[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Inbreng verslag schriftelijk overleg over voortgang internationaal cultuurbeleid (ICB) (Kamerstuk 31482-120)

Cultuursubsidies

Inbreng verslag schriftelijk overleg

Nummer: 2024D03380, datum: 2024-01-31, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 3

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (nds-tk-2024D03380).

Gerelateerde personen:

Onderdeel van zaak 2023Z18852:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


2024D03380 INBRENG VERSLAG VAN EEN SCHRIFTELIJK OVERLEG

Binnen de vaste commissie voor Buitenlandse Zaken hebben de onderstaande fracties de behoefte vragen en opmerkingen voor te leggen aan de Minister van Buitenlandse Zaken over de brieven Voortgang internationaal cultuurbeleid (ICB) (Kamerstuk 31 482, nr. 120) en Beleidskader Internationaal Cultuurbeleid 2025–2028.

De fungerend voorzitter van de commissie,

De Roon

Adjunct-griffier van de commissie,

Blom

Inhoudsopgave

I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

Vragen en opmerkingen van de leden van de GroenLinks-PvdA-fractie

Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie

Vragen en opmerkingen van de leden van de SGP-fractie

II Antwoord / Reactie van de Minister

III Volledige agenda

I Vragen en opmerkingen vanuit de fracties

Algemeen

De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie hebben kennisgenomen van de voortgangsrapportage internationaal cultuurbeleid (ICB) 2022 en van het Beleidskader Internationaal Cultuurbeleid 2025–2028.

De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie merken op dat het kabinet in de inleiding van het Beleidskader voor 2025–2028 haar zorgen uit over de waarde van cultuur als «belangrijk instrument van «soft power», zeker waar het bijdraagt aan het vergroten en versterken van democratisch burgerschap en weerbaarheid, de zogenaamde «civic space»». Het kabinet schrijft vervolgens over het feit dat democratie en maatschappelijke vrijheden wereldwijd onder druk staan en dat ook de ruimte voor het maatschappelijk middenveld afneemt. Deze leden zijn blij dat het kabinet voornemens is om middels kunst en cultuur deze ruimte te versterken. Zij zien echter dat in de beschrijving van de inzet weinig aandacht wordt besteed aan democratie en burgerlijke vrijheden. Zij vragen de Minister nader toe te lichten op welke manier invulling wordt gegeven aan de wens om via het internationaal cultuurbeleid democratie en burgerlijke vrijheden, zoals de vrijheid van meningsuiting, vrijheid van religie en vrijheid van vereniging, te bevorderen.

De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie lezen tevens in de voortgangsrapportage van 2022 dat in het najaar van 2022 een start is gemaakt met de beoordeling van de eerste verzoeken tot teruggave van cultuurgoederen die tijdens de koloniale tijd mogelijk onrechtmatig naar Nederland zijn gehaald, en die nu in Nederlandse musea te zien zijn. Deze leden zijn erg benieuwd hoe vanuit genoemde landen wordt teruggekeken op het verloop van de procedures die uiteindelijk al dan niet hebben geleid tot restitutie. Zijn er inmiddels best practices en/of verbeterpunten gesignaleerd die kunnen worden meegenomen in het Nederlandse restitutiebeleid? In hoeverre stimuleert de, naar het oordeel van deze leden zorgvuldige, beoordeling van restitutieclaims de bereidwilligheid van musea om kritisch door de eigen collecties te lopen en (pro)actief roofkunst op te sporen en te helpen restitueren naar rechtmatige eigenaars? Omgekeerd zijn deze leden erg benieuwd in hoeverre het gevoerde en voorgenomen internationaal cultuurbeleid bijdraagt aan het helpen terughalen van uit Nederland geroofd erfgoed (met name de tijdens de Tweede Wereldoorlog geroofde kunstvoorwerpen). Tot slot horen deze leden graag welke concrete ideeën onder de restitutiecommissies en counterparts zijn uitgewisseld over toekomstige museumsamenwerking en hoe deze samenwerkingsvormen kunnen worden vormgegeven.

