[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Antwoord op vragen van het lid Sjoerdsma over VN-resolutie 2664 die humanitaire uitzonderingen mogelijk maakt in VN-sanctieregimes

Antwoord schriftelijke vragen

Nummer: 2023D22681, datum: 2023-05-26, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (ah-tk-20222023-2717).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van zaak 2023Z05722:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2022-2023 Aanhangsel van de Handelingen
Vragen gesteld door de leden der Kamer, met de daarop door de regering gegeven antwoorden

2717

Vragen van het lid Sjoerdsma (D66) aan de Minister van Buitenlandse Zaken over VN-resolutie 2664 die humanitaire uitzonderingen mogelijk maakt in VN-sanctieregimes (ingezonden 31 maart 2023).

Antwoord van Minister Hoekstra (Buitenlandse Zaken) mede namens de Minister Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking (ontvangen 26 mei 2023).

Vraag 1

Bent u bekend met VN-resolutie 2664?1

Antwoord 1

Ja.

Vraag 2

Hoe oordeelt u over de mogelijkheden om een «carve-out» in VN-sanctieregimes aan te brengen om humanitaire hulp door gerenommeerde humanitaire organisaties makkelijker mogelijk te maken?

Antwoord 2

VN-Veiligheidsraadsresolutie 2664 introduceert een humanitaire exemptie in alle VN-sanctieregimes. Het invoeren van humanitaire exempties2 komt tegemoet aan een breed en lang gedragen wens van humanitaire actoren en zal hun werk vergemakkelijken. Mede door uitdagingen als overcompliance en derisking door leveranciers en financiële dienstverleners tegen te gaan. Tevens maakt het harmoniseren van regelgeving compliance voor zowel banken als humanitaire actoren eenvoudiger en daarmee goedkoper. Daarnaast biedt de resolutie een unieke kans om humanitaire uitzonderingen te harmoniseren op basis van een nieuwe internationale standaard, zowel tussen de verschillende EU-sanctieregimes als t.o.v. sleutelpartners als de Verenigde Staten en het Verenigd Koninkrijk.

Vraag 3

In welke mate is de VN-resolutie 2664 reeds verwerkt in de EU-sanctieregime? Kunnen Nederlandse en Europese humanitaire organisaties al gebruik maken van de uitzonderingen gemaakt in VN-resolutie 2664?

Antwoord 3

VN-Veiligheidsraadresolutie 2664 voorziet in een uitzondering op het verbod om economische middelen ter beschikking te stellen aan entiteiten en personen op de sanctielijst. De uitzondering geldt voor bepaalde humanitaire actoren en enkel voor activiteiten die noodzakelijk zijn voor het leveren van humanitaire hulp en het ondersteunen van menselijke basisnoden. De EU heeft eerder dit jaar de benodigde aanpassingen gemaakt om de humanitaire exemptie door te voeren in de Europese wetteksten die VN-sanctieregimes implementeren. Ook is de exemptie, mede op Nederlands initiatief, reeds ingevoerd voor zogenaamde «gemengde» sanctieregimes, waar zowel EU- als VN-listings onder vallen. Nederland is in EU-kader voorvechter van het doorvoeren van de humanitaire exemptie in EU-autonome sanctieregimes, in lijn met VN-resolutie 2664. Zo werd in het EU-autonome sanctieregime ten aanzien van Syrië voor een initiële periode van zes maanden een humanitaire exemptie op basis van VN-Resolutie 2664 aangenomen. Met gelijkgezinden zet Nederland zich in om deze exemptie ook in andere regimes in te voeren. Dit gebeurt op een casy-by-case basis met inachtneming van eventuele risico’s en de specifieke context van elk sanctieregime.

Vraag 4

Wat voor geschat effect heeft deze carve-out op de lokale bevolking in onder sancties geplaatste regimes, zoals Syrië en Iran?

Antwoord 4

Het is nog te vroeg om een precieze inschatting te maken van het effect van de implementatie van VN-Veiligheidsraadresolutie 2664. In gebieden waar al langer humanitaire exempties van kracht zijn (zoals Afghanistan en bezette delen van Oekraïne) rapporteren humanitaire organisaties dat deze maatregel hulpverlening daadwerkelijk vergemakkelijkt. Ook ten aanzien van Syrië ontvangt het kabinet signalen dat de recente exemptie de levering van humanitaire hulp al eenvoudiger maakt. Daarmee is de inschatting dat deze humanitaire exempties een positief effect zullen hebben op het welzijn van die delen van de bevolking die humanitaire hulp nodig hebben. Het kabinet zal de effecten actief blijven monitoren.

Vraag 5

Hoe werkt u samen met banken en financiële dienstverleners om deze resolutie te implementeren?

Antwoord 5

Het kabinet voert regelmatig overleg met Ngo’s en banken via de Ronde Tafel Financiële Toegang, waar op verzoek van het kabinet ook VN-Veiligheidsraadresolutie 2664 is geagendeerd en toegelicht. Daarnaast voert het kabinet separate gesprekken met de Nederlandse Vereniging van Banken over de humanitaire exempties onder VN-Veiligheidsraadresolutie 2664. Bij deze gesprekken bespreekt het kabinet ook met banken en ngo’s hoe de harmonisering van regels op basis van resolutie 2664 kan helpen om problemen rond derisking en overcompliance te helpen oplossen – bijvoorbeeld bij het faciliteren van de aardbevingsrespons in Syrië. Banken en ngo’s geven aan deze inzet te verwelkomen.3 Ten slotte kunnen humanitaire organisaties en banken bij specifieke vragen direct contact opnemen met het humanitaire contactpunt van de EU, of het Ministerie van Financiën.

Vraag 6

Wilt u deze vragen afzonderlijk beantwoorden?

Antwoord 6

Ja.


  1. United Nations Security Council, «Resolution 2664 (2022)», 9 december 2022, http://unscr.com/en/resolutions/doc/2664.↩︎

  2. In dit kader wordt het woord «exemptie» gebruikt waar het gaat om een uitzondering waarbij geen ontheffing nodig is. In Engelstalige wetteksten wordt hiervoor het woord exemption gebruikt. Wanneer er wel een ontheffing nodig is, wordt het woord derogatie gebruikt, in het Engels derogation. Als overkoepelende term voor beide situaties wordt het woord «uitzondering» gebruikt, in het Engels «exceptions».↩︎

  3. Zoals ook uiteengezet in de Kamerbrief Verslag bezoek Minister voor Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking aan Turkije op 28 maart 2023 (Kamerstuk 36 180, nr. 53).↩︎