[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Reactie op moties ingediend tijdens het Tweeminutendebat Leefomgeving van 3 oktober 2023, over ZZS-Register

Handhaving milieuwetgeving

Brief regering

Nummer: 2023D42683, datum: 2023-10-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-22343-373).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 22343 -373 Handhaving milieuwetgeving.

Onderdeel van zaak 2023Z17615:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2023-2024

22 343 Handhaving milieuwetgeving

Nr. 373 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN INFRASTRUCTUUR EN WATERSTAAT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 17 oktober 2023

In het Tweeminutendebat Leefomgeving van 3 oktober (Handelingen II 2023/24, nr. 7) zijn vier moties ingediend naar aanleiding van de voorhang van het besluit tot invoering van een ZZS-register onder de Omgevingswet. Met dit register kan een landelijk beeld worden verkregen van de industriële ZZS-emissies van vergunningplichtige bedrijven. Het ondersteunt daarmee de uitvoering van de reeds bestaande wettelijke informatieplicht voor ZZS-emissies.

In het Commissiedebat Externe Veiligheid van 11 oktober heb ik toegezegd schriftelijk terug te komen op de (1) motie Haverkort, Hagen en Van Esch.1 Deze motie is nog niet in stemming gebracht. Tevens wil ik in deze brief voldoen aan het verzoek om schriftelijke reactie op hoe ik de aangenomen (2) motie Van Esch en Beckerman ga uitvoeren2. Tot slot ga ik in deze brief ook kort in op de aangenomen (3) motie Van der Plas3 en de aangenomen (4) motie Hagen, Van Esch en De Hoop4.

(1) Motie Haverkort, Hagen en Van Esch

In de motie wordt geconstateerd dat het huidige voorstel voor bedrijven en RIVM extra werk met zich meebrengt. Echter wil ik benadrukken dat er geen sprake is van dubbele aanlevering van gegevens door bedrijven. Er wordt niet zowel aan het systeem bij het RIVM aangeleverd als ook aan de bevoegde gezagen.

De ZZS-emissie-gegevens die nu al door bedrijven bij bevoegde gezagen zijn aangeleverd, worden benut bij de inrichting van de database. Het RIVM voert deze gegevens alvast in de database in, vooruitlopende op de inwerkingtreding. Het gaat om een eenmalige actie van het RIVM. Zodra het register in werking is getreden, is het RIVM uitsluitend beheerder van het register en leveren bedrijven via het landelijke register de vereiste gegevens aan hun bevoegd gezag. Van dubbel werk is dus geen sprake.

Het verzamelen en rapporteren van gegevens over ZZS-emissies is geen nieuwe verplichting. Vergunningplichtige bedrijven leveren op dit moment al elke 5 jaar emissiegegevens aan bij bevoegd gezag. Met het ZZS-register gaat dit straks niet meer via een Excel bestand, maar via een landelijke database. Vervolgens beschikken de bevoegde gezagen over de gegevens in de database. Met de wijziging bij AMvB voor de invoering van de ZZS-emissiedatabase wordt de manier waarop de gegevens moeten worden gerapporteerd, vastgelegd en ook hoe deze gegevens worden bekend gemaakt aan het publiek.

Het invoeren van het register maakt het werk voor bedrijven en bevoegde gezagenmakkelijker en meer uniform. Voor de uitvoering van de ZZS-emissiedatabase is zoveel mogelijk aansluiting gezocht bij de bestaande werkwijze voor bijvoorbeeld de rapportage in het kader van het e-MJV en de Emissieregistratie. Het register zorgt dan voor uniforme gegevensverzameling en een landelijk beeld van ZZS-emissies van vergunningplichtige bedrijven. Zo’n landelijk beeld is ook de behoefte van Uw Kamer. Bovenstaande aanpak is dus in overeenstemming met wat indieners beogen (geen dubbel werk) en daarmee wil ik graag de motie overnemen.

