Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden
Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2023 (wijziging samenhangende met Miljoenennota)
Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden
Nummer: 2023D39751, datum: 2023-10-04, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36435-V-3).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: K.B. Hagen, voorzitter van de vaste commissie voor Binnenlandse Zaken (Ooit D66 kamerlid)
- Mede ondertekenaar: S.L. Dekker, adjunct-griffier
- Beslisnota bij Kamerbrief Verslag houdende een lijst van vragen en antwoorden inzake wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2023 (wijziging samenhangende met Miljoenennota) (Kamerstuk 36435-V)
- Aanbiedingsbrief
Onderdeel van kamerstukdossier 36435 V-3 Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2023 (wijziging samenhangende met Miljoenennota).
Onderdeel van zaak 2023Z15466:
- Indiener: H.G.J. Bruins Slot, minister van Buitenlandse Zaken
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
Onderdeel van zaak 2023Z16326:
- Indiener: H.G.J. Bruins Slot, minister van Buitenlandse Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2023-09-20 14:30: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-09-25 14:00: Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2023 (wijziging samenhangende met Miljoenennota) (Inbreng feitelijke vragen), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2023-09-28 12:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2023-10-05 13:40: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-10-12 12:30: Procedurevergadering (Procedurevergadering), vaste commissie voor Buitenlandse Zaken
- 2023-10-19 14:54: Aansluitend: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-10-26 00:20: Einde vergadering: STEMMINGEN (Stemmingen), TK
Preview document (đ origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023-2024 |
36 435 V Wijziging van de begrotingsstaat van het Ministerie van Buitenlandse Zaken (V) voor het jaar 2023 (wijziging samenhangende met Miljoenennota)
Nr. 3 VERSLAG HOUDENDE EEN LIJST VAN VRAGEN EN ANTWOORDEN
Vastgesteld 4Â oktober 2023
De vaste commissie voor Buitenlandse Zaken, belast met het voorbereidend onderzoek van dit voorstel van wet, heeft de eer verslag uit te brengen in de vorm van een lijst van vragen met de daarop gegeven antwoorden.
De vragen zijn op 25Â september 2023 voorgelegd aan de Minister van Buitenlandse Zaken. Bij brief van 29Â september 2023 zijn ze door de Minister van Buitenlandse Zaken beantwoord.
Met de vaststelling van het verslag acht de commissie de openbare behandeling van het wetsvoorstel voldoende voorbereid.
De voorzitter van de commissie,
Rudmer Heerema
De adjunct-griffier van de commissie,
Dekker
1
Hoeveel fte en hoeveel geld is er extra bijgekomen in 2022 en 2023 en hoeveel is er begroot voor 2024? Indien u de realisatiecijfers over de afgelopen twee jaar niet paraat heeft, kunt u de begrote cijfers voor 2023 toesturen?
Antwoord:
Realisatie 2021 | 3.209 | EUR 314,304 miljoen |
Realisatie 2022 | 3.348 | EUR 340,072 miljoen |
Begroting 2023 | 3.440 | EUR 363,728 miljoen |
Begroting 2024 | 3.539 | EUR 382,789 miljoen |
2023 en 2024 zijn schattingen i.v.m. CAO Rijk 2022 -2024 loonkostenstijgingen. De cijfers zijn exclusief lokale medewerkers.
2
Hoeveel externe inhuur is er geweest in 2022 en 2023 en hoeveel is er begroot in 2024? Indien u de realisatiecijfers over de afgelopen twee jaar niet paraat heeft, kunt u de begrote cijfers voor 2023 toesturen?
Antwoord:
Realisatie 2022 | EUR 49,837 miljoen |
Begroting 2023 | EUR 51,3 miljoen |
Begroting 2024 | EUR 52 miljoen |
2023 en 2024 zijn schattingen i.v.m. CAO Rijk 2022 -2024 loonkostenstijgingen. De cijfers zijn exclusief lokale medewerkers.
