Joint Letter of Intent Maatwerk Nobian
Industriebeleid
Brief regering
Nummer: 2023D46818, datum: 2023-11-22, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-29826-200).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat
- Joint Letter of Intent Nobian
- Beslisnota inzake Joint Letter of Intent Maatwerk Nobian
- AMVI advies NOBIAN
Onderdeel van kamerstukdossier 29826 -200 Industriebeleid.
Onderdeel van zaak 2023Z19350:
- Indiener: M.A.M. Adriaansens, minister van Economische Zaken en Klimaat
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Klimaat en Groene Groei
- 2023-12-12 15:40: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2023-12-19 17:00: Procedurevergadering commissie voor Economische Zaken en Klimaat (Procedurevergadering), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2024-10-17 10:00: Verduurzaming industrie (Commissiedebat), vaste commissie voor Klimaat en Groene Groei
- 2024-10-24 14:15: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023-2024 |
29 826 Industriebeleid
32 813 Kabinetsaanpak Klimaatbeleid
Nr. 200 BRIEF VAN DE MINISTER VAN ECONOMISCHE ZAKEN EN KLIMAAT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 november 2023
Met de maatwerkaanpak verduurzaming industrie wil ik de grootste industriële uitstoters die ambitieuze plannen hebben, faciliteren om te verduurzamen in Nederland. Binnen de maatwerkafspraken maken we afspraken met deze bedrijven over meer en snellere verduurzaming bovenop het klimaatakkoord. In dat kader informeer ik u, mede namens de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat over de Joint Letter of Intent (JLoI) die ik op 21 november jl. met Nobian heb getekend. Uw Kamer vindt de JLoI bijgevoegd. Dit is de eerste JLoI die is gesloten met een maatwerkbedrijf. Een JLoI is de laatste tussenstap naar bindende maatwerkafspraken, maar is niet vrijblijvend. In de JLoI staan onder meer verscheidene inspanningsverplichtingen die partijen aangaan.
Ambitie JLoI
De JLoI met Nobian is ambitieus en betreft naast een forse CO2 reductie ook positieve bijdragen op het gebied van de leefomgeving (onder andere stikstofuitstoot en zoetwatergebruik), aardgasgebruik en flexibilisering van het elektriciteitsnet. Met behulp van maatwerkafspraken kan Nobian haar klimaatdoelstellingen met 10 jaar versnellen en daarmee in 2030 al nagenoeg geen CO2 meer uitstoten. Dit betekent een CO2 scope 1 reductie van ca. 600 Kton per jaar in 2030. Dit is ca. drie maal de reductie die het bedrijf volgens het klimaatakkoord moet realiseren in 2030. Deze reductie telt voor ca. 50% mee voor de opgave van de sector industrie en voor 50% voor de opgave van de sector elektriciteit, omdat Nobian naast de opwek van stoom, ook elektriciteit produceert.
Verder kan realisatie van de in de JLoI omschreven projecten ervoor zorgen dat de stikstofuitstoot (NOx) van 450 ton per jaar nu naar vrijwel 0 gaat in 2030. Deze NOx reductie betreft ca. 1,5% van het totale NOx-reductiedoel voor de industrie in 2030. Ook daalt het jaarlijkse aardgasverbruik van ca. 350 mln. m3 naar vrijwel 0 in 2030. Dat is meer dan 1% van het totale gasverbruik in Nederland en staat gelijk aan het verbruik van ca. 250.000 huishoudens, vergelijkbaar met de stad Den Haag. Na elektrificatie kan Nobian in Delfzijl en Hengelo ca. 15 MW en in Rotterdam ca. 25 MW extra flexibel inzetten om het elektriciteitsnet te balanceren. Daarnaast zorgen de projecten dat er meer water over blijft voor andere partijen (1,7 mln. m3) en voor een reductie van warmte (ca. 90 MW) bij de waterlozing na het productieproces in Delfzijl en Hengelo. Tot slot kunnen de zoutcavernes in Zuidwending mogelijk worden ingezet als opslag voor ca. 1 TWh aan waterstof als onderdeel van ontwikkelingen van de waterstof infrastructuur.
