Resultaten verwervingsvoorbereiding project ‘airborne vehicles’
Materieelprojecten
Brief regering
Nummer: 2023D26281, datum: 2023-06-15, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-27830-407).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C.A. van der Maat, staatssecretaris van Defensie
Onderdeel van kamerstukdossier 27830 -407 Materieelprojecten.
Onderdeel van zaak 2023Z10982:
- Indiener: C.A. van der Maat, staatssecretaris van Defensie
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Defensie
- 2023-06-20 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-06-21 14:00: Resultaten verwervingsvoorbereiding project ‘airborne vehicles’ (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Defensie
- 2023-06-28 10:30: Materieel (Commissiedebat), vaste commissie voor Defensie
- 2023-06-29 10:45: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Defensie
- 2023-09-05 15:20: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2022-2023 |
27 830 Materieelprojecten
Nr. 407 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN DEFENSIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 15 juni 2023
Met deze brief informeer ik uw Kamer over de resultaten van de verwervings-voorbereiding (D-fase) van het project «Voertuig 12kN Air Assault», dat onderdeel is van het programma Defensiebrede Vervanging Operationele Wielvoertuigen (DVOW). Dit programma betreft de vervanging van de operationele wielvoertuigen van nagenoeg alle eenheden van Defensie.1 De naam van het project «DVOW Voertuig 12kN Air Assault» is als gevolg van de samenwerking met Duitsland aangepast naar «Airborne Vehicles».
Het Duits-Nederlandse project «Airborne Vehicles» behelst voor Nederland de levering van 504 lichte operationele voertuigen, die als hoofdwapensysteem en als tactisch transportmiddel worden ingezet voor het operationeel optreden van de Luchtmobiele Brigade. Als onderdeel van de intensieve samenwerking met Duitsland is deze brigade geïntegreerd in de Duitse Division Schnelle Kräfte (DSK).2 In het project verwerft Duitsland circa duizend van deze voertuigen, waarmee de interoperabiliteit en uitwisselbaarheid wordt gewaarborgd.
Eerdere gunning en ontbinding contract
In oktober 2018 bent u met een DMP D-brief geïnformeerd over de eerdere gunning van het contract voor het «Voertuig 12kN Air Assault».3 Drie jaar later heeft Defensie besloten om het contract met de leverancier te ontbinden. Hierover is de Kamer eind 2021 geïnformeerd.4 Het contract is ontbonden, omdat de leverancier met het gekozen platform (chassis) niet kon voldoen aan de beschermingseisen ten aanzien van artilleriedreiging in combinatie met het geëiste laadvermogen. De optie om tegen een meerprijs voor Defensie een nieuw platform (chassis) te ontwikkelen – waarmee het voertuig mogelijk wel aan de eisen zou voldoen – bleek binnen de grenzen van het aanbestedingsrecht niet haalbaar: dit zou leiden tot een wezenlijke wijziging van het contract en daardoor een nieuwe aanbesteding vereisen. Daarna heeft Defensie besloten om, nu samen met de Duitse Landmacht, een nieuwe aanbesteding te doen. Over deze nieuwe – binationale – aanbesteding informeer ik u in deze nieuwe brief, die ik daarom DMP D(2)-brief noem.
Herziene behoeftestelling
Veranderende veiligheidsomgeving
In de periode tussen de DMP C-brief van het programma DVOW uit 20155 en ontbinding van het contract in 2021 is de internationale veiligheidssituatie in toenemende mate verslechterd. Gedurende de behoeftestellingsfase van het programma DVOW lag het accent op optreden in de tweede hoofdtaak: vredesmissies en stabilisatie-operaties. Recente conflicten en met name de oorlog in Oekraïne onderstrepen dat de krijgsmacht, meer dan in de achterliggende decennia, klaar moet zijn voor de eerste hoofdtaak: de eigen en bondgenootschappelijke verdediging. De operationele eisen aan materieel voor vredesmissies zijn anders dan de eisen voor gevechtsoperaties hoog in het geweldsspectrum, waar mobiliteit en vuurkracht zwaarder wegen en waarin onderhoud meer is geintegreerd in de operatie. In hetzelfde tijdvak is de Landmacht-samenwerking tussen Nederland en Duitsland verder geïntensiveerd. Deze veranderingen hebben aanleiding gegeven tot een heroriëntatie van het project.