3
Wat betaalde Nederland jaarlijks tussen 2010 tot heden aan boetes aan de Europese Commissie? Kunt u, voor zover mogelijk, een overzicht sturen per jaar?
Antwoord:
Op basis van artikel 12 van de verordening betreffende de regels en procedures voor de terbeschikkingstelling van de eigen middelen zijn lidstaten verplicht tot het betalen van vertragingsrente indien de lidstaat de afdracht niet op tijd voldoet. De term «boete» impliceert een straf voor (opzettelijk) fout handelen van een lidstaat, dat is hier niet van toepassing. Een te late betaling of naheffing kan ontstaan doordat de EU de vaststelling van de afdracht door een lidstaat betwist. Totdat deze discussie is beslecht rekent de EU vertragingsrente over het deel dat in haar ogen nog moet worden nabetaald.
De onderstaande tabel geeft een overzicht van de vertragingsrente die is betaald sinds 2012.1 Cijfers van 2010â2011 zijn niet beschikbaar, vanwege de bewaartermijnen van onderliggende boekingen.
2012 | 0,01 |
2013 | 6,6 |
2014 | 0,6 |
2015 | 3,2 |
2016 | 2,5 |
2017 | 2,9 |
2018 | 0,1 |
2019 | 7,6 |
2020 | 7,3 |
2021 | 5,5 |
2022 | 4,1 |
4
Wat betekent een stijging of daling van de afdrachten aan de Europese Unie (EU) voor het lopende Meerjarig financieel kader (MFK) 2021â2027?
Antwoord:
Een stijging of daling van de raming van de afdrachten aan de Europese Unie heeft op zich geen gevolgen voor (de omvang van) het Meerjarig Financieel Kader (MFK) 2021â2027. Het MFK betreft de uitgavenkant van de EU-begroting en de omvang van het MFK en de verdeling per begrotingscategorie is vastgelegd in de MFK-verordening. Het uitgangspunt voor de vaststelling van de raming van de Nederlandse afdrachten is de omvang van het jaarlijkse uitgavenplafond uit het Meerjarig Financieel Kader 2021â2027 (MFK) plus de speciale instrumenten die boven dit plafond worden gefinancierd en die bedoeld zijn om snel te kunnen reageren op onvoorziene omstandigheden.
De afspraken over de inkomstenkant van de EU-begroting zijn vastgelegd in het Eigenmiddelenbesluit (EMB). De EU-begroting wordt grotendeels gefinancierd door eigen middelen in de vorm van afdrachten van lidstaten (op basis van bni, btw en een grondslag op basis van niet-gerecycled plasticafval) en de traditionele eigen middelen (invoerrechten). In het EMB zijn ook een aantal kortingen op de afdrachten opgenomen en de zogenoemde perceptiekostenvergoeding â dit is de vergoeding voor de kosten aan de lidstaten voor het innen van de invoerrechten. Naast de financiering via de eigen middelen ontvangt de EU overige inkomsten, zoals bijdragen van derden, en boete-inkomsten.
Aangezien Nederland de EU-afdrachten raamt op het MFK-plafond plus de maximale inzet van de speciale instrumenten wijzigt de raming als er een wijziging plaats vindt van het MFK-plafond of de maximale hoogte van de speciale instrumenten en als er wijzigingen plaatsvinden aan de inkomstenkant. Dit laatste kan bijvoorbeeld te maken hebben met hoger dan verwachte invoerrechten of overige ontvangsten, zoals boetes. In het geval van de suppletoire begroting Prinsjesdag 2023 is de derde aanvullende Europese begroting voor 2023 verwerkt, waarin de Commissie de grondslagen van de Eigen Middelen heeft geactualiseerd. De wijzigingen in de raming van de afdrachten die hieruit volgen worden met name veroorzaakt door hoger dan verwachte invoerrechten, waardoor de bni-afdracht (de sluitpost van de EU-begroting) daalt. De wijziging in de raming heeft dus verder geen invloed op het MFK.
