden:

a. personeel dat vanwege zijn functie bij de arbeidsbemiddeling
inhoudelijk betrokken is, te informeren over voorkoming van
arbeidsmarktdiscriminatie en de maatregelen;

b. maatregelen om te voldoen aan de verplichtingen, bedoeld in artikel
5, eerste en tweede lid, te nemen, voor zover die artikelonderdelen op
hem van toepassing zijn.

3. Degene die arbeidsbemiddeling verricht past de werkwijze en de
maatregelen aan zo dikwijls als de daarmee opgedane ervaring, de stand
van de wetenschap of professionele dienstverlening daartoe aanleiding
geeft. 

4. Degene die arbeidsbemiddeling verricht zorgt ervoor dat eenieder
kennis kan nemen van de geldende werkwijze.

5. Degene die arbeidsbemiddeling verricht legt de werkwijze en de
daarbij behorende maatregelen schriftelijk vast. Bij of krachtens
algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld over
de werkwijze.

Artikel 5 Vergewisplicht

1. Als degene die arbeidsbemiddeling verricht anderen dan zijn personeel
zijn werkzaamheden laat uitvoeren, vergewist hij zich ervan dat die
ander over een werkwijze beschikt die gericht is op voorkoming van
arbeidsmarktdiscriminatie. Uit de werkwijze blijkt dat de procedure van
werving en selectie is gebaseerd op voor de functie relevante
functie-eisen, inzichtelijk en controleerbaar is, en systematisch is
ingericht.

2. Als degene die arbeidsbemiddeling verricht gebruik maakt van een
geautomatiseerd systeem voor arbeidsbemiddeling, vergewist hij zich
ervan dat de uitkomsten voor zover hij redelijkerwijs kan beoordelen
geen arbeidsmarktdiscriminatie met zich brengen.

3. Degene die arbeidsbemiddeling verricht neemt een document in zijn
administratie op waaruit blijkt dat hij heeft voldaan aan de
verplichtingen, bedoeld in het eerste en tweede lid. Deze documenten
worden bewaard tot ten minste drie jaren na het einde van het
kalenderjaar waarin de werkzaamheden van de ander zijn beëindigd of het
gebruik van het geautomatiseerde systeem is beëindigd.

4. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels
worden gesteld over de in dit artikel bedoelde verplichtingen.

Artikel 5a Meldplicht

Degene die arbeidsbemiddeling verricht, beschikt over een procedure hoe
met verzoeken die tot arbeidsdiscriminatie leiden of vermoedelijk leiden
wordt omgegaan en past deze toe. 

Degene die arbeidsbemiddeling verricht, meldt verzoeken die ondanks het
volgen van de procedure tot arbeidsmarktdiscriminatie leiden of
vermoedelijk leiden bij de door Onze Minister aangewezen ambtenaren,
bedoeld in artikel 13, eerste lid. 

Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld
over de in dit artikel bedoelde verplichtingen, in elk geval over de
inhoud van de procedure, de voorwaarden waaronder en de termijn
waarbinnen tot melding wordt overgegaan, alsmede over de gegevens die in
verband met de melding worden verstrekt aan de door Onze Minister
aangewezen ambtenaren, bedoeld in artikel 13, eerste lid. 

De procedure is een maatregel als bedoeld in artikel 4a, tweede lid,
aanhef, waarop de artikelen 4a, tweede, derde, en vijfde, en 5, eerste
lid, eerste zin, derde en vierde lid, van overeenkomstige toepassing
zijn.

Artikel 6 Assessment en overige vaststelling geschiktheid

Onder arbeidsbemiddeling als bedoeld in de artikelen 4a, 5 en 5a wordt
mede verstaan het in verband met arbeidsbemiddeling vaststellen van de
geschiktheid van een werkzoekende door beoordeling van zijn kennis,
inzicht of vaardigheden.

D

In artikel 7b wordt “artikel 4, onderscheidenlijk artikel 12, eerste
of tweede lid,” vervangen door “artikel 4, eerste of tweede lid, 4a,
vijfde lid, tweede zin, 5, vierde lid, 5a, derde lid, 12, eerste of
tweede lid, 12b, vijfde lid, tweede zin, 12c, vierde lid,
onderscheidenlijk 12ca, derde lid,”. 

