[overzicht] [activiteiten] [ongeplande activiteiten] [besluiten] [commissies] [geschenken] [kamerleden] [kamerstukdossiers] [open vragen]
[toezeggingen] [stemmingen] [verslagen] [🔍 uitgebreid zoeken] [wat is dit?]

Schriftelijke antwoorden op vragen gesteld tijdens de eerste termijn van de begrotingsbehandeling van Justitie en Veiligheid op 7 februari 2024

Brief regering

Nummer: 2024D04559, datum: 2024-02-08, bijgewerkt: 2024-02-19 10:56, versie: 1

Directe link naar document (.docx), link naar pagina op de Tweede Kamer site.

Gerelateerde personen: Bijlagen:

Onderdeel van zaak 2024Z01990:

Onderdeel van activiteiten:

Preview document (🔗 origineel)


Vraag

Nr.

Vraag Antwoord Kamerlid

Bewinds-

persoon

Rapporteurs
1 [Rapporteur]: Hoe gaan de bewindspersonen hun wettelijke bevoegdheden ten aanzien van de financiële verantwoording en bedrijfsvoering van politie, het OM en de rechtspraak beter benutten?

MJenV en MRb hebben in een brief van 29 januari 2024 een uitgebreide reactie gegeven op de bevindingen en aanbevelingen van de parlementaire verkenning naar de strafrechtketen en de naar aanleiding daarvan door de Tweede Kamer aangenomen motie van de leden Ellian c.s.

Concrete maatregelen die het ministerie van JenV op basis van de bestaande wettelijke bevoegdheden onder ander neemt, zijn:

  • De planning- en controlcycli van de verschillende organisaties worden vanaf de start beter op elkaar afgestemd. Dit moet de onderlinge samenhang tussen de opdrachten aan de ketenorganisaties vergroten en daarmee ook de haalbaarheid en uitvoerbaarheid ervan.

  • Het gaat hierbij om drie grote ketendoelstellingen, te weten de implementatie van het nieuwe Wetboek van Strafvordering, het versnellen van doorlooptijden en het verbeteren van informatiehuishouding en digitalisering in de keten.

  • De jaarplanopgaven aan de organisaties worden concreter geformuleerd en indien van toepassing worden er voorwaarden verbonden aan financiële verstrekkingen.

  • Driemaal per jaar zal, onder voorzitterschap van de SG van het ministerie van JenV, met de bestuurders van de belangrijkste organisaties de voortgang en de knelpunten worden besproken.

De organisaties in de strafrechtketen hebben aangegeven boven op de acties die al in de keten lopen, het volgende in gang te zetten:

  • De ketenorganisaties zorgen ervoor dat, binnen de bestaande wettelijke mogelijkheden, de landelijk afgesproken doelstellingen, prioriteiten en verbeteringen betere doorwerking krijgen binnen hun eigen organisatie (i.c. de arrondissementen binnen het OM en de eenheden binnen de Politie).

  • Hierbij brengen de organisaties scherper in beeld wat hun eigen aandeel is in de ketendoelstellingen en wat er nodig is om die te realiseren en waar de organisaties onderling van elkaar afhankelijk zijn bij het behalen van hun doelstellingen.

  • Ketenorganisaties zelf doen aan maximale sturing als het gaat om het terugdringen van de voorraden en doorlooptijden, het passend inrichten van de eigen organisatie en zorgen voor transparante verantwoording van de voortgang richting het ministerie van JenV.

  • Aanvullend is het noodzakelijk dat de individuele organisaties ook hun eigen aandeel in de ketendoelstellingen in beeld brengen en wat er voor nodig is om dat te realiseren.

De diverse organisaties hebben ieder hun eigen rol, verantwoordelijkheid en soms bijzondere (staatsrechtelijke) positie. Denk aan de onafhankelijkheid van de Rechtspraak als aparte staatsmacht, de eigenstandige rechtsstatelijke positie van het Openbaar Ministerie en het sui generis karakter van de politie. Dit laat onverlet dat alle betrokken organisaties verantwoording afleggen aan het ministerie van JenV over de besteding van de toegekende budgetten en over de voortgang en realisatie van het eigen aandeel in de doelstellingen.

Helder, L.M.J.S. MJenV, MRB
2 [Rapporteur] Kan MJenV reflecteren op de wens van de Kamer (motie 36200 VI, nr. 52) om meer invloed te hebben op de politiebegroting? Het splitsen van het artikel 31 in de begroting van Justitie en Veiligheid is al enkele jaren onderwerp van gesprek tussen uw Kamer en het kabinet. Er is dan ook zorgvuldig een afweging gemaakt op welke wijze opvolging wordt gegeven aan de motie hierover van de leden Helder en Van der Werf.

Het is belangrijk om het inzicht in de besteding van het politiebudget in de begroting te vergroten en hierin duidelijke kaders te stellen voor de operationele sterkte, zodat uw Kamer haar controlerende taak beter kan uitvoeren. Hier is in afgelopen jaren mee begonnen en dit is bij de begroting 2024 verder versterkt. Het betreft een meerjarig inzicht in de ontwikkeling van de operationele sterkte en de toedeling op hoofdlijnen daarvan aan de eenheden, korpsleiding en ondersteunende diensten, alsook een meerjarig inzicht in de ontwikkeling van de niet operationele sterkte.