5
Welke projecten zijn in 2023 gefinancierd uit het Mensenrechtenfonds?
Antwoord:
In verband met de veiligheid van de betrokken personen en organisaties die vanuit het mensenrechtenfonds gefinancierd worden, kan er alleen in algemene bewoordingen ingegaan worden op deze financiering. Dit zal gebeuren middels de Mensenrechtenrapportage 2023 die jaarlijks voor de zomer aan de Kamer verzonden wordt.
6
Hoe kan de stijging van de plastic-grondslag, onder ««afdrachten aan de EU»«, worden verklaard bij de stand Prinsjesdag (3)?
Antwoord:
De grondslagen van de eigen middelen worden ieder jaar vastgesteld in het Advisory Committee on Own Resources (ACOR). In dit comité dragen de lidstaten en de Commissie hun ramingen aan voor de grondslagen. De cijfers die Nederland aanlevert voor de raming van de plastic-grondslag zijn afkomstig van Rijkswaterstaat, dat cijfers bijhoudt over niet-gerecycled plastic verpakkingsafval (de grondslag van het «plastic eigen middel»). De methode die gebruikt wordt voor het ramen van de plastic-grondslag is sinds dit jaar gewijzigd (alle lidstaten gebruiken dezelfde methode). Dit is een van de redenen van de stijging van de grondslag. Daarnaast waren voor de raming van de plastic-grondslag dit jaar voor het eerst realisatiecijfers beschikbaar (over 2021) en zijn ook de economische groeicijfers die onderdeel zijn van de raming van invloed op de hoogte van de grondslag.
Indien er verschillen zijn tussen de ramingen van de lidstaten en die van de Commissie wordt in het ACOR-comité doorgaans gekozen voor een 50/50-compromis. In het geval van de plastic-afdracht is dit jaar echter op het verzoek van Nederland gekozen om de Nederlandse raming volledig over te nemen. De raming van de Commissie lag hoger dan de Nederlandse raming en ging uit van achterhaalde realisatiecijfers.
De plastic-afdracht wordt â net als voor de bni- en btw-afdrachten â op basis van realisatiecijfers achteraf bijgesteld, zodat lidstaten niet teveel of te weinig afdragen als de realisatie afwijkt van de raming.
7
Op artikel 1.2 is er een negatieve mutatie van 500.000Â euro, voornamelijk bestaande uit ombuigingen op het Mensenrechtenfonds ODA, kunt u toelichten wat het effect is van de voorgestelde ombuigingen op de prioritaire themaâs van het mensenrechtenbeleid, specifiek de bescherming van mensenrechtenverdedigers en civic space?
Antwoord:
De bezuinigingen op het gebied van mensenrechten worden gecompenseerd door middel van de inzet van een meevaller elders op de BZ-begroting. Hierdoor is er geen effect op de prioritaire themaâs van het mensenrechtenbeleid. Uw Kamer wordt hier in de Tweede Suppletoire Begroting verder over geĂŻnformeerd.
8
Welk effect heeft de negatieve mutatie van 500.000Â euro in 2023 op de lopende projecten die worden gefinancierd uit het Mensenrechtenfonds?
Antwoord:
De bezuinigingen op het gebied van mensenrechten worden gecompenseerd door middel van de inzet van een meevaller elders op de BZ-begroting. Hierdoor is er geen effect op lopende projecten vanuit het Mensenrechtenfonds ODA. Uw Kamer wordt hier in de Tweede Suppletoire Begroting verder over geĂŻnformeerd.
Cijfers 2012â2014 afkomstig uit Onderzoek Vertragingsrente Douane van de Auditdienst Rijk, dd. 27-02-2019. Cijfers 2015 e.v. afkomstig uit interne boekhouding Douane.â©ïž