[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Inbreng verslag van een schriftelijk overleg over de geannoteerde agenda Informele Raad Buitenlandse Zaken Defensie van 30 en 31 januari 2024

Inbreng verslag schriftelijk overleg

Nummer: 2024D01127, datum: 2024-01-17, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 5

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2024D01127).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2024Z00362:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


2024D01127 Binnen de vaste commissie voor Defensie hebben de onderstaande fracties de behoefte vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister van Defensie over de Informele Raad Buitenlandse Zaken Defensie van 30 en 31 januari 2024.

De fungerend voorzitter van de commissie,

De Roon

De adjunct-griffier van de commissie,

Manten

Inhoudsopgave

I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie

Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie

Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie

Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie

Vragen en opmerkingen van de leden van de BBB-fractie

Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie

Vragen en opmerkingen van de leden van de SGP-fractie

Vragen en opmerkingen van de leden van de Volt-fractie

II Antwoord / Reactie van de Minister

III Volledige agenda

I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

Vragen en opmerkingen van de leden van de PVV-fractie

De leden van de PVV-fractie hebben de brief van de Minister met interesse gelezen en hebben de volgende vragen.

De leden van de PVV-fractie vragen of de Minister met concrete stappen komt om munitie niet enkel in het buitenland te laten produceren maar munitie ook weer in Nederland te laten produceren.

De leden van de PVV-fractie vragen of de Minister de huidige stappen die genomen worden in de gemeenschappelijke aanschaf van munitie ziet als een opstap naar de totstandkoming van een Europees leger.

Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie

De leden van de VVD-fractie hebben enkele vragen over een audit van de Europese Commissie naar de wapenleveranties aan Oekraïne door lidstaten zoals bericht in de Financial Times van 16 januari 20241. Kan de Minister meer melden over het doel en de reikwijdte van de audit, en wat er met de resultaten zal worden gedaan? Daarnaast delen de leden van de VVD-fractie de inschatting van de Duitse regering dat sommige (grote) Europese landen relatief weinig steun lijken te geven in vergelijking met anderen. Deelt de Minister deze analyse, en zo ja, hoe is zij van plan om samen met Duitsland op te trekken om achterblijvers zover te krijgen hun been bij te trekken?

De leden van de VVD-fractie zijn daarnaast van mening dat de Europese Vredesfaciliteit (EVF) snel opgehoogd moet worden ten behoeve van Oekraïne. Kan de Minister een update geven van de stand van zaken van de gesprekken? Kan zij daarnaast aangeven of de enige blokkade voor ophoging inderdaad bij Hongarije ligt? Indien dat het geval is, wordt het dan niet op enig moment tijd om met de andere EU-lidstaten de EVF op te hogen, temeer daar dit toch een instrument buiten het Meerjarig financieel kader (MFK) is? Hoe kijkt het kabinet hier tegenaan?

De leden van de VVD-fractie hebben enkele vragen over de trainingsmissie EUMAM Oekraïne. Hoe kunnen Nederland en andere bondgenoten meer leren van, en kennis opdoen over, de daadwerkelijke Oekraïense manier van optreden op het slagveld, zodat we trainingsprogramma’s aan Oekraïense eenheden kunnen verbeteren en de door Oekraïners opgedane lessen en ervaringen in onze eigen manier van opleiden en oefenen tegen de dreiging van Rusland kunnen verwerken?

Ten aanzien van de wapenleveringen van wapens en munitie aan Oekraïne vragen de leden van de VVD-fractie hoe Nederland en Europese bondgenoten van plan zijn dit jaar en de komende jaren de balans te herstellen tussen het verhogen van de eigen inzetbaarheid en leveringen aan Oekraïne, waarbij het uitgangspunt dient te zijn dat er op beide aspecten extra stappen gezet worden? Wanneer komt bijvoorbeeld de aankoop van munitie in derde landen met Europese gelden in beeld, op het moment dat de Europese Defensie-industrie niet op korte termijn het benodigde kan leveren?