Het is ook belangrijk dat er voldoende flexibiliteit blijft bestaan voor de korpschef om gevolg te kunnen geven aan de lokale en regionale prioriteiten. Soms met maatwerk, en tegelijkertijd de landelijke prioriteiten zoals ondermijning en de aanpak van cybercrime uit te werken. Bijvoorbeeld als de situatie dat vraagt vooruitlopend op de toekenning van de daarvoor bestemde middelen direct op te schalen zoals voor bewaken en beveiligen en zeden of om middelen uit tijdelijke meevallers binnen de begroting in te zetten voor hogere ICT kosten als gevolg van cyberaanvallen of om waterwerpers te huren bij buurlanden.

Op verzoek van uw Kamer wordt inzicht gegeven in hoe bijzondere intensiveringen, bijvoorbeeld voor zeden, mensenhandel, bewaken en beveiligen, worden aangewend en wat de politie daar voor doet. Ook kan uw Kamer via een amendement binnen het artikel 31 zelf accenten leggen.

Uw Kamer wordt daarnaast ook via de politiebegroting, die gelijk met de begroting van Justitie en Veiligheid wordt aangeboden, geïnformeerd over de besteding van het politiebudget. Deze informatie kan ook basis zijn voor voorstellen en moties van uw Kamer.

Ook de gezagen, burgemeesters en het OM, staan achter deze lijn. Daarmee is een goede balans gevonden tussen enerzijds de begrijpelijke wens van de Kamer meer inzicht in en invloed op de politiebegroting te hebben en anderzijds wel vast te houden aan de wijze waarop wij het politiebestel, met de politie als eigenstandig rechtspersoon, met een eigen begroting, hebben ingericht.
 
Mutluer, S. MJenV
Faber – Van de Klashorst
3 Hoe dwingend is het beleid in het geval dat de officier van justitie een straf boven de richtlijn van het OM eist? In hoeverre moet een officier van justitie vrezen voor zijn/haar functie indien dit meerdere malen geschiedt? Het OM eist onder de richtlijn. Graag een reactie van de minister.
  • Door middel van richtlijnen geeft het College van procureurs generaal landelijk richting aan het te voeren strafvorderingsbeleid.

  • De strafvorderingsrichtlijnen bieden echter wel de nodige ruimte om tot een op de zaak toegesneden afdoening te komen. Omdat een straf proportioneel moet zijn, dient altijd een beoordeling van het individuele geval plaats te vinden. De officier van justitie maakt daarbij een zorgvuldige afweging van alle belangen. Dit kan leiden tot afwijking van de richtlijn. Uit het oogpunt van transparantie zal de officier van justitie zijn beslissing onderbouwen en de strafeis motiveren.

Faber-van de Klashorst MJenV
4 Capaciteit strafrechtketen en DJI. Daarbovenop komt dat 2/3 van de gedetineerden een migratieachtergrond heeft. Mrb wilde de cijfers niet geven maar CBS heeft deze wel. MRb geeft aan dat in het registratiesysteem geen migratieachtergrond wordt geregistreerd, en dit ook niet op een andere manier wordt geregistreerd. Maar nogmaals: het CBS heeft deze cijfers wel. Wat is de reden dat MRb deze cijfers niet bijhoudt en het CBS wel? Wat het CBS met migratieachtergrond weergeeft is met welk land een persoon verbonden is op basis van het geboorteland van de ouders of van zichzelf. Dit wordt niet geregistreerd door DJI omdat dit gegeven niet noodzakelijk is voor de tenuitvoerlegging van de straf. Daarmee zou het verwerken van dit gegeven volgens de Algemene verordening gegevensbescherming (AVG) en de Wet justitiële en strafvorderlijke gegevens (Wjsg) niet voldoen aan de beginselen van proportionaliteit en subsidiariteit.  Faber-van de Klashorst MRB
5 Hoe lang gaan MJenV en MRb nog door met het gebruiken van justitie als afvoerputje voor zaken die misgaan in de zorg?

Dit is een gedeelde zorg. De politie is op dit moment teveel tijd kwijt aan taken die primair ergens anders horen. MJenV, MRb en de minister voor Langdurige zorg en sport (MLZS) zetten zich samen in om te zorgen dat de domeinen van veiligheid, zorg en ondersteuning goed op elkaar aansluiten. In het kader van preventie zetten de MJenV en de MLZS zich al jaren in voor de aanpak voor personen met verward en/of onbegrepen gedrag. Het is de taak van politie om zorg te dragen voor de handhaving van de rechtsorde en openbare orde en om hulp te verlenen aan hen die dit behoeven. Echter, de zorg- en ondersteuningstaak voor personen met verward of onbegrepen gedrag ligt niet bij de politie. Met passende zorg en ondersteuning moet worden voorkomen dat deze kwetsbare personen onnodig in aanraking komen met politie en justitie.

