Knelpunten mogelijke hardvochtigheden wet- en regelgeving
Modernisering van de overheid
Brief regering
Nummer: 2023D18800, datum: 2023-05-08, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-29362-324).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: H.G.J. Bruins Slot, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (Ooit CDA kamerlid)
- Beslisnota inzake Knelpunten mogelijke hardvochtigheden wet- en regelgeving
- Knelpunten mogelijke hardvochtigheden wet- en regelgeving
Onderdeel van kamerstukdossier 29362 -324 Modernisering van de overheid.
Onderdeel van zaak 2023Z07968:
- Indiener: H.G.J. Bruins Slot, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2023-05-10 13:00: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-05-17 11:30: Procedurevergadering commissie Binnenlandse Zaken (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2023-06-07 14:00: Knelpunten mogelijke hardvochtigheden wet- en regelgeving (TK 29362-324) (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
- 2023-09-06 18:30: Extra procedurevergadering commissie Binnenlandse Zaken (groslijst controversieel verklaren) (Procedurevergadering), vaste commissie voor Binnenlandse Zaken
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 |
29 362 Modernisering van de overheid
Nr. 324 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 8 mei 2023
In deze brief informeer ik u over de uitkomsten van de uitgevoerde inventarisatie binnen het Ministerie van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties (BZK) van mogelijke hardvochtigheden in wet- en regelgeving. Dit naar aanleiding van de motie van de leden Ploumen en Jetten die de regering oproept wetten en regels door te lichten op hardvochtige effecten voor mensen en deze waar nodig aan te passen1.
Ten behoeve van de inventarisatie zijn signalen opgehaald langs drie lijnen. Ten eerste is een brede uitvraag gedaan onder medewerkers van het kerndepartement en uitvoeringsorganisaties. De VNG is betrokken via een interdepartementale werkgroep. Ten tweede zijn signalen ontvangen via de rijksbrede internetconsultatie die door het ministerie is uitgezet en via gesprekken met stakeholders. Ten derde zijn diverse externe bronnen geanalyseerd op mogelijke knelpunten, waaronder publicaties van de Nationale ombudsman, het reflectierapport van de Raad van State en het jaarverslag van de Raad voor de Rechtspraak. De signalen die langs de verschillende wegen zijn opgehaald zijn waardevol en ik bedank eenieder die een bijdrage heeft geleverd aan de inventarisatie.
In de bijlage staat opgenomen hoe wij met de signalen aan de slag gaan, gegroepeerd in diverse categorieën. Hierbij is geen onderscheid gemaakt tussen knelpunten die uit wetten en regels zelf voortvloeien of uit de uitvoering daarvan of uit een combinatie van beiden. Zoals blijkt uit het eindrapport onderzoek naar hardvochtige effecten van (de uitvoering van) de Participatiewet, de werknemersregelingen en de uitbetaling van het persoonsgebonden budget (pgb)2, ontstaan (potentieel) hardvochtige effecten vaak niet door knelpunten in uitsluitend de wet- en regelgeving, of door knelpunten in uitsluitend de uitvoering. Ze zijn nauw met elkaar verweven. En ook de aansturing door het departement speelt hierin een rol, evenals de mensbeelden waar vanuit wordt gegaan bij de totstandkoming van wet- en regelgeving.3
Verder is uitgegaan van de definitie van hardvochtige effecten zoals die eveneens voortvloeit uit het genoemde rapport, namelijk:
«Er is svan een hardvochtig effect wanneer het leven van (groepen) burgers door het handelen van de overheid (potentieel) wordt ontwricht. Overheidshandelen gaat hierbij zowel om (stapeling van) wet- en regelgeving als om de uitvoering hiervan. Wanneer hardvochtige effecten optreden worden burgers veelal in hun bestaanszekerheid aangetast. Ook kunnen burgers op andere levensdomeinen ernstig in de problemen raken, bijvoorbeeld op het vlak van (geestelijke) gezondheid, werk, wonen, of persoonlijke relaties.»4
Hierbij plaats ik wel dezelfde kanttekeningen als de onderzoekers, namelijk dat of iets als hardvochtig wordt ervaren niet eenduidig is aan te geven. Het blijft een subjectief begrip waarvan niet op voorhand vaststaat welke situaties hier wel en niet onder vallen.
Daarnaast wil ik benadrukken dat het Ministerie van BZK structureel inzet op een beleidscyclus waarin signalen over knelpunten gedeeld kunnen worden, gehoord en opgevolgd worden. Signaalmanagement, een realistisch mensbeeld in de verschillende fasen van de beleidscyclus en ambtelijk vakmanschap zijn hierbij van groot belang. Dit zal tot uitdrukking komen in de standen van uitvoering en de periodieke Staat van uitvoering die aan de Kamer worden verzonden.
Een aantal hoofdlijnen
Voor diverse aangedragen knelpunten en problemen zijn reeds oplossingen doorgevoerd of wordt al actie genomen middels aanpassingen in beleid, uitvoering en/of wet- en regelgeving. Hierbij vind ik het van belang dat decentrale overheden goed met wetgeving of beleid uit de voeten kunnen. Hiervoor is de Uitvoerbaarheidstoets Decentrale Overheden ontwikkeld die in een gezamenlijk proces van vakdepartement, BZK en koepels inzicht geeft in de gevolgen van wetgeving of beleid voor decentrale overheden.
Een voorbeeld van knelpunten en problemen waarop aan oplossingen wordt gewerkt is de Wet basisregistratie personen. Gemelde problemen met betrekking tot deze wet zijn reeds opgepakt of worden nader bekeken vanuit het programma Toekomst Basisregistratie Personen (BRP) en de daarbinnen gehanteerde Ontwikkelagenda BRP5 alsmede in aanloop naar de voorbereiding van de ontwikkelwet BRP.
Een onderwerp uit de inventarisatie waarover meerdere signalen zijn ontvangen betreft huurtoeslag. Alle ontvangen signalen rond Toeslagen, waaronder huurtoeslag, worden interdepartementaal behandeld. Deze signalen zijn vaak gerelateerd aan meerdere financiële problemen die reeds bekend zijn en gaan over bestedingsproblemen in individuele situaties die niet enkel door huurtoeslag worden veroorzaakt. In het verbetertraject huurtoeslag probeert BZK met de Dienst Toeslagen te inventariseren hoe belangrijke knelpunten kunnen worden opgelost.
Een tweede onderwerp waarover meerdere signalen zijn ontvangen betreft huisvesting. Met het wetsvoorstel Goed Verhuurderschap6 alsmede met het programma «Eén thuis voor iedereen»7 worden die gemelde problemen opgepakt. Tevens worden de gemelde problemen met betrekking tot huisvesting opgelost met aanpassing van de Huisvestingswet 2014 die momenteel gaande is.
Een reactie op alle geïnventariseerde knelpunten treft u aan in de bijlage.
Mede namens de Minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening en de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
H.G.J. Bruins Slot
Kamerstuk 35 510, nr. 24.↩︎
Kamerstukken 29 362 en 26 448, nr. 309.↩︎
Zie p. 8 van het onderzoek.↩︎
Definitie opgesteld door onderzoeksbureau Panteia, ten behoeve van een onderzoek naar hardvochtige effecten in diverse SZW-wetten (Kamerstuk 26 448, nr. 661).↩︎
Kamerstuk 27 859, nr. 146.↩︎
Kamerstuk 36 130, nr. 2.↩︎
Brief regering programma Een thuis voor iedereen, 11 mei 2022, Kamerstuk 32 847, nr. 883.↩︎