De leden van de VVD-fractie hebben enkele vragen en opmerking ten aanzien van de door de Commissie aangekondigde plannen voor een Europese Defensiestrategie, European Defence Investment Programme en European Defence Investment Programme (EDIS en EDIP). Verwacht het kabinet dat deze pas ten uitvoering komen tijdens een nieuwe Commissie, of zijn er voor die tijd al stappen te verwachten? Daarnaast hebben de leden van de VVD-fractie enkele opmerkingen over de Nederlandse inzet. Zij vinden het goed dat Nederland zich actief in deze discussie mengt, en ook actief inzet op aanwending van Europese fondsen om NAVO-capaciteitstekorten weg te werken en op openheid van (grensoverschrijdende) waardeketens voor het MKB. Zij vragen de Minister rond de aankomende Raad Buitenlandse Zaken Defensie ook tegen Eurocommissaris Breton te benadrukken dat de Europese Commissie zich ervoor moet inzetten dat banken en andere financiële instellingen meer kunnen investeren in de Defensiesector, en dat eventuele barrières worden weggenomen. Is de Minister daartoe bereid?

De leden van de VVD-fractie zien ook dat een belangrijke hindernis bij het opschalen van munitieproductie en andere projecten van nationale veiligheid (zoals het realiseren van voldoende oefenruimte of uitbreiding en nieuwbouw van kazernes) zit bij de vergunningverlening. Rond de energiecrisis is via de Renewable Energy Directive mogelijk gemaakt om voor duurzame energieprojecten en uitbreiding van het stroomnet te werken met een snellere vergunningsverlening met maximale tijdslimieten en lichtere procedures. Is de Minister van mening dat een dergelijke systematiek ook zou moeten gelden voor projecten van nationale veiligheid, en is zij bereid hierop aan te dringen bij de Europese Commissie als onderdeel van de aangekondigde industriestrategie?

Daarnaast hebben de leden van de VVD-fractie nog enkele vragen en opmerkingen over de openheid van programma’s voor (NAVO-)partnerlanden die geen lid zijn van de Europese Unie zoals de Verenigde Staten, het Verenigd Koninkrijk en Oekraïne. De leden van de VVD-fractie zouden graag zien dat de gezamenlijke ontwikkeling van wapensystemen ook openstaat voor deze landen, op voorwaarde dat zij ook bijdragen aan de verleende subsidies en het gezamenlijk ontwikkelde wapensysteem ook aanschaffen. Dit kan verdere schaalvoordelen opleveren, vermindert duplicatie binnen de NAVO, voorkomt dat bestaande samenwerkingsverbanden verstoord raken onder het mom van «meer Europese samenwerking», en bevordert de uitwisseling van geavanceerde technologie en kennis. Hoe kijkt het kabinet hier tegenaan, en is de Minister bereid zich hiervoor in te zetten?

De leden van de VVD-fractie lezen nu dat Nederland er alleen voor pleit deelname aan gezamenlijke aankopen open te stellen voor niet-leden van de EU, maar is het kabinet niet van mening dat landen vooral geneigd zijn hieraan deel te nemen als hun bedrijven in ruil hiervoor ook deel kunnen nemen aan de productie?

Tot slot hebben de leden van de VVD-fractie nog enkele vragen over de mogelijke EU-missie in de Rode Zee ter bescherming van koopvaardij. Zou deze separaat opereren van het door de VS geleide Prosperity Guardian, inclusief aansturing vanuit een apart hoofdkwartier? Zo ja, wat is de reden om niet aan te sluiten bij het Amerikaanse initiatief, aangezien de Verenigde Staten en Europa toch beiden het doel hebben de vrije zeevaart te borgen? Zou één gezamenlijke missie niet zorgen voor een effectieve inzet van schepen en inlichtingen, waarbij de Europese deelnemers optimaal gebruik kunnen maken van de Amerikaanse aanwezigheid in de regio?

Vragen en opmerkingen van de leden van de NSC-fractie

De leden van de NSC-fractie wensen de volgende vragen aan de Minister voor te leggen:

Hoe kijkt Nederland aan tegen een GVDB-missie (Gemeenschappelijk Veiligheids- en Defensiebeleid) op de Rode Zee en welke vorm zou de voorkeur van Nederland hebben? Kan de Minister opheldering geven over de stand van zaken in de Europese discussies over deze mogelijke missie in relatie tot de huidige acties waar Nederland wel aan deelneemt en geen andere EU-landen, zo vragen de leden.

