Reactie op verzoek commissie over de voortgang gebiedsprogramma's en overleg Landbouwakkoord
Toekomstvisie agrarische sector
Brief regering
Nummer: 2023D13166, datum: 2023-03-30, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-30252-84).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Mede ondertekenaar: Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof
Onderdeel van kamerstukdossier 30252 -84 Toekomstvisie agrarische sector.
Onderdeel van zaak 2023Z05606:
- Indiener: P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Medeindiener: Ch. van der Wal-Zeggelink, minister voor Natuur en Stikstof
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Landbouw, Visserij, Voedselzekerheid en Natuur
- 2023-04-03 12:00: Voortgang gebiedsplannen en landbouwakkoord (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2023-04-06 11:30: Procedurevergadering LNV (Procedurevergadering), vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2023-04-12 13:30: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-09-04 12:15: Aanvang middagvergadering Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 |
30 252 Toekomstvisie agrarische sector
35 334 Problematiek rondom stikstof en PFAS
Nr. 84 BRIEF VAN DE MINISTERS VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT EN VOOR NATUUR EN STIKSTOF
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 30 maart 2023
In de brief van d.d. 22 maart 2023 van de vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit is verzocht om de Kamer te infomeren over de voortgang van de gebiedsprogramma’s, de termijn van 1 juli hiervoor en de voortgang van het Landbouwakkoord.
Zoals de Minister voor Natuur en Stikstof in de brieven van 14 december (Kamerstukken 34 682 en 35 334, nr. 109) en 10 februari (Kamerstukken 34 682 en 35 334, nr. 114) heeft aangegeven zijn provincies hard bezig met de ontwikkeling van de gebiedsprogramma’s. Daarvoor organiseren ze onder andere gebiedsprocessen. Ook leveren ze volgens afspraak de natuurdoelanalyses op in april. De eerste hiervan worden momenteel op korte termijn van een toetsingsadvies voorzien door de Ecologische Autoriteit. De Ecologische Autoriteit streeft ernaar om alle natuurdoelanalyses eind dit jaar van een toetsingsadvies te hebben voorzien.
Voortgang gebiedsprogramma’s
De voortgang van de gebiedsprogramma’s wordt met elke provincie regelmatig ambtelijk besproken door de regieorganisatie transitie landelijk gebied. Hierbij wordt onder meer in samenwerking tussen betrokken overheden geleerd en geoefend, een toelichting op beleid gegeven en handreikingen gedaan voor de uitwerking van het beleid. In de gesprekken die de Minister voor Natuur en Stikstof momenteel voert met de provincies wordt de laatste stand van zaken besproken. Op dit moment heeft de Minister voor Natuur & Stikstof gesprekken gevoerd met Noord-Holland en Limburg. De komende weken staan gesprekken met de andere provincies gepland. Op 17 maart is de geactualiseerde handreiking voor de gebiedsprogramma’s gepubliceerd. Deze is aangepast op basis van ervaringen van provincies met het werken met de handreiking en het advies van de Ecologische autoriteit. Daarmee ligt er een stevige basis om eerste conceptversies van de gebiedsprogramma’s te ontwikkelen.
De aanleverdatum van 1 juli 2023 is een wettelijke termijn die voortkomt uit de Wet stikstofreductie en natuurverbetering (Wsn). De provincies zijn daarom gevraagd om voor 1 juli een eerste versie van het gebiedsprogramma aan te leveren. De programma’s zullen op onderdelen concreet, maar op andere onderdelen nog globaal zijn. Hierbij leveren wij maatwerk. Na 1 juli zullen de programma’s nog volop worden doorontwikkeld (op basis van gesprekken met stakeholders, de uitkomsten van het landbouwakkoord en het eerste beeld van het Rijk). De vaststelling van het gebiedsprogramma’s door de provincies is voorzien in het eerste kwartaal van 2024.
Voortgang landbouwakkoord
Het kabinet ziet nog steeds groot belang in het sluiten van een Landbouwakkoord. Hiermee bepalen we samen met de sector het toekomstperspectief van de duurzame boer. De Minister van LNV heeft de Kamer in de brief van 21 februari geïnformeerd over de organisatie en stand van zaken Landbouwakkoord (Kamerstuk 30 252, nr. 81). Sinds het schrijven van deze brief zijn de gesprekken tussen de betrokken partijen verder gegaan en wordt er hard gewerkt om te komen tot een akkoord. Het is belangrijk te komen tot voortgang, voldragenheid en gedragenheid.
Afgelopen week heeft er, onder leiding van de nieuwe voorzitter dhr. Kalden, een tweedaagse plaatsgevonden van de hoofdtafel van het Landbouwakkoord. Er is inhoudelijk gesproken over onder andere grond, ecosysteemdiensten en de rol van de keten. Ook is het duidelijk geworden dat Agractie heeft besloten voorlopig uit de gesprekken over het akkoord te stappen. Andere partijen hebben aangegeven dat zij de gesprekken aan de hoofdtafel willen vervolgen.
Dit betekent dat de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit er op inzet om met de andere partijen LTO, NAJK, Landschappen NL, Biohuis, IPO, NFLI en CBL tot een Landbouwakkoord te komen met concrete resultaten. Ook de sector heeft belang bij duidelijkheid. De komende weken zijn er weer gespreksdagen gepland om dit resultaat te bereiken. Mocht dit onverhoopt niet slagen dan komt het kabinet met een plan dat invulling geeft aan de stappen die gezet moeten worden voor de transitie van de landbouw.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
P. Adema
De Minister voor Natuur en Stikstof,
Ch. van der Wal-Zeggelink