[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Reactie op verzoek commissie inzake proces rond afschaffing toeslagenstelsel

Belastingdienst

Brief regering

Nummer: 2023D05861, datum: 2023-02-14, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-31066-1170).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 31066 -1170 Belastingdienst.

Onderdeel van zaak 2023Z02523:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2022-2023

31 066 Belastingdienst

Nr. 1170 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 14 februari 2023

In de procedurevergadering van de vaste commissie voor Financiën van 26 januari 2023 is gesproken over de brief inzake Aanpak afschaffen toeslagenstelsel.1 De commissie heeft verzocht voor de strategische procedurevergadering van donderdag 16 februari een brief te ontvangen waarin nadere informatie wordt gegeven over de afschaffing van het toeslagenstelsel, en daarbij in te gaan op de lopende werkstromen en het interne proces om het toeslagenstelsel af te schaffen en de betrokkenen bij dit proces en deze werkstromen. Met deze brief wordt voldaan aan dit verzoek.

Al geruime tijd wordt nagedacht over de alternatieven voor toeslagen. De keuze hiervoor is niet eenvoudig en kent altijd haken en ogen. Tegelijkertijd is een goede inkomensondersteuning voor degenen die het nodig hebben, nu en in de toekomst, van groot maatschappelijk belang. In de brief inzake Aanpak afschaffen toeslagenstelsel is uiteengezet hoe dit kabinet werkbare opties inzichtelijk maakt waarmee een nieuw kabinet kan besluiten over de toekomst van toeslagen en de benodigde transitie die kan worden ingezet om te komen tot een uitvoerbaar en rechtvaardig stelsel van inkomensondersteuning.2

Om dit mogelijk te maken is een intensieve samenwerking opgezet tussen verschillende organisatieonderdelen van het Ministerie van Financiën, het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijkrelaties, het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, het Ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport en de Dienst Toeslagen. De betrokkenheid van de Dienst Toeslagen en andere uitvoeringsorganisaties waar dat relevant is draagt bij aan het komen tot haalbare en uitvoerbare opties. Daar waar relevante expertise gaandeweg onvoldoende aanwezig blijkt te zijn, wordt deze expertise alsnog voor een specifiek vraagstuk betrokken, bijvoorbeeld als het gaat om specifieke juridische vakkennis, wanneer samenhang bestaat met regelingen die andere uitvoeringsorganisaties betreft of cijfermatige berekeningen. Om tot werkbare opties te komen zal ook externe ervaring en expertise worden benut.

Deze brede samenwerking komt ook tot uiting in de werkwijze. Het initiatief voor het inzichtelijk maken van opties voor de specifieke toeslagen ligt in eerste instantie bij het departement dat eerstverantwoordelijk is voor desbetreffende toeslag. Het initiatief voor generieke en toeslagoverstijgende opties ligt in eerste instantie bij het Ministerie van Financiën, die het overzicht over het totale traject behoudt en de samenhang borgt. Door de gezamenlijke projectgroep waarin alle relevante organisatieonderdelen vertegenwoordigd zijn wordt de samenhang en synergie geborgd.

In het tweede kwartaal van dit jaar kunt u een tussenrapportage verwachten.

Deze rapportage zal een beschrijving van het huidige stelsel en probleemanalyse bevatten, de stand van zaken van de actualisatie van de eerder geïdentificeerde alternatieven en potentiële nieuwe alternatieven. Het streven is u in het eerste kwartaal van 2024 een eindrapport te sturen met verschillende alternatieven voor, of fundamentele herzieningen van het huidige toeslagenstelsel die knelpunten wegnemen. Daarbij worden de voor- en nadelen van de afzonderlijke alternatieven in beeld gebracht alsmede een tijdpad en randvoorwaarden voor implementatie.

De Staatssecretaris van Financiën,
A. de Vries


  1. Kamerstuk 31 066 nr. 1156.↩︎

  2. Kamerstuk 31 066 nr. 1156.↩︎