Welke prioriteiten heeft Nederland voor de Europese Defensie Industrie Strategie en zijn deze door de Eurocommissaris meegenomen? Hoe kijkt Nederland aan tegen het voorstel van Eurocommissaris Breton voor een nieuw EU-Defensiefonds van € 100 miljard, zo vragen de leden.

Vragen en opmerkingen van de leden van de D66-fractie

De leden van D66-fractie danken de Minister voor de geannoteerde agenda van Raad Buitenlandse Zaken Defensie van 30 en 31 januari 2024. Deze leden hebben daar enkele vragen bij.

Jemen

De leden van D66-fractie steunen de Nederlandse bijdrage inzake de reactie van onze bondgenoten op de aanvallen van de Houthi’s in Jemen. Deze leden vinden het positief dat de EU momenteel bezig is met het opzetten van een missie aan de Rode Zee, omdat dit de veiligheid van civiele schepen waarborgt. Echter vragen de leden van D66-fractie zich af of de gewenste unanimiteit bereikt kan worden binnen de EU, gelet op meningsverschillen bij verschillende lidstaten over de operationele inzet.

Tegelijkertijd vragen de leden van de D66-fractie zich af hoe de Nederlandse bijdrage qua capaciteit er uit zou komen te zien en hoe deze zal veranderen als er sprake blijkt te zijn van een regionale spillover en escalatie op korte termijn.

Militaire hulp Oekraïne/Europese productie

De leden van de D66-fractie zijn ongerust over het verloop van de oorlog in Oekraïne en het feit dat dit voor een groot deel te wijten is aan de uitgebleven of achtergestelde wapenleveranties, wat weer samenhangt met tekorten binnen de EU. Deze leden zijn benieuwd of de Minister van mening is dat de gestelde projectiedeadline van maart/april 2024 haalbaar is qua opschalen van productie. Zo niet, welke andere plannen liggen er op tafel? Wordt er nagedacht over het (tijdelijk) opschorten van wapenexport richting de niet-EU landen?

De leden van de D66-fractie zijn van mening dat de vertraging met betrekking tot het ophogen van de Europese Vredesfaciliteit de Europese slagkracht schaadt. Om deze reden vragen de leden van de D66-fractie zich af welke maatregelen de Minister op tafel wil leggen om verdere vertraging te voorkomen, bijvoorbeeld als het gaat om de blokkerende positie van Hongarije.

Tegelijkertijd zijn de leden van de D66-fractie benieuwd wat de Nederlandse bijdrage zal inhouden met betrekking tot de gestelde prioriteiten, in het bijzonder de Rapid Deployment Capacity en of dat enigszins verband houdt met de ontwikkelingen rondom de European Peace Facility (EPF).

De leden van de D66-fractie zouden de urgentie van verdere Europese samenwerking op onder andere dit punt willen benadrukken, te meer nu er steeds meer geluiden zijn dat de NAVO zich moet voorbereiden op een militaire confrontatie met Rusland op de lange termijn. De leden van de D66-fractie zijn in die zin benieuwd in hoeverre de plannen van verschillende lidstaten om productiefabrieken in Oekraïne zelf te steunen de gewenste resultaten zal opleveren, mede gelet op het feit dat Rusland al heeft aangekondigd deze als legitieme militaire doelen te zien? Wordt er rekening gehouden met de mogelijkheid dat deze fabrieken te zijner tijd disfunctioneel zouden kunnen zijn door Russische aanvallen?

Tegen het licht van de besprekingen in Davos zijn de leden van de D66-fractie benieuwd of het kabinet het standpunt van het Pentagon deelt dat Kyiv zijn strategie moet wijzigen van aanvallend naar defensief. Dit zou namelijk betekenen dat Oekraïne snel de beschikking moet hebben over de nodige wapens om enerzijds de demarcatielijnen te kunnen behouden, anderzijds voldoende tijd te hebben voor een counteroffensief. De conclusie voor de leden van de D66-fractie is dus dat wapenleveranties hoe dan ook dienen te worden versneld.