E

In hoofdstuk 3 worden na artikel 12a de volgende artikelen ingevoegd,
luidende:

Artikel 12b Werkwijze werving- en selectie

1. Degene die arbeidskrachten ter beschikking stelt beschikt over een
werkwijze die gericht is op voorkoming van arbeidsmarktdiscriminatie.
Uit de werkwijze blijkt dat de procedure van werving en selectie is
gebaseerd op voor de functie relevante functie-eisen, inzichtelijk en
controleerbaar is, en systematisch is ingericht.

2. Degene die arbeidskrachten ter beschikking stelt neemt in het kader
van de werkwijze, gelet op de stand van de wetenschap en professionele
dienstverlening, doeltreffende maatregelen en voert deze uit. Hij is
daarbij in ieder geval gehouden:

a. personeel dat vanwege zijn functie bij het ter beschikking stellen
van arbeidskrachten inhoudelijk betrokken is, te informeren over
voorkoming van arbeidsmarktdiscriminatie en over de maatregelen;

b. maatregelen om te voldoen aan de verplichtingen, bedoeld in artikel
12c, eerste en tweede lid te nemen, voor zover die artikelonderdelen op
hem van toepassing zijn.

3. Degene die arbeidskrachten ter beschikking stelt past de werkwijze en
de maatregelen aan zo dikwijls als de daarmee opgedane ervaring, de
stand van de wetenschap of professionele dienstverlening daartoe
aanleiding geeft. 

4. Degene die arbeidskrachten ter beschikking stelt zorgt ervoor dat
eenieder kennis kan nemen van de geldende werkwijze.

5. Degene die arbeidskrachten ter beschikking stelt legt de werkwijze en
de daarbij behorende maatregelen schriftelijk vast. Bij of krachtens
algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels worden gesteld over
de werkwijze.

Artikel 12c Vergewisplicht

1. Als degene die arbeidskrachten ter beschikking stelt anderen dan zijn
personeel zijn werkzaamheden laat uitvoeren, vergewist hij zich ervan
dat die ander over een werkwijze beschikt die gericht is op voorkoming
van arbeidsmarktdiscriminatie. Uit de werkwijze blijkt dat de procedure
van werving en selectie is gebaseerd op voor de functie relevante
functie-eisen, inzichtelijk en controleerbaar is, en systematisch is
ingericht.

2. Als degene die arbeidskrachten ter beschikking stelt gebruik maakt
van een geautomatiseerd systeem voor het ter beschikking stellen van
arbeidskrachten, vergewist hij zich ervan dat de uitkomsten voor zover
hij redelijkerwijs kan beoordelen geen arbeidsmarktdiscriminatie met
zich brengen.

3. Degene die arbeidskrachten ter beschikking stelt neemt een document
in zijn administratie op waaruit blijkt dat hij heeft voldaan aan de
verplichtingen, bedoeld in het eerste en tweede lid. Deze documenten
worden bewaard tot ten minste drie jaar na het einde van het
kalenderjaar waarin de werkzaamheden van de ander zijn beëindigd of het
gebruik van het geautomatiseerde systeem is beëindigd.

4. Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur kunnen nadere regels
worden gesteld over de in dit artikel bedoelde verplichtingen.

Artikel 12ca Meldplicht

Degene die arbeidskrachten ter beschikking stelt, beschikt over een
procedure hoe met verzoeken die tot arbeidsmarktdiscriminatie leiden of
vermoedelijk leiden wordt omgegaan en past deze toe. 

Degene die arbeidskrachten ter beschikking stelt, meldt verzoeken die
ondanks het volgen van de procedure tot arbeidsmarktdiscriminatie leiden
of vermoedelijk leiden bij de door Onze Minister aangewezen ambtenaren,
bedoeld in artikel 13, eerste lid. 

