Gezondheidsverkenning windturbines Nivel
Structuurvisie Windenergie op land
Brief regering
Nummer: 2023D50835, datum: 2023-12-21, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-33612-84).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Beslisnota bij Kamerbrief over gezondheidsverkenning windturbines Nivel
- Gezondheidsverkenning windturbines
Onderdeel van kamerstukdossier 33612 -84 Structuurvisie Windenergie op land.
Onderdeel van zaak 2023Z20740:
- Indiener: E.J. Kuipers, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2024-01-16 15:30: Regeling van Werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-01-17 10:15: Procedurevergadering VWS (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2024-11-21 10:00: Medische preventie (Commissiedebat), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023-2024 |
33 612 Structuurvisie Windenergie op land
Nr. 84 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 21 december 2023
Hierbij bied ik u, mede namens de Minister voor Klimaat en Energie en de Staatssecretaris van Infrastructuur en Waterstaat, het rapport Gezondheidsverkenning windturbines aan, dat Nivel in opdracht van het Ministerie van VWS heeft uitgevoerd. Deze verkenning volgt op een eerdere verkenning door het RIVM waarover uw Kamer vorig jaar is geïnformeerd (Kamerstuk 32 813, nr. 1085). Windturbines op land leveren een belangrijke bijdrage aan de transitie naar een duurzame energievoorziening, maar veroorzaken ook hinder, zoals door geluid of slagschaduw. Het is van belang de bestaande kennis met betrekking tot windturbines en gezondheidsrisico’s te blijven actualiseren en aan te vullen waar nodig.
De onderzoekers van Nivel hebben geanonimiseerde huisartsengegevens van een periode van tien jaar (van 2012 tot 2021) gekoppeld aan de nabijheid tot windturbines en aan bijbehorende geluidsniveaus. In deze verkennende studie is onderzocht of er aanwijzingen gevonden kunnen worden dat mensen die dichter bij windturbines wonen meer door de huisarts gediagnosticeerde gezondheidsklachten hebben dan mensen die verder weg van windturbines wonen. Belangrijk hierbij is dat met deze vorm van onderzoek eventuele samenhang kan worden aangetoond, maar niet of er dan ook een oorzakelijk verband is.
De conclusie van de verkenning is dat er over de jaren heen geen consistent significant verband is gevonden tussen het wonen in de buurt van windturbines of de bijbehorende geluidsniveaus en de aanwezigheid van aan de huisarts gepresenteerde gezondheidsproblemen. Problemen die eerder in de literatuur zijn genoemd op basis van zelfrapportage van omwonenden, zoals slaapverstoring, worden niet bevestigd in deze verkenning. Evenmin worden consistente significante verbanden gezien met meer indirecte gezondheidsgevolgen, zoals hart- en vaatziekten.
In deze verkenning is gebruik gemaakt van betrouwbare gezondheidsgegevens, van een grote steekproef en van een lange onderzoeksperiode. De verkenning heeft echter ook beperkingen. De belangrijkste is dat er relatief weinig mensen binnen 500 meter van een windturbine wonen, waardoor de statistische kracht om verbanden aan te tonen beperkt is.
In het eerste kwartaal van 2024 zal het RIVM – in opdracht van het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat en het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat – een onderzoek starten naar de blootstellingresponsrelatie voor zelfgerapporteerde effecten, gericht op de Nederlandse situatie, waarover uw Kamer reeds is geïnformeerd (Kamerstuk 32 813, nr. 1085). In dit onderzoek worden geluidsniveaus van windturbines («blootstelling») gekoppeld aan de mate van hinder en slaapverstoring («respons») bij omwonenden. De resultaten van het onderzoek worden begin 2027 verwacht, waarna ze aan uw Kamer worden aangeboden.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
E.J. Kuipers