Reactie op moties en amendementen die zijn ingediend tijdens de meest recente begrotingsbehandeling, het wetgevingsoverleg Begrotingsonderzoek, het wetgevingsoverleg Cultuur, het wetgevingsoverleg Media en het wetgevingsoverleg Emancipatie
Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2023
Brief regering
Nummer: 2023D13129, datum: 2023-03-30, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36200-VIII-212).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.H. Dijkgraaf, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Mede ondertekenaar: A.D. Wiersma, minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs (Ooit VVD kamerlid)
- Mede ondertekenaar: G. Uslu, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
Onderdeel van kamerstukdossier 36200 VIII-212 Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2023.
Onderdeel van zaak 2023Z05577:
- Indiener: R.H. Dijkgraaf, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Medeindiener: A.D. Wiersma, minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs
- Medeindiener: G. Uslu, staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2023-04-04 15:50: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-04-06 10:15: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2023-04-19 10:00: Reactie op moties en amendementen die zijn ingediend tijdens de meest recente begrotingsbehandeling, het wetgevingsoverleg Begrotingsonderzoek, het wetgevingsoverleg Cultuur, het wetgevingsoverleg Media en het wetgevingsoverleg Emancipatie (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2023-06-15 10:15: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2023-06-26 10:00: Slotwet, Jaarverslag 2022 en de Staat van het Onderwijs 2023 en voortzetting beantwoording commissiedebat Kansengelijkheid in het funderend onderwijs (Wetgevingsoverleg), vaste commissie voor Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- 2023-06-29 14:45: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 |
36 200 VIII Vaststelling van de begrotingsstaten van het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap (VIII) voor het jaar 2023
Nr. 212 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP EN VOOR PRIMAIR EN VOORTGEZET ONDERWIJS EN DE STAATSSECRETARIS VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 maart 2023
In deze brief gaan wij in op de door uw Kamer aangenomen moties en amendementen die zijn ingediend tijdens de meest recente begrotingsbehandeling (Handelingen II 2022/23, nr. 27, item 12), WGO Begrotingsonderzoek (Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 175), WGO Cultuur (Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 163), WGO Media (Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 178) en WGO Emancipatie (Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 183).
Begrotingsbehandeling
Moties
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 66
Het lid Simons
verzoekt de regering aan te moedigen dat studieadviseurs kennis hebben van functiebeperkingen, waaronder neurodivergentie zoals dyscalculie, hoogsensitiviteit, autisme en AD(H)D,
Reactie:
Bij de uitvoering van de motie wordt verbinding gezocht met het bestaande landelijk netwerk studentenwelzijn, waarin onderwijsprofessionals vertegenwoordigd zijn. Uw Kamer wordt uiterlijk voor het zomerreces geïnformeerd over de uitvoering van de motie.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 68
De leden Simons, Koekkoek, Wassenberg en Wuite
verzoekt de regering (kennis van de) verhalen over antikoloniale vrijheidsstrijders en verzetshelden uit de Nederlandse geschiedenis te laten opgraven, archiveren en onderzoeken, bij dit onderzoek samen te werken met onder andere de in de constatering genoemde representatieve organisaties en een leidende onderzoeksrol voor hen te waarborgen en de resultaten van deze onderzoeken op te nemen in de Nederlandse canon en te verankeren in het onderwijs,
Reactie:
Uw Kamer wordt uiterlijk in het najaar geïnformeerd over de uitvoering van deze motie.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 70
Het lid Beertema
verzoekt de regering het huidige bestuursmodel te evalueren en te onderzoeken hoe het primaat van de politiek hersteld kan worden en daarbij ook de voor- en nadelen van de lumpsumfinanciering kritisch te bezien,
Reactie:
De motie wordt meegenomen in de beleidsreactie op het IBO Sturing op kwaliteit van onderwijs die in het eerste kwartaal van dit jaar naar uw Kamer wordt gezonden.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 143
De leden Beertema en Paul
verzoekt de regering te onderzoeken hoe in de eindtoets in het basisonderwijs praktische vaardigheden en competenties, de «rechterhandjes», kunnen worden geïmplementeerd om te bewerkstelligen dat naast de cognitieve en theoretische vaardigheden ook de praktische competenties positief worden herkend en erkend en worden meegenomen in een positief getoonzette waardering in de uitslag van de eindtoets,
Reactie:
Uw Kamer ontvangt in het tweede kwartaal van 2023 een brief over de visie op het funderend (beroeps)onderwijs. Daarbij zal deze motie worden meegenomen.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 75
De leden Van der Woude en Van der Graaf
verzoekt het kabinet om in de technologiestrategie een analyse te maken van de verdeling van onderzoeks- en onderwijsmiddelen over alfa, bèta, gamma en (technisch-)medische wetenschap in Nederland en andere landen; verzoekt het kabinet daarbij eveneens om bij deze analyse van de financiële middelen een nadere uitsplitsing te maken naar specifieke sectoren en technologieën binnen de brede domeinen alfa, bèta, gamma en (technisch-)medische wetenschap, inclusief de relevantie van deze sectoren of technologieën voor grote maatschappelijke transities,
Reactie:
Inmiddels zijn we in gesprek met een relevante partij over de bijdrage die ze kunnen leveren aan de analyse zoals in de motie beschreven. Naar verwachting wordt de technologiestrategie uiterlijk dit najaar aan uw Kamer verzonden.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 76
De leden Van der Woude, Van der Molen, Omtzigt, Van der Plas en Pouw-Verweij
verzoekt de Minister uiterlijk voor het zomerreces met een nieuw wetsvoorstel te komen voor de beheersing van de instroom van internationale studenten,
Reactie:
Uw Kamer wordt in de aangekondigde brief over internationale studentenstromen in het hoger onderwijs geïnformeerd over de uitvoering van deze motie. In die brief zal worden ingegaan op de voorstellen voor maatregelen gericht op het meer beheersbaar maken van de instroom van internationale studenten, de inzet op meertaligheid en het behoud van het Nederlands als academische taal. De voorgestelde maatregelen zullen een pakket betreffen van voorstellen voor wet- en regelgeving en aanvullende bestuurlijke afspraken en instrumenten bij instellingen. In de brief zal ook een planning worden opgenomen, waarbij het natuurlijk aan uw Kamer is om de termijnen voor de behandeling van wetsvoorstellen te bepalen.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 77
De leden El Yassini en Van der Molen
verzoekt de regering komend jaar € 600.000 vanuit de bekostiging mbo in te zetten om de stijgende kosten voor de mbo-vakwedstrijden op te kunnen vangen en de borging van dit programma te verzekeren,
Reactie:
We zijn in gesprek met de uitvoerende partij van de mbo-vakwedstrijden, WorldSkills Netherlands, om de (verwachte) tekorten op de begroting in 2023 en 2024 vast te stellen, en de inzet van bestaande middelen hierop af te stemmen. Dit proces is uitgelopen omdat eerder aangeleverde stukken niet volledig duidelijkheid verschaften. We streven ernaar dit proces in de komende maanden af te ronden en informeren uw Kamer uiterlijk voor het zomerreces 2023.