Adviescommissie
Om de kwaliteit van de voorgenomen maatwerkafspraken te borgen, heb ik de onafhankelijke adviescommissie maatwerkafspraken verduurzaming industrie ingesteld.1 Hiermee is ook invulling gegeven aan de wens van uw Kamer om de maatwerkafspraken te laten toetsen op onder andere haalbaarheid, doelmatigheid en ambitieniveau. De adviescommissie adviseert over een concept-JLoI. Dit is het moment dat de beoogde JLoI voldoende gedetailleerd is uitgewerkt, maar er tegelijkertijd nog ruimte is om de overwegingen van de adviescommissie mee te nemen in de uitwerking van de definitieve JLoI en/of bindende maatwerkafspraken. Naast de concept-JLoI en de adviesaanvraag heeft de adviescommissie ook relevante achtergronddocumentatie ter informatie ontvangen, zoals de vertrouwelijke business case.
Op 12 mei jl. heb ik de concept-JLoI met Nobian voorgelegd aan de adviescommissie. De commissie heeft vervolgens meerdere gesprekken gevoerd met het overheidsteam en met het Nobian team, zowel afzonderlijk als gezamenlijk. Daarnaast is de commissie op werkbezoek geweest bij Nobian. Op 16 juni jl. heeft de adviescommissie haar advies aan mij aangeboden. Het advies van de adviescommissie vindt uw Kamer bijgevoegd. Normaal gesproken zou er minder tijd zitten tussen een concept-JLOI (en het bijbehorende advies van de adviescommissie) en het ondertekenen van de definitieve JLOI. Door onder andere de demissionaire status van het kabinet en de betekenis daarvan voor het aangaan van de JLoI heeft ondertekening van de definitieve JLOI deze keer langer op zich laten wachten.
De adviescommissie beoordeelt de concept-JLoI als een goede basis om de afspraken verder uit te werken in een definitieve JLoI en vervolgens in bindende maatwerkafspraken. De adviescommissie geeft in haar advies een positief oordeel over het belang van Nobian, vindt de beoogde resultaten significant en beoordeelt de projecten uit de JLoI als doelmatig, technisch logisch en realistisch en ruimtelijk inpasbaar. Verder onderschrijft de adviescommissie het strategische belang van Nobian voor de Nederlandse chemische industrie en maatschappelijk relevante productieketens en stelt het vast dat de beoogde bijdrage aan het reduceren van uitstoot van CO2 en stikstof en vermindering van gebruik van aardgas en zoet water significant zijn.
De adviescommissie stelt in paragraaf 4 van haar advies een aantal condities, aanbevelingen en overwegingen aan de definitieve maatwerkafspraken die voortvloeien uit de gemaakte analyses op het gebied van publiek belang (paragraaf 1), haalbaarheid (paragraaf 2) en het financieel arrangement (paragraaf 3). De condities, aanbevelingen en overwegingen betreffen grotendeels de nog te maken bindende maatwerkafspraken met Nobian, maar betreffen deels ook de maatwerkaanpak in brede zin. Het advies is waar mogelijk direct verwerkt in de JLoI met Nobian. Een aantal punten vraagt om een gedetailleerde uitwerking en zal daarom worden meegenomen bij de uitwerking van de definitieve maatwerkafspraken.
In lijn met het advies van de commissie over het publiek belang is het gebiedsproces en de benodigde projectorganisatie (governance) nader uitgewerkt en zijn hierover afspraken gemaakt. Hierin is extra aandacht besteed aan het proces van het betrekken van omwonenden. Ook is, in lijn met het advies van de commissie om elkaar langere tijd zekerheid te bieden, afgesproken dat de huidige projectstructuur in ieder geval wordt voortgezet tot de bindende maatwerkafspraken. Onderdeel van deze afspraken wordt een complete projectorganisatie voor de periode na de bindende afspraken tot de realisatie van de projecten, inclusief afspraken over de monitoring. Tot slot is in de JLoI ook een aantal inspanningen van de provincies Overijssel en Zuid-Holland opgenomen. De provincie Groningen heeft ervoor gekozen om in deze fase nog geen inspanningsverplichtingen aan te gaan. De provincie Groningen zal net als de andere provincies actief betrokken worden in het proces naar bindende maatwerkafspraken.
