[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Verslag van een schriftelijk overleg over de geannoteerde agenda Landbouw- en Visserijraad 18 september 2023 (tweede deel)

Landbouw- en Visserijraad

Verslag van een schriftelijk overleg

Nummer: 2023D37501, datum: 2023-09-22, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-21501-32-1577).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 21501 32-1577 Landbouw- en Visserijraad.

Onderdeel van zaak 2023Z15415:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2023-2024

21 501-32 Landbouw- en Visserijraad

Nr. 1577 VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Vastgesteld 22 september 2023

De vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit heeft een aantal vragen en opmerkingen voorgelegd aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit over de brief van 4 september 2023 over de geannoteerde agenda Landbouw- en Visserijraad 18 september 2023 (Kamerstuk 21 501–32, nr. 1574).

De vragen en opmerkingen zijn op 11 september 2023 aan de Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit voorgelegd. Bij brief van 14 september 2023 is een deel van de vragen beantwoord (Kamerstuk 21 501–32, nr. 1575). Bij brief van 19 september 2023 zijn de overige vragen beantwoord.

De voorzitter van de commissie,
Amhaouch

Adjunct-griffier van de commissie,
Holtjer

Vragen en opmerkingen vanuit de fracties en reactie van de Minister

Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie

De leden van de VVD fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda voor de Landbouw- en Visserijraad op 18 en 19 september 2023. Naar aanleiding hiervan hebben zij nog enkele vragen en opmerkingen.

8e Actieprogramma Nitraatrichtlijn

Daarnaast zijn de leden van de VVD fractie van mening dat de regering bijtijds moet beginnen met het betrekken van de Kamer bij de vormgeving van het aanstaande 8e actieprogramma Nitraatrichtlijn. Door de demissionaire staat van het kabinet en Tweede Kamerverkiezingen heeft de totstandkoming van het 7e actieprogramma nogal eenzijdig plaatsgevonden. De sector was verrast over de voorstellen en er was nog maar weinig ruimte voor bijsturing. Wat gaat de regering doen om dat dit keer te voorkomen, hoe ziet het tijdpad eruit voor het 8e actieprogramma en hoe wordt de Kamer betrokken bij de totstandkoming?

Antwoord

Het 8e actieprogramma Nitraatrichtlijn beslaat de periode van 2026–2029. Zoals aangekondigd in de brief van 11 april 2022 (Kamerstuk 33 037, nr. 438) zal er in 2024 een evaluatie van de Meststoffenwet plaatsvinden en wordt er een midterm review uitgevoerd over de effectiviteit van de maatregelen van het 7e actieprogramma. De uitkomsten van de evaluatie en de midterm review zullen benut worden voor het op te stellen 8e actieprogramma Nitraatrichtlijn, waarvoor in de loop van 2025 de consultatie van het ontwerp actieprogramma zal plaatsvinden. Ik vind het belangrijk stakeholders tijdig te betrekken bij de totstandkoming van het actieprogramma en zal de Tweede Kamer op de hoogte houden van het verloop van het proces om te komen tot het 8e actieprogramma Nitraatrichtlijn.

Vragen en opmerkingen van de leden van de PvdD-fractie

Vangstmogelijkheden

De leden van de PvdD-fractie vernamen tot slot dat de gedoogperiode voor garnalenvissers nu een onbepaald termijn is. Kan de Minister aangeven hoe dit juridisch mogelijk is en hoe lang deze periode wettelijk kan doorgaan?

Antwoord

Het is niet mijn bedoeling de gedoogperiode voor onbepaalde termijn door te laten lopen. Overeenkomstig de kabinetsnota «Grenzen aan gedogen» (Kamerstuk 25 085, nrs. 1–2) wordt de termijn van de gedoogperiode in de gedoogbeschikking zo kort mogelijk gehouden en beperkt tot de termijn die in deze uitzonderingssituatie nodig is.

Glyfosaat

De leden van de PvdD-fractie vragen de Minister wat zijn inbreng zal zijn tijdens de vergadering van de Standing Committee on Plants, Animals, Food and Feed (ScoPAFF) van 15 september aanstaande. Zal de Nederlandse vertegenwoordiging inbrengen dat Nederland tegen de nieuwe toelating van het landbouwgif glyfosaat gaat stemmen, conform de aangenomen motie van de leden Vestering en Bromet (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1570)? Deze leden roepen de Minister op om daarbij aan te geven dat de Nederlandse volksvertegenwoordiging zich grote zorgen maakt om de gezondheid van mensen en dieren, alsmede het effect op de biodiversiteit en het milieu, en – het voorzorgsprincipe hanterend – een einde wil maken aan het gebruik van glyfosaat.