Het kabinet zet in op een geïntensiveerde lokale en regionale samenwerking tussen zorg, politie en gemeenten. Hiervoor is door het kabinet jaarlijks 26 miljoen euro extra beschikbaar gemaakt. Voor het zomerreces zal uw Kamer een voortgangsbrief over de aanpak ontvangen.  

Daarnaast zijn er al langer gesprekken tussen JenV, VWS en branchepartijen om een oplossing te vinden voor het probleem dat het zorgaanbod vanuit de reguliere zorg ontoereikend is. Het gaat dan om het ontbreken van zorg voor mensen met een civiele titel die in de meeste gevallen een verstandelijke beperking én problemen op het terrein van psychiatrie én verslavingsproblematiek hebben. De MLZS heeft mede namens MRb uw Kamer vanmorgen middels de beantwoording van de schriftelijke vragen van de leden Uitermark en Joseph (NSC) geïnformeerd over dit onderwerp en welke stappen worden ondernomen om dit probleem op te lossen.[1]

[1] Kamerstukken vergaderjaar 2023-2024, 4336 nr. PM

Faber-van de Klashorst MJenV, MRB
6 Is de MJenV bereid inzichtelijk te maken of het Wetboek van strafrecht de uitwerking heeft die de wetgever beoogt? Verzoek aan het OM om beschikbaar te stellen welke informatie in strafzaken is geëist en welk uiteindelijke straf is opgelegd.
  • Er wordt al veel onderzoek verricht naar de uitwerking van wetgeving en beleid van Justitie en Veiligheid. Dit onderzoek vindt plaats door het WODC. Het gaat hierbij om tientallen onderzoeken per jaar op verschillende thema’s, waaronder bijvoorbeeld evaluaties van strafbaarstellingen. Mocht blijken dat er twijfels zijn over de werking van onderdelen van het Wetboek van strafrecht dan kan hier onderzoek naar worden verricht.    

  • De verschillen tussen geëiste en opgelegde straffen worden niet standaard geregistreerd. Indien er aanleiding voor is kan, bijvoorbeeld door middel van dossieronderzoek, hier nader inzicht in worden verkregen.