(2) Motie Van Esch en Beckerman

Over de mogelijkheden om uitvoering te geven aan deze motie heb ik u geïnformeerd met een appreciatie bij brief van 10 oktober (Kamerstuk 22 343, nr. 370). Nu de motie is aangenomen zal ik aan de slag gaan met de uitvoering daarvan binnen het Impulsprogramma Chemische Stoffen. Het wordt opgepakt in het project «Verbreden beeld ZZS-emissies».

Bij mobiele bronnen van ZZS-emissies is dat in veel gevallen niet eenvoudig aan één locatie of één bedrijf te koppelen. Er is ook geen sprake van een (verplichte) melding van de emissie, zoals bij industriële emissies wel het geval is. Ook sluiten de wettelijke kaders voor mobiele bronnen niet aan op de wijze waarop het ZZS-register is opgezet. Het ZZS-register is immers ingericht als digitaal hulpmiddel voor bedrijven ter uitvoering van de bestaande wettelijke verplichting voor melding van emissies aan het bevoegd gezag.

De uitvoering van de motie Van Esch brengt daarom met zich dat onderzocht moet worden of het ZZS-register geschikt te maken is voor het registreren van emissies van mobiele bronnen en welke broninformatie hiervoor kan worden benut. Daarbij zal ik gebruik maken van reeds bestaande informatiebronnen zoals de website emissieregistratie.nl. Ik zal bij dit onderzoek ook kijken naar mogelijke alternatieven om het door de Kamer gewenste aanvullende beeld van ZZS-emissies van andere bronnen dan de industriële te kunnen geven.

Gelet op de uitdrukkelijke wens van de Kamer en de urgentie om een landelijk emissiedatabase in te stellen, is het belang van het doorzetten van de procedure voor de wijziging bij AMvB voor de invoering van de ZZS-emissiedatabase groot. Daarom zal ik het onderzoek naar de mogelijkheid om de emissies van mobiele bronnen op te nemen in de database, parallel uitvoeren aan deze procedure. Hiermee veronderstel ik dat de voorhang procedure is afgerond. Ik zal het besluit tot invoering van de ZZS-emissiedatabase verder in procedure brengen en dit besluit aan de Raad van State gaan aanbieden.

(3) Motie Van der Plas en (4) motie Hagen, Van Esch en De Hoop

De motie Van der Plas gaat over informatie van staatsgeheime activiteiten. Deze informatie blijft uiteraard staatsgeheim. De motie Hagen, Van Esch en De Hoop kan met het nieuwe, landelijke ZZS-register goed worden uitgevoerd. Bevoegde gezagen kunnen de gegevens uit het ZZS-register evenwel benutten om de emissies van bedrijven te controleren.

Ten slotte, het register voor de industriële emissies vind ik een mooie en heel ambitieuze eerste stap om de ZZS-emissies op landelijk niveau in kaart te brengen. Daar wil ik snel mee aan de gang. Ik zal daarom het voorstel nu voorleggen aan de Raad van State.

De Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat,
V.L.W.A. Heijnen


  1. «verzoekt het kabinet bij de verdere uitvoering van het voorstel het register van zeer zorgwekkende stoffen te baseren op de reeds bij omgevingsdiensten aanwezige informatie» (Kamerstuk 22 343, nr. 365).↩︎

  2. «verzoekt de Staatssecretaris om naast de vaste bronnen van ZZS-uitstoot ook de mobiele bronnen in het ZZS-register op te nemen» (Kamerstuk 22 343, nr. 366).↩︎

  3. «verzoekt de regering alles op alles te zetten om te voorkomen dat emissies van staatsgeheime activiteiten en activiteiten van Defensie worden toebedeeld aan ondernemingen en organisaties die er niets mee te maken hebben» (Kamerstuk 22 343, nr. 367).↩︎

  4. «verzoekt de regering te waarborgen dat bevoegde gezagen en omgevingsdiensten de daadwerkelijke emissies van bedrijven te allen tijde kunnen controleren» (Kamerstuk 22 343, nr. 364).↩︎