[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Voorhang accreditatiekader NVAO

Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid

Brief regering

Nummer: 2023D38542, datum: 2023-09-25, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-31288-1074).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 31288 -1074 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid.

Onderdeel van zaak 2023Z15812:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2023-2024

31 288 Hoger Onderwijs-, Onderzoek- en Wetenschapsbeleid

Nr. 1074 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ONDERWIJS, CULTUUR EN WETENSCHAP

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 25 september 2023

Met deze brief bied ik uw Kamer ter voorhang het herziene accreditatiekader aan, op grond van art. 5.3 lid 4 WHW. Het herziene kader is door de NVAO geconsulteerd met het veld op grond van art. 5.3 lid 2 WHW. Het accreditatiekader is aangepast om het overzichtelijker en duurzamer te maken. Met het aangepaste accreditatiekader wordt de systematiek verbeterd en vereenvoudigd en wordt een aantal verduidelijkingen doorgevoerd.

Voor een uitgebreide toelichting op de wijzigingen verwijs ik uw Kamer graag naar de aanbiedingsbrief van de NVAO, die als bijlage is meegezonden.

Hieronder worden de voornaamste wijzigingen kort toegelicht:

– De standaarden waar opleidingen en instellingen aan worden getoetst, worden niet inhoudelijk herzien. Met de aanpassing wordt het accreditatiekader eenvoudiger en duurzamer gemaakt door het accreditatiekader te beperken tot de uitwerking van de standaarden, beslisregels en de hoofdlijnen van de aanvraagprocedures. De wettelijk verplichte elementen blijven daarmee onderdeel van het kader. De meer beleidsarme en uitvoeringstechnische zaken worden voortaan in een apart document opgenomen.

– Onafhankelijkheidseisen: de onafhankelijkheidseisen voor panelleden en secretarissen worden met een redactionele verduidelijking gelijk getrokken voor de opleidingsbeoordelingen en de instellingstoets. Verder is de informatie die de NVAO verlangt van instellingen en panelleden om de onafhankelijkheid te kunnen beoordelen, duidelijker aangeduid. Dit mede naar aanleiding van aanbevelingen die de inspectie heeft gedaan in haar onderzoeksrapport over het accreditatiestelsel van juni 2023.1

– Motivering voor anderstalig onderwijs: overeenkomstig de tekstvoorstellen van de NVAO die ik met mijn brief over de motie van het lid Omtzigt c.s. (Kamerstuk 31 288, nr. 1008) inzake verduidelijking en handhaving taaleisen van 8 juni 2023 aan uw Kamer heb verzonden2, wordt extra aandacht gegeven aan de regels voor de beoordeling van de keuze voor anderstalig onderwijs. Indien het onderwijs in een andere taal dan in het Nederlands wordt verzorgd, motiveert de opleiding deze keuze en besteedt daarbij aandacht aan de eisen die vanuit het regionale, het nationale en het internationale perspectief door het beroepenveld en het vakgebied worden gesteld aan de inhoud van de opleiding. Met de verduidelijkte regels hebben de beoordelaars een helder kader om samen met de opleidingen te reflecteren op de gemaakte keuze ten aanzien van de taal van de opleiding. De panels gebruiken dit bij de beoordeling van de kwaliteit van de opleiding.

Zoals eerder gemeld aan uw Kamer, is het mijn intentie dat na de invoering van de wet internationalisering in balans (WiB) de keuze voor een andere opleidingstaal beoordeeld zal worden door de Commissie Doelmatigheid Hoger Onderwijs (CDHO). Deze beoordeling zal plaatsvinden vanuit het oogpunt van doelmatigheid van de taalkeuze.

– Studenten met een functiebeperking: naar aanleiding van de motie van het lid Westerveld van uw Kamer van 30 juni 20203, wordt in het herziene accreditatiekader opgenomen dat in de beoordeling van opleidingen, dient te worden beoordeeld of de inrichting van de leeromgeving de toegankelijkheid en studeerbaarheid van het onderwijs bevordert, mede voor studenten met een functiebeperking. Dit geldt voor instellingen met en zonder erkenning ITK. Hiermee geef ik uitvoering aan de eerder genoemde motie.

Mijn voornemen is om het herziene accreditatiekader in werking te laten treden per 1 januari 2024.

De Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap,
R.H. Dijkgraaf


  1. Het onderzoeksrapport is in juli aan uw kamer verstuurd, waarbij is aangegeven dat een inhoudelijke beleidsreactie dit najaar volgt. Kamerstuk 31 288, nr. 1069↩︎

  2. Kamerstuk 31 288, nr. 1056↩︎

  3. Kamerstuk 31 288, nr. 855↩︎