Staat van het Bestuur 2022
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2023
Brief regering
Nummer: 2023D11023, datum: 2023-03-20, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36200-VII-156).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: H.G.J. Bruins Slot, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (Ooit CDA kamerlid)
- Essaybundel Realiserend bestuur daadkrachtig en responsief
- Staat van het Bestuur 2022
- Beslisnota bij Kamerbrief inzake Staat van het Bestuur 2022
Onderdeel van kamerstukdossier 36200 VII-156 Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2023.
Onderdeel van zaak 2023Z04662:
- Indiener: H.G.J. Bruins Slot, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2023-03-22 15:16: Aansluitend: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-03-23 11:30: Procedurevergadering commissie Binnenlandse Zaken (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2023-04-06 11:30: Procedurevergadering commissie Binnenlandse Zaken (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2023-09-14 11:30: Procedurevergadering commissie Binnenlandse Zaken (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2023-10-24 16:30: Versterking lokaal bestuur (Commissiedebat), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2023-10-26 14:24: Aansluitend aan de Stemmingen: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 |
36 200 VII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2023
Nr. 156 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 20 maart 2023
Hierbij bied ik u de Staat van het Bestuur 2022 aan, de actuele versie van het trendrapport dat het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties iedere twee jaar opstelt over het decentrale openbaar bestuur. Daarnaast ontvangt u de bijbehorende essaybundel Realiserend bestuur: daadkrachtig en responsief, waarin acht experts op persoonlijke titel en vanuit verschillende invalshoeken het door de titel geduide thema hebben uitgediept. Verschillende meerjarige kerngegevens uit de Staat van het Bestuur zijn daarnaast te vinden op het nieuwe dashboard www.staatvanhetbestuurdashboard.nl.
De Staat van het Bestuur maakt feiten en ontwikkelingen voor iedereen inzichtelijk: over hoe de burgers zich verhouden tot democratie en het decentrale openbaar bestuur, over de inrichting, samenstelling en het functioneren van dat bestuur en over de beleidsinzet ter ondersteuning hiervan. Dit maakt het mogelijk om de balans op te maken van wat er goed gaat, wat er niet goed gaat en welke uitdagingen er in de toekomst op ons af komen. Ik hecht daar waarde aan. Zonder reflectie is leren immers niet mogelijk.
De balans opgemaakt
Uit de Staat van het Bestuur 2022 rijst het beeld op van een decentraal bestuur met gedreven volksvertegenwoordigers en bestuurders, die hard werken voor onze samenleving en zijn inwoners. Tegelijk zien we dat dit bestuur vanuit verschillende richtingen onder druk staat en kwetsbaarheden toont die aandacht blijven behoeven.
Politiek vertrouwen
Het draagvlak voor de (decentrale) democratie en het vertrouwen in het systeem is in Nederland groot, maar er ontstaan barsten in dit beeld. Het vertrouwen van burgers in de regering en Tweede Kamer is teruggevallen naar het laagste punt in tien jaar en dit lijkt, volgens cijfers van het SCP, ook de tevredenheid met het functioneren van het democratisch bestel als zodanig aan te gaan tasten.
Legitimiteit van het decentrale bestuur
De legitimiteit van het decentraal bestuur staat onder druk omdat maar de helft van de kiesgerechtigden lokaal gaat stemmen en omdat sommige groepen meer geneigd zijn hun stem uit te brengen dan andere. Ook blijken burgers vaak andere verwachtingen te hebben dan het lokaal bestuur kan waarmaken, gezien zijn taken en bevoegdheden.
Fragmentatie en verloop in het lokale bestuur
Bij de gemeenteraadsverkiezingen in 2022 zijn meer partijen gekozen. De raden zijn verder gefragmenteerd en de colleges verbreed. Collegevorming heeft gemiddeld langer geduurd dan anders. In de periode 2018–2022 is 38% van de raadsleden en 47% van de wethouders tussentijds vertrokken. Het merendeel van de huidige raadsleden en wethouders is bezig met zijn eerste termijn.
De mensen in het bestuur
Volksvertegenwoordigers en bestuurders zijn zeer betrokken en gemotiveerd. De basis waaruit zij voortkomen, is smal: hun rekrutering ligt bij de politieke partijen die met beperkte ledentallen kampen, en veel raadsleden stellen zich niet opnieuw kandidaat. Ook is het profiel van de mensen in het bestuur nog niet divers wat betreft leeftijd, opleiding, geslacht en culturele achtergrond.
Weerbaar bestuur
Agressie tegen decentrale vertegenwoordigers en bestuurders is een nog steeds groeiend probleem op alle bestuurslagen. Dit vindt vooral verbaal (online) plaats en tast het werkplezier van de politieke ambtsdragers aan. Vrouwelijke politici, burgemeesters en politici in stedelijke gemeenten krijgen hier het meest mee te maken.
Beschikbare middelen
De financiële positie van alle gemeenten samen is in 2020 en 2021 verbeterd. De oorzaak ligt in incidentele meevallers, noodzakelijke besparingen en het niet, minder of later uitvoeren van beleid door de coronacrisis. Of dit in de komende tijd «ingehaald» wordt, is onduidelijk: ook gemeenten hebben moeite om hun vacatures in te vullen.
Slot
De signalen uit deze Staat van het Bestuur laten zien dat het van belang is om verder werk te maken van de versterking van democratie en bestuur op decentraal niveau. De Actieagenda Sterk Bestuur waarover ik u op 20 januari jl. heb geïnformeerd (Kamerstuk 33 047, nr. 25), is een stap naar een effectievere interbestuurlijke samenwerking als één overheid. Tevens stuur ik u dit voorjaar de u eerder toegezegde brief over de versterking van het decentraal bestuur. Daarnaast beogen de Wet participatie op decentraal niveau (Kamerstuk 36 120) en andere impulsen voor invloed en participatie, de betrokkenheid van inwoners te vergroten.
Rijk, gemeenten, provincies en waterschappen werken zo samen aan een openbaar bestuur dat responsief en daadkrachtig is. Een herkenbaar en toegankelijk openbaar bestuur dat werkt voor alle mensen in Nederland.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
H.G.J. Bruins Slot