Preview document (🔗 origineel)

---

Tweede Kamer der Staten-Generaal	2
Vergaderjaar 2022-2023

32 813 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid

Nr. 1273 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR KLIMAAT EN ENERGIE

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 27 juni 2023

Op 14 juni jl. is door het Planbureau voor de Leefomgeving en ambtenaren van mijn ministerie een Technische Briefing aan uw Kamer gegeven over de Reflectie van het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) op de voorstellen die zijn ingediend voor het Klimaatfonds. Op 16 juni jl. heeft de vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat uit uw Kamer mij verzocht om de onderliggende fiches van de voorgestelde maatregelen tijdens het voorjaarspakket Klimaat. Daarnaast heeft uw Kamer verzocht om informatie over de gesprekken die hebben plaatsgevonden om te komen tot het pakket aan maatregelen. Middels deze brief kom ik tegemoet aan deze verzoeken.

Fiches Klimaatfonds

Bijgaand treft u alle voorstellen aan die voor het ontwerp-Meerjarenprogramma 2024 zijn ingediend bij de fondsbeheerder van het Klimaatfonds. Dit betreft zowel voorstellen die uiteindelijk in het Klimaatpakket zijn opgenomen dat ik d.d. 26 april jl. met uw Kamer heb gedeeld (Kamerstuk 32 813, nr. 1230), als voorstellen die uiteindelijk niet in het pakket zijn opgenomen.

Tezamen met de PBL-reflectie en het ontwerp-Meerjarenprogramma 2024 voor het Klimaatfonds beoog ik zo uw Kamer een compleet beeld te geven van de voorstellen en beoordeling daarvan voor het Klimaatfonds.

Ik breng bij u onder de aandacht dat dit het overzicht betreft zoals deze door het kabinet is gebruikt bij de start van de voorjaarsbesluiting (stand februari 2023). Op dat moment had de integrale voorjaarsbesluitvorming nog niet plaatsgevonden. Dit betekent echter ook dat voorstellen in sommige gevallen gepaard gaan met claims voor kasbedragen die niet overeenkomen met de uiteindelijke toekenningen. Daarnaast zijn de voorwaarden die tijdens de voorjaarsbesluitvorming zijn gesteld aan bepaalde voorstellen geen onderdeel van bijgevoegde fiches. Op beide punten worden de fiches de komende tijd nog aangepast en beoordeeld ten behoeve van het definitieve Meerjarenprogramma 2024 dat op Prinsjesdag met uw Kamer wordt gedeeld. Ook zijn naar aanleiding van de integrale voorjaarsbesluitvorming over het klimaatpakket middelen toegekend voor voorstellen waar nog geen fiche voor was ingediend, maar die bijvoorbeeld volgden uit het IBO Klimaat. Het definitieve Meerjarenprogramma zal ik met uw Kamer delen. Dit bevat voor elke maatregel het onderliggende fiche, en indien relevant (de beoordeling van) het addendum.

Tot slot is in sommige voorstellen informatie weggestreept, omdat deze bijvoorbeeld bedrijfsvertrouwelijk is of de (onderhandelings)positie van Nederland kan schaden. Door het complete overzicht van alle voorstellen met uw Kamer te delen, hoop ik maximale transparantie te betrachten in het proces voor de toekenningen uit het Klimaatfonds.

Informatieverzoek gesprekken

Door het lid Boutkan (Volt) is verzocht om informatie over de gesprekken die met partijen hebben plaatsgevonden om te komen tot het pakket aan aanvullende maatregelen. Zoals ik tijdens het debat van 20 juni jl. (Handelingen II 2022/23, nr. 95, debat over het aanvullend klimaatpakket) over dit pakket heb aangegeven, heeft het gros van de gesprekken die in de twee maanden voorafgaand aan publicatie van het pakket plaatsgevonden met leden binnen het kabinet. Daarbij zijn de kwartaaloverleggen die ik voer met de verschillende vakministers opgevolgd door vervolgoverleggen om tot het uiteindelijke pakket aan maatregelen te komen. Er heeft in deze periode een drietal gesprekken met externe partijen over mogelijke maatregelen plaatsgevonden, namelijk met (1) VNO-NCW op 4 april, (2) Urgenda, Greenpeace, Natuur en Milieu, Milieudefensie en Natuur en Milieufederaties op 17 april en (3) Youth For Climate (YFC), de Jonge Klimaatbeweging (JKB) en de Klimaat en Energie Koepel (KEK) op 20 april 2023¹.

Het lid Boutkan verwees in zijn verzoek ook concreet naar het Klimaatfonds. In mijn rol als fondsbeheerder heb ik geen gesprekken met externe partijen gevoerd. Dat geldt ook voor de ambtenaren die de voorstellen hebben beoordeeld (behoudends de kennis aan tafel sessies die hebben plaatsgevonden met het PBL, TNO en RVO.nl). Daarbij hecht ik eraan om te benoemen dat het Klimaatfonds zoals het beoogd is, een overhevelingsfonds is. Dit betekent dat er vanuit het Klimaatfonds geen directe subsidies aan partijen worden gegeven. In de regel worden er vanuit het Klimaatfonds middelen overgeheveld naar een departementale begroting, waarna deze middelen via bijvoorbeeld een subsidieregeling beschikbaar worden gesteld voor burgers, bedrijven en/of maatschappelijke organisaties.

De Minister voor Klimaat en Energie,
R.A.A. Jetten

---

1. Deze gesprekken zijn tevens terug te vinden in de openbare agenda https://www.rijksoverheid.nl/actueel/agenda↩︎