Met het opnieuw formuleren van de eisen voor een 12kN air assault voertuig is als uitgangspunt gekozen voor specifiek het luchtmobiele optreden. Daarmee is gekozen voor een meer gespecialiseerd en minder breed inzetbaar voertuig. De eisen voor dit airborne vehicle zijn samen met Duitsland tot stand gekomen om een gezamenlijke verwerving mogelijk te maken. Ten opzichte van het eerder door Nederland gecontracteerde 12kN air assault voertuig, kan het airborne voertuig nu beter missie-specifiek aangepast worden, waaronder een flexibel aanpasbaar beschermingspakket tegen artilleriescherven. Tevens kunnen alle varianten van het airborne voertuig intern een Chinook helikopter vervoerd worden, waardoor deze bij operationele inzet sneller kunnen vliegen en wendbaarder zijn.
Binationale samenwerking en interim-voorziening
Met oog voor de verslechterde veiligheidssituatie in Europa, de toenemende noodzaak voor interoperabiliteit en de integratie van de Luchtmobiele Brigade in de Duitse Division Schnelle Kräfte is in juni 2022 een Memorandum of Understanding (MOU) met Duitsland getekend voor de gezamenlijke verwerving van voertuigen met een laadvermogen van 12kN.6 Met Duitsland zijn de eisen aan het airborne vehicle geharmoniseerd om tot een identiek en daarmee interoperabel en uitwisselbaar voertuig te komen. Hiertoe is voor het binationale project een nieuw en gezamenlijk programma van eisen vastgesteld, met een focus op luchtmobiel optreden hoog in het geweldsspectrum en in de context van de eerste hoofdtaak. Voor dit project treedt Duitsland als lead nation en contracterende partij op.7
Door het ontbinden van het initiële contract in 2021 wordt de behoefte aan nieuwe voertuigen voor de Luchtmobiele Brigade later ingevuld. De meest urgente behoefte komt voort uit een nieuwe taak voor de Luchtmobiele Brigade, de ondersteuning van Special Operations Forces (SOF).8 Als interim-voorziening voor deze taak heeft Defensie een behoefte aan voertuigen voor ondersteuning van SOF vastgesteld.9 Hiertoe heeft Defensie in december 2022 een contract getekend voor de levering van 41 VECTOR voertuigen van de Nederlandse leverancier Defenture. Omdat het Korps Commandotroepen deze voertuigen sinds 2015 operationeel in gebruik heeft, heeft Defensie voor de SOF support taak van de Luchtmobiele Brigade ook voor de VECTOR gekozen.10 De eisen voor een SOF (support) voertuig wijken af van de eisen voor een voertuig voor luchtmobiele operaties.
Een operationeel relevant en toekomstbestendig luchtmobiel voertuig
Behoefte
De keuze voor een snel leverbaar, interoperabel en uitwisselbaar airborne vehicle sluit aan bij deze versterkte focus op de eerste hoofdtaak en de specifieke eisen van luchtmobiele eenheden. Daarbij versterkt het de samenwerking tussen Nederland en Duitsland in het kader van de regionale plannen van NAVO.11
De nieuwe airborne vehicles zijn voor Duitsland en Nederland technisch gelijk (interchangeable), kunnen worden vervoerd in de Nederlandse en toekomstige Duitse CH-47F Chinook zware transporthelikopters en zijn terreinvaardig.12 Daarnaast zijn de voertuigen vanuit een modulair basisontwerp uit te rusten met diverse wapens, waaronder een zware mitrailleur of de SPIKE anti-tank lanceerinstallatie, en kunnen ze worden voorzien van modulaire ballistische bescherming tegen artilleriedreiging.13 Binnen het project verwerft Defensie meer dan 130 modulaire ballistische beschermingspakketten voor missies en specifieke operaties.
Het nieuwe airborne vehicle vervangt binnen de Luchtmobiele Brigade meer dan 450 verouderde voertuigen, waaronder circa 100 Luchtmobiel Speciale Voertuigen (LSV), circa 350 Mercedes-Benz terreinvoertuigen in de softtop, hardtop en ambulance variant, evenals enkele logistieke vrachtauto’s van het type DAF YA4442 «viertonner».