Bij of krachtens algemene maatregel van bestuur worden regels gesteld
over de in dit artikel bedoelde verplichtingen, in elk geval over de
inhoud van de procedure, de voorwaarden waaronder en de termijn
waarbinnen tot melding wordt overgegaan, alsmede over de gegevens die in
verband met de melding worden verstrekt aan de door Onze Minister
aangewezen ambtenaren, bedoeld in artikel 13, eerste lid. 

De procedure is een maatregel als bedoeld in artikel 12b, tweede lid,
aanhef, waarop de artikelen 12b, tweede, derde, en vijfde, en 12c,
eerste lid, eerste zin, derde en vierde lid, van overeenkomstige
toepassing zijn.

12d Assessment en overige vaststelling geschiktheid

Onder het ter beschikking stellen van arbeidskrachten, bedoeld in de
artikelen 12b, 12c en 12ca, wordt mede verstaan het in verband met het
ter beschikking stellen van arbeidskrachten vaststellen van de
geschiktheid van een arbeidskracht door beoordeling van zijn kennis,
inzicht of vaardigheden.

F

Artikel 14a wordt als volgt gewijzigd:

1. In het opschrift van het artikel vervalt “met bestuursorganen”.

2. In het eerste lid wordt na “Bestuursorganen” ingevoegd “en
ieder ander die bij algemene maatregel van bestuur is aangewezen”.

3. In het tweede lid wordt na “andere bestuursorganen” ingevoegd
”en ieder ander die bij algemene maatregel van bestuur is
aangewezen” en wordt na “hun wettelijke taak” ingevoegd “of een
bij algemene maatregel van bestuur aangewezen taak”.

3. Aan het artikel wordt een lid toegevoegd, luidende:

6. De gegevens worden uitsluitend verstrekt door of aan andere
organisaties of anderen als bedoeld in het eerste en tweede lid, indien
daarop pseudonimisering als bedoeld in artikel 4, onderdeel 5, van de
Algemene verordening gegevensbescherming is toegepast en vervolgens
onafgebroken is gecontinueerd.

G

Artikel 14b, eerste lid, onderdeel a, komt te luiden:

a. 4a, 5, 5a, 7a, eerste lid, 12b, 12c of 12ca;.

Ga

In artikel 15, eerste lid, wordt “met uitzondering van artikel 7a”
telkens vervangen door “met uitzondering van de artikelen 4a, 5, 5a,
7a, 12b, 12c en 12ca”.

H

In artikel 15b, eerste lid, wordt “De door Onze Minister aangewezen
ambtenaren, bedoeld in artikel 13, eerste lid, of 18, eerste lid,
maken” vervangen door “Onverminderd artikel 15c maken de door Onze
Minister aangewezen ambtenaren, bedoeld in artikel 13, eerste lid, of
18, eerste lid,”.

I

Aan hoofdstuk 4 wordt een artikel toegevoegd, luidende:

Artikel 15c. Openbaarmaking van door toezicht op de naleving verkregen
gegevens voorkoming arbeidsmarktdiscriminatie bij werving en selectie

1. De door Onze Minister aangewezen ambtenaren, bedoeld in artikel 13,
eerste lid, of 18, eerste lid, maken het feit dat een bestuurlijke boete
is opgelegd wegens overtreding van deze wet als bedoeld in artikel 16
voor zover het het niet naleven van de artikelen 4a, 5, 5a, 12b, 12c en
12ca betreft openbaar teneinde de naleving van deze wet te bevorderen en
inzicht te geven in het uitvoeren van toezicht op de naleving van deze
artikelen. 

2. Bij de openbaarmaking, bedoeld in het eerste lid, is artikel 5.1,
eerste lid, onderdelen c, d, en e, en tweede lid, onderdeel f, van de
Wet open overheid van overeenkomstige toepassing.

3. Bij algemene maatregel van bestuur worden nadere regels gesteld met
betrekking tot de openbaar te maken gegevens, waaronder de mogelijke
reactie van een belanghebbende in verband met de openbaarmaking van zijn
gegevens, de termijn waarop deze gegevens beschikbaar worden gesteld en
de wijze waarop de openbaarmaking plaatsvindt.

