[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [🧑mijn] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Beantwoording op vragen betreffende het Risico Analyse Model (RAM)

Belastingdienst

Brief regering

Nummer: 2023D44643, datum: 2023-10-13, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-31066-1302).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 31066 -1302 Belastingdienst.

Onderdeel van zaak 2023Z18535:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2023-2024

31 066 Belastingdienst

Nr. 1302 BRIEF VAN DE STAATSSECRETARIS VAN FINANCIËN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 13 oktober 2023

Hiermee bied ik uw Kamer, mede namens de Staatssecretaris van Financiën – Toeslagen en Douane, de beantwoording op verschillende Kamervragen betreffende het Risico Analyse Model (RAM) aan:

• De antwoorden op de vragen van de leden Omtzigt (Omtzigt), Van Dijk (CDA), Temmink (SP), Van der Plas (BBB) en Dekker-Abdulaziz (D66) over de RAM-database bij de Belastingdienst van 14 september 2023 (Aanhangsel Handelingen II 2023/24, nr. 224).

• Hierbij worden ook, zoals in deze vragen is verzocht, de eerder ingediende vragen van het lid Omtzigt in het Schriftelijk Overleg Informatiehuishouding van 21 juni jl. beantwoord (Kamerstuk 29 362, nr. 342).

• De antwoorden op de vragen van het lid Van Haga (Groep van Haga) over de social media politie van 15 september 2023 (Aanhangsel Handelingen II 2023/24, nr. 225).

• De beantwoording van de vragen over RAM die zijn gesteld bij het verslag van de wet compensatie wegens selectie aan de poort van 6 oktober 2023 (Kamerstuk 36 424, nr. 7).

• En de beantwoording van de vragen van het Schriftelijk Overleg informatiehuishouding van 27 september 2023 (Kamerstuk 31 066, nr. 1303).

In de brief van 31 augustus jl.1 hebben de Staatssecretaris van Financiën – Toeslagen en Douane – en ik aangegeven een extern onderzoek te laten doen naar RAM. Wij hebben toen aangegeven dat wij de aanbesteding voor het externe onderzoek op 1 oktober 2023 zouden starten. Er zijn echter ontwikkelingen die ervoor hebben gezorgd dat de aanbesteding nog niet is gestart. Allereerst is van belang dat de Autoriteit Persoonsgegevens (AP) heeft aangegeven dat zij onderzoek zal gaan doen naar RAM en hierover met ons in overleg is getreden. Ik wil daarom bezien of de aankondiging door de AP nog gevolgen heeft voor de vraagstelling en de reikwijdte van het externe onderzoek. Daarnaast heeft uw Kamer meerdere vragen gesteld over welke informatie over RAM al bekend is en over het externe onderzoek. Deze vragen wil ik ook betrekken bij het externe onderzoek. Ik verwacht nu dat de aanbesteding van het externe onderzoek in ieder geval dit jaar kan starten waarbij het streven is in november. Ik blijf namelijk van mening dat een extern onderzoek noodzakelijk is om helderheid te krijgen over de informatievoorziening rond RAM (het doel en gebruik van RAM; de data (bronbestanden) die in RAM zaten en de analyses die daarmee zijn gedaan; het gebruik van deze analyses binnen de Belastingdienst, Toeslagen en Douane en een reconstructie van de besluitvorming rond RAM). Ik zal uw Kamer uiterlijk eind van dit jaar nader informeren over het onderzoek naar RAM.

In de beantwoording van het schriftelijk overleg informatiehuishouding van 21 juni jl. (Kamerstuk 29 632, nr. 342) heb ik aangegeven dat ik de vragen niet kan beantwoorden, omdat daar de benodigde informatie voor ontbreekt. Om de vragen te kunnen beantwoorden, hebben de Staatssecretaris van Financiën – Toeslagen en Douane – en ik een extern onderzoek naar RAM aangekondigd. Ik wil voorkomen dat ik op basis van de beperkte informatie die de Belastingdienst nu beschikbaar heeft over RAM, de vragen van uw leden niet (geheel) juist beantwoord. In de schriftelijke vragen van 14 september jl. (Kamerstuk 31 066, nr. 1280) wordt verzocht om de vragen over RAM uit het schriftelijk overleg informatiehuishouding van 21 juni jl. alsnog te beantwoorden. Daarom heb ik op basis van de beschikbare2 en geïnterpreteerde informatie de vragen alsnog beantwoord. Ik wil daarbij benadrukken dat pas na het externe onderzoek en het onderzoek van de AP definitieve antwoorden gegeven kunnen worden.

De heer Omtzigt heeft tevens zijn verzoek herhaald om memo’s over RAM te ontvangen. Inmiddels heeft een eerste zoekslag naar relevante informatie plaatsgevonden. De gevonden documenten zijn in bijlage 2 bijgevoegd. Ten aanzien van de documenten die betrekking hebben op RAM is van belang om te benadrukken dat deze zoekslag enkel betrekking heeft op de stukken die door het directieteam van de Belastingdienst zijn besproken en zijn opgenomen in «Digidoc», het centrale systeem voor stukkenstroom en archivering daarvan binnen het Ministerie van Financiën. Daarnaast kan er ook relevante informatie staan op netwerkschijven en in mailboxen van de top van de Belastingdienst. Deze vervolgzoekslag vergt een met meer waarborgen omklede procedure die meer tijd kost. Als deze zoekslag is afgerond zal ik deze documenten naar uw Kamer toesturen. Deze zoekslag is ook van belang voor het externe onderzoek, zodat ook de onderzoekers de beschikking krijgen over deze informatie.

De heer Omtzigt vroeg in het verslag bij het wetsvoorstel Compensatie wegens Selectie aan de Poort van 6 oktober jl. eveneens naar de RAM-database (Kamerstuk 36 424, nr. 5). Gelet op de samenhang worden de betreffende vragen die in het verslag zijn opgenomen over de RAM-database niet in de nota naar aanleiding van het verslag beantwoord, maar bij deze brief en beantwoording gevoegd (Kamerstuk 36 424, nr. 7). Hiermee zijn ook die vragen voor het eerste wetgevingsoverleg «Pakket Belastingplan 2024» van 18 oktober 2023 beantwoord.

De Staatssecretaris van Financiën,
M.L.A. van Rij


  1. Kamerstuk 31 066, nr. 1226.↩︎

  2. Voornamelijk Software Improvement Group (SIG) onderzoek uit februari 2016.↩︎