Kamerstuk 36 200 VII, nr. 144
De leden El Yassini, Van der Molen, Van der Graaf
verzoekt de regering bij een positieve evaluatie vanaf 2024 de huidige middelen van de subsidie praktijkleren in te zetten voor een vervolgregeling van vijf jaar,
Reactie:
Het eindrapport van de evaluatie van de regeling is in februari 2023 opgeleverd. Uw Kamer wordt in het voorjaar van 2023 geïnformeerd over de uitkomsten van deze evaluatie. Inzichten uit de evaluatie zullen gebruikt worden om te beoordelen hoe de regeling kan worden verbeterd en voortgezet. Het wederom meerjarig verplichten van de regeling ligt daarbij ons inziens voor de hand, maar ook het stopzetten van de regeling is een optie die wordt meegenomen in de evaluatie. Uw Kamer wordt uiterlijk voor het zomerreces 2023 geïnformeerd over de uitvoering van deze motie.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 80
De leden El Yassini en Paul
verzoekt de regering om te komen tot kaders ten aanzien van het begeleiden van nieuwe leraren en hierin de samenwerking tussen scholen en lerarenopleidingen te verankeren; verzoekt de regering afspraken te maken met sociale partners over het behoud van zijinstromers en nieuwe leraren,
Reactie:
Zoals aangegeven in de bijlage bij de Kamerbrief Lerarenbeleid (Kamerstuk 27 923, nr. 449), waarover wij in het Kamerdebat van 15 december jl. (Kamerstuk 27 923, nr. 450) gesproken hebben, vindt op dit moment het begeleiden en het opleiden van leraren, zij-instromers en startende leraren plaats binnen de Regionale aanpak Personeelstekort onderwijs (RAP) en SO&P-verbanden (Samen Opleiden & Professionaliseren). Binnen deze samenwerkingsverbanden werken scholen/schoolbesturen en lerarenopleidingen samen. Deze aanpak is nog wel versnipperd. Om deze versnippering tegen te gaan en samenwerking tussen scholen en lerarenopleidingen te verankeren willen wij komen tot één regionale infrastructuur voor de onderwijsarbeidsmarkt waarin de RAP en SO&P-regelingen worden gebundeld in zogenoemde Regio’s voor de arbeidsmarkt van de Toekomst van het Onderwijs (RATO). Wij informeren uw Kamer voor de zomer over de voortgang.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 81
De leden Kwint en Westerveld
verzoekt de regering om in samenspraak met het onderwijs te komen tot een landelijk netwerk van invalpools en afspraken te maken waardoor uitzendbureaus niet langer worden ingezet in het onderwijs,
Reactie:
Zoals aangegeven in de bijlage bij de Kamerbrief Lerarenbeleid, waarover wij in het Kamerdebat van 15 december jl. gesproken hebben, wordt in het rapport van Van de Bunt Adviseurs voorgesteld om RATO (Regio’s voor de arbeidsmarkt van de Toekomst van het Onderwijs) in te richten: samenwerkingsverbanden waarin schoolbesturen en lerarenopleidingen samenwerken in de aanpak van de tekorten. Benoemd wordt dat bij een RATO ook een centrale dienst (een rechtspersoon) met een vervangingspool kan worden ingericht, als tegengewicht tegen commerciële uitzendbureaus. Daarvoor is een wetswijziging nodig. Met de sectororganisaties, vak- en beroepsorganisaties en de opleidingen is in het werkplan afgesproken deze wetswijziging voor te bereiden. Voor de zomer informeren wij uw Kamer over de stand van zaken. Met deze toelichting geven wij ook uitvoering aan het verzoek van de Kamer om te laten weten hoe wij deze motie willen gaan uitvoeren (Handelingen II 2022/23, nr. 28, item 15).
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 82
Het lid Kwint
verzoekt de regering indien het overleg met de sociale partners niet tot een bindende afspraak leidt in het wetsvoorstel strategisch personeelsbeleid te regelen dat leraren bij goed functioneren na een jaar altijd een vast contract krijgen,
Reactie:
Zoals aangegeven in de Kamerbrief Lerarenbeleid, waarover wij in het Kamerdebat van 15 december jl. gesproken hebben, gaan we met de sectororganisaties in gesprek om concrete afspraken met hen te maken over een normstelling rond het aantal vaste contracten, in aanvulling op de al bestaande bepaling in de cao’s po en vo dat na maximaal een jaar een vast contract moet worden aangeboden. De gesprekken met de sociale partners worden momenteel gevoerd. We streven ernaar om het wetsvoorstel zo spoedig mogelijk na deze gesprekken, in het eerste kwartaal van 2023, in internetconsultatie te brengen.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 83
De leden Kwint en Van der Molen
verzoekt de regering om samen met de Vereniging Hogescholen en Universiteiten van Nederland ervoor te zorgen dat het actief werven van buitenlandse studenten tot nader order, in ieder geval totdat de Minister met nieuwe maatregelen komt omtrent internationalisering, gestopt wordt,
Reactie:
Op deze motie is ingegaan in de Kamerbrief van 22 december 2022 (Kamerstuk 31 288, nr. 1004), waarin wordt aangegeven dat aan de onderwijsinstellingen dringend is verzocht om de volgende uitgangspunten te hanteren:
1) een algehele stop van actieve werving van internationale studenten door de instellingen via grote algemene en fysieke beurzen, tot in het kader van de februaribrief aan de Kamer hernieuwde afspraken zijn gemaakt met de koepels (via een addendum op het reeds bestaande Bestuursakkoord);
2) uitsluitend met toestemming en onder verantwoordelijkheid van het College van Bestuur overgaan tot zeer beperkte en gerichte werving voor specifieke opleidingen die zich richten op (regionale) tekortsectoren in de zorg, de bètatechniek en het onderwijs. Daarbij rust op instellingen een inspanningsplicht om deze internationale studenten te faciliteren na afstuderen hun weg te vinden naar de Nederlandse arbeidsmarkt in deze tekortsectoren;
3) het College van Bestuur is hierop aanspreekbaar en bereid verantwoording af te leggen over eventuele wervingsactiviteiten voor deze (regionale) tekortsectoren.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 145
De leden Hagen, El Yassini, Van der Molen en Van der Graaf
verzoekt de regering om vanaf 2024 structureel 10 miljoen euro te reserveren om boeken en licenties voor mbo-studenten jonger dan 18 jaar voor de vakken taal, rekenen en burgerschap kosteloos ter beschikking te stellen,
Reactie:
Ter voorbereiding op de uitvoering van deze motie en het bijbehorende amendement gaat het ministerie in gesprek met mbo-instellingen. Wij informeren uw Kamer bij Voorjaarsnota 2023 over de voortgang hiervan.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 88
Het lid Van Meenen