Tot slot vragen de leden van de D66-fractie zich af wanneer het kabinet verwacht om de beloofde F16-s eindelijk aan Oekraïne over te dragen en of er enige indicatie is wanneer die operationeel zouden kunnen zijn, aangezien president Zelensky het uitblijven van capaciteiten in de lucht als een van de redenen benadrukte voor het niet voldoende slagen van het counteroffensief door Kyiv?

Vragen en opmerkingen van de leden van de BBB-fractie

De leden van de BBB-fractie nemen kennis van Raad Buitenlandse Zaken Defensie en hebben daarover een aantal aanmerkingen en vragen.

Er wordt gesproken over een mogelijke GVDB-missie naar de Rode Zee. De leden van de BBB-fractie benadrukken nogmaals het belang van een vrije doorvaart voor de veiligheid en welvaart van Nederland. Daarom staan de leden van de BBB-fractie positief tegenover een missie. Zij vragen zich wel af of het raamwerk van het gemeenschappelijk veiligheids- en defensiebeleid de meest efficiënte vorm is. De huidige Nederlandse bijdrage aan de veiligheid in de Rode Zee staat onder leiding van de Verenigde Staten, die ervaring hebben met zulke missies. Een GVDB-missie die zich concurrerend opstelt richting Operation Prosperity Guardian steunen de leden van de BBB-fractie niet. De leden van de BBB-fractie zouden liever extra bijdragen aan Operation Prosperity Guardian. Is het kabinet van plan het voorstel van de Europese Commissie te steunen? Zo ja, welke bijdrage wil zij doen?

Graag zien de leden van de BBB-fractie ook dat landen in de regio een bijdrage doen aan de beveiliging van de Rode Zee. Kan de Minister een beeld geven van de activiteiten die Egypte, Saudi-Arabië en Djibouti ondernemen tegen piraterij? Kan de Minister in Europees en internationaal verband zich inzetten om deze landen duurzaam te betrekken bij het beveiligen van scheepvaartroutes in hun eigen regio?

EU-landen zijn verdeeld over de aanvallen op Houthi-doelen van afgelopen week. Nederland is het enige land dat deze aanvallen actief heeft ondersteund. De leden van de BBB-fractie hechten er veel waarde aan als de Minister zich tijdens de Raad Buitenlandse Zaken Defensie actief uitspreekt vóór onze bijdrage en aan Europese collega’s duidelijk maakt dat Nederland dat ook in het Europese belang doet.

De NAVO heeft zich herpakt na de inval van Rusland in Oekraïne en het NAVO New Force Model (NFM) ontwikkelt regionale plannen om Europa te weren tegen een Russische inval. Deze plannen vergen een veel grotere inspanning van Nederland om mensen, middelen en eenheden gereed te stellen. In hoeverre kan Nederland aan deze plannen voldoen? Wil Nederland zich conformeren aan de capaciteitsdoelen die de NAVO stelt qua aantallen en type eenheden benodigd voor het NAVO NFM en de Regional Plans, zo vragen de leden van de BBB-fractie.

Het is goed dat Europa zichzelf wil herbewapenen en haar eigen Defensie-industrie daarvoor wil versterken. Is de Minister van plan om tijdens de Raad Buitenlandse Zaken Defensie duidelijk te maken dat Nederland op haar eigen grondgebied bereid is om haar bijdrage te leveren aan de productie van munitie binnen Europa?

Is de Minister op de hoogte van het Estse initiatief dat in Estland een economisch gebied ontwikkelt om munitie te produceren en dat Nederland en/of Nederlandse bedrijven mee kunnen doen? Is de Minister voornemens om met de Estse delegatie daar verder over te spreken?

Aangaande materiële militaire steun hechten de leden van de BBB-fractie waarde aan een evenredige en effectieve bijdrage door Nederland. Voor het draagvlak bij toekomstige steun aan Oekraïne is het dan ook van groot belang dat Frankrijk, Italië en Spanje een grotere bijdrage doen. Wil de Minister deze landen hierop aanspreken?

