[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van het lid Van Houwelingen over de uitspraak dat (ook) de politie bij sociale mediabedrijven de status heeft van ‘trusted flagger’

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2023D16334, datum: 2023-04-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20222023-2304).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2023Z05058:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2022-2023 Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

2304

Vragen van het lid Van Houwelingen (FvD) aan de Minister van Justitie en Veiligheid over de uitspraak dat (ook) de politie bij sociale mediabedrijven de status heeft van «trusted flagger» (ingezonden 23 maart 2023).

Antwoord van Minister Yeşilgöz-Zegerius (Justitie en Veiligheid) (ontvangen 17 april 2023). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 2263.

Vraag 1

Bent u bekend met haar antwoord op het verzoek van de Kamer de meldingen die de politie in haar hoedanigheid van «trusted flagger» heeft verstuurd sinds 2020 naar sociale mediabedrijven naar de Kamer te sturen) waarin ze schrijft: «de politie [registreert] de gevraagde informatie niet op zodanige wijze dat de informatie uit de politiesystemen gehaald kan worden»?1

Antwoord 1

Ja, ik ben bekend met de antwoorden die ik zelf heb gegeven op de eerder door Kamerlid Van Houwelingen gestelde vragen.

Vraag 2

Hoe verhoudt uw antwoord zich tot de Archiefwet en de Wet Open Overheid? Is de politie in het kader van deze wetten niet verplicht de gevraagde informatie zodanig te registreren dat de informatie door de Kamer kan worden opgevraagd?

Antwoord 2

Er zijn op dit moment geen wettelijke bepalingen, ook niet in de Archiefwet en de Wet Open Overheid, die een verplichting bevatten voor de politie om deze meldingen dusdanig te registreren dat de politie in staat is om hiervan een juist en volledig overzicht te genereren op grond van de informatie in de politiesystemen.

Vraag 3

Wat gaat u doen om ervoor te zorgen dat deze informatie door de Kamer bij de politie opgevraagd kan worden?

Antwoord 3

Op dit moment zie ik geen reden om politie te verplichten ervoor te zorgen dat de gevraagde gegevens eenvoudig uit haar systemen kunnen worden gehaald. Zie verder mijn antwoord onder vraag 4.

Vraag 4

Bent u, aangezien de politie hier blijkbaar zélf niet toe in staat is, bereid sociale mediabedrijven te benaderen en hen te vragen deze door de Kamer gevraagde informatie te verstrekken? Zo nee, waarom niet?

Antwoord 4

Ik ben altijd bereid om in gesprek te gaan met social mediabedrijven over het beleid dat ze voeren rondom inhoudsmoderatie. Op dit moment zijn ze echter niet wettelijk verplicht om de door hen ontvangen meldingen te registreren en daarover te rapporteren. Vanaf februari 2024 verplicht de digitaledienstenverordening aanbieders van tussenhandeldiensten wel om minimaal een keer paar jaar te rapporteren over eventuele inhoudsmoderatie die zij hebben uitgevoerd en dienen zij die openbaar te maken. Vanaf dat moment kan de Kamer deze rapporten op de sites van die diensten inzien.

Vraag 5

Kunt u deze vragen binnen drie weken en afzonderlijk beantwoorden?

Antwoord 5

Ja.


  1. Aanhangsel Handelingen II, vergaderjaar 2022–2023, nr. 1946↩︎