verzoekt de regering te zoeken naar een meer verplichtende samenwerking tussen besturen voor het bestrijden van het lerarentekort, die aansluit bij bestaande en passende samenwerkingen,
Reactie:
Zoals aangegeven in de Kamerbrief Lerarenbeleid, waarover wij in het Kamerdebat van 15 december jl. gesproken hebben, willen wij komen tot één regionale infrastructuur voor de onderwijsarbeidsmarkt. Binnen deze samenwerkingsverbanden werken scholen/schoolbesturen, mbo-instellingen en lerarenopleidingen samen. Wij hebben in het bij de brief gevoegde werkplan (principe)afspraken gemaakt met de vak- en beroepsorganisaties, de opleidingen en de raden over deze regionale samenwerking. Voor de zomer wordt uw kamer hierover geïnformeerd.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 89
De leden Van Meenen en Paul
verzoekt de regering in samenwerking met BZK, EZK en particuliere investeerders zoals pensioenfondsen te verkennen of en hoe een revolverend fonds en een programmatische aanpak kunnen bijdragen aan de problematiek rond onderwijshuisvesting, en de Tweede Kamer hier in het voorjaar van 2023 over te informeren,
Reactie:
De verkenning naar een revolverend fonds maakt onderdeel uit van het vervolg op de Taskforce Financiering Onderwijshuisvesting, waarover we uw Kamer 23 november 2022 per brief (Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 125) hebben geïnformeerd. Ook raakt de motie aan een programmatische aanpak die OCW uitwerkt om de aanpak van de verouderde schoolgebouwen te versnellen en te verbeteren. De uitwerking van onderhavige motie, alsmede de beleidsreactie op de eindrapportage van de Taskforce Financiering Onderwijshuisvesting, ontvangt u in het eerste halfjaar van 2023. Dit is in lijn met de toezegging die tijdens het commissiedebat onderwijshuisvesting op 1 december 2022 is gedaan.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 90
De leden Van Meenen en Paul
verzoekt de regering om sociale partners op te roepen om meer belonen van meer uren werk te betrekken in de komende cao-onderhandelingen en dit in samenhang te doen met de kansen die initiatieven als de Rijke Schooldag bieden,
Reactie:
Uw Kamer is in de bijlage «moties en toezeggingen» bij de brief over het lerarenbeleid van 13 december 2022 geïnformeerd over de uitvoering van deze motie. De ambitie is om een voltijds- of meerurenbonus mogelijk te maken voor het onderwijs. We betrekken sociale partners bij de uitwerking. En nemen de verzochte oproep mee. In het voorjaar van 2023 komen wij bij de Kamer terug op de voortgang.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 91
De leden De Hoop en Bouchallikh
verzoekt de regering een voorstel te doen van hoe opleidingsniveau als discriminatiegrond kan worden toegevoegd aan de Algemene wet gelijke behandeling,
Reactie:
Over het uitvoeren van deze motie wordt afgestemd met het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties. Uw Kamer wordt voor het zomerreces 2023 geïnformeerd over de uitvoering van deze motie.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 92
De leden De Hoop en Simons
verzoekt de regering te komen tot een voorstel waarin kinderopvang niet enkel dient om ouders tijd te bieden om te kunnen werken, maar waarin het belang van het kind zowel in didactief perspectief, als in het kader van de kansengelijkheid ook wordt meegenomen,
Reactie:
Over het uitvoeren van deze motie wordt afgestemd met het Ministerie van SZW. Uw Kamer wordt in de loop van 2023 geïnformeerd over de uitvoering van de motie.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 93
Het lid De Hoop
verzoekt de regering te bezien hoe dit positieve initiatief verbreed kan worden en waar brugfunctionarissen nog meer kunnen worden ingezet, en de Kamer te infomeren over het vervolg hiervan,
Reactie:
Zoals in het debat aangegeven, overwegen we hier middelen voor beschikbaar te stellen. Uw Kamer wordt uiterlijk voor de zomer hierover geïnformeerd.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 94
De leden De Hoop, Westerveld, Wassenberg, Dassen en Beertema
verzoekt de regering een voorstel te doen waarop meer regie gevoerd kan worden op regionale samenwerking tussen schoolbesturen in de bestrijding van het lerarentekort,
Reactie:
Zoals aangegeven in de Kamerbrief Lerarenbeleid, waarover wij in het Kamerdebat van 15 december jl. gesproken hebben, hebben wij in het bij de brief gevoegde werkplan afspraken gemaakt met de vak- en beroepsorganisaties, de opleidingen en de raden. Onderdeel van de afspraken is de vorming van Regionale Aanpak Toekomst Onderwijsarbeidsmarkt (RATO) voor duurzame samenwerking in de regio. Solidariteit en samenwerken vormen de basis om tekorten aan te pakken en de kwaliteit, continuïteit en kansengelijkheid in het onderwijs te borgen. Geen school, bestuur of lerarenopleiding kan de tekorten alleen oplossen. De vorming van regio’s wordt gestimuleerd en ondersteund met centrale regie vanuit een landelijk kader. Dit kader werken wij samen met onderwijsorganisaties en voorlopers bij de RATO vorming verder uit. Voor de zomer informeren wij de Tweede Kamer over de stand van zaken.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 95
De leden de Hoop, Westerveld, Wassenberg, Dassen en Beertema
verzoekt de regering onderwijsinstellingen in het middelbaar beroepsonderwijs en het hoger onderwijs te verplichten zelfmoordpreventie- en nazorgbeleid te voeren en ze te faciliteren met informatie hiertoe van gerenommeerde organisaties zoals 113 Zelfmoordpreventie,
Reactie:
Uw Kamer wordt uiterlijk voor het zomerreces geïnformeerd over de uitvoering van deze motie.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 96
De leden De Hoop en Van der Molen
verzoekt de regering om wetenschappelijk onderwijs in het Frysk wettelijk te verankeren in lijn met het Europees Handvest voor regionale talen, dat stipuleert dat de overheid moet voorzien in onderwijs van regionale talen op alle onderwijsniveaus,
Reactie:
Uw Kamer wordt in het najaar 2023 procesmatig geïnformeerd over de uitvoering van deze motie. Daarbij betrekken we ook de sectorplannen en de stand van zaken rond de bestuursafspraak Friese taal en cultuur (tussen het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de provincie Friesland). In het voorjaar van 2024 volgt een inhoudelijke Kamerbrief over de juridische verankering waarin het advies van de KNAW – dat naar verwachting eind december 2023 gereed is – wordt meegenomen.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 98
