De antwoorden van 14 februari 2023 op de op 10 november 2022 ingezonden vragen over het verzoek in de commissie-Regeling van Werkzaamheden van de procedurevergadering van de commissie LNV van 19 oktober 2022 waarbij een verzoek tot een onafhankelijk onderzoek naar een subsidietraject meerval is afgewezen
Schriftelijke vragen
Nummer: 2023D22821, datum: 2023-05-30, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 5
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2023Z09510).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C.A.M. van der Plas, Tweede Kamerlid (BBB)
Onderdeel van zaak 2023Z09510:
- Gericht aan: P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Indiener: C.A.M. van der Plas, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2023Z09510
Vragen van het lid Van der Plas (BBB) aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de antwoorden van 14 februari 2023 op de op 10 november 2022 ingezonden vragen over het verzoek in de commissie-Regeling van Werkzaamheden van de procedurevergadering van de commissie LNV van 19 oktober 2022 waarbij een verzoek tot een onafhankelijk onderzoek naar een subsidietraject meerval is afgewezen (ingezonden 30 mei 2023).
Vraag 1
Waarom is de hoeveelheid gekweekte vis dan niet bijgehouden gezien het feit dat u in uw antwoord stelt "dat het geen eis was om de hoeveelheid te kweken tilapia bij te houden dan wel te rapporteren ondanks dat de opzet van het project was om 5 kwekerijen van ieder 600 ton op te zetten om een kostprijs voordeel t.o.v. de tilapia import mogelijk te maken»? Welke doelstellingen van het project zijn wel behaald?1
Vraag 2
Wat was dan wel het doel van de subsidieverlening gezien het feit dat aan genoemd project een innovatiesubsidie was toegekend, maar in de beoordeling van de aanvraag staat dat er geen innovatieve elementen in zaten, maar de projectopzet wel duidelijk was: «zet een keten van minimaal 5 kwekerijen van 600 ton jaarbasis» op omdat deze omvang groot genoeg zou moeten zijn om te kunnen concurreren met de tilapia import?
Vraag 3
Kunt u de rapportage naar de Kamer zenden over de controle die heeft plaats gevonden op 17 september 2007 terwijl er op 15 oktober nog een controle is geweest (controle rapport nr. 0006655)?
Vraag 4
Waarom is er vlak voor of na de einddatum niet nogmaals een controle uitgevoerd gezien het feit dat het project duurde tot 30 november 2007?
Vraag 5
Hoe kan het dat in het dossier facturen van dececember 2007 tot augustus 2008 zitten, die allemaal zijn vergoed, evenals reparatiefacturen en een factuur van de aankoop van een aantal tweedehands bakken van een zusterbedrijf, dat voorheen ook al subsidie heeft ontvangen terwijl het project op 30 november 2007 was beëindigd? Kunt u uitsluiten dat de eerder gesubsidieerde bakken voor de tweedemaal zijn gesubsidieerd? Zo ja, hoe?
Vraag 6
Waarom is de looptijd veranderd gezien het feit dat de eis van de Europese Unie (EU) was dat het project vijf jaar na ingebruikname moest voortduren en Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO) dit later heeft veranderd in drie jaar na vergunningaanvraag? Wie heeft hier toestemming voor gegeven?
Vraag 7
Waarom is er geen subsidie teruggevorderd volgens het schema van de EU, gezien het feit dat de EU ook een duidelijk schema heeft gemaakt voor het geval dat het project eerder eindigt? Hoeveel procent van de subsidie moet worden teruggevorderd?
Vraag 8
Op welke andere projecten had de korting van € 1.002.246.- op de subsidie van € 1.059.323.46, die de EU heeft toegepast, nog meer betrekking? Waarom is deze korting niet verrekend met Sazon?
Vraag 9
Waarom zijn de andere financiers, zoals de provincie Brabant en de Metropool Regio Eindhoven (MRE), hiervan niet op de hoogte gesteld zodat zij eenzelfde korting konden toepassen, als zo'n grote korting door de EU wordt opgelegd?
Vraag 10
Bent u bereid om te onderzoeken of hier inderdaad sprake was/is van ongeoorloofde staatsteun gezien het feit dat het B-team heeft geadviseerd om te bekijken of hier sprake was van ongeoorloofde staatsteun?
Vraag 11
Kunt u specifieker aangeven welke onderzoeken er bij deze subsidie zijn uitgevoerd en kunt u de desbetreffende onderzoeken en resultaten aan de Kamer sturen, gezien het feit dat er later nog € 345.045 subsidie is verstrekt voor het project van de Claresse® (merknaam van de meerval) en u aangeeft dat promotie niet was toegestaan?2
Vraag 12
Kunt u de volgende niet geanonimiseerde stukken naar ons sturen, te weten de eerste onderzoeksopdracht, de tweede onderzoeksopdracht en het eerste conceptrapport gezien het feit dat RVO, op verzoek van de Tweede Kamer, de Wageningen University & Research (WUR) opdracht heeft gegeven om te onderzoeken «waarom stoppen de meervalkwekers», er later een tweede onderzoeksopdracht is opgesteld door RVO en van de eerste onderzoeksopdracht een conceptrapport is geschreven?
Vraag 13
Is de terugvordering inmiddels voltooid en zijn hier bewijzen van en kunnen die naar de Kamer worden toegestuurd, gezien het feit dat RVO bij de strafrechter heeft betoogd dat de terugvordering was gestart, dat ze alles gingen terugvorderen en de strafrechter dit ook heeft aangegeven in zijn vonnis?
Vraag 14
Welke maatregelen zijn er getroffen om dit soort «onbedoelde neveneffecten» in de toekomst te voorkomen, gezien het feit dat bij dit project bestaande meervalkwekers zwaar zijn gedupeerd, RVO en het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (LNV) dit ook erkennen, maar erop wijzen dat het causale verband niet voldoende is aangetoond en RVO en het Ministerie van LNV steeds van een «onbedoeld neveneffect» spreken?
Vraag 15
Zijn er meerdere projecten op dezelfde wijze afgehandeld en is hier nu een jurisprudentie geschapen, gezien het feit dat bij dit project op veel punten flexibel met de voorwaarden is omgegaan, de regels ruim zijn geïnterpreteerd en ze afwijken van de regels en voorwaarden van de EU?