Reactie op de motie van de leden Eerdmans en Agema over het zo snel mogelijk onderbrengen van psychiatrische patiënten zonder strafblad in een instelling die bij hun complexe problematiek past in plaats van in een tbs-kliniek (Kamerstuk 36410-XVI-92)
Geestelijke gezondheidszorg
Brief regering
Nummer: 2024D04338, datum: 2024-02-07, bijgewerkt: 2024-04-12 14:15, versie: 3
Directe link naar document (.pdf), link naar pagina op de Tweede Kamer site, officiële HTML versie (kst-25424-681).
Gerelateerde personen:- Eerste ondertekenaar: C. Helder, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
Onderdeel van kamerstukdossier 25424 -681 Geestelijke gezondheidszorg.
Onderdeel van zaak 2024Z01897:
- Indiener: C. Helder, minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- Volgcommissie: vaste commissie voor Justitie en Veiligheid
- Voortouwcommissie: vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2024-02-13 15:45: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
- 2024-02-14 10:15: Procedurevergadering VWS (Procedurevergadering), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2024-04-11 15:00: GGZ / Suïcidepreventie (Commissiedebat), vaste commissie voor Volksgezondheid, Welzijn en Sport
- 2024-04-18 14:35: Aanvang middagvergadering: Regeling van werkzaamheden (Regeling van werkzaamheden), TK
Preview document (🔗 origineel)
Tweede Kamer der Staten-Generaal | 2 |
Vergaderjaar 2023-2024 |
25 424 Geestelijke gezondheidszorg
Nr. 681 BRIEF VAN DE MINISTER VAN VOLKSGEZONDHEID, WELZIJN EN SPORT
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 7 februari 2024
Naar aanleiding van de stemming over de motie Eerdmans/Agema (36 410-XVI, nr. 92) heeft het lid Eerdmans op 30 januari jl. verzocht om een reactie van het kabinet op deze motie. Het lid Bikker verzocht daarbij deze graag te ontvangen vóór de plenaire behandeling van de begroting van het Ministerie van Justitie en Veiligheid. Met deze brief voldoe ik aan beide verzoeken.
In de motie wordt de regering verzocht er topprioriteit van te maken om psychiatrische patiënten die zonder strafblad noodgedwongen in een tbs-kliniek zitten zo snel mogen onder te brengen in een instelling die bij hun complexe problematiek past, waardoor zij een passend behandeltraject kunnen volgen.
Zoals ik ook tijdens de begrotingsbehandeling van VWS op 25 januari jl. heb laten weten vind ik het in principe onwenselijk als mensen zonder strafrechtelijke titel zorg ontvangen binnen een tbs-instelling (beveiligingsniveau 4). Ik merk daarbij op dat het hierbij gaat om een zeer complexe doelgroep waarbij in sommige gevallen het zorgaanbod vanuit de reguliere zorg ontoereikend is. Het kan voorkomen dat de samenplaatsing van tbs-gestraften en psychiatrisch patiënten zonder strafrechtelijke achtergrond om behandelinhoudelijke redenen aangewezen is. Immers, de problematiek en het gedrag van deze complexe doelgroep kunnen sterk overeenkomen.
Ik herken dat er in sommige gevallen ontoereikend zorgaanbod vanuit de reguliere zorg beschikbaar is voor mensen die gevaarlijk en/of ontwrichtend gedrag vertonen. Ik span mij samen met zorgaanbieders en financiers in om voor deze doelgroep passende (aanvullende) zorg te organiseren. In dit kader heb ik in september 2023 Significant opdracht gegeven onderzoek te doen naar de omvang van deze doelgroep en de zorgbehoefte die zij hebben. Op basis van de bevindingen uit dit onderzoek heeft het Ministerie van VWS – in afstemming met veldpartijen – een plan van aanpak in voorbereiding om (aanvullend) zorgaanbod voor deze doelgroep te realiseren.
Dit onderwerp heeft voor mij dus hoge prioriteit, aangezien ook deze mensen moeten kunnen rekenen op passende zorg en ondersteuning. Tegelijkertijd is de realiteit weerbarstig en vraagt het vormgeven van oplossingen zorgvuldigheid.
Zoals ik tijdens de begrotingsbehandeling van VWS heb toegezegd zal ik uw Kamer in het eerste kwartaal van dit jaar nader informeren over het onderzoek en de te volgen aanpak.
De Minister van Volksgezondheid, Welzijn en Sport,
C. Helder