In lijn met het advies over haalbaarheid is het gesprek met de netbeheerders geïntensiveerd. Er is besproken dat de relevante netbeheerders straks per project actief worden betrokken. Ook worden de kosten en baten van variabel elektriciteitsgebruik dan nader uitgewerkt. Verder wordt er, waar opportuun, gekeken naar de plannen van de belangrijkste klanten van Nobian. De ambtitie is om in Q1 2024 tot bindende afspraken te komen voor project 1 t/m 3. Voor project 4 (energieopslag) en project 5 (portfolio aan projecten) is afgesproken dat er geen bindende maatwerkafspraak volgt. Er gaat daarmee ook geen «maatwerkgeld» naar deze projecten. De inspanningsverplichtingen die in de JLoI zijn vastgelegd blijven wel gelden. Dit betekent dat partijen zich moeten inspannen om deze projecten (tijdig) te realiseren.
Ten behoeve van de analyse van het financiële arrangement heeft de adviescommissie de business case en het financiële model ontvangen. Er heeft ook nog een aparte expertsessie op dit terrein plaatsgevonden om verdiepende vragen te stellen en beantwoorden. Vanwege bedrijfsvertrouwelijke redenen kan deze bijlage niet gepubliceerd worden. In lijn met het advies wordt voorafgaand aan het sluiten van bindende maatwerkafspraken een vast bedrag zonder bandbreedte berekend en onderbouwd door financieel experts. Ook is afgesproken dat er in het geval van maatwerkfinanciering een mechanisme wordt toegepast om overcompensatie te voorkomen, zoals door de commissie is geadviseerd. Dit mechanisme wordt de komende tijd nader uitgewerkt. Alle mogelijke financiële arrangementen dienen verenigbaar te zijn met de geldende EU staatssteunkaders. Wat betreft het voorstel van de commissie om een deel pas na realisatie uit te keren onderzoeken we nog wat de financiële consequenties zijn voor de business case m.b.t. het financieringsprobleem.
Middels de zogenoemde «expertpool», wordt beoogd dat omgevingsdiensten extra capaciteit kunnen inzetten voor complexe projecten bij maatwerkbedrijven. Hiervoor is € 35 miljoen uit de klimaatfondsmiddelen gereserveerd. In overleg met provincies en omgevingsdiensten worden deze middelen verdeeld. Daarmee alloceren wij niet vooraf 1 á 2% van het totaalbudget voor maatwerkafspraken zoals is voorgesteld door de adviescommissie. Voor wat betreft de overweging van de adviescommissie dat moet worden onderkend dat de eigendomspositie van Nobian geen gegeven is, is van belang dat een wisseling van de eigendomspositie geen invloed heeft op de gebondenheid van Nobian aan de JLoI of de bindende afspraken.
Tot slot geeft de adviescommissie nog een aantal overwegingen mee die betrekking hebben op de maatwerkaanpak in brede zin. In lijn met deze overwegingen zijn verschillende acties in gang gezet. Zo is bijvoorbeeld een adviesbureau ingehuurd voor de internationale analyse van maatwerkbedrijven, zoals geadviseerd door de commissie. Dit onderzoek wordt momenteel uitgevoerd. Ook is met de netbeheerders afgesproken om hen intensiever te betrekken bij de uitwerking van de maatwerkafspraken. De uitwerking van de overige generieke overwegingen van de adviescommissie licht ik in de volgende voortgangsrapportages maatwerk nader toe.
Conclusie
De JLoI met Nobian is ambitieus en realisatie van de projecten betekent een significante CO2 reductie en andere positieve maatschappelijke effecten op stikstof, aardgas, waterverbruik en flexibilisering van het elektriciteitsnet. Daarnaast draagt deze potentiële maatwerkafspraak bij aan de versterking van de strategische autonomie van Nederland voor de lokale productie van een essentiële grondstof (zout) en belangrijke basischemicaliën voor de industrie. Ik ben content met dit tussenproduct en het advies van de commissie laat zien dat we op de goede weg zijn. Echter vraagt de uitwerking om tot daadwerkelijke realisatie te komen nog veel werk van meerdere partijen. Daar zijn én gaan we de komende maanden, samen met alle betrokken partijen, hard mee aan de slag!
De Minister van Economische Zaken en Klimaat,
M.A.M. Adriaansens
wetten.nl – Regeling – Instellingsbesluit Adviescommissie Maatwerkafspraken Verduurzaming Industrie – BWBR0047890 (overheid.nl).↩︎