Faber-van de Klashorst MJenV
7 Uit verantwoordingsonderzoek blijkt dat meer dan 50% van ontnemingsmaatregelen door het OM te laat aan het incassobureau wordt gestuurd. Waarom kiest de minister niet voor een sturende rol richting het OM? MJenV heeft een regierol op de afpakketen, waarin sprake is van een complexe ketensamenwerking tussen verschillende partijen. De ketenpartners van de afpakketen hebben zich verenigd in het Coördinerend Beraad Afpakketen, dat wordt voorgezeten door het ministerie van JenV. MJenV voert regie door het Coördinerend Beraad bijeen te roepen en zo gestructureerd het gesprek te voeren over de kwaliteit van het afpakproces, de uitdagingen in het ontnemen van crimineel vermogen en de mogelijke oplossingen daarvoor. Sinds het Coördinerend Beraad in 2020 is opgericht, is het grootste deel van de onvolkomenheden die vanaf 2018 werden geconstateerd, opgelost en resteert er nog één. Op verzoek van MJenV hebben het OM en het CJIB een actieplan opgesteld op basis waarvan diverse maatregelen zijn genomen om tijdig door te melden. Met deze maatregelen heeft MJenV het vertrouwen dat op korte termijn het gewenste resultaat wordt behaald; dat de onvolkomheid is opgelost en de ontnemingsmaatregelen tijdig aan het CJIB worden toegestuurd. Faber-van de Klashorst MJenV
Aardema
8 De Regeling vervroegd uittreden (RVU). De RVU loopt volgend jaar af. Er is nog geen duidelijkheid over zware beroepen. Werkgevers en werknemersorganisaties zijn er nog niet en overleggen evenmin. Als men er op dit niveau uitkomt dan schijnt het tussen de politie en de bonden niet meer ingewikkeld te zijn. Kan de MJenV de stand van zaken nader toelichten en zorgen voor een opening in deze kwestie? Recent is een evenwichtig en vernieuwd arbeidsvoorwaardenakkoord voor de sector Politie gesloten, voor het eerst zonder acties. Daar zijn we erg blij mee. Onze politiemedewerkers verdienen onze steun. Het is aan het nieuw te vormen kabinet om over maatregelen in verband met vroegpensioen te beslissen, zoals de Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen in haar brief van 12 januari 2024 heeft aangegeven. Na die politieke besluitvorming treedt MJenV in overleg met de politievakbonden zoals afgesproken in het arbeidsvoorwaardenakkoord. Aardema, M. MJenV
10 Een ander probleem met de capaciteit bij de politie is de inzet van de ME. De ME-rol is neventaak voor een agent, dus de politieman moet opdraven voor ME-inzet, en de capaciteit bij de reguliere politie is dan onverwacht weg. Kan dat met de ME niet anders? De vraag naar politiecapaciteit is toegenomen. Dit geldt voor vrijwel alle vormen van politiecapaciteit, van ME-capaciteit tot capaciteit voor agenten in de wijk alsook opsporingscapaciteit en capaciteit voor Bewaken en Beveiligen. Voor ME-inzet is opschaalbare capaciteit nodig. Dit wordt o.a. mogelijk gemaakt doordat de ME-rol een neventaak is, gecombineerd met bepaalde functies in de gebiedsgebonden politiezorg. Hierdoor kan de capaciteit worden opgeschaald zodra dit nodig is. Dit is een efficiënte manier en effectieve manier van inzet van politiecapaciteit. 
Voor ME-lidmaatschap is een basisopleiding vereist en daarbovenop ook een ME-opleiding. Het lidmaatschap van de ME vraagt dus specifieke vaardigheden en opleiding en kan niet zonder meer aan iemand zonder een afgeronde basispolitieopleiding, zoals een aspirant, worden toevertrouwd.
Aardema, M. MJenV
11 Kernpunt in de begroting is de capaciteit bij de politie. In absolute getallen loopt Nederland behoorlijk achter. Onze bevolking is gegroeid maar de politie is niet meegegroeid. Wijkagenten lopen mee met noodhulp en dat gaat ten koste van hun informatiepositie. Zij zijn de ogen en oren van de samenleving. Onervarenheid tot ongelukken. Momenteel worden veel nieuwe politiemensen opgeleid. Belangrijk is dat dat we mensen werven en vasthouden. Defensie houdt mensen vast door hen de meest boeiende baan te bieden en de loopbaan boeiend te houden zodat personeel niet weggaat. Zij werven via zij-instromen. Er zijn specialisten genoeg. De beweging bij de politie is omgekeerd: specialisten verdwijnen na enkele jaren naar andere organisaties. Wat hebben we bereikt? De politie heeft sinds een aantal jaar de mogelijkheid voor specialistische zij-instroom. Deze specialistische zij-instromers krijgen een korte opleiding van 3 tot 6 maanden, afhankelijk van het specialisme en hun expertise. Dit zijn bijvoorbeeld cyberspecialistien, financieel-economisch specialisten of forensisch specialisten. Sinds kort werft de politie ook zedenspecialisten en specialisten op het gebied van maatschappij en recht. De Politieacademie heeft jaarlijks 720 opleidingsplekken voor deze specialistische zij-instroom. In het kader van de arbeidsmarktstrategie werkt de politie momenteel aan loopbaanperspectief (junior-medior-senior) voor specialistische functies. Dat is er onder meer op gericht om specialisten te behouden. Aardema, M. MJenV
12 Mensen voelen zich nog steeds onveilig ondanks al het geld. De animo voor het doen van aangifte zakt. Cijfers geven daardoor een vertekend beeld. Nog steeds zijn politiemensen gefrustreerd. Ze houden iemand aan met gevaar voor eigen leven en die persoon loopt de volgende dag weer over straat. Intenties zijn goed, maar het gaat om resultaten. Wat is er gedaan met het geld en welke doelen hebben we bereikt? Elk halfjaarbericht politie bevat een bijlage met kerncijfers die inzichtelijk maakt hoe de Nederlandse Politie zich ontwikkelt. Daarbij wordt onder meer de Veiligheidsmonitor van het CBS betrokken. Uit de kerncijfers blijkt dat het onveiligheidsgevoel sinds 2013 fors is afgenomen en zich sinds 2019 op een stabiel niveau bevindt. Ook het aantal aangiftes is sinds 2017 stabiel. Verder blijkt uit de meest recente reputatie- en vertrouwensmonitor uit mei 2023 dat het vertrouwen van burgers in de politie goed en overwegend stabiel is. Dit zijn positieve ontwikkelingen, die te danken zijn aan het harde werk en de effectiviteit van politiemensen. 

