Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de antwoorden op vragen commissie over de informatiehuishouding Belastingdienst en Toeslagen (Kamerstuk 31066-1280)
Belastingdienst
Inbreng verslag schriftelijk overleg
Nummer: 2023D39448, datum: 2023-09-28, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2023D39448).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: J.Z.C.M. Tielen, voorzitter van de vaste commissie voor Financiën (VVD)
- Mede ondertekenaar: L.N. Kruithof, adjunct-griffier
Onderdeel van zaak 2023Z14520:
- Indiener: M.L.A. van Rij, staatssecretaris van Financiën
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Financiën
- 2023-09-14 10:15: Procedurevergadering Financiën (Procedurevergadering), vaste commissie voor Financiën
- 2023-09-20 14:30: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-09-27 14:00: Antwoorden op vragen commissie over de informatiehuishouding Belastingdienst en Toeslagen (Inbreng schriftelijk overleg), vaste commissie voor Financiën
- 2023-10-26 10:00: Procedurevergadering Financiën (Procedurevergadering), vaste commissie voor Financiën
- 2023-12-06 13:50: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
2023D39448 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG
De vaste commissie voor Financiën heeft op 27 september 2023 enkele vragen en opmerkingen aan de Staatssecretaris van Financiën voorgelegd over zijn op 31 augustus 2023 toegezonden brief inzake antwoorden op vragen commissie over de informatiehuishouding Belastingdienst en Toeslagen (Kamerstuk 31 066, nr. 1280).
De voorzitter van de commissie,
Tielen
De adjunct-griffier van de commissie,
Kruithof
I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties
Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie
De leden van de VVD-fractie hebben kennisgenomen van de antwoorden van de Staatssecretaris. Deze leden hebben op dit moment geen verdere vragen.
Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie
De leden van de D66-fractie hebben kennisgenomen van de stukken. Deze leden hebben hun vragen over deze stukken reeds gesteld in het schriftelijke overleg Belastingdienst van 8 september 2023. Zij kijken uit naar de beantwoording.
Vragen en opmerkingen van het lid Omtzigt
Het lid Omtzigt heeft met verbazing de antwoorden van de Staatssecretaris gelezen naar aanleiding van de gestelde vragen over de informatiehuishouding van de Belastingdienst en Toeslagen. Het is van groot belang dat de Belastingdienst zich aan de wet houdt, vanwege de vergaande bevoegdheden die de Belastingdienst heeft.
Het is volgens het lid Omtzigt onbegrijpelijk dat er schijnbaar niet is geleerd van het feit dat na het toeslagenschandaal (en Fraude Signalering Voorziening (FSV), zwarte lijsten) er nu weer een dossier is waar de Belastingdienst zich jarenlang niet aan de wet heeft gehouden en de Kamer niet tijdig heeft geïnformeerd, ook niet na vragen in 2017 van dit lid over een Privacy Impact Assessment. Daarnaast vraagt dit lid in hoeverre de Belastingdienst «in control» is over het gebruik van persoonlijke en privacygevoelige gegevens van burgers, wanneer er recent pas is besloten een onderzoek in te stellen naar het gebruik van het Risico Analyse Model (RAM).
Het lid Omtzigt vindt het onjuist dat er een extern onderzoek gestart wordt naar de RAM-database, die al jaren voor het parlement verborgen gehouden is. Hij verzoekt het kabinet dan ook hoe dan ook alle feitelijk gestelde vragen in het schriftelijk overleg over RAM te beantwoorden. Dat is namelijk de plicht van de regering onder artikel 68 van de Grondwet. En aangezien het om een interne database gaat, lijkt het ook gewoon de normaalste gang van zaken.
Het kabinet lijkt echter, net als eerder, de sprong naar voren gemaakt te hebben en dus vraag het lid Omtzigt toch maar wat de onderzoeksvraag is. Na alle bewust misleidende onderzoeken waar de onderzoeksvraag net niet precies genoeg was (Donner, FSV en ongeveer zes onderzoeken daarin) is dat geen overbodige luxe. Wie gaat het onderzoek doen, wat is de begroting? En wie is de opdrachtgever van het onderzoek? Wordt ook onderzocht aan wie de gegevens beschikbaar gesteld zijn?
De Staatssecretaris heeft nu besloten een extern onderzoek in te stellen naar het gebruik van RAM en de gevolgen hiervan voor burgers, inclusief de mogelijke rol van RAM in het Toeslagenschandaal. Dit besluit ontslaat de Staatssecretaris er niet van om wel gewoon antwoorden op de gestelde vragen te kunnen geven, waarvan de Staatssecretaris wel op de hoogte is. Wanneer is de verwachting dat de gevraagde documenten in vraag 13 van het verslag naar de Kamer worden gestuurd? Het lid Omtzigt verwacht die stukken binnen twee weken.
