Preview document (🔗 origineel)

---

Aan de Leden van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

i.a.a. de ambtelijk secretarissen

Den Haag, 13 april 2023

Geachte Leden, 

Wekelijks ontvangt de Tweede Kamer een groot aantal stukken van de regering. Het doet zich voor dat media eerder op de hoogte zijn van nieuwe beleidsvoornemens dan de Kamer. Dat kan het gevolg zijn van verstrekking aan de media voordat tijdige verzending aan de Kamer heeft plaatsgevonden. Deze situatie is zeer ongewenst. Stukken die voor de Tweede Kamer bestemd zijn, behoren kenbaar te zijn voor de leden vóórdat deze in de publiciteit komen. De situatie is voor mij aanleiding geweest met de minister-president in gesprek te gaan over de informatievoorziening aan de Tweede Kamer. De gesprekken vonden plaats op 23 januari 2023 en 22 februari 2023. De minister-president en ik hebben het overleg verbreed tot meer onderwerpen die betrekking hebben op het informatieverkeer tussen regering en Tweede Kamer.

Graag informeer ik u over de bestaande (werk)afspraken rond de aanbieding van stukken aan de Kamer die tijdens deze gesprekken herbevestigd zijn alsmede enkele nieuwe afspraken:

• Grondregel is dat het kabinet brieven aan de Kamer aanbiedt op werkdagen tussen 8.00 uur en 18.00 uur en in de avonduren zolang de Kamer vergadert. Er dient altijd voldoende tijd te zitten tussen het aanbieden van stukken aan de Kamer (inclusief de tijd die nodig is voor de interne registratie en doorgeleiding binnen de Kamer) en het naar buiten brengen van stukken door media.

• Indien een bewindspersoon buiten de genoemde ruime tijden op werkdagen een brief wil aanbieden aan de Kamer, wordt vooraf langs ambtelijke weg contact opgenomen.

• Documenten waarvan de verstrekking aan de Kamer niet afhankelijk is van besluitvorming in de ministerraad worden bij voorkeur op de eerste vier werkdagen van de week verzonden. Na de ministerraad kunnen dan stukken die in de ministerraad aan de orde zijn geweest worden verzonden.

• De Kamer heeft een preferente informatiepositie ten opzichte van de media. Lekken van of informeren over kabinetsvoornemens richting de pers is onwenselijk. Daarom zal ik met directe ingang dit aspect zwaarder laten meewegen bij de beoordeling van de ingediende mondelinge vragen.

• Met betrekking tot de informatieplicht op grond van artikel 68 van de Grondwet geldt dat de grond om een Kamerlid/de Kamer gevraagde informatie te onthouden het belang van de Staat is.

Ik heb de minister-president laten weten dat de Werkgroep informatie-afspraken, onder leiding van mevrouw Inge van Dijk, namens de Tweede Kamer zich thans ook nog eens buigt over onder andere de reikwijdte van artikel 68 Grondwet.

• Als grondregel voor informatieverzoeken van de Kamer en gestelde Kamervragen wordt een normatieve verwerkingstijd van drie weken aangehouden. Ik zou u met instemming van het Presidium willen vragen deze grondregel in acht te nemen zodat logistieke problemen en hoge werkdruk op ministeries verminderd kunnen worden. Dit laat onverlet dat een goede controle op de regering soms vergt dat gevraagde inlichtingen op zeer korte termijn worden verstrekt.

Moties
Op het vlak van moties ben ik voornemens met een aanpassing te komen in de varianten van appreciatie van moties vanuit het kabinet. Een en ander hangt ook samen met de verbetering van het publiekelijk toegankelijke digitale toezeggingenregister. Binnenkort zal ik u hierover uitgebreider informeren.

Mondelinge vragenuur
Tot slot is afgesproken dat de besluitvorming over de aangemelde onderwerpen voor het vragenuur eerder op de dinsdagochtend zal plaatsvinden. Dit betekent dat de Kamerleden en ministeries zo snel mogelijk na 11.00 uur weten welke onderwerpen tijdens het vragenuur aan de orde zullen zijn.

Ik hoop dat het gevoerde overleg een positieve bijdrage levert aan het informatieverkeer tussen regering en Kamer. Uiteraard zal ik de ontwikkelingen in de informatievoorziening nauwlettend in de gaten houden.

Graag wijs ik u nogmaals op de Werkgroep informatie-afspraken. De verwachting is dat zij eind mei 2023 met hun eindrapport komen.

Met vriendelijke groet,

Vera Bergkamp

Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal