[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Verslag van de formele Telecomraad van 2 juni 2023 in Luxemburg

Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie

Brief regering

Nummer: 2023D26938, datum: 2023-06-19, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-21501-33-1029).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 21501 33-1029 Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie.

Onderdeel van zaak 2023Z11263:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2022-2023

21 501-33 Raad voor Vervoer, Telecommunicatie en Energie

Nr. 1029 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT EN DE STAATSSECRETARIS VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 19 juni 2023

Hierbij bieden wij u het verslag aan van de formele Telecomraad van 2 juni 2023 in Luxemburg. Daarnaast ontvangt u in de bijlagen de reactie van Nederland op de consultatie van de Europese Commissie over toekomstige elektronische connectiviteit en digitale infrastructuur.

De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
M.A.M. Adriaansens

De Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
A.C. Van Huffelen

Verslag formele Telecomraad 2 juni 2023

Gigabit Infrastructure Act

Voortgangsrapportage

Tijdens de Telecomraad heeft de Raad kennisgenomen van de voortgangsrapportage over het voorstel voor de verordening gigabit infrastructuur. Eurocommissaris Breton benadrukte in zijn inleiding dat dit voorstel van groot belang is voor het behalen van de connectiviteitsdoelen uit het Digitaal Decennium.

Nederland verwelkomde de verordening gigabit infrastructuur. Het verbeteren van de digitale connectiviteit is essentieel voor het concurrentievermogen van de EU. Nederland heeft daarbij wel aandacht gevraagd voor de proportionaliteit van de voorgestelde maatregelen en de impact op bestaande nationale systemen en procedures. In het bijzonder heeft Nederland aangegeven dat de administratieve lasten voor bedrijven en nationale en lokale overheden beperkt moeten worden en dat in het voorstel rekening moet worden gehouden met verschillende nationale systemen voor vergunningverlening.

Meerdere lidstaten deelden deze aandachtspunten en gaven aan dat nationale systemen en procedures behouden moeten blijven als deze effectief blijken te zijn. Sommige lidstaten gaven aan dat automatische vergunningverlening niet wenselijk is en dat door de implementatie van de GIA geen onredelijke lasten aan de lidstaten moeten worden opgelegd. In dit kader pleitten meerdere lidstaten voor een langere overgangsperiode.

Interoperable Europe Act

Voortgangsrapportage

Het Zweedse voorzitterschap presenteerde de voortgangsrapportage over de verordening Interoperabel Europa en gaf aan dat er de afgelopen maanden veel voortgang is geboekt in de onderhandelingen. De verordening is door de Europese Commissie voorgesteld om de interoperabiliteit tussen digitale overheidsdiensten van verschillende lidstaten te vergroten. De Commissie wees erop dat er nog de nodige stappen nodig zijn op het gebied van grensoverschrijdende dienstverlening tussen lidstaten, onderstreepte het belang van deze wetgeving en riep op tot spoedige afronding.

Nederland gaf aan de doelstellingen van de verordening te steunen. Net als een aantal andere lidstaten riep Nederland het Zweedse voorzitterschap op tot een snelle afronding van de onderhandelingen over het voorstel. Nederland heeft daarbij verder aandacht gevraagd voor het doorzoeken van interoperabiliteitsoplossingen (herbruikbare oplossingen, standaarden en documentatie), die gemakkelijker vindbaar moeten worden door deze te categoriseren via een nieuw in te stellen centraal publieke dienstenregister. In het huidige voorstel zijn deze oplossingen namelijk nog ongeordend.

Lidstaten verwelkomden de voortgangsrapportage en noemden de voorgestelde verordening als een belangrijke stap in het kader van het Digitaal Decennium. Het belang van interoperabiliteit voor grensoverschrijdende dienstverlening is voor veel lidstaten evident. Tegelijkertijd benoemden lidstaten ook het belang van proportionaliteit en het beperken van bindende interoperabiliteitseisen tot grensoverschrijdende diensten. Ook riepen meerdere lidstaten op tot het beperken van de administratieve en financiële lasten voor met name regionale en lokale overheden.

Cyber Resilience Act

Voortgangsrapportage

Het Zweedse voorzitterschap presenteerde de voortgangsrapportage over het voorstel voor een verordening voor horziontale veiligheidseisen voor digitale producten. Het voorzitterschap gaf aan tot het einde van haar mandaat zoveel mogelijk voortgang te willen boeken in de Raadsonderhandelingen.

Nederland onderschrijft het belang van horizontale wetgeving die de cyberveiligheid van producten regelt omdat dit een voorwaarde is voor een weerbare en veilige digitale economie. In de Raad heeft Nederland in het bijzonder aandacht gevraagd voor twee punten. Ten eerste het behoud van een betrouwbare en goed uitvoerbare conformiteitstoets door derde partijen voor meer gevoelige producten. Daarbij heeft Nederland het belang benadrukt van waarborgen als een impact assessment, certificatieschema, consultatie van het bedrijfsleven en voldoende tijd voor implementatie. Ten tweede heeft Nederland het belang benoemd van rapportageverplichtingen op basis van centrale nationale systemen, zodat de Computer Security Incident Response Teams (CSIRT’s) van alle lidstaten goed zijn aangesloten en toegang hebben tot alle relevante informatie.

Veel lidstaten steunden het voorstel voor de Cyber Resilience Act (CRA) en spraken net als Nederland de hoop uit dat het Zweedse voorzitterschap nog tijdens haar termijn tot een algemene oriëntatie komt. Meerdere lidstaten wezen erop dat de CRA een kans biedt om internationale normen voor de cyberveiligheid van producten en waardeketens vast te leggen. Dit punt werd ook gemaakt door Eurocommissaris Breton, die daarbij aangaf dat een geharmoniseerde aanpak op EU-niveau, het versterken van de Europese interne markt en het concurrentievermogen cruciaal zijn in de huidige geopolitieke situatie. Meerdere lidstaten noemden ook een evenwichtige verdeling van administratieve lasten en proportionaliteit van maatregelen als aandachstpunten.

Toekomst van de connectiviteitssector

Beleidsdebat

Tijdens de Raad is een beleidsdebat gevoerd over de toekomst van de connectiviteitssector in de EU. Dit debat was gerelateerd aan de door de Europese Commissie opgezette consultatie over toekomstige elektronische connectiviteit en digitale infrastructuur. Deze consultatie sloot op 19 mei jl. U vindt de Nederlandse reactie op de consultatie bijgevoegd bij dit verslag.

Nederland gaf aan dat het de connectiviteitsdoelstellingen die zijn vastgelegd in het Digitaal Decennium volledig ondersteunt. In het bijzonder onderschreef Nederland daarbij het doel dat alle huishoudens in Europa in 2030 een mobiele aansluiting hebben op basis van 5G en een vaste aansluiting van minimaal 1 gigabit per seconde. Nederland gaf aan dat het op basis van feiten niet het beeld herkent dat Europese telecombedrijven onvoldoende kunnen investeren of dat bestaande instrumenten onvoldoende zouden zijn om regionale investeringsgaten te dichten. Daarbij benadrukte Nederland dat het kritisch is ten aanzien van eerdere beleidsdiscussies die nu opnieuw dreigen te worden gevoerd. Dit betreft discussies over een grotere rol van de Commissie bij spectrumuitgifte en het toestaan van een internettolheffing door telecombedrijven. Nederland heeft daarom in de Raad gepleit voor een op feiten gebaseerde benadering, waarbij uitsluitend maatregelen worden voorgesteld die nodig en geschikt zijn om daadwerkelijke problemen met connectiviteit op te lossen. Daarbij dienen de belangen van Europese eindgebruikers zoals consumenten centraal te staan en dient de netneutraliteit niet aangetast te worden.

Lidstaten spraken hun steun uit voor de EU-doelstellingen voor 5G en glasvezel in 2030. Enkele lidstaten gaven aan dat investeringen in digitale connectiviteit proprotioneel verdeeld moeten worden en dat ook intensieve gebruikers van connectiviteitsnetwerken hieraan zouden moeten bijdragen. Een brede groep lidstaten uitte echter net als Nederland zorgen over beleidsrichtingen als het mogelijk toestaan van een internettolheffing door telecombedrijven. Hierbij werd aangevoerd dat een dergelijke heffing nadelige gevolgen kan hebben voor de Europese digitale transitie, innovatie kan remmen, netneutraliteit in gevaar kan brengen en belangen van Europese consumenten en bedrijven kan schaden door onder meer hogere abonnementskosten en een lagere kwaliteit van internet. Meerdere lidstaten wezen daarbij op adviezen van consumentenorganisaties en BEREC, de Europese koepelorganisatie van telecommarkt-toezichthouders. Een brede groep lidstaten merkte ook op dat er momenteel geen sprake is van marktfalen en dat eventuele voorstellen van de Europese Commissie op dit terrein vooraf moeten worden gegaan door een grondige impact assessment.

Diversenpunt lopende wetgevingsonderhandelingen: Dataverordening, raamwerk voor een Europese digitale identiteit en ePrivacy-verordening

Het voorzitterschap informeerde de Raad over de onderhandelingen over de Dataverordening, het raamwerk voor een Europese digitale identiteit en de ePrivacy-verordening. Deze onderhandelingen bevinden zich allen in de triloogfase. Het voorzitterschap gaf aan dat er de afgelopen maanden met name voortgang is geboekt in de triloogonderhandelingen over de Dataverordening en het raamwerk voor een Europese digitale identiteit. In de onderhandelingen over de ePrivacy-verordening liggen de mandaten van de wetgevers ver uit elkaar, al is er het afgelopen jaar wel enige voortgang geboekt op meer specifieke, technische punten.

De zorgen van uw Kamer met betrekking tot het voorstel voor een raamwerk voor een Europese digitale identiteit, onder meer besproken tijdens het interpellatiedebat, vormen ook in de triloogfase de kern van het Nederlandse standpunt. Nederland heeft deze aandachstpunten tijdens de Raad nogmaals benoemd en in het bijzonder het belang benadrukt van een expliciet verhandelverbod van gegevens die in de toekomst via wallets kunnen worden uitgewisseld. Enkele lidstaten gaven aan meerwaarde te zien in een raamwerk voor een Europese digitale identiteit en spraken de hoop uit op een snelle afronding van de onderhandelingen.

Onder het diversenpunt over de ePrivacy-verordening heeft Nederland, indachtig de moties van de leden Dekker-Abdulaziz en Kathmann1, ervoor gepleit om op Europees niveau alsnog met een oplossing voor het cookievraagstuk te komen. Voor Nederland is het van belang dat het voor burgers mogelijk is om in één keer aan te geven waarmee zij akkoord gaan en waarmee niet, zodat dit niet langer per website hoeft te worden aangegeven. Vanwege de beperkte voortgang in de onderhandelingen over de ePrivacy-verordening kijkt Nederland ook naar alternatieve oplossingen. In dat kader verwelkomt Nederland het initiatief van Eurocommissaris Reynders om te kijken naar vrijwillige opties die het voor eindgebruikers makkelijker moeten maken om cookies te weigeren en om alternatieven te vinden voor op tracking gebaseerde advertenties.

Diversenpunt 5G-veiligheid

De Europese Commissie kondigde aan binnen afzienbare tijd een rapport te publiceren over de EU-toolbox voor 5G-veiligheid. In het rapport zal de Commissie ingaan op vooruitgang die is geboekt in lidstaten maar ook op risico’s rond hoog-risico aanbieders. De Commissie benadrukte het belang van EU-coördinatie in de huidige geopolitieke context. Een enkele lidstaat wees erop dat de EU concreter moet optreden en meer veilige netwerken zou moeten financieren, ook buiten de EU.

Diversenpunt internationale initiatieven over digitalisering

De Europese Commissie gaf een update over de voortgang van internationale initiatieven in het digitale domein, met een focus op de EU-VS Trade & Technology Council (TTC) en Digitale Partnerschappen. De Commissie gaf daarbij aan dat tijdens de vierde TTC-bijeenkomst in Zweden op 31 mei jl. onder meer is gesproken over nieuwe technologieën, standaardisering, digitale connectiviteit en waardeketens voor halfgeleiders.2 Daarnaast gaf de Commissie aan dat de eerste TTC-bijeenkomst tussen de EU en India op 16 mei jl. positief is verlopen. De EU en India hebben afgesproken verder samen te werken op onder meer het gebied van kwantum-computing, betrouwbare AI, halfgeleiders en digitale vaardigheden.3 Tot slot stond de Commissie kort stil bij de Digitale Partnerschappen met Japan, Singapore en Zuid-Korea. In juni en juli vinden er in het kader van deze partnerschappen besprekingen plaats tussen de Europese Commissie en deze drie landen. Enkele lidstaten benadrukten het belang van strategische samenwerking met derde landen.

Diversenpunt conferentie over duurzame AI en AI voor duurzaamheid

Het Zweedse voorzitterschap gaf een terugkoppeling van de conferentie over duurzame AI en AI voor duurzaamheid die op 2 en 3 mei jl. plaatsvond in Göteborg. De conferentie bestond uit vier sessies, over 1) hoe we duurzame AI kunnen garanderen, 2) duurzame AI-ecosystemen, 3) de rol van AI in de digitale en groene transities en 4) het perspectief van de burger in de ontwikkelingen rondom AI.

Diversenpunt generatieve AI

Door een lidstaat was een diversenpunt aangevraagd voor een gedachtewisseling over hoe lidstaten omgaan met generatieve AI, in het licht van alle snelle ontwikkelingen op dit gebied. Lidstaten boden een overzicht van instrumenten die zij gebruiken om innovatie in AI te stimuleren, het mkb te ondersteunen en vaardigheden en bewustzijn rondom AI te vergroten. Lidstaten gaven aan dat onder meer ethiek, transparantie en cyberveiligheid aandachtspunten zijn. In diverse landen zijn handleidingen in de maak voor het bedrijfsleven en overheden.

Indachtig de motie van het lid Leijten4 hecht het kabinet eraan richting uw Kamer te benoemen dat tijdens de onderhandelingen over de AI-verordening er actief op wordt ingezet dat in de AI-verordening duidelijk wordt opgenomen dat een genomen besluit altijd begrijpelijk kenbaar wordt gemaakt. Nederland bestudeert in dit kader het voorstel van het Europees Parlement voor een notitificatieplicht.

Diversenpunt Internationale Telecommunicatie Unie

Een drietal lidstaten had een diversenpunt aangevraagd over het opzetten van een coördinatiemechanisme binnen de EU voor het versterken van de relaties tussen de Internationale Telecommunicatie Unie (ITU) en de EU. Dit zou moeten leiden tot meer slagkracht van de EU binnen de ITU. Enkele lidstaten steunden dit idee, terwijl er ook lidstaten waren die aangaven dat het zinvoller is om vanuit de bestaande structuren als de Europese Conferentie voor Post en Telecommunicatie de EU-coördinatie te versterken. Deze lidstaten betoogden ook dat het van belang is om te investeren in presentie in technische werkgroepen onder de ITU.

Diversenpunt index van de Digitale Economie en Samenleving

Een lidstaat had een diversenpunt aangevraagd over de index van de Digitale Economie en Samenleving (DESI). Deze lidstaat stelde dat de DESI een belangrijke rol speelt in de vorming van beleid en uitvoering van acties op het gebied van digitalisering. Om de DESI zoveel mogelijk te laten aansluiten bij de huidige uitdagingen op het gebied van digitalisering stelde deze lidstaat een herziening van de indicatoren en methodologie van de DESI voor. Het pleidooi voor een meer dynamisch proces en herijking van de DESI kreeg steun van meerdere lidstaten.

Diversenpunt voorzitterschapsprogramma juli-december 2023

De Spaanse delegatie heeft de Raad tot slot geïnformeerd over de belangrijkste prioriteiten voor de Telecomraad tijdens hun voorzitterschap van de Raad in de tweede helft van 2023. Het Spaanse voorzitterschap zal zich met name inzetten voor het afronden van de lopende triloogonderhandelingen over de AI-verordening en Dataverordening (indien deze nog niet wordt afgerond onder het Zweedse voorzitterschap) en de onderhandelingen in de Raad over de CRA, de verordening gigabit infrastrucuur en de verordening voor een Interoperabel Europa. Daarbij gaf Spanje aan dat de AI-verordening een historische kans is voor Europa om een voortrekkersrol te spelen in de ontwikkeling en regulering van AI. Daarnaast zal Spanje zich tijdens haar voorzitterschap inzetten voor het opzetten van nieuwe partnerschappen tussen de EU en Latijns-Amerika.

Nederland kan zich vinden in de prioriteiten van het aankomende Spaanse voorzitterschap en onderschrijft het belang van het afronden van de triloogonderhandelingen over de AI-verordening en Dataverordening. De recente ontwikkelingen hebben aangetoond dat kaders voor AI, waarin de AI-verordening voorziet, hard nodig zijn om de ontwikkeling van verantwoorde AI-systemen vorm te geven. Ook is het van belang er spoedig een akkoord wordt bereikt over de Dataverordening, zodat de data-economie wordt gestimuleerd, de keuzevrijheid en concurrentie in de Europese markt voor clouddiensten wordt vergroot en gebruikers van producten en diensten meer controle over hun data krijgen. Nederland vindt het daarnaast van belang dat er onder het Spaanse voorzitterschap voortgang wordt geboekt in de onderhandelingen over de ePrivacy-verordening.


  1. Kamerstuk 32 761, nrs. 266 en 267↩︎

  2. Het gezamelijke statement van deze EU-VS TTC is te vinden op de website van de Europese Commissie: Joint Statement EU-US TTC in Sweden (europa.eu)↩︎

  3. Het gezamenlijke statement van deze EU-India TTC is te vinden op de website van de Europese Commissie: https://digital-strategy.ec.europa.eu/en/library/eu-india-ttc-joint-statement↩︎

  4. Kamerstuk 21 501–33, nr. 987↩︎