In antwoord op vraag 18 geeft de Staatssecretaris aan dat de Kamer via de stand-van-zakenbrieven op de hoogte gehouden wordt over het onderzoek. Het lid Omtzigt is van mening dat informatie die bekend is gewoon zo snel mogelijk met de Kamer gedeeld moet worden. In ieder geval zal er zicht moeten zijn op bijvoorbeeld de periode wanneer de database RAM is gebruikt en wie de afnemers waren. Welke privacygevoelige informatie en gegevens waren beschikbaar in de database? Kortom, kan de Staatssecretaris de relevante informatie die nu bekend is over het gebruik van de database RAM gewoon met de Kamer delen, ook met oog op transparantie richting burgers over gebruik van persoonlijke gegevens?
Het lid Omtzigt leest dat Toeslagen toch één van de gebruikers van RAM blijkt te zijn, terwijl de Kamer hier eerder verkeerd over is geïnformeerd. In hoeverre kan en wordt nu al gekeken bij de hersteloperatie of er verband is tussen RAM en Toeslagen in het kader van fraudebestrijding en in hoeverre via RAM vertrouwelijke gegevens ingezet konden worden en mogelijk profiling plaats kon vinden op grond van nationaliteit?
Als het gaat om het gebruik van een USB-stick door medewerkers geeft de Staatssecretaris aan dat deze medewerkers door hun teammanager geautoriseerd zijn vanwege het uitvoeren van een functie. Op basis waarvan kan de Staatssecretaris garanderen dat die duizenden ontheffingen altijd geautoriseerd waren door hun teammanager en dat medewerkers niet op andere manieren aan gegevens konden komen? Ook met oog op doelmatigheid van gebruik van de gegevens (eveneens bij Databank Auto, DBA)?
Het lid Omtzigt leest dat medio september 2023 de Belastingdienst een aangescherpt USB-ontheffingen beleid invoert. Dit gaat slechts over een concretere beschrijving van de taken en verantwoordelijkheden van de manager en «toezicht» door middel van een werkinstructie. Dit lid is er niet gerust op dat dit voldoende aanscherping is en vindt dit te mager. In hoeverre is doelmatigheid van zoeken en gebruiken van gegevens geborgd in dit «aangescherpte» beleid? Worden de gegevens alleen gebruikt wanneer dit bijdraagt aan het doel en tegelijk met oog op privacy? Wat is er uit de extra zoekactie naar herkenbare kopieën van FSV en de voorloper daarvan, Dagboek Persoonsgericht Intensief Toezicht (PIT) op netwerkschrijven en samenwerkingsruimten van de Belastingdienst gekomen?
FSV
Het lid Omtzigt is van mening dat de beslissing om te stoppen met de FSV-applicatie inderdaad veel eerder had moeten worden genomen. De Staatssecretaris geeft aan dat niet uit te sluiten valt dat individuele FSV-registraties op persoonlijke schijven van medewerkers zijn opgeslagen.
De eerder aangenomen motie-Omtzigt c.s. (Kamerstuk 31 066, nr. 1249) verzocht het kabinet met een plan tot rectificatie voor FSV-geregistreerden te komen.
Het lid Omtzigt is van mening dat bij de laatste stand-van-zakenbrief hier niet afdoende reactie op is gegeven en dus kan de motie ook niet als afgedaan worden beschouwd. De bedoeling was dat er met de VNG een plan gemaakt zou worden hoe de gemeenten actief tot rectificatie over zouden kunnen gaan. Zou de Staatssecretaris kunnen aangeven hoe dit alsnog wordt gedaan? Dit gaat dan niet enkel om het verwijderen van FSV-gegevens door gemeenten, nadat uit onderzoek van PwC en Belastingdienst naar voren is gekomen dat zij FSV-gegevens hebben ontvangen.
Hoeveel driehoeksgesprekken hebben er nu plaatsgevonden met burgers, Belastingdienst en een gemeente, nadat een melding is gedaan bij het meldpunt FSV door betreffende burger en er daadwerkelijk FSV-gegevens zijn verstrekt wat heeft geleid tot een onterechte opzet, grove schuld of fraudekwalificatie? En hoeveel gesprekken zijn er geweest nadat blijkt dat er geen FSV-gegevens zouden zijn gedeeld?
Het lid Omtzigt ontvangt de antwoorden graag voor 1 november.