Er zijn de afgelopen jaren forse investeringen gedaan in de capaciteit van de politie. Rutte III heeft de operationele formatie van de politie met zo’n 2.400 fte uitgebreid. Onder het huidige (demissionaire) kabinet is daar in totaal nog circa 1.300 fte aan toegevoegd, waarvan 700 fte vanuit de middelen voor de Motie Hermans.
Aardema, M. MJenV
Michon-Derkzen
13 Kan MJenV de Kamer informeren, mag ook per brief, over de stand van zaken van de uitvoering van de visie over forensische opsporing en de uitvoering van de pilots? De proeftuin in Limburg (“de snelle DNA-straat”) waarin een privaat onderzoekslaboratorium op de politielocatie en onder regie van de politie veelvoorkomend forensisch onderzoek doet, is volgens ketenpartners een succes.
Deze proeftuin is in het kader van de visie op forensisch onderzoek inmiddels definitief gemaakt en wordt landelijk uitgerold. Hij draait nu ook in Oost-Brabant en in de eenheid Amsterdam. De plannen om de proeftuin uit te rollen in de eenheden Noord-Holland en in Noord-Nederland en Oost-Nederland gezamenlijk zijn in een vergevorderd stadium.
Michon-Derkzen, I. MJenV
14 Kan MJenV de Kamer informeren hoe ICT kan bijdragen aan het vergroten van het werkplezier en de effectiviteit van politiewerk? Is zij bereid om nadere mogelijkheden hiertoe te verkennen? In de bijlage van het afgelopen halfjaarbericht politie (december 2023) is de Kamer in algemene zin geïnformeerd over de ontwikkelingen op het vlak van de informatievoorziening bij de politie. Daarin wordt onder andere ook ingegaan op het realiseren van vernieuwing. Deze ontwikkelingen zullen in algemene zin bijdragen aan het effectiever omgaan met data bij de politie. Daarnaast is een programma datagedreven werken opgestart, mede in het kader van de transitie van de landelijke eenheden. Effectiever omgaan met data betekent dat keuzes in politiewerk beter kunnen worden ondersteund. Dat leidt tot effectievere inzet van politiecapaciteit, namelijk daar waar dat het meest nodig is. Een voorbeeld hiervan is het verlagen van administratieve lasten door ontwikkelingen zoals spraak-naar-tekst. Michon-Derkzen, I. MJenV
15 Er zijn nog stappen nodig in het volgen van geldstromen en het afpakken. Dat begint bij de deelname van de FIOD en de Belastingdienst bij de Regionale Informatie- en Expertisecentra (RIEC's). Is dit nu overal het geval? Zowel de FIOD als de Belastingdienst zijn sinds de oprichting van de Regionale Informatie- en Expertisecentra partner bij alle 10 RIEC’s. Michon-Derkzen, I. MJenV
16 Zware criminelen van de straat houden kan de politie niet alleen, de hele strafrechtketen is hiervoor nodig. Het begint bij politie, dan OM, dan naar de Rechtbank en daarna DJI. Die route is op papier al lang. Zaken komen na 2 jaar voor de rechter. Wel valt er qua efficiency, digitaliseren en vereenvoudigen van processen veel winst te behalen. Capaciteit en gebrek hieraan is al jaren de molensteen van de politie. Capaciteit kan vrijgespeeld worden door politiewerk te beperken tot zuivere kerntaken. De uitvoerende taak van de korpsleiding wordt door MJenV aangestuurd. En altijd is de keten zo sterk als zwakste schakel. In alle genoemde schakels moet het beter. Vraag aan MJenV of zij dit beeld deelt en hoe zij dit wil realiseren.
  • Het klopt dat de samenwerkende organisaties in de strafketen sterk van elkaar afhankelijk zijn en dat knelpunten bij een ketenorganisatie vaak van invloed zijn op andere schakels in de keten. Als het gaat om de financiering wordt hier al nadrukkelijk rekening mee gehouden.

  • Zoals in de brief van 29 januari 2024 worden, naast wat de laatste jaren al is ondernomen om de afstemming en samenwerking in de keten te verbeteren, extra maatregelen voorbereid, onder andere op het gebied van de verbetering van digitalisering en vereenvoudiging van processen.

  • Ook wordt gekeken naar concrete mogelijkheden om de strafrechtketen te ontlasten, onder andere door het strafrecht vooral daar in te zetten waar dat de meeste meerwaarde heeft voor slachtoffer, dader en samenleving.

  • Wat betreft het aspect van de kerntaken van politie: met de brief aan de Tweede Kamer van 7 december 2023 inzake de politiefunctie is de richting bepaald voor de doorontwikkeling van de politiefunctie. De brief bevat een aantal kaderstellende uitgangspunten en een ontwikkelagenda. Aan de hand daarvan zullen in de komende jaren keuzes moeten worden gemaakt voor de toekomstige inrichting van de politiefunctie en ook van de politietaak, zodat zij wendbaar en adaptief blijven voor de toekomst.

Michon-Derkzen, I. MJenV
18 Op dit moment is vooral de poortwachtersfunctie essentieel in de aanpak van criminele geldstromen. Een aantal beroepsgroepen moet ongebruikelijke transacties melden bij de Financiële intelligence unit. Er is te weinig en geen eenduidig toezicht op deze meldplicht. De Kamer steunde vorig jaar mijn motie om dit toezicht op deze meldingsplicht te verbeteren. Wat is de stand van zaken vraag ik aan de MJenV? Iedere poortwachter heeft zijn eigen toezichthouder, bijvoorbeeld de Kansspelautoriteit (Ksa) of De Nederlandsche Bank. Het wettelijk kader van waaruit toezicht wordt gehouden, de Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme (Wwft), is voor allen gelijk en daarmee eenduidig. Over de praktische toepassing spreken toezichthouders met elkaar in het Wwft-toezichthoudersoverleg. Om meer eenduidig toezicht te houden op de meest pregnante risico's zal de aankomende National Risk Assessment witwassen in dit overleg worden geagendeerd. In de beleidsagenda aanpak witwassen uit september 2022 van de minister van Financiën en MJenV is als actie opgenomen om het toezicht op niet-financiële instellingen te verbeteren. In de voortgangsbrief op de beleidsagenda aanpak witwassen uit mei 2023, door uw Kamer controversieel verklaard, hebben de minister van Financiën en MJenV onder andere inzicht gegeven in de activiteiten van de verschillende toezichthouders. Ook zetten de minister van Financiën en MJenV in op betere voorlichting richting en vanuit de toezichthouders. De Ksa heeft bijvoorbeeld eind 2023 zijn leidraad voor toepassing van de Wwft geupdate voor zijn doelgroep. Michon-Derkzen, I. MJenV
19 Kan MRb de toekomst van de meldfunctie sektesignalen schetsen? Kan MRb toezeggen dat dit meldpunt er nog dit jaar komt? En naar aanleiding van het interruptiedebat met de heer Van Nispen (SP): Wat is de stand van zaken ten aanzien van de motie van de SP en de VVD die stelt dat het meldpunt niet opgeheven had moeten worden? Slachtoffers van sektarische bewegingen en andere dwingende, vaak gesloten groeperingen moeten kunnen rekenen op goede hulp en ondersteuning. Zij kunnen fysieke en emotionele schade ondervinden.

