[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Reactie op burgerbrief inzake Indische kwestie

Voortgangsrapportage uitvoering wetten oorlogsgetroffenen

Brief regering

Nummer: 2023D14753, datum: 2023-04-06, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-20454-185).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 20454 -185 Voortgangsrapportage uitvoering wetten oorlogsgetroffenen.

Onderdeel van zaak 2023Z06211:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2022-2023

20 454 Voortgangsrapportage uitvoering wetten oorlogsgetroffenen

Nr. 185 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 6 april 2023

Op 16 maart 2023 ontving ik uw verzoek te reageren op een brief over de zogeheten Indische kwestie van een mevrouw die als kind slachtoffer is geweest van de Japanse bezetting van voormalig Nederlands-Indië. De brief was gericht aan de Minister-President met het verzoek of hij nog iets kon betekenen met betrekking tot de Backpay-regeling voor weduwen en de afhandeling van de materiële oorlogsschade. Twee onderwerpen die onderdeel uitmaken van de zogeheten Indische kwestie of het Indische rechtsherstel.

Op 31 januari jongstleden heb ik uw Kamer geïnformeerd over mijn besluit om geen Backpay-regeling voor weduwen in te stellen en een streep te zetten onder financiële regelingen die gericht zijn op individueel rechtsherstel (Kamerstuk 20 454, nr. 181). Dit besluit staat op de agenda van het commissiedebat Oorlogsgetroffenen en Herinnering Tweede Wereldoorlog van 12 april aanstaande. Daarnaast kan ik u informeren dat ik de brief van de schrijver heb beantwoord.

Ik hoop u zo voldoende te hebben geïnformeerd.

De Staatssecretaris van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
M. van Ooijen