Reactie op de aanbevelingen uit de vierde cyclus van de Universal Periodic Review
Algemene Vergadering der Verenigde Naties
Brief regering
Nummer: 2023D07364, datum: 2023-02-21, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-26150-207).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: H.G.J. Bruins Slot, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (Ooit CDA kamerlid)
- Reactie UPR-aanbevelingen in VN-format
- Beslisnota bij Kamerbrief inzake reactie op de aanbevelingen uit de vierde cyclus van de Universal Periodic Review
- Reactie UPR-aanbevelingen in leesbare tabel
Onderdeel van kamerstukdossier 26150 -207 Algemene Vergadering der Verenigde Naties.
Onderdeel van zaak 2023Z03136:
- Indiener: H.G.J. Bruins Slot, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2023-02-23 13:25: Aansluitend: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-03-09 11:30: Procedurevergadering commissie Binnenlandse Zaken (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2023-09-06 18:30: Extra procedurevergadering commissie Binnenlandse Zaken (groslijst controversieel verklaren) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2024-04-16 16:30: Discriminatie, racisme en mensenrechten (Commissiedebat), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2024-04-18 14:35: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 |
26 150 Algemene Vergadering der Verenigde Naties
Nr. 207 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 februari 2023
Op 15 november jongstleden vond in Genève de vierde Universal Periodic Review (UPR) van het Koninkrijk der Nederlanden plaats. Tijdens de UPR ontving het Koninkrijk der Nederlanden van 100 verschillende VN-lidstaten in totaal 255 aanbevelingen over de binnenlandse mensenrechtensituatie. Deze aanbevelingen ontving uw Kamer reeds als bijlage bij mijn brief van 30 december jongstleden.1
In maart 2023 zal de VN-Mensenrechtenraad tijdens zijn 52e zitting het UPR-rapport over het Koninkrijk der Nederlanden officieel aannemen. Hierbij dient ook een reactie van maximaal 2675 woorden op de aanbevelingen gevoegd te worden, waarin het Koninkrijk per aanbeveling aangeeft of het deze accepteert («to support») of slechts ter kennisgeving aanneemt («to note»). Zoals toegezegd in de bovengenoemde brief, stuur ik uw Kamer hierbij, mede namens de Minister van Buitenlandse Zaken en de Minister van Justitie en Veiligheid, een afschrift van deze reactie.
Het doel van de reactie is om kenbaar te maken met welke aanbevelingen het land dat ze ontvangen heeft de komende jaren aan de slag zal gaan. Het is dan ook de verwachting dat het Koninkrijk bij zijn volgende UPR in 2027 rapporteert over de voortgang die het geboekt heeft bij de opvolging van de geaccepteerde aanbevelingen. Dat neemt overigens niet weg dat ook de aanbevelingen waarvan slechts kennis is genomen in de toekomst mede aanleiding kunnen zijn voor nieuwe initiatieven tot het verder verbeteren van de mensenrechtensituatie.
In voorbereiding op deze reactie heeft op 19 januari jongstleden een stakeholdersbijeenkomst plaatsgevonden. Tijdens deze bijeenkomst zijn ambtenaren van verschillende departementen met achttien verschillende maatschappelijke organisaties in gesprek gegaan, om vanuit uiteenlopende perspectieven te reflecteren op de UPR-aanbevelingen. Deze gesprekken zijn als nuttig ervaren en hebben inspiratie geboden voor de reactie op de aanbevelingen.
De officiële reactie die is ingediend bij het Bureau van de Hoge Commissaris van de Verenigde Naties voor de Mensenrechten (OHCHR) bevat in verband met de woordlimiet slechts de nummers en niet de tekst van de individuele aanbevelingen. Omwille van de leesbaarheid stuur ik uw Kamer daarom ook een aparte tabel waarin de tekst van de aanbevelingen en de reactie erop duidelijker aangegeven staan.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
H.G.J. Bruins Slot
Kamerstuk 26 150, nr. 205.↩︎