Uw Kamer heeft eerder aandacht gevraagd voor deze groep, onder andere door de motie van SP/VVD naar de oprichting van een meldpunt voor sektesignalen. Slachtoffers of mensen in hun omgeving die zorgen hebben over personen die in de greep zijn van een sektarische beweging, kunnen nu al terecht bij verschillende hulporganisaties zoals Fier en Slachtofferhulp Nederland.

Wel heeft MRb geconstateerd dat er binnen het bestaande hulpaanbod meer herkenbaar moet worden ingezet op deze groep en expertise moet worden opgebouwd. Zoals aangekondigd in de brief van afgelopen december over uitsluiting, is MRb daarom in gesprek met Fier over het inrichten van een advies, hulp- en kennisplatform voor deze doelgroep en hun omgeving.
Fier, waar momenteel al signalen van slachtoffers van misstanden in dwingende groepsculturen binnenkomen, biedt reeds hulp aan slachtoffers van geweld in afhankelijkheidsrelaties en heeft faciliteiten zoals een anonieme chatfunctie om aan de behoeften van slachtoffers te voldoen. Tevens heeft Fier een bestaande samenwerking met politie en mogelijkheden om trends en ontwikkelingen uit te wisselen.

MRb heeft goede hoop u in de volgende voortgangsbrief over de meerjarenagenda Slachtofferbeleid in maart 2024 een positieve uitkomst van deze gesprekken te melden. Vervolgens zal tijd nodig zijn voor de organisatie om zich hierop verder te kunnen organiseren. De inzet is dat zo snel als mogelijk te doen. Slachtoffers en hun omgeving die nu hulp zoeken hoeven nergens op te wachten: zij kunnen ook nu al terecht bij voornoemde hulpinstantie met hun vragen en zorgen.
Michon-Derkzen, I. MRB
20 Is het mogelijk om de boeteregeling zoals deze onder de Wet Mulder bestaat te gebruiken voor het afdoen van overtredingen bij demonstraties?

 

  • De Wet administratiefrechtelijke handhaving verkeersvoorschriften (Wahv/Wet Mulder) ziet op verkeersovertredingen. Overtredingen bij demonstraties vallen daar niet onder. Voor het afdoen van deze overtredingen is de strafbeschikking het ideale middel.

  • De wet wordt door het WODC geëvalueerd. Naar verwachting start het onderzoek in 2024.

  • Onderdeel van het onderzoek is de vraag of ook andere dan verkeersovertredingen onder het bereik van deze wet kunnen worden gebracht en wat hiervan de gevolgen zijn voor de effectiviteit van de handhaving.

  • Dit houdt verband met de Kamerbrief over Straffen op maat van 13 juli 2023, waarin is aangegeven dat zal worden verkend welke specifieke overtredingen in aanmerking kunnen komen voor afdoening buiten het strafrecht.  

  • MJenV en MRb zullen u zo spoedig mogelijk over de uitkomst van het onderzoek informeren.

  • Dat neemt niet weg dat er de komende periode zoveel als mogelijk direct zal worden opgetreden tegenover actievoerders die de wet overtreden. Van het demonstratierecht mag geen misbruik worden gemaakt.  

