[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Tussentijds verslag van de rapporteurs op het EU-voorstel: verordening natuurherstel

Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie

Verslag van een rapporteur

Nummer: 2023D15562, datum: 2023-04-13, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-22112-3640).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 22112 -3640 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie.

Onderdeel van zaak 2023Z06589:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2022-2023

22 112 Nieuwe Commissievoorstellen en initiatieven van de lidstaten van de Europese Unie

33 576 Natuurbeleid

Nr. 3640 VERSLAG VAN DE RAPPORTEURS

Vastgesteld 13 april 2023

Introductie

De vaste commissie Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft ons aangesteld als rapporteurs op het EU-voorstel verordening natuurherstel (Kamerstuk 22 112, nr. 3530).

Wij brengen tussentijds verslag uit over de activiteiten die wij tot op heden tijdens ons rapporteurschap hebben ondernomen en doen een voorstel voor het vervolg.

Het betreft een terugkoppeling over de ECPRD vragen die door ons als rapporteurs zijn uitgezet bij de nationale parlementen van andere EU-lidstaten. Het ECPRD, European centre for Parliamentary Research and Documentation, is een informatie-uitwisselingskanaal voor nationale parlementen van de EU-lidstaten

Aanbevelingen van de rapporteurs

U kunt de inhoud van dit tussentijdse verslag desgewenst betrekken bij aankomende commissiedebatten over de Landbouw- en Visserijraad waar de voortgang over de onderhandelingen in de Raad aan de orde zal komen.

Doel van het EU-rapporteurschap

Het rapporteurschap richt zich op de behandeling in Brussel van het EU-voorstel verordening natuurherstel.1 Met dit voorstel stelt de Europese Commissie bindende doelstellingen voor om tegen 2030 voor ten minste 20% van de land- en zeegebieden van de EU maatregelen voor natuurherstel in te voeren en dit tegen 2050 uit te breiden tot alle ecosystemen die herstel behoeven.

Het rapporteurschap is erop gericht de informatiepositie van de commissie te versterken in het kader van een optimale behandeling van het dossier in de Kamer.

Terugkoppeling over de ondernomen activiteiten

ECPRD vraag

Om het Europese krachtenveld in kaart te brengen op het EU-voorstel voor een natuurherstelverordening hebben wij een set ECPRD vragen uitgezet bij de nationale parlementen van Duitsland en België. We hebben de keuze gemaakt voor deze lidstaten omdat (delen van deze) landen kampen met vergelijkbare problematiek als Nederland wanneer het gaat om natuurherstel en stikstof. Daarbij hebben we naar een viertal aspecten gekeken. Allereerst hebben wij gevraagd naar het standpunt ten aanzien van de brede doelstellingen van het voorstel voor een natuurherstelverordening. Ten tweede hebben wij gevraagd naar de standpunten ten aanzien van de juridisch bindende doelstellingen uit het voorstel. Daarbij hebben we enkele specifieke vragen voorgelegd over het principe van geen achteruitgang (non-deterioration), de impact van het voorstel op stedelijke ecosystemen en de tijdlijn voor implementatie van de verordening. Verder hebben wij gevraagd hoe de beide parlementen de impact van het voorstel zien in relatie tot de uitdagingen in het kader van stikstofdepositie en de implementatie van de Vogel- en Habitatrichtlijn en de Kaderrichtlijn Water. Afsluitend is gevraagd naar de impact van de voorgestelde verordening in relatie tot gebieden als hernieuwbare energie, constructie, infrastructuur en transport, met name wanneer het gaat om vergunningverlening.

Bevindingen van de rapporteurs

Kernpunten uit de ECPRD antwoorden

Hieronder zullen wij ingaan op enkele kernpunten die wij uit de ontvangen reacties hebben gehaald. Daarbij willen wij vooraf opmerken dat niet op alle vragen door het Duitse en Belgische parlement een antwoord is ontvangen. Vanuit België is met name een beeld gegeven over de stand van zaken ten aanzien van de implementatie van de Vogel- en Habitatrichtlijn. Er is echter geen informatie gegeven over de standpuntbepaling ten aanzien van de natuurherstelverordening. We zullen derhalve met name een terugkoppeling geven over de standpunten van Duitsland.