4. De openbaarmaking, bedoeld in het eerste lid, geschiedt niet eerder
dan nadat tien werkdagen zijn verstreken na de dag waarop het besluit
aan belanghebbende bekend is gemaakt.

5. Bij de openbaarmaking wordt vermeld of tegen een besluit tot
oplegging van een bestuurlijke boete een rechtsmiddel is ingesteld dan
wel of daartoe de mogelijkheid bestaat.

6. Indien wordt verzocht om een voorlopige voorziening als bedoeld in
artikel 8:81 van de Algemene wet bestuursrecht, wordt de openbaarmaking
opgeschort totdat de voorzieningenrechter een uitspraak heeft gedaan.

7. Indien de openbaarmaking, bedoeld in het eerste lid, in strijd is of
zou kunnen komen met het doel van het toezicht op de naleving van deze
artikelen dat door de door Onze Minister aangewezen ambtenaren wordt
uitgeoefend, blijft openbaarmaking achterwege.

J

Aan het begin van hoofdstuk 5 wordt een artikel ingevoegd, luidende:

Artikel 15d. Eis tot naleving

1. De door Onze Minister aangewezen ambtenaren, bedoeld in artikel 13,
eerste lid, kunnen aan degene die arbeidsbemiddeling verricht of aan
degene die arbeidskrachten ter beschikking stelt een eis stellen
betreffende de wijze waarop een of meer bepalingen gesteld bij of
krachtens deze wet moeten worden nageleefd.

2. Een eis vermeldt van welke bepalingen hij de wijze van naleving
voorschrijft en bevat de termijn waarbinnen eraan moet zijn voldaan.

3. Degene die arbeidsbemiddeling verricht of degene die arbeidskrachten
ter beschikking stelt is verplicht om aan de eis te voldoen.

4. Een eis kan worden gesteld tot naleving van de artikelen 4a, 5, 5a,
12b, 12c en 12ca.

K

Artikel 16 wordt als volgt gewijzigd:

1. Het eerste lid komt te luiden:

1. Als overtreding wordt aangemerkt het niet naleven van de bij of
krachtens deze wet vastgestelde verplichtingen, bedoeld in de artikelen
4a, eerste, tweede, derde, vierde lid en vijfde lid, eerste zin, 5,
eerste, tweede en derde lid, 5a, eerste en tweede lid, 7a, eerste en
tweede lid, 12b, eerste, tweede, derde, vierde lid en vijfde lid, eerste
zin, 12c, eerste, tweede en derde lid en 12ca, eerste en tweede lid.

2. In het tweede lid wordt “artikel 7b” vervangen door “de
artikelen 4, eerste en tweede lid, 4a, vijfde lid, tweede zin, 5, vierde
lid, 7b, 12, eerste en tweede lid, 12b, vijfde lid, tweede zin, en 12c,
vierde lid,” en wordt “dat artikel” vervangen door “die
artikelen”.

ARTIKEL III. WIJZIGING VAN DE WET AANPAK SCHIJNCONSTRUCTIES

In het in artikel V, onderdeel A, voorgestelde artikel 29b, eerste lid,
van de Wet aanpak schijnconstructies wordt “artikel 7” vervangen
door “de artikelen 7 en 29c”.

ARTIKEL IV. EVALUATIE

Onze Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid zendt binnen vijf
jaar na de inwerkingtreding van artikel I, onderdeel B, van deze wet aan
de Staten-Generaal een verslag over de doeltreffendheid en de effecten
van deze wet in de praktijk.

ARTIKEL V. INWERKINGTREDING

Deze wet treedt in werking op een bij koninklijk besluit te bepalen
tijdstip, dat voor de verschillende artikelen of onderdelen daarvan
verschillend kan worden vastgesteld. 

ARTIKEL VI. CITEERTITEL

Deze wet wordt aangehaald als: Wet toezicht gelijke kansen bij werving
en selectie.

Lasten en bevelen dat deze in het Staatsblad zal worden geplaatst en dat
alle ministeries, autoriteiten, colleges en ambtenaren die zulks
aangaat, aan de nauwkeurige uitvoering de hand zullen houden.

Gegeven

De Staatssecretaris van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,

 

 

 PAGE    

 PAGE   10