[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Geannoteerde agenda NAVO ministeriële bijeenkomst van 4 en 5 april 2023

NAVO

Brief regering

Nummer: 2023D10976, datum: 2023-03-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-28676-429).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 28676 -429 NAVO.

Onderdeel van zaak 2023Z04649:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2022-2023

28 676 NAVO

Nr. 429 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 maart 2023

Hierbij bied ik u de geannoteerde agenda voor de NAVO ministeriële bijeenkomst van 4 en 5 april 2023 aan.

De Minister van Buitenlandse Zaken,
W.B. Hoekstra

GEANNOTEERDE AGENDA NAVO MINISTERIËLE BIJEENKOMST VAN 4 EN 5 APRIL 2023

Op dinsdag 4 en woensdag 5 april 2023 vindt een bijeenkomst van de NAVO-Ministers van Buitenlandse Zaken (Foreign Ministers Meeting, FMM) plaats in Brussel. Naast de dertig NAVO-bondgenoten zullen ook Finland en Zweden in hun hoedanigheid van genodigden (invitees) deelnemen. De Minister van Buitenlandse Zaken is voornemens deel te nemen aan deze vergadering.

Sinds de laatste FMM in november heeft Rusland zijn aanvallen op de Oekraïense infrastructuur (ook civiele) voortgezet. De voortdurende strijd van Oekraïne tegen de Russische agressie tegen hun land en bevolking is een rode draad door deze bijeenkomst. Oekraïne moet nu en voor de voorzienbare toekomst maximaal gesteund worden om zich effectief te kunnen verzetten. Het kabinet zal over onze standvastigheid geen twijfel laten bestaan.

Daarnaast is deze bijeenkomst een belangrijk moment in de voorbereiding op de Top in Vilnius in juli 2023. Zo zal onder meer gesproken worden over een nieuwe Defense Investment Pledge. In Wales spraken bondgenoten af hun defensiebudgetten te zullen laten groeien richting 2% in 2024, waarvan 20% aan nieuw materiaal en aan onderzoek en ontwikkeling. Het in overeenstemming brengen van de 2%-norm uit 2014 met de huidige veiligheidssituatie is van groot belang om te verzekeren dat het bondgenootschap ook in een onveiligere wereld de capaciteiten heeft zichzelf te verdedigen. Ook de Indo-Pacific regio en de implicaties van hybride dreigingen voor het Euro-Atlantisch gebied komen aan bod.

Naar verwachting zal de bijeenkomst bestaan uit drie formele sessies. Op 4 april vindt naar verwachting een bijeenkomst plaats met de Oekraïense Minister van Buitenlandse Zaken Kuleba. Bij de tweede sessie, op 5 april, staat de voorbereiding van de Top in Vilnius centraal. De derde sessie is een samenkomen met de Ministers van Buitenlandse Zaken van Australië, Japan, Nieuw-Zeeland en Zuid-Korea, alsmede de Hoge Vertegenwoordiger van de EU, waarin zij met elkaar zullen spreken over veranderingen in de wereldwijde veiligheidssituatie.

Sessie 1: Bijeenkomst met de Oekraïense Minister van Buitenlandse Zaken

Tijdens de bijeenkomst met de Oekraïense Minister van Buitenlandse Zaken zal worden stilgestaan bij de stand van zaken van de oorlog in Oekraïne. Nederland zal in de discussie andermaal benadrukken vastberaden te zijn Oekraïne te blijven steunen in zijn strijd tegen de Russische agressie, zo lang als dat nodig is. Deze sessie biedt daarnaast de mogelijkheid om – vooruitblikkend – in gesprek te gaan over ontwikkelingen in het land op het gebied van rechtsstatelijkheid en hervormingen. Daarbij kan worden gedacht aan de stappen tegen corruptie en voor bescherming van minderheden die Oekraïne de afgelopen jaren gezet heeft. Dit zijn belangrijke criteria voor eventuele NAVO-toetreding. Nederland hecht belang aan deze criteria.

Sessie 2: Aanstaande NAVO-Top in Vilnius

In de tweede sessie staan de voorbereidingen voor de NAVO-Top in Vilnius centraal, die op 11 en 12 juli van dit jaar zal plaatsvinden.

Finland en Zweden zijn op de NAVO-Top in Madrid in juni 2022 uitgenodigd toe te treden tot het bondgenootschap. Sindsdien hebben nagenoeg alle bondgenoten snel hun nationale goedkeuringsprocedures doorlopen om toetreding mogelijk te maken. Hongarije en Turkije zijn de enige twee bondgenoten die nog niet zo ver zijn. Het kabinet is van mening dat de toetreding van Finland en Zweden een belangrijke versterking van het bondgenootschap vormt. Daarom zal Nederland ook tijdens deze ministeriële bijeenkomst het belang onderstrepen dat Finland en Zweden als volwaardig NAVO-lid deel kunnen nemen aan de Top in Vilnius.

Defence Investment Pledge

Eén van de belangrijke agendapunten op de Top in Vilnius zal de nieuwe Defence Investment Pledge zijn. Op de Top in Wales in 2014 spraken bondgenoten met elkaar af dat hun defensie-uitgaven zouden groeien naar 2% van het BBP in 2024 (met daarvan 20% gericht op investeringen in nieuw materiaal en onderzoek en ontwikkeling) (Kamerstuk 28 676, nr. 210). Sindsdien is de veiligheidssituatie in de wereld verslechterd. De Russische inval in Oekraïne heeft nogmaals duidelijk gemaakt hoe belangrijk het is dat we als bondgenoten onze gemeenschappelijke verdediging op orde hebben. Dat vraagt een serieuze financiële inspanning van iedere bondgenoot. De gesprekken over een nieuw DIP worden de komende maanden voortgezet. Voorafgaand aan de top zal het kabinet u informeren over de Nederlandse inzet voor een nieuwe Defensie pledge. Het kabinet steunt het in NAVO-verband afspraken maken over robuuste, meerjarige financiering.

