[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Voortzetting Vrijstellingsregeling bovengronds aanwenden runderdrijfmest

Mestbeleid

Brief regering

Nummer: 2024D02337, datum: 2024-01-24, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-33037-527).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 33037 -527 Mestbeleid.

Onderdeel van zaak 2024Z00986:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2023-2024

33 037 Mestbeleid

Nr. 527 BRIEF VAN DE MINISTER VAN LANDBOUW, NATUUR EN VOEDSELKWALITEIT

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 24 januari 2024

Zoals ik de Tweede Kamer heb gemeld in het commissiedebat van 1 juni 2023 en aansluitend in mijn brief van 27 oktober 2023 (Kamerstuk 33 037, nr. 520), ben ik voornemens om de Vrijstellingsregeling bovengronds aanwenden runderdrijfmest 2019–2023 te verlengen. Ik heb in mijn brief daarbij aangegeven dat het nader onderzoek vergt om te bepalen hoe een verlenging onder de Omgevingswet geregeld kan worden.

Onder de Omgevingswet is het op dit moment voor mij niet mogelijk om een vrijstellingsregeling te treffen. De mogelijkheid om runderdrijfmest bovengrond aan te wenden zal gerealiseerd moeten worden via een aanpassing van het Besluit activiteiten leefomgeving (Bal). Een wijziging van het Bal, een algemene maatregel van bestuur, kost veel tijd en kan niet worden gerealiseerd voor de start van het uitrijdseizoen van het jaar 2024. Daarom zal in het jaar 2024 het bovengronds aanwenden van runderdrijfmest worden gedoogd indien de landbouwer:

− voldoet aan alle voorwaarden en voorschriften van de Vrijstellingsregeling bovengronds aanwenden runderdrijfmest 2019–2023; en

− zich tussen 1 februari en 29 februari 2024 meldt bij de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland (RVO).

In het commissiedebat heb ik aangegeven dat ik in ieder geval een jaar verlenging voor mij zag. Ik ben echter van mening dat een verlenging van twee jaar opportuun is. Dit vanwege het onderzoek dat momenteel loopt naar de bredere effecten van het onder voorwaarden bovengronds aanwenden van runderdrijfmest, waarvan de resultaten in 2025 worden verwacht. Het is daarmee aan mijn opvolger om, op basis van die resultaten, te besluiten over een eventuele verdere verlenging.

De Minister van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit,
P. Adema