Onderzoek geschilleninstanties Wkkgz
Regels ter bevordering van de kwaliteit van zorg en de behandeling van klachten en geschillen in de zorg (Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg)
Brief regering
Nummer: 2023D43243, datum: 2023-10-19, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiƫle HTML versie (kst-32402-80).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C. Helder, minister voor Langdurige Zorg en Sport
- Onderzoek geschilleninstanties Wkkgz
- Beslisnota bij Kamerbrief over onderzoek geschilleninstanties Wkkgz
Onderdeel van kamerstukdossier 32402 -80 Regels ter bevordering van de kwaliteit van zorg en de behandeling van klachten en geschillen in de zorg (Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg).
Onderdeel van zaak 2023Z17899:
- Indiener: C. Helder, minister voor Langdurige Zorg en Sport
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- : Kwaliteitszorg (inclusief Patiƫnten- en cliƫntenrechten) (Commissiedebat), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2023-10-24 16:30: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-12-20 16:30: Procedurevergadering VWS (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Preview document (š origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023-2024 |
32 402 Regels ter bevordering van de kwaliteit van zorg en de behandeling van klachten en geschillen in de zorg (Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg)
Nr. 80 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR LANGDURIGE ZORG EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 19Ā oktober 2023
In 2021 is de Wet kwaliteit, klachten en geschillen zorg (Wkkgz) door het Nivel in opdracht van ZonMw geĆ«valueerd1. Uit het evaluatierapport bleek dat de doelen die met de wet werden beoogd ā de kwaliteit van zorg verbeteren en de positie van de cliĆ«nt versterken ā door het veld werden erkend en herkend en dat de wet aan het bevorderen van die doelen bijdraagt.
Kritischer was het evaluatierapport op de geschilleninstanties. Dat betrof onder meer het functioneren van de geschilleninstanties, de wijze van financiering en de organisatie. In de beleidsreactie op de evaluatie van de Wkkgz heb ik daarom aangekondigd om ā in lijn met de aanbeveling uit het evaluatierapport ā een verdiepend onderzoek te laten doen naar het functioneren van de geschilleninstanties, waarbij de positie van de cliĆ«nt centraal staat, zonder de positie van de zorgaanbieder uit het oog te verliezen.2
In de eerste helft van dit jaar heeft de KWINK groep dit onderzoek naar de geschilleninstanties verricht. Door de onderzoekers is gekeken naar een groot aantal aspecten, zoals de informatievoorziening door de geschilleninstanties, de onafhankelijkheid, de deskundigheid, de wijze van financiering en het aantal geschilleninstanties, mede in relatie tot onder meer het aantal uitspraken dat zij gedaan hebben. Het onderzoeksrapport zit als bijlage bij deze brief en wordt gelijktijdig aangeboden aan de Eerste Kamer.
Hoofdconclusie van het onderzoeksrapport is dat de geschilbeslechting in de zorg geprofessionaliseerd en doorontwikkeld dient te worden. Dat is nodig om vanuit de geschilleninstanties bij te dragen aan het behalen van de doelen van de Wkkgz. Door de manier waarop de geschilbeslechting nu plaatsvindt, is de positie van de cliƫnt nog niet sterk genoeg, aldus de onderzoekers. Veel cliƫnten ervaren procedurele onrechtvaardigheid, onder andere doordat volgens hen de informatievoorziening te wensen overlaat en doordat cliƫnten te weinig ondersteund worden in de procedure. Bovendien blijven er kansen liggen om meer te leren van geschilbeslechting dan er nu gebeurt. De onderzoekers doen negen aanbevelingen die betrekking op het professionaliseren en doorontwikkelen van de geschilbeslechting. De aanbevelingen gaan onder andere over het toegankelijker en begrijpelijker maken van de verstrekte informatie, het uitgebreider en explicieter waarborgen van de onafhankelijkheid van de geschilleninstanties en het op peil houden en vergroten van de expertise.
Ook wordt door de onderzoekers geconcludeerd dat wanneer de huidige 41 geschilleninstanties meer geclusterd zijn, meer samenwerken of in Ć©Ć©nĀ organisatie zijn opgenomen, dit belangrijke voordelen biedt op de onderdelen efficiĆ«ntie en betaalbaarheid, vindbaarheid, laagdrempeligheid en het opbouwen en bijhouden van deskundigheid en professionaliteit op het terrein van geschilbeslechting. Zij gaan in dat kader in op drieĀ scenarioās: Ć©Ć©nĀ landelijke geschilleninstantie voor de gehele zorg met Ć©Ć©n reglement, eĆ©nĀ landelijke geschilleninstantie per zorgsoort of verschillende instanties die samenwerken in een shared service-organisatie.
De conclusies van het onderzoek vind ik zorgelijk. Belangrijke elementen van geschilbeslechting, zoals deskundigheid, onafhankelijkheid, transparantie en informatievoorziening, lijken niet overal op orde te zijn. Zo blijkt dat door alle betrokkenen (geschilleninstanties, brancheorganisaties en cliƫntorganisaties) breed wordt gedeeld dat er nog veel werk te doen is om de toegankelijkheid van de informatie bij de geschilleninstanties te verbeteren. Ook blijkt dat de inspanningen van de geschilleninstanties om de kennis en expertise op peil te houden beperkt zijn en dat er nog te beperkt wordt ingezet op permanente educatie.
Eveneens blijkt uit het onderzoek de in zijn algemeenheid grote ontevredenheid bij cliĆ«nten die een geschil bij de geschilleninstanties hebben ingediend. Zo gaf bijna de helft van de geĆ«nquĆŖteerde cliĆ«nten aan dat zij onvoldoende ruimte ervaarden om hun eigen verhaal te vertellen en voelde een meerderheid van de cliĆ«nten zich niet serieus genomen door de geschilleninstantie. Ook gaf de meerderheid van de geĆ«nquĆŖteerde cliĆ«nten aan de geschilleninstantie niet als deskundig en zorgvuldig te hebben ervaren.
De komende periode ga ik met onder meer vertegenwoordigers van brancheorganisaties en cliĆ«ntenorganisaties verkennen wat de mogelijkheden zijn om de gesignaleerde knelpunten op effectieve en doelmatige manier op te lossen, waarbij ik ook de hiervoor genoemde scenarioās betrek. Ik zal uw Kamer begin volgend jaar informeren over de uitkomsten van deze verkenning.
De Minister voor Langdurige Zorg en Sport,
C. Helder