Actieagenda Netcongestie Laagspanningsnetten
Voorzienings- en leveringszekerheid energie
Brief regering
Nummer: 2024D01745, datum: 2024-01-22, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-29023-458).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: R.A.A. Jetten, minister voor Klimaat en Energie (D66)
- Probleemanalyse Congestie in het laagspanningsnet
- Beslisnota bij Kamerbrief Actieagenda Netcongestie Laagspanningsnetten
- Actieagenda netcongestie laagspanningsnetten
Onderdeel van kamerstukdossier 29023 -458 Voorzienings- en leveringszekerheid energie.
Onderdeel van zaak 2024Z00739:
- Indiener: R.A.A. Jetten, minister voor Klimaat en Energie
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Economische Zaken
- 2024-01-23 15:30: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-01-24 14:00: Nieuwe maatregelen netcongestie (Commissiedebat), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
- 2024-02-06 17:00: Procedurevergadering commissie Economische Zaken en Klimaat (Procedurevergadering), vaste commissie voor Economische Zaken en Klimaat (2017-2024)
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023-2024 |
29 023 Voorzienings- en leveringszekerheid energie
Nr. 458 BRIEF VAN DE MINISTER VOOR KLIMAAT EN ENERGIE
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 22 januari 2024
Met deze brief bied ik uw Kamer de Actieagenda Netcongestie Laagspanningsnetten (hierna genoemd «Actieagenda») aan. Met deze Actieagenda voldoe ik ook aan de toezegging tijdens het commissiedebat Elektriciteitsnet, energie-infrastructuur en RES (d.d. 9 maart 2023 (Kamerstukken 31 239 en 30 196, nr. 372)). Op 18 oktober jl. heb ik aangekondigd dat het kabinet extra maatregelen neemt om netcongestie tegen te gaan.1 De maatregelen die in die brief specifiek voor laagspanningsnetten waren aangekondigd, zijn ook opgenomen in deze actieagenda. Gezien de maatschappelijke gevolgen van netcongestie op het laagspanningsnet voor huishoudens, kleine bedrijven en maatschappelijke organisaties, zet ik mij ten volle in om de aangekondigde maatregelen zo snel en zorgvuldig mogelijk uit te voeren.
De Actieagenda richt zich op het zoveel mogelijk voorkomen, zo snel mogelijk oplossen en waar nodig mitigeren van de gevolgen van netcongestie op de laagspanningsnetten. De actieagenda is opgesteld door onafhankelijk coördinator Stephan Brandligt, in constructieve samenwerking met netbeheerders, VNG, IPO, BZK, IenW, ACM, kennisinstellingen, brancheorganisaties en marktpartijen en mijn eigen ministerie.2 Deze partijen hebben zich gecommitteerd aan de maatregelen uit de Actieagenda. De Actieagenda is in korte tijd dankzij de inspanningen van deze partijen tot stand gekomen. Ik ben daarom zeer erkentelijk voor de inzet die zij hieraan geleverd hebben en de betrokkenheid die blijkt uit hun bereidheid om zich aan het eindresultaat te verbinden.
In deze brief bespreek ik eerst kort de problematiek op de laagspanningsnetten. Daarna licht ik de maatregelen in de Actieagenda toe. Ik sluit af met een beschrijving van het vervolg.
Netcongestie op laagspanningsnetten
De energietransitie vereist een enorme verbouwing van het energiesysteem, waarbij fossiele brandstoffen onder andere plaatsmaken voor duurzame elektriciteit. De toename van de vraag naar elektriciteit van bedrijven en huishoudens heeft consequenties voor het elektriciteitsnet. Zoals ik in mijn brief van 18 oktober schetste, komen de grenzen van het elektriciteitsnet in zicht: in steeds meer gebieden in het land, in steeds grotere mate, en op meerdere spanningsniveaus (hoog-, midden- en laagspanning). Ook het laagspanningsnet – dat elektriciteit transporteert van en naar kleinverbruikers zoals huishoudens, kleine bedrijven en maatschappelijke instellingen – heeft te maken met congestieproblematiek. Netcongestie op hoog- en middenspanningsniveau is ook van invloed op congestie op de laagspanningsnetten en vice versa.
