[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Amendement van het lid Podt over een schulduitsluitingsgrond voor personen handelend als hulpverlener van een humanitaire organisatie

Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafrecht BES in verband met de verhoging van de wettelijke strafmaxima van mensensmokkel en de uitbreiding van de toepasselijkheid van de strafwet op mensensmokkel begaan buiten Nederland

Amendement

Nummer: 2023D48191, datum: 2023-12-06, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 2

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-36414-6).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van kamerstukdossier 36414 -6 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafrecht BES in verband met de verhoging van de wettelijke strafmaxima van mensensmokkel en de uitbreiding van de toepasselijkheid van de strafwet op mensensmokkel begaan buiten Nederland.

Onderdeel van zaak 2023Z19737:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2023-2024

36 414 Wijziging van het Wetboek van Strafrecht en het Wetboek van Strafrecht BES in verband met de verhoging van de wettelijke strafmaxima van mensensmokkel en de uitbreiding van de toepasselijkheid van de strafwet op mensensmokkel begaan buiten Nederland

Nr. 6 AMENDEMENT VAN HET LID PODT

Ontvangen 6 december 2023

De ondergetekende stelt het volgende amendement voor:

I

Aan artikel I, onderdeel B, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

6. Na het zesde lid wordt, onder vernummering van het zevende lid tot het achtste lid, een lid ingevoegd, luidende:

7. Niet strafbaar is degene die het in het eerste lid bedoelde feit begaat in de uitoefening van zijn taak als hulpverlener van een onpartijdige humanitaire organisatie.

II

Aan artikel II, onderdeel B, wordt een onderdeel toegevoegd, luidende:

6. Na het zesde lid wordt, onder vernummering van het zevende lid tot het achtste lid, een lid ingevoegd, luidende:

7. Niet strafbaar is degene die het in het eerste lid bedoelde feit begaat in de uitoefening van zijn taak als hulpverlener van een onpartijdige humanitaire organisatie.

Toelichting

Indiener is van mening dat humanitaire hulp niet strafbaar mag zijn. Daarom stelt zij voor een schulduitsluitingsgrond toe te voegen aan artikel 197b. De schulduitsluitingsgrond geldt niet voor het in lid 2 van artikel 197a omschreven misdrijf omdat dat lid geldt voor personen die handelen uit winstbejag. De bewoordingen sluiten aan bij die van de EU-richtlijn hulpverlening (2002/90/EG). In 2020 bepleitte de Europese Commissie invoering door lidstaten van een uitzonderingsclausule bij voorgeschreven humanitaire hulpverlening in de richtsnoeren van de Commissie (2020/C 323/01). Uit de jurisprudentie volgt dat humanitaire hulpverlening onder omstandigheden al kan leiden tot een succesvol beroep op een algemene strafuitsluitingsgrond. Desalniettemin acht indiener het om principiële gronden en omwille van rechtszekerheid juist om in te voorzien in een wettelijke schulduitsluitingsgrond. Deze gronden gaan des te zwaarder wegen nu het voorliggende wetsvoorstel de strafmaxima verhoogt. Voorts zorgt dit amendement ervoor dat het wetsvoorstel beter zal aansluiten bij de relevante verdragen, meer specifiek het Smuggling Protocol bij het VN-verdrag tegen grensoverschrijdende georganiseerde misdaad, zeerechtverdragen en het recht op leven zoals dat is vervat in het EVRM.


Podt