Diverse landen, zoals Bulgarije en Estland, hebben bilaterale veiligheidsarrangementen vastgelegd met Oekraïne. Is Nederland voornemens met Oekraïne een bilateraal veiligheidsarrangement vast te leggen? Zo ja, wat is de status van de onderhandeling? Zijn de bilaterale veiligheidsarrangementen een onderwerp van gesprek en zo ja, wilt u de commissie voor Defensie daar dan, eventueel in een vertrouwelijke briefing, uitgebreid over informeren?

De leden van de BBB-fractie maken zich ernstige zorgen over de veiligheidssituatie in de Sahel en de spill-over effecten die deze situatie heeft op de leefbaarheid in de regio, de migratiedruk uit de regio en de verslechtering van de rechtstaat en democratische grondvesten van de landen in de Sahel. Er waren meer dan zeven militaire coups in de Sahel afgelopen jaar. Een terugtrekkende EU en Franse krijgsmacht, de diplomatie die wordt opgevuld door Chinese bedrijven en het Russische Wagner dat voor geld, invloed en macht klussen klaart voor de overheid en gewapende groepering in de Sahel. De leden van de BBB-fractie erkennen de treurnis van het kabinet met betrekking tot het stopzetten van de civiele en militaire EU-missie in Niger. Graag zien deze leden aandacht van de Minister op de Raad Buitenlandse Zaken Defensie voor deze situatie. Graag zien deze leden ook een reactie van de Minister in hoeverre Nederland bereid is om in deze strategische competitiefase in de Sahel capaciteiten gereed te stellen en/of in te zetten om een vinger aan de pols te houden in het geval dat nodig is.

Wat betreft de verschillende plannen en fondsen voor de Europese Defensie-industrie roepen de leden van de BBB-fractie de Minister op tot terughoudendheid. De basishouding van deze leden richting zulke fondsen is positief, maar het risico bestaat dat de focus op Europese samenwerking de middelen om in Nederland de «herbewapeningsindustrie» aan te zwengelen kannibaliseert. Om anderen te helpen moet Nederland eerst haar binnenlandse situatie aangaande de productie van munitie, materieel en paraatheid op orde hebben. Is de Minister het eens met deze conclusie? Daarnaast bestaat bij de leden van de BBB-fractie de vrees dat Europese fondsen en projecten voornamelijk hun neerslag zullen vinden bij de capaciteiten van Duitsland en Frankrijk, vanwege de invloed van deze landen op Europese besluitvorming. Wat doet de Minister om dit te voorkomen?

De leden van de BBB-fractie vinden de gestelde doelen van het Belgisch voorzitterschap van de Raad mooi klinken, voornamelijk «burgers en grenzen beschermen» en «Europa als wereldspeler promoten». In die context is het alleen wel schrijnend dat België nauwelijks een bijdrage doet aan die doelstellingen. Door slechts 1,13% van haar BBP aan Defensie te besteden draagt België zeer beperkt bij aan de collectieve veiligheid van ons NAVO-bondgenootschap. Het is de op een na kleinste bijdrage aan de 2% afspraken die we met de NAVO gemaakt hebben. Is de Minister bereid om ons zuidelijk buurland aan te spreken op deze discrepantie tussen retoriek en praktijk en daarbij het belang van investeringen in onze veiligheid te benadrukken?

Vragen en opmerkingen van de leden van de SP-fractie

De oorlog in Oekraïne

De leden van de SP-fractie hebben met belangstelling de geannoteerde agenda gelezen en merken op dat een kleine wijziging in de formulering van het kabinet opvalt in de opstelling over de oorlog in Oekraïne. Werd in de afgelopen jaren gesteld dat Oekraïne bepaalt wat er nodig is, meldt het kabinet nu dat Nederland belang hecht Oekraïne te steunen, «voor zo lang dat nodig is.» Deze formulering maakt het mogelijk dat ook andere landen dan Oekraïne bepalen hoe lang die steun nodig is. Wat is het voorstel van Nederland op dit moment?