Uit de probleemanalyse van netbeheerders en andere betrokken partijen blijkt dat indien geen maatregelen worden ondernomen, tot 2030 anderhalf miljoen kleinverbruikers getroffen kunnen worden door netcongestieproblematiek. Problemen waar mensen in dat geval mee te maken kunnen krijgen, variëren van knipperende lampen en apparatuur die niet goed werkt tot risico op storingen of afschakeling van afnemers en zonnestroomomvormers. Zonder aanvullende maatregelen is de verwachting dat de wachttijd voor nieuwe of zwaardere kleinverbruikaansluitingen tot en met 2030 significant toeneemt. Door tijdig ingrijpen kan deze problematiek zoveel mogelijk worden voorkomen of beperkt. Gezien de mogelijke negatieve gevolgen voor Nederlandse huishoudens, bedrijven en maatschappelijke instellingen, vindt het kabinet het van groot belang direct de schouders onder de uitvoering van de maatregelen in de Actieagenda te zetten.
Om effectief op te treden tegen de actuele en verwachte problemen op de laagspanningsnetten bevat de Actieagenda maatregelen die inzetten op:
1. het versnellen van het verzwaren en uitbreiden van de laagspanningsnetten;
2. het verbeteren van het inzicht in de (toekomstige) belasting van de laagspanningsnetten; en
3. lokale afstemming van elektriciteitsvraag en -aanbod ter voorkoming van piekbelasting.
Versnellen van netverzwaring en netuitbreiding
De omvang van de benodigde netverzwaringen is dusdanig groot dat met de huidige manier van werken niet alle netverzwaringen tijdig gerealiseerd kunnen worden. Dit komt met name door onvoldoende beschikbaarheid van arbeidskrachten, materiaal. Om dit probleem te ondervangen, bevat de Actieagenda een maatregel om te onderzoeken hoe de uitvoeringscapaciteit van netbeheerders kan worden vergroot. Ook de ruimtelijke inpassing vormt een uitdaging. Dit vraagt om een goede samenwerking tussen regionale netbeheerders en gemeenten, onder andere om ervoor te zorgen dat plannen goed op elkaar afgestemd zijn en er grond beschikbaar is. Het is belangrijk dat netverzwaring en netuitbreiding plaatsvinden vanuit een wijkgericht perspectief, met betrokkenheid van burgers. Daarom zet de Actieagenda onder meer in op een versterkte samenwerking tussen gemeenten en netbeheerders en het versnellen van netverzwaring en netuitbreiding. Daarbij zal zoveel mogelijk gebruik worden gemaakt van de al bestaande samenwerkingsverbanden, zoals het Nationale Programma Regionale Energiestrategie, het Nationale Programma Lokale Warmtetransitie en de Nationale Agenda Laadinfrastructuur.
Verbeteren van het inzicht in de (toekomstige) belasting van de laagspanningsnetten
Netbeheerders hebben momenteel te weinig inzicht in de (toekomstige) belasting van de laagspanningsnetten om nauwkeurig te kunnen bepalen waar en hoeveel het net verzwaard moet worden en waar de noodzaak het hoogst is. Door metingen in het laagspanningsnet en het kunnen benutten van slimme meter data krijgen netbeheerders inzicht in deze actuele netbelasting, waardoor efficiënter netgebruik mogelijk wordt gemaakt. De actieagenda bevat een maatregel die beoogt dat netbeheerders hun ICT-systemen zodanig aanpassen en hun werkprocessen zodanig inrichten dat slimme meterdata van kleinverbruikers gebruikt worden. Daarmee wordt invulling gegeven aan de motie van het lid Van der Plas.3 Rapportering over de voortgang hiervan loopt via de uitvoeringsfase van de Actieagenda. Ook met behulp van concrete energie-, warmte- en mobiliteitsplannen van gemeenten, krijgen netbeheerders beter inzicht in verwachte knelpunten. Tegelijkertijd hebben de gemeenten de beschikbare inzichten in (verwachte) knelpunten nodig voor hun energie-, warmte- en laadplannen. Deze wisselwerking stelt netbeheerders en gemeenten in staat gezamenlijk netverzwaringen efficiënt te plannen. Tot slot helpt het inzicht bij het bieden van handelingsperspectief aan kleinverbruikers en marktpartijen en het toekomstperspectief voor het energiesysteem in de wijk. De Actieagenda omvat maatregelen om het inzicht in zowel de prognoses als de werkelijke belasting van laagspanningsnetten te vergroten.
