Uitkomst EU beroepscomité van 16 november 2023 inzake glyfosaat
Gewasbeschermingsbeleid
Brief regering
Nummer: 2023D46443, datum: 2023-11-16, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-27858-641).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Beslisnota inzake Uitkomst EU beroepscomité van 16 november 2023 inzake glyfosaat
- NL Protocol declaration on glyphosate
Onderdeel van kamerstukdossier 27858 -641 Gewasbeschermingsbeleid.
Onderdeel van zaak 2023Z19215:
- Indiener: P. Adema, minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
- Volgcommissie: vaste commissie voor Europese Zaken
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2023-12-12 15:40: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-12-13 11:15: Procedurevergadering LNV (Procedurevergadering), vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2024-05-14 17:00: Gewasbeschermingsmiddelen (Commissiedebat), vaste commissie voor Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit (2017-2024)
- 2024-05-16 14:10: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023-2024 |
27 858 Gewasbeschermingsbeleid
Nr. 641 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 november 2023
Hierbij informeer ik uw Kamer over de uitkomst van het beroepscomité op 16 november 2023 over het voorstel van de Europese Commissie (EC) om de goedkeuring van glyfosaat met 10 jaar te verlengen. Dit beroepscomité volgde op de uitkomst van de stemming van 13 oktober 2023 waarbij geen gekwalificeerde meerderheid voor of tegen dit voorstel werd bereikt (Kamerstuk 27 858, nr. 635).
Omdat het voorstel van de EC tijdens het beroepscomité opnieuw en ongewijzigd aan de lidstaten is voorgelegd, heeft de Nederlandse delegatie zich, in lijn met mijn brief naar uw Kamer van 10 oktober 2023 (Kamerstuk 27 858, nr. 636), ook hier onthouden van stemming. Bijgevoegd is tevens de stemverklaring die is overgebracht bij de stemming. Uw Kamer is eerder geïnformeerd (Kamerstuk 21 501-32, nr. 1250) dat de stem van individuele lidstaten, conform comitologie-procedure1, vertrouwelijk is en het aan de lidstaten zelf is om transparant te zijn over hun eigen inzet en stemgedrag tijdens vergaderingen.
De uitkomst van de stemming is:
• Dat 17 lidstaten hebben ingestemd met het voorstel van de EC. Dit komt overeen met 42% van de Europese bevolking.
• Dat 3 lidstaten tegen het voorstel van de EC hebben gestemd. Dit komt
• overeen met 3% van de Europese bevolking.
• Dat 7 lidstaten hebben zich onthouden van stemming. Dit komt overeen met 55% van de Europese bevolking.
Om een gekwalificeerde meerderheid te bereiken zijn minimaal 15 lidstaten nodig die minimaal 65% van de Europese bevolking vertegenwoordigen. Dit betekent dat wederom geen gekwalificeerde meerderheid vóór of tegen het voorstel is bereikt. Conform comitologie-procedures is de EC nu gemachtigd om een eigenstandige beslissing te nemen op het voorstel. Inmiddels heeft de EC aangekondigd2om een positieve beslissing te zullen nemen op het voorstel om de goedkeuring van glyfosaat voor 10 jaar te verlengen. Omdat de goedkeuring van glyfosaat op 15 december verloopt, zal deze beslissing uiterlijk 14 december worden genomen.
Nu de EC heeft aangekondigd het voorstel door te zetten wil ik snel in kaart brengen hoe het gebruik van glyfosaat in Nederland verder gereduceerd kan worden. Ik ben inmiddels met de WUR in overleg om voor de zomer 2024 een analyse op te leveren voor welke teelten het gebruik van glyfosaat noodzakelijk is in het kader van de voedselproductie en waarvoor geen alternatieven zijn, en waar het gebruik van glyfosaat kan worden gereduceerd.
Daarnaast zet ik zelf een aantal acties in gang die er toe leiden dat er snel meer duidelijkheid komt over de gevolgen voor glyfosaat en Parkinson en antwoord geven op vragen die er leven:
1. Ik ben inmiddels samen met de Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport in overleg met het Rijksinstituut voor Volksgezondheid en Milieu RIVM) om een specifiek wetenschappelijk onderzoek te starten naar de mogelijke relatie tussen glyfosaat en het ontstaan van Parkinson. Dit onderzoek levert over 3–5 jaar gegevens op, waarmee een causaal verband tussen stof en ziekte aangetoond, dan wel uitgesloten kan worden. Ik zal het RIVM verzoeken om EFSA en het Ctgb bij de onderzoeksopzet te betrekken, zodat deze past bij de in Europa gebruikte wetenschappelijke standaarden en methoden, waardoor de uitkomsten van dit onderzoek direct bruikbaar zijn.
2. Als dit (of ander) wetenschappelijk onderzoek op enig moment (dus ook gedurende het onderzoek) uitwijst dat glyfosaat niet meer veilig is en er directe risico’s zijn, dan zullen lidstaten en EC directe actie te ondernemen en beschermende maatregelen te nemen (dit is vastgelegd in artikel 69–71 van Vo 1107/2009). In Nederland zullen middelen op basis van glyfosaat dan per direct worden ingetrokken door het Ctgb, zonder respijt- en opgebruiktermijn.
3. Ik heb – conform het coalitieakkoord (Bijlage bij Kamerstuk 35 788, nr. 77) – reeds een opdracht aan het RIVM verstrekt voor het uitvoeren van een meerjarig onderzoek naar gezondheidseffecten van gewasbeschermingsmiddelen in de breedte op omwonenden en agrarische ondernemers en naar neurologische aandoeningen in het bijzonder. Het project betreft een breed consortiumonderzoek met verschillende nationale en internationale partijen. Deze studie loopt van 2023 t/m 2030. Het RIVM zal de EC steeds op de hoogte houden van de bevindingen.
4. Ik ondersteun EFSA bij het ontwikkelen van nieuwe testprotocollen om specifieke neurodegeneratieve effecten van gewasbeschermingsmiddelen in kaart te brengen en te kunnen beoordelen.
De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
P. Adema
Overeenkomstig artikel 9, lid 2, en artikel 12, lid 2, van het reglement van orde van het comité van beroep wordt in het beknopt verslag geen melding gemaakt van de individuele standpunten van de leden. Tijdens de besprekingen van het comité van beroep en zijn de beraadslagingen van het comité van beroep vertrouwelijk. Zie artikel 10, lid 2, en artikel 13, lid 2, van het standaardreglement van orde voor comités (PB C 206 van 12.7.2011, blz. 11).↩︎
https://ec.europa.eu/commission/presscorner/detail/en/statement_23_5792↩︎