Het bericht 'Elk jaar stoppen tienduizenden jongeren zonder diploma met school'
Schriftelijke vragen
Nummer: 2023D47945, datum: 2023-12-05, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kv-tk-2023Z19673).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E.M. Westerveld, Tweede Kamerlid (GroenLinks-PvdA)
Onderdeel van zaak 2023Z19673:
- Gericht aan: R.H. Dijkgraaf, minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap
- Indiener: E.M. Westerveld, Tweede Kamerlid
- Voortouwcommissie: TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023-2024 | Vragen gesteld door de leden der Kamer |
2023Z19673
Vragen van het lid Westerveld (GroenLinks-PvdA) aan de Minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap over het bericht «Elk jaar stoppen tienduizenden jongeren zonder diploma met school» (ingezonden 5 december 2023).
Vraag 1
Bent u bekend met het bericht «Elk jaar stoppen tienduizenden jongeren zonder diploma met school»?1
Vraag 2
Heeft u een beeld van het aantal jongeren dat uitvalt door verkeerde studiekeuzes en de beperkte voorzieningen voor jongeren die zoekende zijn en heeft u een beeld van het aantal mbo-studenten die op dit moment meedoen aan een oriëntatieprogramma in het mbo?
Vraag 3
Kunt u uiteenzetten waarom is gekozen voor het vormgeven van oriëntatieprogramma’s binnen bestaande wettelijke kaders, ofwel een pilot, zoals beschreven in de Kamerbrief «Uitwerking Actieplan voorkomen voortijdig schoolverlaten en begeleiden naar een kansrijke toekomst»? Is het niet logischer dat oriëntatieprogramma’s juist buiten wettelijke kaders worden vormgegeven in de vorm van een experiment?2
Vraag 4
In hoeverre worden bestaande trajecten, naast PitstopMBO, meegenomen in het vormgeven van de beleidsregel over oriëntatieprogramma’s?
Vraag 5
Bent u bekend met Youlab van het Graafschap College waarin jongeren een jaar lang de kans krijgen zich te ontwikkelen en te oriënteren op hun studiekeuze en bent u het ermee eens dat dergelijke trajecten, zeker in het licht van vroegselectie en uitval van studenten, een waardevolle aanwinst zijn? Zo ja, op welke wijze gaat u dergelijke trajecten ondersteunen?
Vraag 6
Hoe wordt omgegaan met het bindend studieadvies in de vormgeving van de orientatiëprogramma’s en wat is de invloed van het orientatië-onderdeel op de maximale duur van een mbo-opleiding?
Vraag 7
In hoeverre is het binnen de oriëntatieprogramma’s mogelijk dat studenten zich kunnen bezighouden met persoonlijke ontwikkeling, naast het oriënteren op een studiekeuze en erkent u dat het goed is om kennis te maken met de beroepspraktijk maar dat het net zo belangrijk is dat een student zich persoonlijk ontwikkelt?
Vraag 8
Erkent u dat een havo- of vwo-scholier gemakkelijk een tussenjaar kan nemen maar dat dit voor een vmbo-scholier eigenlijk niet kan en bent u het ermee eens dat het niet alleen belangrijk maar ook eerlijk is dat mbo-studenten ruimte krijgen voor persoonlijke ontwikkeling in een oriëntatiejaar, gezien hun leeftijdsgenoten hier wel voor kunnen kiezen?
Vraag 9
Kunnen deze vragen beantwoord worden voor de publicatie van de beleidsregel omtrent oriëntatieprogramma’s?