De leden Peters en Pouw-Verweij
verzoekt de regering om in lijn met de adviezen van de Onderwijsraad glasheldere doelen voor taal en rekenen te formuleren, waarbij taal en rekenen stevig verankerd moeten worden in andere vakken en leergebieden, zodat leerkrachten exact weten wat hun opdracht is en ze als team hieraan kunnen werken,
Reactie:
De huidige kerndoelen geven leerkrachten, methodemakers en toetsmakers onvoldoende houvast om goed onderwijs mee te maken. Ze geven te weinig richting en zijn vaak multi-interpretabel. Daar willen wij verandering in brengen middels de huidige curriculumbijstelling. In de werkopdracht voor leraren, overige vakexperts en curriculumexperts hebben we daarom opgenomen dat de nieuwe kerndoelen voor de basisvaardigheden concreter moeten zijn dan de huidige kerndoelen. Begin 2023 maken wij de tussenbalans op over de ontwikkeling van de kerndoelen voor de basisvaardigheden. Als deze voldoende is, zijn wij voornemens om ook voor de andere leergebieden te starten. Hierin krijgen taal en rekenen – waar van toepassing – ook een stevig plek. Daarnaast zijn ook op stelselniveau glasheldere doelen voor taal en rekenen nodig. Het kabinet investeert flink op het verbeteren van de basisvaardigheden en ik wil dat daar ook heldere indicatoren en streefwaarden voor komen. Dat heb ik ook als reactie gegeven op de motie van het lid de Hoop1 tijdens het tweeminutendebat over het Masterplan Basisvaardigheden (Handelingen II 2022/23, nr. 47, item 3). Ik informeer uw Kamer uiterlijk in april 2023 over de indicatoren en streefwaarden die ik hiervoor ga hanteren.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 99
Het lid Van der Molen
verzoekt de regering om deze aanpakken te verbinden, zodat beter samen met zij-instromers kan worden gezocht naar de meest geschikte route om leraar te worden, en tevens te stoppen met aparte financiële regelingen om leraar te worden en deze middelen beschikbaar te stellen voor regionale samenwerkingsverbanden zodat zij zij-instromers kunnen helpen met de financiële ondersteuning van het opleidingstraject,
Reactie:
Zoals aangegeven in de Kamerbrief Lerarenbeleid, waarover wij in het Kamerdebat van 15 december jl. gesproken hebben, erkennen we dat het werven, opleiden en begeleiden van zij-instromers en het kiezen voor de meest passende route meer in samenhang kan worden gebracht in de regio. Zoals opgenomen in het werkplan is de gedeelde ambitie om te komen tot één regionale infrastructuur voor de onderwijsarbeidsmarkt. Hier hoort ook een passende financieringsstructuur bij. We zetten in op duurzame bekostiging voor de Onderwijsregio’s met prikkels die samenwerken bevorderen en concurrentie verminderen. Uitgangspunt is een bundeling van bestaande regelingen en middelen, te beginnen met de middelen voor de Regionale Aanpak Personeelstekort (RAP) en voor Samen Opleiden en Professionaliseren (SO&P). Hierover wordt uw Kamer nader geïnformeerd.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 100
De leden Van der Molen en El Yassini
verzoekt de regering om jaarlijks 4,32 miljoen euro voor de organisatie van de (internationale) vakwedstrijden mbo structureel te reserveren binnen artikel 4 van de OCW-begroting en jaarlijks 0,68 miljoen voor de organisatie van de nationale vakwedstrijden vmbo structureel te reserveren binnen artikel 3 van de OCW-begroting en een wettelijke basis te creëren voor de organisatie WorldSkills Netherlands voor het uitvoeren van deze (internationale) vakwedstrijden (v)mbo,
Reactie:
We werken eraan om de verzochte middelen vanaf 2024 structureel te reserveren binnen de begroting, en dit per voorjaarsnota 2023 zichtbaar te maken. Er wordt ook gekeken welke mogelijkheid zich leent om de uitvoering van de vakwedstrijden bij één partij te beleggen. We informeren uw Kamer uiterlijk in het najaar 2023 over de uitvoering van de motie.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 101
Het lid Van der Molen
verzoekt de regering om uitgebreid op de voorgaande vier oplossingen te reageren in de brief die in februari naar de Kamer zal komen,
Reactie:
Uw Kamer wordt in de aangekondigde brief over internationale studentenstromen in het hoger onderwijs geïnformeerd over de uitvoering van deze motie. In die brief zal worden ingegaan op de voorstellen voor maatregelen om de instroom van internationale studenten meer beheersbaar te maken en daarmee de verhouding tussen Nederlandse en internationale studenten evenwichtiger te maken. Hierover wordt de komende periode intensief overlegd met het hogeronderwijsveld.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 103
De leden Westerveld, De Hoop, Kwint, Wassenberg, Van Meenen, Sylvana Simons, Van Baarle en Beertema
verzoekt de regering de bekostiging van samenwerkingsverbanden met te hoge reserves te verlagen, zodat ze niet nog meer reserves opbouwen; verzoekt de regering het deel dat daardoor minder overgemaakt wordt aan samenwerkingsverbanden uit te geven aan passend onderwijs; verzoekt de regering om met samenwerkingsverbanden toekomstbestendige afspraken te maken waardoor het opbouwen van zulke grote bovenmatige reserves niet meer kan
Reactie:
In de brief «Uitwerking van de motie van het lid Westerveld c.s. over de bekostiging van samenwerkingsverbanden met te hoge reserves verlagen en uitgeven aan beter passend onderwijs» van 13 februari is uw Kamer geïnformeerd over het uitvoeren van deze motie (Kamerstuk 36 200 VIII.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 104
De leden Westerveld en Simons
verzoekt de regering om het woord «hoger» te schrappen in deze subsidievoorwaarde, zodat deze organisaties voor een bredere groep kunnen opkomen,
Reactie:
De als gevolg van deze motie benodigde aanpassing van wet- en regelgeving zal worden meegenomen in een daartoe geëigend wetsvoorstel, te weten de reparatie-/verzamelwet waarmee in de tweede helft van dit jaar zal worden aangevangen.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 105
De leden Bouchallikh en De Hoop
verzoekt de regering om ervoor te zorgen dat mbo-studenten ook een melding kunnen doen bij de antidiscriminatievoorzieningen (ADV’s) over stagediscriminatie; verzoekt de regering tevens om in gesprek met onderwijsinstellingen ervoor te zorgen dat de ADV’s betrokken worden bij de opstelling van de escalatieladders en routekaarten,
Reactie:
Uw Kamer is op 14 februari jl. per brief geïnformeerd over de uitvoering van deze motie in het stagepact MBO (Kamerstuk 31 524, nr. 549).