Samenwerking NAVO-Oekraïne

Tijdens de Top in Vilnius in juli zal ook gesproken worden over de toekomst van het Euro-Atlantische pad van Oekraïne. Voor het kabinet ligt de prioriteit op dit moment bij het koers houden en Oekraïne volop praktisch blijven steunen. In de eerste plaats om de Russische agressie af te slaan, en op termijn om moderne en effectieve strijdkrachten op te bouwen die toekomstige dreigingen geloofwaardig kunnen afschrikken. Daarbij is het van groot belang dat de NAVO naast de huidige non-letale steun ook capaciteitsopbouw aanbiedt om de interoperabiliteit met de NAVO te verhogen. Hiervoor is een intensivering van het Ukraine Comprehensive Assistance Package (UCAP) het geëigende middel. Het succes van een dergelijk steunpakket zal financieel commitment van bondgenoten vragen. Nederland levert hieraan een bijdrage en roept andere bondgenoten op hetzelfde te doen.

China

De afgelopen jaren is de aandacht binnen de NAVO toegenomen voor de uitdagingen die voortvloeien uit China’s steeds assertievere houding op het wereldtoneel. Aangezien veel van deze uitdagingen liggen op het terrein van hybride dreigingen, onder andere in het cyberdomein, speelt het op orde hebben van nationale weerbaarheid een grote rol. Het beleidsinstrumentarium van de NAVO om de nationale weerbaarheid in te richten is echter beperkt. Om deze uitdagingen het hoofd te bieden moet de NAVO samenwerken met andere partners, met een belangrijke rol voor de EU. Daarnaast moet de NAVO op deze thema’s ook samenwerking zoeken met Australië, Japan, Nieuw-Zeeland en Zuid-Korea. Tijdens de FMM zullen de NAVO-bondgenoten spreken over de ontwikkelingen vanuit China op deze thema’s, en over de voortgang die de NAVO maakt op de sporen die voortkomen uit het Strategisch Concept 2022.

Daarnaast maakt het kabinet zich zorgen over de strategische toenadering tussen China en Rusland, in het bijzonder in het kader van de oorlog in Oekraïne. Het kabinet zal deze bijeenkomst aangrijpen om hier met bondgenoten over te spreken.

Hybride dreigingen

In 2022 zijn stappen gezet om de strategie ter bestrijding van hybride dreigingen te implementeren aan de hand van een gestructureerde benadering. In vier stappen wordt in dit kader gewerkt aan een gemeenschappelijk dreigingsbeeld, het formuleren van wat we willen bereiken, het in kaart brengen van instrumenten en responsopties, en de evaluatie van responsopties.

Het kabinet waardeert de concrete stappen die de NAVO zet. Het is voor het kabinet van belang dat de NAVO de instrumenten verder ontwikkelt om hybride conflictvoering tegen het bondgenootschap en de bondgenoten tegen te gaan, waaronder door het verhogen van weerbaarheid van kritieke infrastructuur en ontwikkelen van respons. Nederland zal erop aansturen dat de NAVO en de EU aansluiting blijven zoeken op dit terrein.

Sessie 3: Bijeenkomst met partners in de Indo-Pacific en de EU HV

Aan de derde sessie nemen naast de Ministers van Buitenlandse Zaken van de dertig NAVO-bondgenoten en de twee genodigden ook de Ministers van Buitenlandse Zaken van Australië, Japan, Nieuw-Zeeland en Zuid-Korea deel, net als de Hoge Vertegenwoordiger van de EU. Zij zullen met elkaar spreken over de uitdagingen die een veranderende wereld heeft voor ieders veiligheid en hoe hierop adequaat en in gezamenlijkheid gehandeld kan worden.

Het kabinet is voorstander van het intensiveren en verdiepen van de dialoog en samenwerking tussen de NAVO- en Australië, Japan, Nieuw-Zeeland en Zuid-Korea. Het kabinet hecht er daarom groot belang aan om samen met de vier landen en de EU van gedachten te wisselen over de toenemende spanningen en veiligheidsuitdagingen in het Euro-Atlantisch gebied en de Indo-Pacific. Een aantal van deze nieuwe uitdagingen is niet geografisch gebonden, bijvoorbeeld op het terrein van economische veiligheid en cyber. Ook in voorbereiding op de Top in Vilnius, waar nadere stappen zullen worden besproken om deze uitdagingen te adresseren, is nauwere samenwerking met Australië, Japan, Nieuw-Zeeland en Zuid-Korea van grote waarde. Deze landen hebben een waardevol perspectief op, en ervaring met, de veiligheidsontwikkelingen in de regio en kunnen analyses en best practices delen.

Het kabinet acht het van belang dat de NAVO een goed beeld heeft bij toenemende spanningen en in de Indo-Pacific vanwege de mogelijke veiligheidsimplicaties voor het Euro-Atlantisch verdragsgebied. De NAVO heeft hierin een rol te spelen, door onder meer een platform te bieden waar analyses kunnen worden uitgewisseld en best practices kunnen worden gedeeld.