Antwoord op vragen van het lid Tjeerd de Groot over het vangen van kippen
Antwoord schriftelijke vragen
Nummer: 2023D02653, datum: 2023-01-26, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20222023-1363).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
Onderdeel van zaak 2022Z23735:
- Gericht aan: P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Indiener: T.C. (Tjeerd) de Groot, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
1363
Kamervragen van het lid Tjeerd de Groot (D66) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over het vangen van kippen (ingezonden 1 december 2022).
Antwoord van Minister Adema (Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit) (ontvangen 26 januari 2023). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022-2023, nr. 1014.
Vraag 1
Bent u op de hoogte van de uitspraak van de rechter die stelde dat de Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit (NVWA) «moet handhaven op de manier waarop kippen worden gevangen»?1
Antwoord 1
Ja.
Vraag 2
Wat vindt u ervan dat de rechter aangeeft dat bij het huidige (gedoog)beleid van de NVWA rond kippenvangen geen sprake is van «een consistent en doordacht bestuursbeleid»?
Antwoord 2
Ik vind, zoals ik ook tijdens het commissiedebat Dieren in de veehouderij van 10 november 2022 heb aangegeven (Kamerstuk 28 286, nr. 1283), het net als mijn ambtsvoorgangers niet diervriendelijk als kippen aan de poten gevangen worden en met meerdere dieren in één hand op de kop hangen, vaak vastgehouden aan slechts één poot.
Er is lange tijd onduidelijkheid geweest over de reikwijdte van het artikel en het feit dat pluimvee in Nederland op dezelfde wijze gevangen wordt als in de mede-lidstaten van de Europese Unie. De opvatting van de rechter brengt hier duidelijkheid in. In de uitspraak is het standpunt geformuleerd dat het verbod duidelijk is en dat er in deze zaken een beboetbaar feit is begaan.
Vraag 3
Wat vindt u ervan dat de rechter aangeeft dat wetsovertredingen slechts in uitzonderlijke gevallen mogen worden gedoogd indien er concreet zicht is op legalisatie en indien handhaving onevenredig zou zijn, maar dat daar bij het vangen van kippen aan de poten geen sprake van is?
Antwoord 3
De rechter heeft aangegeven dat slechts in uitzonderlijke gevallen mag worden gedoogd. Mogelijk wordt het artikel over het verbod op het vangen van dieren aan de poten binnen enkele jaren gewijzigd in het kader van de voorgenomen wijziging van de Transportverordening. Deze ontwikkeling doet er ingevolge de uitspraak niet aan af dat het vangen aan de poten nu verboden is en dat daarover geen misverstand kan bestaan. De rechter is stellig in de beginselplicht tot handhaving en het bij de opgelegde heroverweging voorzien in een doeltreffende, afschrikwekkende en evenredige handhaving.
Vraag 4
Wat vindt u ervan dat, in tegenstelling tot uw antwoorden op Kamervragen, er volgens de rechter «geen duidelijke aanwijzing is dat de Uniewetgever bij de totstandkoming van de Transportverordening de uitzondering op dat verbod voor pluimvee heeft willen handhaven»?2
Antwoord 4
De opvatting die voorheen gangbaar was omdat de wijze van het vangen aan de poten in de Europese Unie op dezelfde wijze geschiedt, heeft de rechter gewogen en anders geduid. Zie ook mijn antwoord op vraag 3.
Vraag 5
Hoe reflecteert u op de uitspraak van de rechter over de eenduidigheid van het European Food Safety Authority (EFSA)-advies dat «uit het advies volgt dat uitgangspunt is dat pluimvee in rechtopstaande positie met de vleugels tegen het lichaam wordt gedragen en bij het vangen niet ondersteboven wordt gehouden.»?
Antwoord 5
Uit het oogpunt van dierenwelzijn is het rechtop vangen van pluimvee het meest diervriendelijk. Dat wordt duidelijk en uitgebreid onderbouwd in het EFSA-advies. Evenwel laat het advies ook ruimte om de dieren (kortstondig) ondersteboven te tillen, mits aan aanvullende randvoorwaarden wordt voldaan om de kans op letsel te verkleinen.
Om daadwerkelijk de kans op welzijnsaantasting zo klein mogelijk te houden is het eveneens van belang om de praktische uitvoerbaarheid en de kunde van de vangploegen in ogenschouw te nemen. Er zijn diverse stalsystemen en diverse soorten kippen/kuikens en vangmethoden. De sector geeft aan dat er geen eenduidige methode aan te wijzen is die in ieder systeem en voor iedere categorie pluimvee van toepassing kan zijn.
Vraag 6
Hoe gaat u invulling geven aan de opdracht die de rechter u meegaf om te komen tot een «doeltreffende, afschrikwekkende en evenredige handhaving» van het verbod om kippen aan de poten te vangen?
Antwoord 6
Naar aanleiding van de uitspraak zal de NVWA eerst herinspecties doen bij die bedrijven die in het kader van het oorspronkelijke handhavingsverzoek zijn bezocht.