Resultaat verwervingsvoorbereiding
Resultaat
Na een zorgvuldige afweging van de inschrijvingen voor airborne vehicles van de leveranciers Rheinmetall Land Systemen (RLS) en Kraus Maffei Wegmann (KMW) is op grond van technische eisen, operationele beoordelingscriteria, levertijd en prijs voor het airborne vehicle van leverancier RLS gekozen. Duitsland en Nederland hebben, onafhankelijk, hun eigen afwegingen gemaakt. De uitkomst van de afwegingsprocessen is dat de landen unaniem kiezen voor het airborne vehicle van leverancier RLS. In de commercieel vertrouwelijke bijlage14 zijn de operationele en technische vergelijking, evenals het verschil in kostprijs verder uitgewerkt.
Proces
Bij het formuleren van de eisen voor de nieuwe airborne vehicles hebben Nederland en Duitsland gekozen om de gezamenlijke verwerving «van de plank» (MOTS, military off the shelf) te doen. Dit biedt voordelen op het gebied van levertijd, interoperabiliteit, instandhouding en verkrijgbaarheid van reserveonderdelen. Daarnaast beperkt het de integratierisico’s. Voor deze gezamenlijke verwerving treedt Duitsland op als lead nation en contracterende partij. Met gebruik van artikel 346 VWEU is een aanbestedingsproces in concurrentie gevolgd. Van de kandidaten die zijn aangeschreven, hebben RLS en KMW een definitieve en geldige inschrijving ingediend.15 In een dialoog met de aanbieders zijn de eisen en wensen getoetst op haalbaarheid.
Projectscope
Het project behelst de levering en de logistieke ondersteuning16 van 504 airborne vehicles, die als tactisch transportmiddel benodigd zijn voor het operationeel optreden van de Luchtmobiele Brigade. De vereiste technische specificaties voor zowel Nederland als Duitsland zijn vastgelegd in één geharmoniseerd programma van eisen (PVE).
Het voertuig wordt in meerdere varianten aangeschaft, met als eis dat de Duitse en Nederlandse voertuigen met hetzelfde onderstel, aandrijflijn en chassis worden uitgerust. Daarmee is de onderlinge uitwisselbaarheid optimaal.
Productvergelijking
In de D-fase hebben RLS en KMW een aanbod gedaan dat voldoet aan de operationele eisen, waaronder MOTS en interoperabiliteit, geschiktheid voor nationale command & control middelen, terreinvaardigheid en luchtverlaadbaarheid, mogelijkheden voor bewapening, actieradius, laadvermogen en mogelijkheden voor modulaire bescherming. Daarnaast hebben beide leveranciers aangegeven dat de voertuigen binnen de gestelde termijnen geleverd kunnen worden.
Bij de beoordeling van de offertes zijn de operationele en technische eisen voor 70 procent meegewogen en de offerteprijs voor 30 procent. Op technische en operationele eisen scoort het voertuig van RLS hoger dan het voertuig van KMW. Het prijsverschil tussen het aangeboden voertuig van RLS en het voertuig van KMW is bovendien substantieel, waardoor de balans doorslaat naar het RLS-voertuig.
Realisatie
De eerste vier voertuigen worden in 2024 aan Defensie geleverd. Hiermee wordt een test- en verificatieprogramma doorlopen. Tussen 2025 en 2029 worden de voertuigen uit serieproductie uitgeleverd, waarbij Nederland over een periode van vijf jaar 100 voertuigen per jaar ontvangt en Duitsland 200 voertuigen per jaar.
Overige aspecten
Industriële participatie
Voor de serieproductie heeft de leverancier aangegeven Rheinmetall Defence Nederland B.V. in Ede en VDL Special Vehicles B.V. in Eindhoven als ketenpartners voor assemblage van de airborne vehicles te willen contracteren. Ook voor toekomstige binationale materieelprojecten met Duitsland blijft de Nederlandse inzet voor goede samenwerking een operationeel hoogstaand product, met oog voor industriële participatie en bijdragen op innovatie. Over de resultaten van het Industrieel Participatiebeleid wordt uw Kamer tweejaarlijks geïnformeerd.17
Het contract omvat levering van voertuigen en een basispakket reserveonderdelen. Defensie zal het onderhoud aan de airborne vehicles deels door defensiemonteurs laten uitvoeren, en deels uitbesteden aan de industrie. Het uit te besteden deel van het onderhoud vergt een separaat contract en hierover maakt Defensie nog nadere afspraken met de industrie.
Duurzaamheid
De verbrandingsmotor van de airborne vehicles moet kunnen werken op in Europa commercieel verkrijgbare diesel, maar ook op in missiegebieden verkrijgbare diesel-producten en specifiek militaire brandstoffen als kerosine. De motor moet te allen tijde en zonder aanpassingen voldoen aan de normen van het NATO Single Fuel concept. Deze brandstofeisen betekenen dat de motor van het voertuig in de emissieklasse Euro-3 valt. De operationele eisen op het gebied van gewicht en actieradius sluiten op dit moment een voertuig met elektrische aandrijving uit.
Projectrisico’s
Voor het project is een risicobeoordeling gemaakt. Het voornaamste geïdentificeerde risico is dat er, ondanks het MOTS-uitgangspunt, toch nog aanpassingen nodig zijn.18 Als beheersmaatregel is hiertoe een financiële risicoreservering van 7,5 procent van het investeringsbudget opgenomen, gebaseerd op eerdere ervaringen met vergelijkbare projecten.
Relatie met andere projecten
Binnen het project «Chinook Vervanging & Modernisering» verwerft Defensie veertien nieuwe CH-47F Chinook helikopters en moderniseert zes toestellen.19 Hiermee worden oudere CH-47D toestellen vervangen, vindt standaardisatie plaats naar het CH-47F model en wordt de helikoptervloot uitgebreid. De toestellen worden ingezet als tactische transporthelikoptercapaciteit voor luchtmobiel optreden en kunnen de airborne vehicles onder operationele omstandigheden transporteren.
Het project airborne vehicles is onderdeel is van het programma «Defensiebrede Vervanging Operationele Wielvoertuigen» (DVOW).20 Dit programma betreft de vervanging van de operationele wielvoertuigen van Defensie. Het programma DVOW omvat vier gemandateerde projecten ter verwerving van brandstofcontainers, container-hefmiddelen, quad voertuigen en 7,5kN terreinvoertuigen. Daarnaast omvat het programma vier niet-gemandateerde projecten: Voertuigen 50kN, 100kN, 150kN21; Containersystemen en subsystemen22; Voertuig 12kN & Remote Controlled Weapon Station 23 en dit project airborne vehicles.
Financiële aspecten
Investering
Het projectbudget voor de airborne vehicles is opgenomen in het DVOW-programma. Het projectbudget voor het project «Airborne Vehicles» bestaat uit een bedrag voor investeringen, te weten € 302,5 miljoen inclusief BTW en een risicoreservering (prijspeil 2022). Dit is hoger dan de raming in de C-brief uit 2015 en de D(1)-brief uit 2018.24
De meerkosten kunnen in de begroting worden opgevangen. De hogere kosten vloeien primair voort uit inflatie, hogere arbeidskosten en toegenomen grondstofprijzen. Daarnaast leidt wereldwijde spanning op de defensiemarkt tot een prijsopdrijvend effect. Ook is het binationele programma van eisen van invloed op de kostprijs per voertuig.
Deze investering komt in de jaren 2024 tot en met 2029 ten laste van het investeringsbudget van Defensie. Het contract omvat tevens een optie om later 500 additionele voertuigen te kunnen afroepen. Dit biedt de flexibiliteit om mogelijke meerbehoeften voortvloeiend uit toekomstige Defensienota’s op een doelmatige en doeltreffende wijze in te kunnen vullen. Commercieel vertrouwelijke financiële informatie is in de vertrouwelijke bijlage opgenomen.
Exploitatie
Onder de geraamde exploitatie-uitgaven vallen de personele exploitatie en de materiële exploitatie zoals reserveonderdelen en onderhoud. De exploitatiekosten zijn aan de hand van een analyse van de levensduurkosten vastgesteld, waarbij gebruik is gemaakt van gegevens van de leverancier en van historische ervaringsgetallen van het onderhoud aan vergelijkbare systemen. Tevens wordt de instandhoudingsorganisatie uitgebreid met acht defensiemonteurs. Omdat Defensie het contract voor uitbesteed onderhoud nog moet afsluiten, is het verwachte effect van instroom van de nieuwe airborne vehicles op de exploitatiekosten van Defensie nog commercieel vertrouwelijk.
Vooruitblik
Ik ben voornemens het project voort te zetten en de overeenkomst25 met Duitsland voor de verwerving van de airborne vehicles in juli 2023 te laten ondertekenen. Na het ondertekenen van de overeenkomst tussen Nederland en Duitsland tekent Duitsland vervolgens het contract met de leverancier. In 2024 worden de eerste testvoertuigen voor verificatie aan Nederland en Duitsland geleverd, waarna de levering van serieproductievoertuigen in 2025 aanvangt.
Ik verzoek uw Kamer daarom deze DMP D-brief in het aankomende Commissiedebat Materieel van 28 juni te behandelen. Eén week later, op 5 juli, wordt de materieelbrief van mijn Duitse ambtsgenoot in de Bundestag besproken. Duitsland heeft aangegeven het contract met Rheinmetall Land Systemen in augustus 2023 te willen tekenen, na behandeling door beide parlementen.
Na behandeling van de DMP D-brief wordt uw Kamer via de begroting van het Defensiematerieelbegrotingsfonds (DMF), het jaarverslag en het Defensie Projecten-overzicht (DPO) over de voortgang van dit project geïnformeerd.
De Staatssecretaris van Defensie,
C.A. van der Maat
Kamerstukken 26 396 en 31 243, nr. 72↩︎
Kamerstuk 33 279, nr. 10↩︎
Kamerstuk 26 396, nr. 114↩︎
Kamerstuk 26 396, nr. 117↩︎
Kamerstuk 26 396, nr. 105↩︎
12kN komt overeen met een laadvermogen van circa 1.200 kg.↩︎
Kamerstuk 27 830, nr. 374↩︎
Conform Defensienota 2022 (Kamerstuk 36 124, nr. 1) wordt de ondersteuning van de special operations forces (SOF) versterkt door onder meer een bataljon van de Luchtmobiele Brigade naar een SOF-support eenheid om te vormen.↩︎
Kamerstuk 26 396, nr. 118↩︎
Ook het Duitse Kommando Specialkräfte (KSK) heeft een SOF-voertuig van Defenture besteld voor gebruik door de Duitse speciale eenheden.↩︎
Kamerstuk 33 279, nr. 37↩︎
In mei 2023 heeft Duitsland 60 CH-47F Chinook transporthelikopters verworven. Nederland heeft 20 van deze helikopters in gebruik.↩︎
In lijn met NAVO STANAG-1 bescherming incl. Fragment Simulating Projectiles (FSP) test.↩︎
Ter vertrouwelijke inzage gelegd, alleen voor de leden, bij het Centraal Informatiepunt Tweede Kamer↩︎
De prime contractors betroffen achtereenvolgens: (1) Rheinmetall Land Systemen als hoofdaannemer in samenwerking met Mercedes-Benz AG en Armoured Car Systems, (2) Krauss Maffei Wegmann als hoofdaannemer in samenwerking met Defenture.↩︎
«Logistieke ondersteuning» bestaat uit reservedelenpakketten, technische documentatie en software, het inregelen van de reservedelenvoorziening gedurende de technische levensduur van de voertuigen, een deel van het onderhoud, specifiek gereedschap en technische kennis t.b.v. de monteurs.↩︎
Tweejaarlijkse Rapportage Industrieel Participatiebeleid van MinEZK, Kamerstuk 26 231, nr. 31↩︎
Daarbij kan gedacht worden aan relatief kleine aanpassingen, bijvoorbeeld een andere wapensteun bij introductie van een nieuw wapen, montage van een ander formaat opbergkist voor geniespringmiddelen of een afwijkende stroomvoorziening voor EOD-robots.↩︎
Kamerstuk 27 830, nr. 157 en Kamerstuk 26 396, nr. 114↩︎
Kamerstuk 26 396, nr. 105↩︎
Zie Kamerstuk 27 830, nr. 201. Dit betreft de nieuwe in Zwolle geproduceerde Scania Gryphus vrachtauto. Defensie schaft circa 3.000 van deze voertuigen aan, waarvan er inmiddels ruim 2.300 zijn ingestroomd.↩︎
Kamerstuk 26 396, nr. 112↩︎
Kamerstuk 26 396, nr. 115↩︎
Kamerstuk 26 396, nr. 105↩︎
Vanwege het government-to-government karakter van de verwerving is de formele benaming van deze overeenkomst een «Program Arrangement» (PA). Duitsland tekent als lead nation het commerciële contract met de leverancier, mede namens Nederland.↩︎