Brede doelstelling natuurherstelverordening

De Duitse regering en de Bondsraad steunen de inzet van de Europese Commissie om herstel van ecosystemen te versterken en een doel te zetten voor permanente, lange termijn en duurzaam herstel van biologische diversiteit en natuurlijke veerkracht. De Bondsraad heeft wel opgemerkt dat additionele financiële middelen op EU-niveau nodig zijn om uitvoering te kunnen geven aan de verordening. De Bondsraad pleit daarom voor een EU fonds voor natuurbescherming. Verder onderstreept de Bondsraad dat de tijdsverplichtingen en gebiedsgebonden verplichtingen ook van toepassing moeten zijn op dichtbevolkte landen zoals Duitsland, zonder daarbij eventuele moeilijkheden te specificeren. De Bondsdag heeft (nog) geen positie ingenomen op het voorstel. Vanuit de CDU/CSU fractie is er wel een motie ingediend waarbij een subsidiariteitsbezwaar wordt geuit.2

Juridisch bindende doelstelling: beginsel van geen achteruitgang

Uit de antwoorden op de EPCRD vragen over de standpuntbepaling in beide parlementen blijkt geen beeld te ontstaan over de standpunten ten aanzien van het beginsel van geen achteruitgang (non-deterioration). Wel blijkt uit de beantwoording dat de Duitse regering de natuurherstelverordening proportioneel acht. Volgens de Duitse regering zijn bindende, uniforme natuurhersteldoelstellingen en -verplichtingen op EU niveau belangrijk om de doelstellingen uit de EU biodiversiteitsstrategie voor 2030 te behalen.

Impact van het voorstel in relatie tot stikstofdepositie

Uit de antwoorden op de ECPRD vragen over de impact van het voorstel in relatie tot stikstofdepositie en de implementatie van de Vogel- en Habitatrichtlijn en de Kaderrichtlijn Water blijkt geen standpunt van het Duitse en Belgische parlement. Ten aanzien van het tijdspad voor de uitvoering van de verordening geeft de Bondsraad aan dat de tijdlijn als zeer ambitieus wordt ingeschat. Volgens de Bondsraad is het namelijk belangrijk dat er voldoende ruimte is om participatieve processen in te richten voor de uitvoering van de verordening, waarbij zowel de Länder als belangrijke partners op lokaal niveau moeten worden betrokken.

Impact van het voorstel op andere gebieden

Van het Belgische parlement is geen reactie ontvangen op de vraag over de impact van de voorgestelde verordening in relatie tot gebieden als hernieuwbare energie, constructie, infrastructuur en transport, met name wanneer het gaat om vergunningverlening. Vanuit de reactie van Duitsland blijkt dat zowel de Bondsdag als de Duitse regering aandacht besteden aan dit vraagstuk. Volgens de Duitse regering is het nodig om potentiële conflicten van doeleinden op te lossen, bijvoorbeeld wanneer het gaat om het uitbreiden van energie uit hernieuwbare bronnen. Hoe dit opgelost moet worden, wordt niet gespecificeerd. Uit de motie van de CDU/CSU fractie blijkt dat deze fractie inzet op het mogelijk blijven maken van langdurig gebruik van land voor de uitbreiding van infrastructuur, het waarborgen van voedselzekerheid en het verschaffen van woon- en bedrijfsruimte.

Overig

De Bondsraad heeft de Duitse regering enkele wijzigingsvoorstellen meegegeven voor de onderhandelingen op EU-niveau. Allereerst moet volgens de Bondsraad herstel van natuur een taak van alle sectoren zijn. In het huidige voorstel ligt volgens de Bondsraad te veel focus op land- en bosbouw. Verder moet volgens de Bondsraad meer rekening worden gehouden met het buitengewone belang van bossen en hun rol in CO2-opslag. Verder benadrukt de Bondsraad ook het bijzondere belang van het herstel van rivierecosystemen. Als laatste merkt de Bondsraad op dat de doelstellingen van herstel van de natuur in mariene habitats niet ondoeltreffend moeten worden gemaakt door eventuele beperkingen die voortvloeien uit het gemeenschappelijk visserijbeleid van de EU.

Vervolg van het EU-rapporteurschap

De volgende activiteit die wij voorzien als rapporteurs is om in gesprek te gaan met de rapporteur in het Europees Parlement. Over de uitkomsten van dit gesprek zullen wij u informeren in een volgend tussentijds verslag.


Boswijk

Vestering


  1. De Europese Commissie heeft het voorstel voor een verordening inzake natuurherstel (COM(2022)304) gepresenteerd op 22 juni 2022.↩︎

  2. De motie van de CDU/CSU fractie: Drucksache 20/5559 (bundestag.de).↩︎