Preview document (🔗 origineel)

---

Tweede Kamer der Staten-Generaal	2
Vergaderjaar 2022-2023

28 625 Herziening van het Gemeenschappelijk Landbouwbeleid

Nr. 351 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 8 juni 2023

Ik heb uw Kamer eerder vandaag per brief geïnformeerd over de problemen die zich voordoen bij de opgave van eco-activiteiten in de Gecombineerde opgave (Kamerstuk 28 625, nr. 350). Om tegemoet te komen aan de terechte zorgen van veel boeren heb ik in die brief aangekondigd om boeren die in de Gecombineerde opgave hebben aangegeven dat ze aan de ecoregeling deelnemen twee extra weken de tijd te geven, na het moment van sluiting van de Gecombineerde opgave op 15 juni, om aanpassingen te doen. Dat betekent dat aanvragers van de ecoregeling tot 30 juni 2023 de tijd krijgen om eco-activiteiten toe te voegen. Dit in aanvulling op het besluit dat ik in april reeds heb genomen om de sluitingsdatum voor het doen van de opgave voor alle aanvragers te verlengen van 15 mei tot 15 juni 2023 om zo boeren meer tijd te geven.

In genoemde brief zijn niet de concrete aantallen aanvragers genoemd. Gezien die toezegging tijdens het Commissiedebat op 30 mei jl. in reactie op vragen van het lid Grinwis, informeer ik uw Kamer hierbij over de actuele stand van zaken met betrekking tot de aantallen aanmeldingen in de Gecombineerde opgave.

Per 7 juni zijn er 40.682 gecombineerde opgaves ontvangen. Hiervan vraagt ca. 32.000 een GLB-subsidie aan voor de basishectaresteun en zijn er ca. 25.000 aanmeldingen voor de ecoregeling. Het totale verwachte aantal opgaves, inclusief die voor de mestwetgeving, bedraagt op grond van de opgave in de voorgaande jaren ca. 53.500, waarvan maximaal 42.000 voor de GLB-basis-hectaresteun. Voor deelname aan de ecoregeling maakt RVO de inschatting van ca. 32.000 deelnemers.

Momenteel ronden circa 1.000 bedrijven per dag de Gecombineerde opgave af. De verwachting is dat dit dagelijkse aantal zal oplopen richting 15 juni. Het risico bestaat dat het aantal aanvragen enkele duizenden lager zal uitkomen dan de eerder verwachte 53.500. Het blijft echter moeilijk te voorspellen wat de eindstand zal zijn.

De cijfers geven mij geen aanleiding om een verlenging van de openstelling na 15 juni te overwegen, temeer daar een verlenging niet zonder risico’s is voor een EU-conforme uitvoering. Ik roep iedereen op die de Gecombineerde opgave nog niet heeft afgerond dit te doen.

Uit contacten met andere lidstaten en ook gewisseld in debatten in de Landbouw- en Visserijraad komt het beeld naar voren dat het nieuwe GLB in veel lidstaten tot implementatieproblemen leidt. Uit gesprekken komt naar voren dat deelname aan het GLB in alle lidstaten achterloopt ten opzichte van vorige jaren. Of dit daadwerkelijk ook zo zal zijn, zal blijken als de deelnamegegevens bekend worden. Dat geldt ook voor deelname aan de ecoregeling. Het maken van een goede start met het nieuwe instrument van de ecoregeling blijkt voor zowel boeren als overheden in alle lidstaten een uitdaging. De verwachte deelname van boeren in Nederland aan de ecoregeling die uit de bovengenoemde cijfers blijkt, geeft mij het vertrouwen dat Nederland, ook in de Europese context, tot een goed deelnameresultaat aan de verschillende GLB eco-actviteiten zal komen.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
P. Adema