Dat leidt bij de leden van de SP-fractie tot de vraag wat de nieuwe strategie in de oorlog moet worden nu het contraoffensief niet heeft opgeleverd wat ervan werd gehoopt. Dat laatste gaf president Zelensky begin december 2023 toe. Hoe beoordeelt het kabinet de huidige stand van zaken? Is er sprake van een patstelling, of niet? Heeft het kabinet kennisgenomen van voorstellen van oud-premier Tymosjenko van Oekraïne, thans lid van het parlement, om te onderhandelen?

De grote vraag die op tafel ligt is; wat wil Oekraïne, wat wil Nederland en wat wil de EU? Wat worden de gezamenlijke doelen in de volgende fase van de oorlog? Het ligt naar het oordeel van de leden van de SP-fractie voor de hand te concluderen dat daarover eenstemmigheid moet bestaan. Is eenstemmigheid van de EU nodig naar het oordeel van het kabinet? Hoe groot acht de Minister de kans dat er een verdeelde EU, of een EU van meerdere snelheden ontstaat in de bewapening van Oekraïne?

Uit berichten in de media leerden de leden van de SP-fractie al dat EU-lidstaat Slowakije geen wapens meer wilde leveren aan Oekraïne, maar er op aandringt te onderhandelen over beëindiging van de oorlog. Van een Minister van Italië begrepen de leden van de SP-fractie dat hij een dubbelstrategie wil. Daarmee bedoelt Italië steun aan Oekraïne én onderhandelen over een einde aan de oorlog. Wat is het oordeel van het kabinet daarover en deelt het kabinet de opvatting dat het uitblijven van de beloofde militaire middelen, zoals voldoende wapens, om alleen al logistieke redenen remmend werkt op een effectieve Oekraïense strategie? Zo nee, waarom niet?

Er van uitgaande dat deze observaties kloppen leidt dat -nogmaals- tot de vraag; wat wordt de strategie en wat is de inbreng van de EU hierin? En ten aanzien van het informele beraad van EU-Ministers van Defensie, volgende week, is de vraag; wat stelt Nederland voor? Hoe lang moet het duren voordat er een strategie is vastgesteld?

Acht het kabinet het mogelijk dat beraad tijdens het Wereld Economisch Forum in Davos leidt tot een onderhandelingsstrategie of een dubbelstrategie zoals Italië voorstelt?

De EU en de spanningen in de Rode Zee

De leden van de SP-fractie waren niet alleen teleurgesteld in de graatmagere juridische onderbouwing om steun te geven aan de bombardementen op Jemen op 12 januari jl. en daarna, maar merken ook op dat de EU totaal verdeeld is over deze militaire aanpak.

Het feit dat Ansar Allah, de Houthi’s, de aanvallen op schepen die een connectie met Israël hebben aanvallen en geen totale aanval op al het scheepvaartverkeer uitvoeren is al een aanwijzing dat de ratio niet is om al het scheepvaartverkeer te treffen. De Houthi’s hebben van het begin af aan gesteld dat zij een staakt-het-vuren eisen. Dat zetten zij kracht bij met deze gewelddadige en wederrechtelijke middelen, maar dat beleid is naar het oordeel van de leden van de SP-fractie gemakkelijk te wijzigen door een staakt-het-vuren af te dwingen in de genocidale oorlog van Israël tegen de Palestijnen in Gaza.

Is het kabinet bereid zich door andere EU-lidstaten, zoals Spanje en België, te laten overtuigen om afstand te nemen van gewelddadigheden in Jemen? Op welke wijze wil Nederland de EU overtuigen dat dit beleid niet leidt tot escalatie van gewelddadigheden in steeds grotere delen van het Midden-Oosten?

Israël en de oorlog in Gaza

De leden van de SP-fractie dringen er bij het kabinet op aan een staakt-het-vuren te bepleiten. Dat geldt ook voor de EU. De leden van de SP-fractie willen dat de EU politieke initiatieven neemt om de oorlog te beëindigen en ook te komen tot beëindiging van de bezetting van de Palestijnse gebieden.

