[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Ontwerpbesluit Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten in verband met tijdelijke regels over het beoordelen van arbeidsongeschiktheid bij feitelijke arbeid

Arbeidsmarktbeleid

Brief regering

Nummer: 2024D03853, datum: 2024-02-02, bijgewerkt: 2024-03-06 16:40, versie: 4

Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-29544-1234).

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van kamerstukdossier 29544 -1234 Arbeidsmarktbeleid.

Onderdeel van zaak 2024Z01738:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Tweede Kamer der Staten-Generaal 2
Vergaderjaar 2023-2024

29 544 Arbeidsmarktbeleid

Nr. 1234 BRIEF VAN DE MINISTER VAN SOCIALE ZAKEN EN WERKGELEGENHEID

Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal

Den Haag, 2 februari 2024

Hierbij bied ik u aan het ontwerpbesluit tot wijziging van het Schattingsbesluit arbeidsongeschiktheidswetten in verband met tijdelijke regels over het beoordelen van arbeidsongeschiktheid bij feitelijke arbeid. Voor de inhoud van het ontwerpbesluit verwijs ik u naar de ontwerp-nota van toelichting.

De voorlegging geschiedt in het kader van de wettelijk voorgeschreven voorhangprocedure (artikel 6, vijfde lid, van de Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen, artikel 18, negende lid, van de Wet op de arbeidsongeschiktheidsverzekering, artikel 2, achtste lid, van de Wet arbeidsongeschiktheidsverzekering zelfstandigen, de artikelen 1a:1, negende lid, 2:5, zevende lid, en 3:1, negende lid, van de Wet arbeidsongeschiktheidsvoorziening jonggehandicapten en artikel 19ab, vijfde lid, van de Ziektewet) en biedt uw Kamer de mogelijkheid zich uit te spreken over het ontwerpbesluit voordat het aan de Afdeling advisering van de Raad van State zal worden voorgelegd en vervolgens zal worden vastgesteld.

Op grond van de aangehaalde bepalingen geschiedt de voordracht aan de Koning ter verkrijging van het advies van de Afdeling advisering van de Raad van State over het ontwerpbesluit niet eerder dan vier weken nadat het ontwerpbesluit aan beide Kamers der Staten-Generaal is overlegd.

Een eensluidende brief heb ik gezonden aan de voorzitter van de Eerste Kamer der Staten-Generaal.

De Minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid,
C.E.G. van Gennip