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 106
De leden Segers, Van Meenen, Westerveld, Paul en De Hoop
verzoekt de regering om scholen te ondersteunen in het vormgeven van inspraak van leerlingen op hun school via de medezeggenschapsraden en om te stimuleren dat scholen inspraak stimuleren en het faciliteren als leerlingen daarom verzoeken, bijvoorbeeld in de vorm van een leerlingenraad,
Reactie:
Op dit moment wordt in het Breed gesprek governance en (mede)zeggenschap met onder andere vo-leerlingen gesproken over het versterken van de inspraak bijvoorbeeld via de medezeggenschapsraad. Op basis van de uitkomsten van het Breed gesprek wordt uw Kamer rond de zomer geïnformeerd over de nadere invulling van deze motie.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 107
Het lid Segers
verzoekt de regering om ouderbetrokkenheid in vve te versterken, en aan de slag te gaan met de lessen over ouderbetrokkenheid uit de voortgangsrapportage van het Nationaal Programma Onderwijs,
Reactie:
De motie wordt meegenomen bij de uitwerking van de passage over dit onderwerp uit het coalitieakkoord (Bijlage bij Kamerstuk 35 788, nr. 55). Over deze uitwerking wordt uw Kamer na de zomer geïnformeerd.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 108
De leden Segers en Ellian
verzoekt de regering om in het funderend onderwijs deze persoonlijke verhalen over de Tweede Wereldoorlog door nazaten van overlevenden en slachtoffers van de Holocaust een structurele plek te geven in het onderwijs voor leraren en leerlingen,
Reactie:
Onderwijs over de Holocaust is onderdeel van de kerndoelen in het funderend onderwijs. Samen met vertegenwoordigers van leraren en van joodse organisaties onderzoeken we op welke wijze we persoonlijke verhalen van nazaten van overlevenden en slachtoffers van de Holocaust, in het kader van het tegengaan van antisemitisme, een structurele plek in het onderwijs kunnen geven zonder de professionele pedagogisch-didactische ruimte van leraren en scholen in te perken. Uw Kamer wordt hier in april 2023 over geïnformeerd. Uw Kamer heeft voor dit doel met een amendement (Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 57) ook middelen voor dit jaar vrijgemaakt in de begroting.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 109
De leden Segers en Peters
verzoekt de regering te onderzoeken in hoeverre het aanvraagproces voor de maatschappelijke diensttijd voldoende toegankelijk is en met een plan te komen om scholen en onderwijsprofessionals te ondersteunen bij het aanvraagproces,
Reactie:
Het belang van toegankelijkheid voor iedere aanvrager krijgt extra aandacht in de nieuwe subsidieregeling die in het tweede kwartaal van 2023 wordt gepubliceerd. MDT blijft aanvragers ondersteunen met aandacht voor de geleerde lessen uit eerdere subsidierondes. We hebben specifiek aandacht voor de behoeften van scholen en onderwijsprofessionals. Samen met scholen en met de onderwijsraden zijn we in gesprek over een passende ondersteuning. De uitwerking van deze motie wordt daarin meegenomen. Uw Kamer wordt bij de voortgangsrapportage die in het voorjaar wordt toegezonden geïnformeerd over de nadere invulling van deze motie.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 111
De leden Bisschop en Peters
verzoekt de regering in samenspraak met onderwijsbonden en sectorraden te verkennen in hoeverre een beperking van het aantal uren onderwijstijd in combinatie met keuzes in het curriculum kan bijdragen aan het beperken van het lerarentekort,
Reactie:
Zoals aangegeven in de Kamerbrief Lerarenbeleid, waarover wij in het Kamerdebat van 15 december jl. gesproken hebben, zullen wij met de vak- en beroepsorganisaties en de sectorraden bevorderen dat de bestaande ruimte in de wet- en regelgeving met betrekking tot onderwijstijd beter benut wordt en scholen daarbij ondersteunen. Dat doen we door – bijvoorbeeld via Voortgezet Leren – voorbeelden van scholen die hun lesroosters anders hebben ingericht om zo met minder lesuren ook goede onderwijskwaliteit te leveren, te verzamelen en te ontsluiten en scholen zo in de gelegenheid te stellen van elkaar te leren. Zoals in het werkplan staat, werken we daarnaast voor po uit of en zo ja, onder welke voorwaarden we scholen in het po tijdelijk ruimte willen geven om, in overleg met hun medezeggenschapsraad en de gemeente (en/of andere betrokken overheden) professionals in te zetten voor maximaal 22 uur per maand. Hiermee kunnen scholen hun lestijd en schooltijd zo organiseren dat de vijfdaagse schoolweek wordt gegarandeerd. Voor de zomer van 2023 zullen we uw Kamer informeren over de stand van zaken.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 113
Het lid Wassenberg
verzoekt de regering om in de loop van 2023 de opdracht te geven tot een onderzoek naar de mogelijkheid om het aantal proeven op niet-humane primaten verder te verlagen zonder dat dit gevolgen heeft voor het onderzoek dat strikt noodzakelijk is voor de bestrijding van levensbedreigende ziekten en uitbraken van infectieziekten die de volksgezondheid bedreigen, conform de wens van de Kamer (zoals verwoord in motie met Kamerstuk 32 336, nr. 57 ); verzoekt de regering dit onderzoek te laten uitvoeren door onafhankelijke deskundigen,
Reactie:
Uw Kamer wordt vóór de zomer geïnformeerd over de uitvoering van deze motie.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 114
De leden Pouw-Verweij, Van der Plas en Van der Woude
verzoekt de regering met het hoger onderwijs in overleg te gaan om te komen tot criteria voor het nastreven van een evenwichtige verhouding,
Reactie:
Uw Kamer wordt in de aangekondigde brief over internationale studentenstromen in het hoger onderwijs geïnformeerd over de uitvoering van deze motie. In die brief zal worden ingegaan op de voorstellen voor maatregelen om de instroom van internationale studenten meer beheersbaar te maken en daarmee de verhouding tussen Nederlandse en internationale studenten evenwichtiger te maken. Hierover wordt de komende periode intensief overlegd met het hogeronderwijsveld.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 117
Het lid Van Baarle
verzoekt de regering te onderzoeken of het mogelijk is om de monitoring van onderadvisering van leerlingen met een migratieachtergrond te verbeteren en een meer systematisch karakter te geven,
Reactie:
Uw Kamer wordt uiterlijk voor de zomer geïnformeerd over het uitvoeren van deze motie.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 118
De leden Van Baarle en Westerveld
verzoekt de regering om de afspraken over stagevergoedingen niet alleen te laten gelden voor stages in het mbo, maar ook binnen het hbo en het wo; verzoekt de regering tevens om een jaarlijkse monitor stagevergoedingen uit te voeren met een uitsplitsing naar sector en onderwijsniveau, hierin een onderscheid te maken tussen cao-gerelateerde en niet-caogerelateerde vergoedingen, alsmede met een algemene norm over de kostendekkendheid van een stagevergoeding,
Reactie:
Uw Kamer wordt uiterlijk voor het zomerreces 2023 geïnformeerd over de uitvoering van deze motie.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 119
Het lid Van Baarle
verzoekt de regering om in de gesprekken met de koepels, het signaal over te brengen dat de behoefte bestaat aan inclusieve en toegankelijke stilteruimten die recht doen aan de behoefte van studenten,
Reactie:
Aan deze motie wordt uitvoering gegeven door het gesprek te voeren met de koepels over het gebruik van stilteruimten en de behoeften van studenten. Uw Kamer wordt uiterlijk voor de zomer 2023 geïnformeerd over de uitvoering van deze motie/dit amendement.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 120
De leden Dassen, Koekkoek, De Hoop en Van der Plas
verzoekt de regering mede op basis van de uitkomsten van het lopende onderzoek te komen met een plan gericht op facilitering en benutting van de mogelijkheden voor mbo-studenten op het gebied van internationalisering, waarbij gekeken wordt wat er binnen de mbo-instellingen nodig is,
Reactie:
Uw Kamer wordt uiterlijk voor het kerstreces 2023 geïnformeerd over de uitvoering van deze motie.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 121
De leden Dassen, Koekkoek en De Hoop
verzoekt de regering zich in de Raad van Ministers nadrukkelijk in te spannen voor wederzijdse erkenning van mbo-diploma’s tussen Europese lidstaten met als voornaamste inzet het wegnemen van barrières voor de maatschappelijk cruciale sectoren,
Reactie:
Uw Kamer wordt uiterlijk voor het kerstreces 2023 geïnformeerd over de uitvoering van deze motie.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 122
De leden Dassen, Omtzigt en Simons
verzoekt de regering met een evaluatie van de huidige manier van schuldfinanciering te komen, waarbij zij ook alternatieve voorstellen meeneemt, bijvoorbeeld langere rentelooptijden,
Reactie:
Het kabinet neemt deze evaluatie ter hand en streeft ernaar deze voor de zomer aan uw Kamer te sturen.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 123
De leden Van der Plas en Pouw-Verweij
verzoekt het kabinet naast het onderzoek naar staatssteun gelijktijdig andere opties voor de voortzetting van de Ambachtsacademie te onderzoeken in overleg met AmbachtNederland;
verzoekt het kabinet om de Kamer hier voor 1 februari 2023 over te informeren,
Reactie:
Uw Kamer wordt in het voorjaar van 2023 geïnformeerd over de uitvoering van deze motie.
Amendementen
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 38
De leden De Hoop en Westerveld
Instandhouding van de preventieve netwerken pro/vso in 2023
Reactie:
Uw Kamer wordt uiterlijk voor de zomer geïnformeerd over de uitvoering van dit amendement.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 48
De leden Van Meenen en Peters
Middelen voor Didactief
Reactie:
Met het vakblad Didactief is voor 2022 een inkoopopdracht gerealiseerd voor het delen van goede praktijken met betrekking tot basisvaardigheden, waarmee voor dat jaar het acute probleem is verholpen. We zijn met hen in gesprek over het acute probleem voor 2023 – en daarmee de invulling van het amendement – en welke structurele oplossingen er mogelijk zijn voor voortbestaan van het blad. Hierbij moet rekening worden gehouden met de regels voor aanbesteding en staatsteun. Uw Kamer wordt hierover geïnformeerd bij de volgende voortgangsrapportage van het Masterplan Basisvaardigheden in mei 2023.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 49
Het lid Van Meenen
Middelen voor het LBVSO
Reactie:
Uw Kamer wordt uiterlijk in de zomer van 2023 geïnformeerd over de uitvoering van dit amendement.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 56
De leden Van der Molen en Van der Woude
Middelen voor de Internationale Vereniging voor Neerlandistiek
Reactie:
Om uitvoering te geven aan dit amendement zal worden overlegd met de betrokken partijen en een plan worden opgesteld hoe de 1 miljoen euro ingezet kan worden. Hierover informeren wij uw Kamer voor de zomer van 2023.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 57
De leden Segers en Ellian
Middelen ten behoeve van antisemitisme
Reactie:
Uw Kamer wordt eind april 2023 geïnformeerd over de uitvoering van dit amendement.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 60
De leden Van der Molen, Van der Graaf, De Hoop, De Jong, Segers en Bevers
Middelen voor de Friese taal
Reactie:
In samenwerking met het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Provincie Fryslân wordt een nieuw Bestjoersôfspraak Fryske taal en kultuer (BFTK) opgesteld. De middelen die door dit amendement zijn vrijgemaakt, zullen hierin meegenomen worden. Uw Kamer wordt over de verdere invulling op de hoogte gesteld als het bestuursakkoord gesloten is. We infomeren uw Kamer hier na de zomer van 2023 verder over.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 61
De leden Paul en Van Meenen
Middelen voor begaafde leerlingen
Reactie:
In de kamerbrief over de uitwerking van het plan van aanpak hoogbegaafdheid (Kamerstuk 31 497, nr. 445)waarin de maatregelen zijn aangekondigd om een beter passend en dekkend aanbod voor (hoog)begaafde leerlingen te realiseren deelden wij u mee hoe we invulling geven aan het amendement. Het amendement wordt meegenomen in de uitwerking van het plan van aanpak hoogbegaafdheid, waarvoor in de eerste helft van 2023 afspraken met samenwerkingsverbanden zullen worden gemaakt over het aanbod voor het gehele begaafdheidsspectrum. Op dit moment wordt gewerkt aan de beantwoording van de feitelijke vragenronde naar aanleiding van de Kamerbrief over uitwerking plan van aanpak hoogbegaafdheid. Voor de zomer wordt uw Kamer apart geïnformeerd door middel van de verzamelbrief, waarin het amendement en de nieuwe subsidieregeling verder worden toegelicht.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 62