Antwoord

Op 22 september staat een SCoPAFF-overleg gepland over een concept-voorstel van de Europese Commissie over de verlenging van de goedkeuring van glyfosaat. Er zal nog geen besluitvorming plaatsvinden. Op korte termijn zal ik uw Kamer informeren op welke wijze ik invulling geef aan de aangenomen motie van de leden Vestering en Bromet (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1570).

Vragen en opmerkingen van de leden van de CU-fractie

De leden van de CU-fractie hebben kennisgenomen van de geannoteerde agenda van de LNV-raad op 18 september 2023. Deze leden willen de Minister de volgende punten meegeven.

De leden van de CU-fractie zijn tot slot benieuwd naar de voortgang van de goedkeuringsprocedure van de voorgestelde aanpassingen van het Nationaal Strategisch Plan (NSP). Wil de Minister dit zo snel mogelijk naar de Kamer sturen?

Antwoord

Op 18 juli 2023 zijn de aanpassingen ter goedkeuring aan de Europese Commissie toegezonden. De Europese Commissie moet dit pakket binnen drie maanden goedkeuren en heeft daarover op 31 augustus 2023 enkele vooral technische vragen gesteld. In bijlage treft u deze vragen aan. De termijn van 3 maanden die de Europese Commissie heeft staat nu stil tot het moment dat Nederland de antwoorden heeft verstrekt. Na beantwoording heeft de Europese Commissie nog ongeveer anderhalve maand om dit pakket goed te keuren. Ik zal na goedkeuring het aangepaste GLB-NSP publiceren.

Vragen en opmerkingen van de leden van de SGP-fractie

De leden van de SGP-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de geannoteerde agenda.

De leden van de SGP-fractie ontvangen graag een nadere duiding van de wijzigingen in het NSP die aan de EC zijn doorgegeven en op welke punten de EC eventueel vragen heeft gesteld.

Antwoord

Met dit eerste aanpassingsverzoek van het Nationaal Strategisch Plan zijn een beperkt aantal aanpassingen ter goedkeuring aan de Europese Commissie voorgelegd. Deze hebben betrekking op verhoging van de ambities door het toevoegen van aanvullende nationale middelen voor innovatie (fieldlabs), jonge boeren en het instrument LEADER. Ook breng ik de Europese Commissie op de hoogte van hogere verwachte deelname door erkende producentenorganisaties aan de sectorale steun voor groente en fruit. Vanwege de doorontwikkeling van de ecoregeling en de concretisering van nieuwe ambities voor het agrarisch natuurbeheer bleken enkele aanpassingen daarover noodzakelijk. Daarnaast zijn enkele goede landbouw- en milieuconditiondities (GLMC’s) aangepast zodat ze in lijn zijn met het vigerende mestbeleid. Ook enkele subsidievoorwaarden van het agrarisch natuurbeheer (subsidiabiliteit landschapselementen) en de lijst met subsidiabele zeldzame landbouwhuisdieren is aangepast. Het GLB 2027 streefcijfer voor biologische landbouw is verhoogd naar 6,5%. Tot slot omvat dit pakket ook allerlei technische aanpassingen van indicatoren om inconsistenties weg te nemen.

De Europese Commissie moet dit pakket goedkeuren en heeft daarover enkele vooral technische vragen gesteld. In bijlage treft u deze vragen aan. Ik zal na goedkeuring door de Europese Commissie het aangepaste GLB-NSP publiceren.

De leden van de SGP-fractie horen graag wanneer en op welke wijze het kabinet uitvoering gaat geven aan de motie van het lid Bisschop c.s. (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1547) waarin het kabinet wordt verzocht om het probleem van het patenteren van op klassieke wijze veredelde planten aan te kaarten in de Landbouw- en/of Milieuraad en op korte termijn in samenwerking met andere lidstaten bij het Europees Octrooibureau proactief aan te dringen op het voorkomen van het patenteren van op klassieke wijze veredelde planten en het claimen van planteneigenschappen.

Antwoord

Tijdens de Informele Landbouw- en Visserijraad van 5 september jl. heb ik overeenkomstig de motie van het lid Bisschop c.s. (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1547) aandacht gevraagd voor de in de motie genoemde zorgen over octrooien op planten of planteigenschappen. Ik heb, zoals aangekondigd in mijn antwoorden op het schriftelijk overleg van de Landbouw en Visserijraad van 3-5 september jl. (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1569) in de Landbouwraad gepleit voor het vervroegen van de door de Europese Commissie aangekondigde studie over deze plantoctrooien, zodat de resultaten van deze studie eerder dan 2026 beschikbaar komen. Ik beschouw de motie Bisschop hiermee als afgedaan.