Michon-Derkzen, I. MJenV
24 Eerder is aandacht gevraagd voor de bestrijding van corruptie en de centrale rol van het bestuursdepartement van JenV. Wat is hierop de stand van zaken? MJenV voert regie op een rijksbrede (ministeries, uitvoeringsorganisaties, decentrale overheden en agentschappen) risico-inventarisatie van corruptie- en integriteitsrisico’s. De verantwoordelijke bestuurders nemen op basis van deze inventarisatie noodzakelijke beheersmaatregelen.Tussentijdse bevindingen op corruptie zijn nu al direct omgezet in acties, zoals een grote set aan verbetermaatregelen die binnen Douane en de Belastingdienst zijn genomen. Ook wordt met grote urgentie samen met BZK opvolging gegeven aan maatregelen inzake de paspoortfraude. Michon-Derkzen, I. MJenV
48 Er is geen terugkoppeling van FIU terwijl dat de wens is van poortwachters, want het kan leiden tot een meer risico-gebaseerde of informatiegestuurde werkwijze. Erkent MJenV dit en is zij bereid te kijken op welke wijze terugkoppeling kan worden gegeven? Ook willen poortwachters om veiligheidsredenen in voorkomende gevallen anoniem kunnen melden. Is dit mogelijk? Dit beeld klopt niet. Er vindt nu al terugkoppeling van de FIU-Nederland naar poortwachters plaats. Zo zijn er bij de FlU-Nederland accounthouders die in contact staan met meldersgroepen, en is de samenwerking met poortwachters de afgelopen jaren al geïntensiveerd. In de praktijk krijgen melders nu al automatisch een bericht van de FIU wanneer een door hen gemelde ongebruikelijke transactie als verdachte transactie is aangemerkt. In de Fintell Alliance werkt de FIU-NL nauw samen met grootbanken. Ondanks deze inzet vindt MJenV wel dat de terugkoppeling van publieke partijen naar poortwachters nog beter kan, in aanvulling op wat nu al gebeurt. Dit is daarom ook opgenomen in de Beleidsagenda aanpak witwassen. Hiervoor hebben de FIU-NL, OM en opsporingspartners extra structurele middelen ontvangen, voor onder meer automatisering en verbetering van de onderlinge informatie-uitwisseling.

Anoniem melden
Het standaard anonimiseren van gegevens in het strafdossier door het OM of het anoniem melden van ongebruikelijke transacties wordt niet als wenselijk gezien. Dat komt doordat transparantie, herleidbaarheid en controle van opsporingsinformatie essentiële uitgangspunten voor ons rechtstelsel vormen. Het OM kan wel de gegevens in het strafdossier op individuele basis volledig anonimiseren, bijvoorbeeld als er concrete veiligheidsrisico’s blijken te zijn. Dit is contextafhankelijk. MJenV zet de komende periode in op meer voorlichting richting poortwachters over bestaande waarborgen voor hun veiligheid.
Michon-Derkzen, I. MJenV
Ellian
22 Naar aanleiding van de laatste Kamerbrief strafrechtketen: Gaan de 3 vergaderingen per jaar van kopstukken binnen de strafrechtketen de problemen binnen de strafrechtketen oplossen?
  • Het voorgestelde overleg dat driemaal per jaar plaats zal vinden onder leiding van de SG heeft meerwaarde, omdat daar alle verantwoordelijken binnen het ministerie van JenV en van de belangrijkste organisaties in de strafrechtketen gezamenlijk spreken over voortgang van aangekondigde maatregelen en het aanpakken van knelpunten. Een dergelijk overleg is er op dit moment niet.

  • Mede aan de hand van de Strafrechtketenmonitor zal onder andere worden gesproken over de grote ketenopgaven in relatie tot het absorptievermogen van de organisaties. Daarbij wordt ook vooruitgekeken naar toekomstige ontwikkelingen met impact op de strafrechtketen.

  • Dit is slechts een van maatregelen van een breder pakket aan acties die in de brief van 29 januari 2024 zijn opgenomen om de prestaties van de keten te verbeteren. Alle aangekondigde acties vanuit het ministerie en de ketenorganisaties tezamen zullen moeten bijdragen aan het verbeteren van de prestaties in de strafrechtketen.

Ellian, U. MJenV, MRB
26 Waarom wordt niet bekeken of de OM-strafbeschikking met aftrek mogelijk gemaakt kan worden? Is dat een denkrichting waar naar gekeken kan worden? Als bijvoorbeeld iemand preventief gehecht is, een lage geldboete opgelegd krijgt, kijk je of je dit kan wegstrepen. Dan is iemand geen first offender meer. Dan is er recht gedaan aan het strafbaar feit en kan de keten weer door. Dit is inderdaad een richting waar momenteel naar wordt gekeken. De officier van justitie kan bij het opleggen van een strafbeschikking nu al rekening houden met de tijd die de verdachte in voorarrest heeft doorgebracht. Met het voorarrest wordt dan rekening gehouden bij het bepalen van de hoogte van de geldboete. Strafbeschikkingen worden gedocumenteerd in de justitiële documentatie zodat duidelijk is dat iemand geen first offender is. Indien er na de aftrek van voorarrest 0 euro over zou blijven, is denkbaar dat er wordt geseponeerd. Ook sepots worden namelijk opgenomen in de justitiële documentatie. Over deze denkrichtingen wordt overleg gevoerd met het OM. Ellian, U. MJenV
27 Vorig jaar motie ingediend en is uitgevoerd. Ging om SPIT-actie, uitstekend. Resultaten waren positief. VVD wil dit graag gaan bestendigen. Gevangenissen permanent, onaangekondigd controleren? Is dit voldoende geborgd? Kan het SPIT-team onaangekondigd inzet plegen zonder dat ze met halve wereld moeten overleggen? (binnen zonder kloppen) Elke inrichting 3x per jaar? De pilot 'binnen zonder kloppen' liep tot eind 2023. De onaangekondigde controles lopen door. Alle penitentiaire inrichtingen zijn tijdens deze pilot in 2023 onaangekondigd gecontroleerd door de Landelijke Bijzondere Bijstandseenheid. Deze controles zijn voorbereid en uitgevoerd in klein comité.