Vragen en opmerkingen van de leden van de SGP-fractie

De leden van de SGP-fractie hebben kennisgenomen van de stukken ten behoeve van de Informele Raad Buitenlandse Zaken Defensie van 30 en 31 januari en hebben de volgende vragen:

Wordt er door de verschillende donorlanden aan Oekraïne voldaan aan de door de EDEO geschatte benodigde € 5 miljard, zo vragen de leden van de SGP-fractie. Is het kabinet ook bereid de benodigdheden voor Nederlandse munitieproductie te inventariseren? Welke randvoorwaarden zouden er moeten zijn voor munitieproductie in Nederland, zo vragen de leden van de SGP-fractie. Het kabinet doet dit waar mogelijk met inschakeling van de Nederlandse industrie. Is het kabinet ook bereid meer Nederlandse industrie te steunen die in de markt wil stappen?

Wordt bij Europese vraagbundeling voor munitieproductie naast de kwantiteit en economische zekerheid bieden ook de gewenste snelheid geboden of werkt deze samenwerking eerder vertragend, zo vragen de leden van de SGP-fractie.

De leden van de SGP-fractie zijn benieuwd naar de mogelijke EU-missie in de Rode Zee. Hoe wordt voorkomen dat deze dubbel werk verricht dat al door andere missies en operaties zoals Prosperity Guardian wordt gedaan?

Hoe verhouden de Capability Developmenn Priorities van de European Defence Agency (EDA) zich tot het NAVO DPP-proces en de capability reviews van landen, zo vragen de leden van de SGP-fractie.

Is het kabinet bereid zich meer in te zetten voor gezamenlijke inkoop in die coalities van willende staten in plaats van de EDA, zo vragen de leden van de SGP-fractie. Hoe wil het kabinet de verschillende dilemma’s rond zoveel mogelijk munitie, zo snel mogelijk, maar ook voor een redelijke prijs verenigen?

Vragen en opmerkingen van de leden van de Volt-fractie

Naar aanleiding van de vorige Raad Buitenlandse Zaken Defensie vragen de leden van de Volt-fractie zich af hoe het staat met het voornemen van Nederland om in 2025 troepen te leveren voor de Rapid Deployment Capacity (RDC). Zij vragen zich af of de Minister knelpunten kan schetsen met betrekking tot de inzet van Nederlandse troepen. Bovendien vragen zij zich af waarom Nederlandse troepen niet dit jaar al geleverd worden voor de oefening van de RDC.

De leden van de Volt-fractie vragen zich af hoe een Nederlandse bijdrage aan een eventuele nieuwe GDVB-missie in de Rode Zee eruit ziet. Zij vragen zich ook af welke afwegingen het kabinet maakt in het al dan niet steunen van een nieuwe missie ten opzichte van reeds bestaande missies, zoals EMASoH-Agenor en Atalanta. De leden willen graag van het kabinet weten welke bezwaren andere EU-landen, zoals Spanje, hebben tegen het integreren van deze missie in (één van) bovenstaande initiatieven, en hoe het kabinet deze bezwaren weegt. Verder vragen de leden van de Volt-fractie zich af of de Minister het krachtenveld binnen de EU kan schetsen over het al dan niet ingrijpen in de Rode Zee. De leden zouden graag horen van de Minister hoe zij de risico’s ten aanzien van een mogelijke escalatie van het conflict met Iran weegt.

De leden van de Volt-fractie vragen zich af hoe de Minister reflecteert op het feit dat Nederland het land is dat zich binnen de EU relatief gezien het meest gemengd heeft in de aanval op de Houthi-rebellen. Zij vragen zich af in hoeverre hier in EU-verband ook negatieve reacties op zijn gekomen. Bovendien zouden zij van de Minister willen weten of het kabinet in dergelijke operaties een voortrekkersrol ziet voor Nederland, en waarom (niet).