Indien er bij een inspectie wordt geconstateerd dat er aan de poten wordt gevangen, zal er handhavend worden opgetreden.
De rechtbank merkte daarbij op dat de Minister af kan wijken van het interventiebeleid en niet een boete maar een last onder dwangsom op kan leggen om zo herhaling van de eerdere overtredingen te voorkomen. Daaraan kan ook een termijn worden verbonden waarbinnen de overtredingen moeten worden beëindigd zodat vangbedrijven hun werkwijze daarop nog kunnen aanpassen.
Het resultaat van de heroverweging moet leiden tot een doeltreffende, afschrikwekkende en evenredige handhaving van de desbetreffende norm.
De NVWA is in overleg met diverse ngo’s en sectoren over deze kwestie om een realistisch beeld te krijgen van de termijn die gemoeid is met de praktische uitvoerbaarheid in de verschillende houderij- en stalsystemen, waaronder de beschikbaarheid en training van personeel.
Eerder heb ik de sectoren al gevraagd te komen met een plan van aanpak om te komen tot vangmethodes waarbij de kans op welzijnsaantasting en letsel zoveel mogelijk wordt beperkt. Dit plan wordt door de sector in samenwerking met dierenwelzijnsorganisaties waaronder Eyes on Animals en Dierenbescherming verder geconcretiseerd.
Vraag 7
Past het vangen van kippen aan de poten bij uw definitie van een «dierwaardige veehouderij» mede met het oog op het feit dat de NVWA heeft aangegeven dat hier vaak ernstig vangletsel bij optreedt leidend tot onder meer ernstig letsel, open botbreuken, dieren die tegen containers slaan, hevig lijden en langzaam stikken?3
Antwoord 7
Zoals aangegeven bij het antwoord op vraag 2 vind ik het niet diervriendelijk als kippen aan de poten gevangen worden en met meerdere dieren in één hand op de kop hangen, vaak vastgehouden aan slechts één poot. Het EFSA-rapport beschrijft ook duidelijk hoe deze vangmethode het welzijn van de dieren aantast. Echter, de EFSA-aanbevelingen in het rapport zijn niet zo eenduidig als ik hoopte: rechtop vangen wordt weliswaar aanbevolen, maar direct daarna staat een aanbeveling voor het vangen aan de poten, onder bepaalde voorwaarden. Kortom, al heeft rechtop vangen de voorkeur, de EFSA wijst vanuit dierenwelzijnsredenen het vangen aan de poten niet volledig af.
Daarbij wil ik benadrukken dat ernstige letsels, zoals open botbreuken, vooral te wijten zijn aan het hardhandig omgaan met dieren tijdens het vangen en het in de kratten of containers plaatsen. Ook het klemraken van lichaamsdelen zoals vleugels bij het sluiten van de kratten en containers leidt tot ernstig letsel. Dit kan allemaal ook bij rechtop vangen gebeuren, als de vangers niet zorgvuldig werken.
Vraag 8
Wat is uw inzet op Europees niveau met betrekking tot dit verbod op het vangen van kippen aan de poten bij de herziening van de Transportrichtlijn, die over enkele jaren is voorzien?
Antwoord 8
Mijn inzet voor de aankomende herziening van de transportverordening is op 5 juli 2022 aan de Tweede Kamer gestuurd (Bijlage bij de geannoteerde agenda van de Landbouw- en Visserijraad van 18 juli 2022, Kamerstuk 21 501–32, nr. 1452). Samen met de landen van de zogeheten «Vught groep» (Duitsland, België, Denemarken, Zweden en Nederland) pleit ik voor het vangen van pluimvee zoals is aanbevolen in de factsheets voor goede praktijken, die in 2017 zijn opgesteld in het «Animal transport guides project» van de Europese Commissie4. Hierin wordt het rechtop vangen aanbevolen, of anders het vangen aan de poten maar dan met minder dieren in hand en altijd met ondersteuning van het lichaam. Ik ben dus geen voorstander van een zogenoemde «reparatie» van de verbodsbepaling, als dit betekent dat er een uitzondering komt voor pluimvee zonder enige aanvullende voorwaarden om het dierenwelzijn te borgen.
Rechtbank Rotterdam, 24 november 2022, ECLI:NL:RBROT:2022:10109 https://www.rechtspraak.nl/Organisatie-en-contact/Organisatie/Rechtbanken/Rechtbank-Rotterdam/Nieuws/Paginas/NVWA-moet-handhavend-optreden-tegen-de-manier-waarop-kippen-worden-gevangen-.aspx.↩︎
Handelingen II, vergaderjaar 2021-2022, nr. 342.↩︎
NVWA, 3 maart 2021 Inspectieresultaten dierenwelzijn vangletsel bij pluimvee 2019 | Inspectieresultaat | NVWA.↩︎
http://www.animaltransportguides.eu/materials/.↩︎