De leden Van der Woude, Van der Molen en Van der Graaf
Middelen voor het kennisveiligheidsbeleid
Reactie:
OCW onderzoekt, samen met het kennisveld, op welke wijze deze extra middelen effectief kunnen worden ingezet voor de doorontwikkeling van kennisveiligheid bij de instellingen. Uw Kamer zal medio april een brief over de planning van het wetsvoorstel toetsingskader ontvangen, daarin zal ook de uitwerking van dit amendement worden toegelicht.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 63
De leden Hagen, Van der Molen, El Yassini en Van der Graaf
Middelen voor taal, rekenen en burgerschap voor mbo-studenten
Reactie:
Ter voorbereiding op de uitvoering van dit amendement en de bijbehorende motie gaat het ministerie in gesprek met mbo-instellingen. Wij informeren uw Kamer vóór het zomerreces van 2023 over de voortgang hiervan.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 128
De leden Werner, Van der Graaf, Westerveld, De Kort, Mohandis, Van der Plas
Middelen voor audiodescriptie
Reactie:
De bekostiging aan de NPO wordt middels dit amendement met in totaal € 4 miljoen opgehoogd. Op dit moment wordt door de NPO een bestedingsplan opgesteld waarin voor de komende jaren wordt toegelicht hoe de extra middelen voor audiodescriptie worden besteed.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 148
De leden Van der Graaf, Van der Molen, Van der Laan en Van der Woude
Middelen voor studentenwelzijn
Reactie:
Uw Kamer wordt voor de zomer geïnformeerd over de uitvoering van het amendement. De extra middelen voor studentenwelzijn sluiten aan bij de bestaande plannen voor studentenwelzijn die zijn gemaakt in het Bestuursakkoord Hoger Onderwijs. Bij de totstandkoming van de handreiking worden de in het amendement genoemde partijen betrokken.
WGO Begrotingsonderzoek
Moties
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 47
De leden Westerveld, Bisschop, De Hoop en Beertema
verzoekt de regering om in de begroting van Onderwijs, Cultuur & Wetenschap 2024 doelstellingen en streefwaarden op te nemen over het aantal vaste dienstverbanden uitgesplitst per functie,
Reactie:
Het kabinet wil duurzame arbeidsrelaties stimuleren en flexibele contractvormen beter reguleren. Ook in de onderwijssectoren streven we naar een hoger aandeel vaste dienstverbanden. Allereerst gaan we met de sectororganisaties in gesprek om concrete afspraken te maken over een stijging van het aandeel vaste contracten. Dit in aanvulling op al bestaande cao-bepalingen, bijvoorbeeld in het funderend onderwijs, dat een vast contract het uitgangspunt is. Parallel werken we het verzoek uit in de begroting voor 2024. Het aandeel tijdelijke contracten loopt tussen en binnen de onderwijssectoren uiteen. Daarnaast zijn er verschillen per functiesoort. Bij het formuleren van streefwaarden houden we daar rekening mee, met als uitgangspunt dat regulier werk op termijn overal wordt verricht in een vast dienstverband.
WGO Cultuur
Moties
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 39
De leden Van Strien en Wuite
verzoekt de regering in de BIS-periode van 2025–2028 uitdrukkelijk ruimte te laten om de uitkomsten van het onderzoek van DEN en TNO mee te kunnen nemen, zodat de kansen van digitalisering en innovatie gepakt kunnen worden,
Reactie:
De motie is meegenomen in de adviesaanvraag aan de Raad voor Cultuur en we komen hierop terug in de Uitgangspuntenbrief aan uw Kamer vóór de zomer 2023.
Uw Kamer zal apart een brief ontvangen met reacties op de overige aangenomen moties die zijn ingediend tijdens het WGO Cultuur.
WGO Media
Moties
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 129
Het lid Van Strien
verzoekt de regering met een visie op lokale journalistiek te komen en daarin op bovengenoemde ideeën te reageren en best practices te inventariseren,
Reactie:
Uw Kamer is op 16 december 2022 met de brief Stand van zaken nieuw bestel lokale publieke omroep geïnformeerd (Kamerstuk 32 827, nr. 275). Uw Kamer wordt in het voorjaar van 2023 nader geïnformeerd over de uitvoering van de motie.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 133
De leden Kwint, Westerveld en Mohandis
verzoekt de regering samen met de publieke omroep te bewerkstelligen dat een vast contract na een jaar de norm wordt, inclusief harde percen-tages voor zowel de omroepen als de productiehuizen die aan de omroepen leveren,
Reactie:
Uw kamer wordt vóór het zomerreces geïnformeerd over de uitvoering van de motie via de veegbrief.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 135
De leden Mohandis en Van Strien
verzoekt de regering te onderzoeken of de huidige financiering van de NPO-ombudsman volstaat, te komen tot een voorstel indien dit niet het geval is, en de Kamer hierover zo spoedig mogelijk te informeren,
Reactie:
Uw Kamer wordt vóór het zomerreces geïnformeerd over de uitvoering van de motie via een stand van zakenbrief moties Mediabeleid.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 137
Het lid Werner
verzoekt de regering in kaart te brengen of regionale zenders opgenomen kunnen worden in de app van NPO, en de Kamer hierover te informeren,
Reactie:
Uw Kamer wordt vóór het zomerreces geïnformeerd over de uitvoering van de motie via de veegbrief.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 138
De leden Westerveld en Werner
verzoekt de regering om in kaart te brengen welke percentage ondertiteling voor de RPO moet gaan gelden en wat hier mogelijk (financieel) voor nodig is, en verzoekt de regering de resultaten hiervan voor de Voorjaarsnota met de Kamer te delen,
Reactie:
Uw Kamer wordt vóór juni geïnformeerd over de uitvoering van de motie.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 165
Het lid Kwint
verzoekt de regering er nu eindelijk zorg voor te dragen dat geen enkel kopstuk van de publieke omroep direct dan wel indirect, bijvoorbeeld via buitenproducenten, meer aan de NPO verdient dan de geldende ministersnorm,
Reactie:
Uw Kamer wordt medio november via de Mediabegrotingsbrief 2024 geïnformeerd over de uitvoering van de motie, zoals vermeld in de Kamerbrief van 13 maart 2023 over de uitvoering van moties over vaste contracten en topinkomens bij de publieke omroep (Kamerstuk 32 827, nr. 278).