De leden van de Volt-fractie steunen de oproep van Eurocommissaris Breton om meer financiering vrij te maken voor noodzakelijke investeringen in ons gezamenlijke, Europese veiligheids- en defensiebeleid. De leden van de Volt-fractie horen graag hoe het kabinet hiernaar kijkt, evenals hoe deze aanvullende financiering opgebracht zou moeten worden, en welk bedrag het kabinet daarin idealiter voor ogen heeft. Zij horen graag van de Minister of deze ook open staat voor aanvullende publieke financiering door middel van gezamenlijke, Europese uitgifte van schuldpapier. Ook horen de leden van de Volt-fractie graag of de Minister bereid is in Europees verband te laten uitzoeken hoeveel extra investeringen er de komende jaren nodig zijn om de defensiecapaciteiten in Europa op peil te krijgen en in hoeverre deze aansluiten bij de oproep van Eurocommissaris Breton om € 100 miljard extra te investeren.

Verder horen de leden van de Volt-fractie graag hoe de Minister aankijkt tegen de oproep van Eurocommissaris Breton om te stoppen met de export van materieel naar niet-EU-landen, zeker in het kader van langjarige contracten waaraan niet zomaar onttrokken kan worden. Tot slot vragen de leden van de Volt-fractie zich in dit kader ook af wat de exacte inzet van het kabinet zal zijn ten aanzien van de EDIP en de EDIS, evenals waar een volgend kabinet zich op zou moeten focussen ten aanzien van verdere Europese integratie van de defensie-industrie. Zij horen daarbij graag hoe groot de investeringen van de Nederlandse overheid in defensie-industrie zijn die langs nationale lijnen lopen, afgezet tegen de investeringen die in Europees verband worden gedaan. Deze leden wijzen de Minister daarbij op de benchmark van de EDA van 35% voor gezamenlijke investeringen. Ook vragen de leden van de Volt-fractie zich nog af welk percentage van het Defensiebudget Nederland momenteel investeert in onderzoek en ontwikkeling, en hoe dat zich verhoudt tot andere Europese lidstaten.

De leden van de Volt-fractie horen graag hoe de Minister de oproep van de Commandant der Strijdkrachten beziet ter vorming van een Europees leger en hoe zij aankijkt tegen de Commandant der Strijdkrachten die zich uitspreekt over de onwenselijkheid van een primair nationaal aangedreven defensie-industriebeleid. Meer specifiek zouden de leden van de Volt-fractie willen weten of de Minister de Leopard 24 procurement initiative ziet als een goed voorbeeld van specialisatie en welke mogelijkheden zij ziet om dergelijke initiatieven ook op andere vlakken van de defensie-industrie toe te passen (ook tegen de achtergrond van de EDIS).

De leden van de Volt-fractie ondersteunen verder de oproep van bondskanselier Scholz om per lidstaat duidelijk inzichtelijk te maken welke militaire steun in 2024 aan Oekraïne gegeven kan worden per lidstaat. Zij vragen zich af hoe het kabinet hierin staat en wat de huidige stand van zaken van deze lijst is voor Nederland. Tot slot vragen de leden zich af of er een Europese analyse wordt gemaakt wat lidstaten aan belangrijke defensie-productiecapaciteit hebben en hoe deze opgeschaald kan worden. Zo niet, dan horen de leden van de Volt-fractie graag of de Minister hiertoe in Europees verband zou willen oproepen, en zo nee, waarom niet.

II Antwoord/ Reactie van de Minister

III Volledige agenda

1. Geannoteerde agenda Informele Raad Buitenlandse Zaken Defensie 30 en 31 januari

2024Z00362 – Brief regering d.d. 16-01-2024

Minister van Defensie, K.H. Ollongren – Geannoteerde Agenda Informele Raad Buitenlandse Zaken Defensie 30 en 31 januari 2024

2. Verslag Raad Buitenlandse Zaken Defensie d.d. 14 november 2023

21 501-28, nr. 261 – Brief regering d.d. 21-11-2023

Minister van Defensie, K.H. Ollongren – Verslag Raad Buitenlandse Zaken Defensie d.d. 14 november 2023


  1. Financial Times, 16 januari 2024, Brussels audits EU states» arms supplies to Ukraine (https://www.ft.com/content/af95ad49-2529-48d4-9a2b-8e10dbc28eeb)↩︎