De leden van de GroenLinks-PvdA-fractie vernemen ten slotte dat buurlanden België en Duitsland deel uit maken van de 24 focuslanden. Kan de Minister toelichten hoe de samenwerking met deze landen, en dan specifiek in grensregio's, op dit moment wordt vormgegeven en op welke punten de samenwerking kan worden verbeterd?

Vragen en opmerkingen van de leden van de VVD-fractie

De leden van de VVD-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de voortgang van het internationaal cultuurbeleid 2022. Deze leden waarderen de inzet op dit terrein en hebben daarover enkele vragen.

De leden van de VVD-fractie constateren dat Oekraïne in november 2022 is toegevoegd aan de lijst met focuslanden van het ICB-kader. Kan het kabinet toelichten welke impact deze toevoeging van Oekraïne heeft gehad? Wat is de Nederlandse inzet voor het internationaal cultuurbeleid met betrekking tot Oekraïne het aankomend jaar?

Voorts lezen de leden van de VVD-fractie dat het aantal door ICB gefinancierde projecten in 2022 met 4% is toegenomen. Kan het kabinet toelichten welk afwegingen worden gemaakt voor het starten van nieuwe projecten?

De leden van de VVD-fractie stellen dat het cultuurbeleid zich tot aan 2020 concentreerde op andere doelstellingen, namelijk: een sterke cultuursector, een toekomstbestendige wereld en de inzet van culturele diplomatie. Deze zijn sterk veranderd voor het beleid van 2021–2024. In 2021–2024 lijken de doelstellingen minder gericht op geopolitieke en diplomatieke belangen van Nederland. Deze leden vinden deze geopolitieke en diplomatieke doelstellingen juist in deze tijd extra belangrijk, en vragen of de huidige doelstellingen van het cultuurbeleid daarom nog wel passend zijn. Hoe reflecteert het kabinet hierop? Kan het kabinet toelichten op welke manieren het huidige ICB nog steeds bijdraagt aan de geopolitieke en diplomatieke belangen van Nederland? Op welke manier kan deze geopolitieke en diplomatieke bijdrage worden vergroot en is het kabinet hiertoe bereid?

De leden van de VVD-fractie vragen hoe het kabinet bepaalt in hoeverre de middelen effectief worden besteed. In hoeverre zijn met het ingezette budget de drie doelstellingen bereikt? Welke subdoelen of prestatie-indicatoren worden daarvoor gebruikt? En welke criteria worden gehanteerd om budget aan een project toe te kennen? Zijn er afgelopen jaar ook beslissingen herzien?

De leden van de VVD-fractie lezen dat slechts een klein percentage van de uitgaven van ICB-posten en -fondsen naar landen buiten de Europese Unie (EU) gaat. Deelt het kabinet de mening dat ICB-geld in de komende jaren meer ingezet moet worden in landen waar Nederland een sterk geopolitiek en diplomatiek belang heeft en waarmee het belangrijk is om de relatie te verbeteren? Zo nee, waarom niet? Zo ja, welke verschuivingen is het kabinet voornemens om uit te voeren?

Vragen en opmerkingen van de leden van de SGP-fractie

De leden van de SGP-fractie hebben met belangstelling kennisgenomen van de stukken over het internationaal cultuurbeleid en hebben daarover de volgende vraag.

De leden van de SGP-fractie vinden de paragraaf over de erfgoedopgave in het internationaal cultuurbeleid 2025–2028 interessant. Deze leden zien dat er overal door het beleid verweven aandacht is voor duurzaamheid, maar missen bij de erfgoedparagraaf nog iets over religieus erfgoed. Wat betekent deze paragraaf voor kerken en religieuze kunst, zo vragen deze leden.

II Antwoord/ Reactie van de Minister

III Volledige agenda

– Brief van de Minister van Buitenlandse Zaken over Voortgang internationaal cultuurbeleid (ICB) (Kamerstuk 31 482, nr. 120)

– Brief van de Minister van Buitenlandse Zaken over Beleidskader Internationaal Cultuurbeleid 2025–2028 (Zaaknummer 2024Z00994)