[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Nederlandse inzending toetsingscyclus voor de rechtsstaat 2024

Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Brief regering

Nummer: 2024D00793, datum: 2024-01-15, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-21501-02-2797).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 21501 02-2797 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken .

Onderdeel van zaak 2024Z00303:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2023-2024

21 501-02 Raad Algemene Zaken en Raad Buitenlandse Zaken

Nr. 2797 BRIEF VAN DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 15 januari 2024

Mede namens de Minister van Justitie en Veiligheid, de Minister voor Rechtsbescherming, de Staatssecretaris van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties en de Staatssecretaris van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap, deel ik hierbij graag met uw Kamer de Nederlandse inzending op de vragenlijst van de Europese Commissie (hierna: de Commissie) in het kader van de toetsingscyclus voor de rechtsstaat 2024.

In het jaarlijkse rechtsstaatrapport doet de Commissie verslag van de rechtsstatelijke situatie in de Europese Unie als geheel en in de lidstaten afzonderlijk, waarbij wordt in gegaan op belangrijke ontwikkelingen in elke lidstaat sinds juli 2023. Dit doet de Commissie aan de hand van vier pijlers: 1) justitieel stelsel, 2) corruptiebestrijding, 3) pluriformiteit en vrijheid van de media en 4) andere institutionele kwesties die verband houden met checks and balances. Het rapport vormt de basis van het rechtsstaatmechanisme: een instrument waarmee de rechtsstaat in de Unie preventief en structureel gemonitord wordt om in een vroeg stadium eventuele problemen in de Unie te kunnen identificeren, te bespreken en gezamenlijk tot oplossingen te komen. Dit jaar zijn hiervoor 59 indicatoren opgesteld.

In de vragenlijst wordt aan de lidstaten specifiek gevraagd welke stappen er worden genomen om opvolging te geven aan de aanbevelingen die vanaf 2022 in de landenhoofdstukken van het rechtsstaatrapport zijn opgenomen. Nieuw is dat de lidstaten worden verzocht om, waar van toepassing, aan te geven wanneer de beschreven ontwikkelingen zijn gekoppeld aan investeringen uit de Herstel-en Veerkrachtfaciliteit. Ook is er in vergelijking met vorig jaar een aantal vragen verder uitgebreid en/of nader gespecificeerd. De specifieke vragen over COVID-19 zijn verwijderd en vervangen met een meer algemene vraag (vraag 47) over de regels rondom de toepassing van de noodtoestand. Ook is er een vraag (vraag 53) toegevoegd over het nationale proces rondom de prejudiciële procedure (artikel 267 TEU). In de beantwoording is rekening gehouden met wat Nederland voorgaande jaren reeds indiende, en wordt nader ingegaan op de aanbevelingen die Nederland in 2023 ontving.1

Het (virtuele) landenbezoek van de Commissie aan Nederland zal plaatsvinden op 18 en 19 maart 2024, waarbij de Commissie op ambtelijk niveau zal sprekenmet de meest betrokken vakdepartementen en met relevante (beroeps-)organisaties die actief zijn op het terrein van de rechtsstaat. De Commissie is voornemens om, op basis van onder meer de verkregen input, het rapport in juli 2024 te publiceren. De horizontale ontwikkelingen op het gebied van de rechtsstaat in de EU worden vervolgens besproken tijdens de jaarlijkse rechtsstaatdialoog in de Raad Algemene Zaken. Ook de landenhoofdstukken worden tijdens landenspecifieke dialogen besproken in de Raad Algemene Zaken. In lijn met de voorzitterschapsconclusies over de evaluatie van de rechtsstaatdialogen aangenomen tijdens de Raad Algemene Zaken van 12 december 2023, wordt de frequentie van de landenspecifieke dialogen verhoogd naar drie per jaar, waarbij per keer de staat van de rechtsstaat van vier lidstaten wordt besproken.2 De bespreking van het Nederlandse landenhoofdstuk is voorzien voor het najaar van 2024. Daarnaast is de verwachting dat, in lijn met de Nederlandse inzet, ook dit jaar thematische onderwerpen uit het rapport bij de Raad Justitie en Binnenlandse Zaken aan de orde komen. Het kabinet blijft zich er voor inzetten dat het rechtsstaatrapport ook in deze vakraad op structurele basis wordt besproken.

De Minister van Buitenlandse Zaken,
H.G.J. Bruins Slot


  1. Zie ook de kabinetsreactie op het rechtsstaatsrapport 2023, Kamerstukken, 2022–2023, 21 501-02, nr. 2772.↩

  2. Kamerstuk 21 501-02, nr. 2791.↩