Amendement van de leden Van Strien en Werner over ten minste 60% van het te investeren bedrag aanwenden ten behoeve van onafhankelijke producties
Wijziging van de Mediawet 2008 in verband met het invoeren van een investeringsverplichting ten behoeve van Nederlands cultureel audiovisueel product
Amendement
Nummer: 2023D17445, datum: 2023-04-21, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36176-31).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: P.J.T. van Strien, Tweede Kamerlid (Ooit VVD kamerlid)
- Mede ondertekenaar: L.M. Werner, Tweede Kamerlid (Ooit CDA kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 36176 -31 Wijziging van de Mediawet 2008 in verband met het invoeren van een investeringsverplichting ten behoeve van Nederlands cultureel audiovisueel product.
Onderdeel van zaak 2023Z07430:
- Indiener: P.J.T. van Strien, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: L.M. Werner, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2023-06-06 15:15: Stemmingen (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 |
36 176 Wijziging van de Mediawet 2008 in verband met het invoeren van een investeringsverplichting ten behoeve van Nederlands cultureel audiovisueel product
Nr. 31 AMENDEMENT VAN DE LEDEN VAN STRIEN EN WERNER
Ontvangen 21 april 2023
De ondergetekenden stellen het volgende amendement voor:
In artikel I, onderdeel B, wordt in het voorgestelde artikel 3.29g, vierde lid, «Een bij algemene maatregel van bestuur te bepalen percentage» vervangen door «Ten minste zestig procent».
Toelichting
Voorliggend amendement wijzigt de bepaling om een deel van het te investeren bedrag van de investeringsverplichting aan te wenden ten behoeve van onafhankelijke producties. Het amendement regelt dat ten minste zestig procent van het te investeren bedrag moet worden besteed aan onafhankelijke producties zoals gedefinieerd in de Mediawet, artikel 3.22, lid 1.
Indieners zijn van mening dat een percentage van zestig procent redelijk is op grond van de beraadslaging, horende de wensen van zowel de audiovisuele sector als VOD-diensten en kijkend naar andere Europese landen. Dit amendement draagt bij aan het doel van de wet om het aanbod van Nederlands cultureel audiovisueel product te stimuleren, terwijl ook de voorspelbaarheid voor de sector wordt verbeterd. Voor wijziging van het percentage dat moet worden aangewend voor onafhankelijke producties is dan immers een wetswijziging nodig. Ook wordt door de hoogte van het percentage op zestig procent vast te stellen, geborgd dat de streamingdiensten de vereiste investeringen daadwerkelijk kunnen wegzetten in de markt. Indieners merken tot slot op dat het effect van het percentage van zestig procent kan worden meegenomen in de evaluatie van de wet.
Van Strien
Werner