Nader antwoord op van de leden Klaver, Kuiken, Ouwehand, Azarkan, Dassen en Sylvana Simons over de voortgang van de kabinetsdoelstellingen voor 2030 (Kaderrichtlijn Water (KRW))
Antwoord schriftelijke vragen (nader)
Nummer: 2023D21486, datum: 2023-05-22, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 4
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20222023-2663).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M.G.J. Harbers, minister van Infrastructuur en Waterstaat (Ooit VVD kamerlid)
Onderdeel van zaak 2023Z02233:
- Gericht aan: S.A.M. Kaag, minister van Financiën
- Gericht aan: R.H. Dijkgraaf, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Gericht aan: C.E.G. van Gennip, minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
- Gericht aan: E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Gericht aan: D. Yesilgöz-Zegerius, minister van Justitie en Veiligheid
- Gericht aan: M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat
- Gericht aan: P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Gericht aan: H.G.J. Bruins Slot, minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties
- Gericht aan: M.G.J. Harbers, minister van Infrastructuur en Waterstaat
- Gericht aan: M. Rutte, minister-president
- Indiener: J.F. Klaver, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: F. Azarkan, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: L.A.J.M. Dassen, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: S.H. (Sylvana) Simons, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: A.H. Kuiken, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: E. Ouwehand, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 | Aanhangsel van de Handelingen |
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden |
2663
Vragen van de leden Klaver (GroenLinks), Kuiken (PvdA), Ouwehand (PvdD), Azarkan (DENK), Dassen (Volt) en Sylvana Simons (BIJ1) aan de Minister-President en de Ministers van Financiën, van Sociale Zaken en Werkgelegenheid, van Justitie en Veiligheid, van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties, van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, van Infrastructuur en Waterstaat, van Economische Zaken en Klimaat, van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit en van Volksgezondheid, Welzijn en Sport over de voortgang van de kabinetsdoelstellingen voor 2030 (ingezonden 9 februari 2023).
Nader antwoord van Minister Harbers (Infrastructuur en Waterstaat) (ontvangen 22 mei 2023). Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 1757. Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 2171. Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 2504. Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 2573. Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 2611. Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 2612. Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 2615. Zie ook Aanhangsel Handelingen, vergaderjaar 2022–2023, nr. 2617.
Vraag 1
Klopt het dat dit kabinet de volgende doelstellingen heeft voor 2030:
60% CO2-reductie, maar in elk geval 55% CO2-reductie;
Halvering van de stikstofuitstoot;
15% van de landbouwgrond voor biologische landbouw (& een Europees doel van 25%);
50% minder grondstoffengebruik;
100% schoon water in 2027 (Kaderrichtlijn Water);
Antwoord 1
a., b., c., d. en e.
De doelstelling van de KRW is het bereiken en beschermen van een goede ecologische en chemische toestand van het oppervlaktewater, en een goede chemische en kwantitatieve toestand van het grondwater. Dit wordt bepaald door vele parameters. Per waterlichaam is voor elke parameter een toetsbare, kwantitatieve norm bepaald, die verschilt per type water. Uiterlijk in 2027 moet aan al deze doelen zijn voldaan, tenzij een beroep op uitzonderingsgronden kan worden gedaan. Zie ook de Kamerbrief over de KRW van 11 april jl. naar aanleiding van de motie Minhas c.s.1
Vraag 2
Kunt u per doelstelling exact aangeven wat de meest actuele prognose is voor 2030 (door bij elke doelstelling een concreet percentage/getal te noemen) en wanneer deze prognose is gemaakt?
Antwoord 2
In de bovengenoemde Kamerbrief van 11 april jl. is ook ingegaan op de verwachting of Nederland in 2027 kan voldoen aan de KRW en is tevens het KRW-impulsprogramma aangekondigd:
De waterkwaliteit in Nederland is verbeterd de afgelopen jaren, maar er ligt nog een grote opgave om overal aan de Europese eisen te kunnen voldoen. Daarom moeten we alles op alles zetten om de waterkwaliteit verder te verbeteren zodat we in 2027 wél kunnen voldoen aan de eisen van de KRW. Het Rli-advies van 11 mei jl.2 onderstreept de urgentie hiervan.
Om te kunnen voldoen aan de KRW moeten we ervoor zorgen dat:
Alle afgesproken maatregelen tijdig worden uitgevoerd;
De transitie in het landelijk gebied en de overige aanvullende maatregelen tijdig gerealiseerd worden; en
Waar de doelen niet bereikt worden, moet een terecht beroep op afwijkingen worden gedaan om aan de KRW te kunnen voldoen. Dit moet worden gemotiveerd binnen de ruimte die de KRW biedt.
Dit is een complexe opgave met ook in de uitvoering nog stevige hobbels. Daarom starten Rijk en regio gezamenlijk een KRW-impulsprogramma om met een versterkte inzet op het uitvoeren van de benodigde verbeteracties voor de waterkwaliteit en het grondwaterbeheer te kunnen voldoen aan de eisen van de KRW. In aanloop naar het Commissiedebat Water van 7 juni zal de Kamer nader worden geïnformeerd over het RLi-advies en de vormgeving van dit KRW-impulsprogramma.
In de Stroomgebiedbeheerplannen 2022–20273 is eveneens een prognose gegeven van het doelbereik voor 2027 op basis van de toentertijd voorziene maatregelen (zie paragraaf 5.5 Prognose van effecten van maatregelen). Echter, zoals toegelicht in de brief van 11 april jl. zijn er sinds de publicatie van de Stroomgebiedbeheerplannen op 18 maart 2022 een aantal maatregelen geconcretiseerd en zijn nieuwe maatregelen toegevoegd. Deze ontwikkelingen zullen worden meegenomen in de tussenevaluatie KRW die in 2024 een actueel beeld zal geven van het doelbereik en eventueel aanvullend handelingsperspectief.
Vraag 3
Kunt u bij elk van deze prognoses aangeven of deze prognose voldoende is om de doelstelling te bereiken?
Antwoord 3
Zie antwoord 2.
Vraag 4
Indien er een doelstelling is waarbij bovenstaande vraag niet beantwoord kan worden omdat de informatie ontbreekt, kunt u per doelstelling aangeven hoe u er alsnog voor gaat zorgen dat het inzichtelijk wordt voor de Kamer of deze doelstelling daadwerkelijk gehaald gaat worden?
Antwoord 4
Niet van toepassing.
Vraag 5
Bij hoeveel van de bovenstaande kabinetsdoelstellingen kunt u op basis van de meest actuele prognoses aantonen dat deze doelstelling met het huidige kabinetsbeleid bereikt gaat worden? (graag een concreet getal tussen 0 en 17 noemen);
Antwoord 5
Niet van toepassing.
Vraag 6
Kunt u deze vragen binnen drie weken een voor een beantwoorden, zeker gelet op het feit dat deze vragen al eerder zijn ingediend, maar de Minister-President ze niet heeft beantwoord?
Antwoord 6
Helaas is het niet gelukt om de beantwoording binnen de termijn van drie weken te beantwoorden. Beantwoording had meer tijd nodig in verband met afstemming tussen departementen.