[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Gesloten periode aalvisserij

Zee- en kustvisserij

Brief regering

Nummer: 2023D09375, datum: 2023-03-08, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-29675-221).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 29675 -221 Zee- en kustvisserij.

Onderdeel van zaak 2023Z04020:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2022-2023

29 675 Zee- en kustvisserij

Nr. 221 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 maart 2023

Met deze brief informeer ik de Kamer over de gesloten periode voor de aalvisserij in de zee- en kustwateren. Op basis van artikel 13 van de Europese verordening vangstmogelijkheden1 moet voor de visserij op jonge aal (glasaal) en op de voor de voortplanting uittrekkende volwassen aal (schieraal) in 2023/2024 een gesloten periode van in totaal 6 maanden worden ingesteld. Voorts geeft de verordening aan dat de te sluiten periode gekozen moet worden in overeenstemming met de temporele en geografische migratiepatronen van aal in de betreffende levensfase. Daarbij gaat het om de mariene levensfase van de dieren (glasaal en schieraal). Daarnaast schrijft de verordening vangstmogelijkheden een jaarrond verbod op recreatieve visserij op aal voor in de zee- en kustwateren.

In Nederland geldt reeds een jaarrond verbod op recreatieve visserij op aal in de genoemde wateren. Daarnaast is glasaalvisserij in Nederland niet toegestaan omdat voor alle aal kleiner dan 28 cm er al een terugzetverplichting geldt. In Nederland wordt alleen gevist op volwassen aal, waarbij de aalvisserij in de zee- en kustwateren op dit moment reeds gesloten is van september tot en met november.

De aalvisserij moet in deze wateren dus 3 maanden additioneel worden gesloten bovenop de 3 maanden die nu al gesloten zijn.

In de afgelopen periode zijn gesprekken gevoerd met de visserijsector en de natuurorganisaties over de opties voor de te sluiten maanden. Ook heeft contact met de omliggende landen plaatsgevonden om te vernemen welke sluitingsperioden hier worden overwogen. Daarbij is van belang dat migratieperiodes van schieraal binnen Europa tussen de verschillende ICES-gebieden aanzienlijk kunnen verschillen. Nederland ligt binnen ICES-gebied IV, waarbinnen de afstemming van een coherente sluitingsperiode met de andere lidstaten in dit gebied van belang wordt geacht.

Alles overwegende heb ik besloten om voor de additioneel te sluiten maanden voor aalvisserij te kiezen voor de maanden december 2023 tot en met februari 2024 en dit te melden aan de Europese Commissie. Deze maanden sluiten aan op de reeds gesloten maanden september tot en met november. Hiermee ontstaat één aaneengesloten sluitingsperiode van september tot en met februari.

Dit sluit ook aan bij de keuze die door andere lidstaten in het ICES-gebied wordt overwogen. Voor Nederland is het van belang dat in ieder geval ook de huidige maanden september tot en met november gesloten blijven voor de aalvisserij.

Dat is de periode dat schieraal-trek vanuit de binnenwateren naar zee en kustwateren met name plaatsvindt, met een uitloop naar december en in de hierop aansluitende periode. Dit is overigens wel sterk afhankelijk van de temperatuur van het water en de mate van waterafvoer in de trekperiode van de aal.

Met de voorliggende keuze voor te sluiten maanden geef ik invulling aan de in EU-verband overeen gekomen verdere aanscherping van aalmaatregelen in alle EU lidstaten. Dit sluit tevens aan op de in de motie van het lid Wassenberg (Kamerstuk 36 200 XIV, nr. 74) neergelegde oproep om in te zetten op steviger Europese beschermingsmaatregelen, en vormt voor dit moment de praktische invulling van deze aangescherpte Europese aanpak.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
P. Adema


  1. Verordening (EU) 2023/194 van de Raad van 30 januari 2023 tot vaststelling, voor 2023, van de vangstmogelijkheden voor bepaalde visbestanden welke in de wateren van de Unie en, voor vissersvaartuigen van de Unie, in bepaalde wateren buiten de Unie van toepassing zijn, en tot vaststelling, voor 2023 en 2024, van dergelijke vangstmogelijkheden voor bepaalde diepzeevisbestanden (PbEU 2023, L 28).↩︎