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 166
De leden Mohandis, Kwint en Westerveld
verzoekt de regering in samenspraak met de NPO en de omroepen te verkennen op welke wijze er concrete afspraken kunnen worden gemaakt om te komen tot een nieuwe en hogere norm voor percentages programmamakers in vaste dienst van de publieke omroepen in de volgende erkenningsperiode en de Kamer hierover te informeren,
Reactie:
Uw Kamer wordt vóór het zomerreces geïnformeerd over de uitvoering van de motie via de veegbrief.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 167
De leden Werner en Sjoerdsma
verzoekt de regering om de NPO nadrukkelijk te wijzen op artikel 2 van de mediawet en daarbij aan te geven dat succes niet afgemeten wordt aan kijkcijfers en marktaandelen; verzoekt de regering om de NPO te vragen de invloed van programmatische doelstellingen waaronder kijkcijfers op het bepalen van het media-aanbod en de mogelijke spanning van die werkwijze met de Mediawet en de publieke mediaopdracht, mee te nemen in de jaarlijkse rapportage aan het Commissariaat en de Minister op grond van artikel 2.58 Mediawet,
Reactie:
Uw Kamer wordt medio november via de Mediabegrotingsbrief 2024 en de Terugblik van de NPO 2022 geïnformeerd over de uitvoering van de motie, zoals vermeld in de stand van zakenbrief van 23 februari 2023 over deze motie (Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 206).
WGO Emancipatie
Moties
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 149
Het lid Bisschop
verzoekt de regering in de Emancipatienota en de voortgangsrapportages ook het thema prostitutie op te nemen,
Reactie:
In de Voortgangsrapportage Emancipatie die uw Kamer in november 2023 zal ontvangen zal ook het beleid rondom het thema van «sekswerk» worden meegenomen.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 153
Het lid Van der Woude
verzoekt de regering in aanvulling op het landelijke onderzoek naar daderprofielen bij geweld tegen lhbtiq+-personen, ook landelijk onderzoek te doen naar daderprofielen specifiek voor straatintimidatie en seksueel grensoverschrijdend gedrag in de openbare ruimte; verzoekt de regering deze resultaten te betrekken bij het implementatietraject van de Wet seksuele misdrijven,
Reactie:
Informatie over daderprofielen zal worden meegenomen in de monitoring van het wetsvoorstel Seksuele misdrijven. Daarnaast worden de resultaten van het onderzoek daderprofielen seksuele delicten, dat in opdracht van het Ministerie van Justitie en Veiligheid (JenV) wordt uitgevoerd door het WODC, in het derde kwartaal van 2023 verwacht.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 154
Het lid Van der Laan
verzoekt de regering een verkenning naar een markering van bewerkte advertenties uit te voeren,
Reactie:
Uw Kamer wordt in het tweede kwartaal van 2023 geïnformeerd over de uitvoering van deze motie.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 156
Het lid Mutluer
verzoekt de regering zoals eerder voorgesteld in het plan, elk jaar de «uit het keurslijf»-prijs uit te reiken aan de organisatie of persoon die een zichtbare rol heeft gespeeld in het bevorderen van de emancipatie van de man,
Reactie:
Er wordt bezien op welke wijze deze motie zal worden uitgevoerd, waarbij het de voorkeur heeft om aan te sluiten bij activiteiten/conferenties die het Ministerie van OCW al voornemens is te organiseren en waarbij er een logische samenhang is. Voor de zomer 2023 wordt de Kamer geïnformeerd over de wijze van uitvoering van deze motie.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 157
De leden Mutluer en Westerveld
(overwegende dat het coalitieakkoord en het Regenboogakkoord beloven dat er tijd en geld vrijkomt voor Roze in Blauw, dat er meer aandacht komt voor de aanpak van discriminatie op de Politieacademie en dat er een aanpak van discriminatie op internet komt);
verzoekt de regering om deze belofte vanaf 2023 waar te maken en de Kamer daarover te informeren,
Reactie:
Het Ministerie van OCW gaat in gesprek met JenV over de wijze waarop uitvoering kan worden gegeven aan deze motie. Streven is om uw Kamer in het voorjaar van 2023 te informeren.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 159
De leden Werner en Westerveld
verzoekt de regering om emancipatie van mensen met een handicap op te nemen in de monitoring van de effecten van het emancipatiebeleid; verzoekt de regering deze uitbreiding te betrekken bij de verkenning van nieuwe onderzoeksbureaus die de monitoring van de effecten van het emancipatiebeleid van het Sociaal en Cultureel Planbureau (SCP) kunnen overnemen, en de Kamer daarover voor 1 mei 2023 te informeren,
Reactie:
Uw Kamer wordt uiterlijk 1 mei 2023 geïnformeerd over de wijze van uitvoering van deze motie.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 160
Het lid Werner
verzoekt de regering een burgerberaad in te stellen over emancipatie-beleid voor mensen met een handicap en op basis van de uitkomsten daarvan een actieprogramma en een werkagenda op te stellen, en de Kamer over concrete stappen te informeren voor 1 mei 2023,
Reactie:
De Ministeries van OCW en VWS zullen over de uitvoering van deze motie in gesprek gaan en zullen uw Kamer in het tweede kwartaal van 2023 informeren.
Kamerstuk 36 200 VIII, nr. 161
De leden Westerveld en Mutluer
verzoekt de regering om in de volgende begrotingen meetbare indicatoren en streefcijfers op te nemen voor alle doelen en doelgroepen van het emancipatiebeleid,
Reactie:
Uw Kamer wordt in tweede kwartaal van 2023 geïnformeerd over de wijze van uitvoering van deze motie.
De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
R.H. Dijkgraaf
De Minister voor Primair en Voortgezet Onderwijs,
A.D. Wiersma
De Staatssecretaris voor Cultuur en Media,
G. Uslu
Kamerstuk 31 293, nr. 657.↩︎