Voorkomen van piekbelasting door efficiënt gebruik van het net
Netverzwaring en verbeteren van inzicht in de belasting alleen is onvoldoende om netcongestie op laagspanningsnetten tegen te gaan. Daarom is het van belang om ook in te zetten op het slimmer gebruik maken van de laagspanningsnetten, bijvoorbeeld door in te spelen op betere afstemming tussen vraag en aanbod. Dit voorkomt piekbelasting en zorgt ervoor dat lokaal opgewekte energie lokaal wordt gebruikt. Dit laatste draagt bij aan een duurzamer en meer gedecentraliseerd energiesysteem. Om dit mogelijk te maken is het noodzakelijk om het potentieel van het flexibiliteitsaanbod in kaart te brengen en te ontsluiten. Dit aanbod betreft apparaten en systemen die in staat zijn om in reactie op een signaal de vraag naar, of het aanbod van, elektriciteit aan te passen. Denk hierbij aan slimme laadpalen, die groter vermogen afnemen als de totale netbelasting laag is, of een wasmachine die pas aangaat zodra de zonnepanelen op het dak voldoende opwekken. Dit potentiële flexibiliteitsaanbod is naast netverzwaring een mogelijke oplossing voor het voorkomen van overbelasting van het laagspanningsnet. De Actieagenda omvat daarom maatregelen die onderzoeken of het mogelijk is kleinverbruikers door middel van prijsprikkels of een wijziging van de tariefstructuur te stimuleren om hun netgebruik aan te passen aan de beschikbare netcapaciteit. Daarbij zullen de belangen van kleinverbruikers zorgvuldig worden meegewogen met als uitgangspunt instemming van de afnemer.
Vervolgstappen
Met deze Actieagenda zetten netbeheerders, VNG, IPO, BZK, IenW, ACM, kennisinstellingen, brancheorganisaties, marktpartijen en mijn eigen ministerie samen de schouders onder maatregelen die netcongestie op het laagspanningsnet tegengaan. De maatregelen in de Actieagenda zijn concreet toegedeeld aan de betrokken partijen en met hen worden afspraken gemaakt over de uitvoering. Uiteraard betrekken deze partijen andere relevante partijen bij de uitwerking en implementatie. De uitvoering van de actieagenda vereist commitment van alle betrokken partijen. Ik zie hierbij een belangrijke regierol voor de Rijksoverheid. Hoewel er in korte tijd zeer veel werk verzet is, moeten er nu veel maatregelen uitgewerkt worden en in de praktijk gebracht. Dit vergt bijvoorbeeld in veel gevallen in ieder geval nadere vormgeving, het in beeld brengen van de potentiële bijdrage en waar nodig de vereiste aanpassing van de regelgeving.
De coördinatie van de voortgang van de uitvoering van de Actieagenda maakt vanaf nu onderdeel uit van het Landelijk Actieprogramma Netcongestie (LAN) en zal in samenhang gebracht worden met de uitwerking van de beleids- en uitvoeringsagenda van het Nationaal Plan Energiesysteem. Via de voortgangsrapportages van het LAN zal ik uw Kamer twee keer per jaar rapporteren over de voortgang van de uitvoering van de maatregelen.
De Minister voor Klimaat en Energie,
R.A.A. Jetten