Motie van het lid Drost c.s. over in overleg met onderwijs en gemeenten verkennen op welke manier Maatschappelijke diensttijd nog beter kan aansluiten op bestaand beleid
Maatschappelijke diensttijd
Motie
Nummer: 2023D44888, datum: 2023-10-26, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-35034-25).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: N. Drost, Tweede Kamerlid (Ooit ChristenUnie kamerlid)
- Mede ondertekenaar: H.M. Krul, Tweede Kamerlid (CDA)
- Mede ondertekenaar: N.J.F. Pouw-Verweij, Tweede Kamerlid (Ooit BBB kamerlid)
Onderdeel van kamerstukdossier 35034 -25 Maatschappelijke diensttijd.
Onderdeel van zaak 2023Z18704:
- Indiener: N. Drost, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: H.M. Krul, Tweede Kamerlid
- Medeindiener: N.J.F. Pouw-Verweij, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
- 2023-10-26 00:15: Tweeminutendebat Maatschappelijke diensttijd (CD 25/10) (Plenair debat (tweeminutendebat)), TK
- 2023-10-26 00:20: Einde vergadering: STEMMINGEN (Stemmingen), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023-2024 |
35 034 Maatschappelijke diensttijd
Nr. 25 MOTIE VAN HET LID DROST C.S.
Voorgesteld 26 oktober 2023
De Kamer,
gehoord de beraadslaging,
constaterende dat uit de onderzoeksrapportage 2022 blijkt dat de maatschappelijke diensttijd succesvol is in het bereiken van zijn doelen, namelijk dat jongeren hun talenten ontwikkelen, iets doen voor de ander en andere mensen ontmoeten;
constaterende dat de overheid komende jaren blijft investeren in de maatschappelijke diensttijd en zo blijft investeren in de jongeren als een generatie van hoop die zich inzet voor de samenleving;
overwegende dat mdt ook een middel bij uitstek is om kansengelijkheid te vergroten en het daarvoor van belang is dat alle jongeren worden bereikt, ook groepen die vatbaarder zijn voor kansenongelijkheid, zoals jongeren met een hoge kans op schooluitval, met schulden of die te maken hebben met armoede;
overwegende dat het verhogen van kansengelijkheid om een lange adem vraagt en langdurige samenwerking met gemeenten en onderwijs daarvoor cruciaal is;
overwegende dat er onder gemeenten een uniform gedragen beeld over mdt ontbreekt;
verzoekt de regering om in overleg met onderwijs en gemeenten te verkennen op welke manieren mdt nog beter kan aansluiten op bestaand beleid en daarmee kan worden ingezet om de kansengelijkheid te verhogen en zo veel mogelijk jongeren te bereiken, waarbij in de verkenning ook de voorspelbaarheid van financiering wordt meegenomen,
en gaat over tot de orde van de dag.
Drost
Krul
Pouw-Verweij