De resultaten van de pilot worden geëvalueerd. De eerste resultaten zijn positief. DJI zal de acties opnemen in het vaste instrumentarium van het veiligheidsbeleid. In de voortgangsbrief Veiligheid en Ondermijning die in de eerste helft van 2024 naar de Tweede Kamer gaat, worden deze resultaten met u gedeeld en wordt u geïnformeerd over de wijze waarop deze acties een vervolg krijgen.
Ellian, U. MRB
28 De situatie is nijpend, antisemitisme gaat door het dak. Waar ik benieuwd naar ben is: Hoe ziet MJenV de uitvoering van het werkplan van de nationaal coördinator antisemitismebestrijding? En wat heeft MJenV daarvoor nodig?
  • Elke vorm van antisemitisme is onacceptabel.

  • De aanpak van antisemitisme in Nederland is uiteengezet in het werkplan van de Nationaal Coördinator Antisemitismebestrijding (NCAB) dat MJenV in oktober 2022 namens het kabinet aan de Tweede Kamer heeft gestuurd.

  • Het kabinet steunt de uitvoering van dit kabinetsbrede werkplan, waarvan de relevantie dezer dagen opnieuw pijnlijk duidelijk wordt.

  • Voor uitvoering van bepaalde onderdelen van het plan, met name buiten het bereik van het ministerie van JenV, ontbreekt momenteel financiering.

  • De benodigde financiering is afhankelijk van de concrete invulling van de voornemens uit het actieplan. 

  • MJenV bekijkt het werkplan nader voor wat betreft de financiële haalbaarheid en gaat hierover op korte termijn met het kabinet in gesprek.

Ellian, U. MJenV
29 Is MRb er echt van overtuigd dat de afdeling intensief toezicht het antwoord is op het grote probleem van voortgezet crimineel handelen vanuit detentie? Wat maakt dat MRb overtuigd is van de nieuwe te realiseren afdeling intensief toezicht in Sittard? En ziet MRb iets in het heropenen en renoveren van de oude EBI die nog steeds in Vught staat als tijdelijke EBI? Wat zou erop tegen zijn dit gebouw weer in gebruik te nemen? Hoogrisico-gedetineerden worden geplaatst in de Extra Beveiligde Inrichting (EBI) of één van de afdelingen Intensief Toezicht (AIT’s). De AIT’s worden gekenmerkt door kleinschaligheid en beheersbaarheid. DJI heeft onlangs een toetsingskader Uitgebreid Beveiligde Inrichting (UBI) voor de AIT’s uitgewerkt. Alle AIT’s krijgen daardoor extra veiligheidsmaatregelen.

Dit jaar komt een extra AIT met 17 plekken in PI Sittard. Op deze afdeling worden gedetineerden na een risico-afweging in een aparte groep geplaatst van circa 4 tot 6 gedetineerden. Buiten deze groepen is er geen contact met medegedetineerden. De plekken zijn op het gewenste beveiligingsniveau conform het toetsingskader UBI.

Deze extra 17 plekken zijn, bovenop de reeds beschikbare 48 AIT plekken, een forse toename. Zo zorgen we ervoor dat deze groep hoog risico gedetineerden, nu en in de toekomst, veilig en verspreid geplaatst kan worden.

Met de komst van een tweede EBI in Vlissingen en de extra AIT in Lelystad wordt voor de lange termijn voorzien in voldoende hoog beveiligde capaciteit. Op dit moment zijn er dan ook geen plannen noodzakelijk voor een derde (tijdelijke) EBI.
Ellian, U. MRB
32 Vanuit rechtstatelijk oogpunt stelt het lid Lahlah dat het wenselijk en noodzakelijk is dat de politie taken van opsporing en handhaving van de openbare orde scheidt. Zo zouden openbare orde en veiligheid de aandacht krijgen die ze verdienen. Hoe reflecteert MJenV hierop? De politie treedt bij de uitvoering van de politietaak altijd op onder het bevoegde gezag. Dit is wettelijk verankerd in artikel 3 van de Politiewet. Voor de handhaving van de openbare orde ligt dit gezag bij de burgemeester. De burgemeester is op grond van de Gemeentewet immers verantwoordelijk voor de handhaving van de openbare orde in zijn gemeente. Voor de strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde, waaronder opsporing, ligt het gezag bij de officier van justitie. Het OM is immers belast met de strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde (artikel 124 Wet op de rechterlijke organisatie). In zoverre is de verantwoordelijkheid voor de uitvoering van deze beide onderdelen van de politietaak staatsrechtelijk van elkaar gescheiden. Omdat beide taken door dezelfde organisatie, de politie, worden uitgevoerd, is in de Politiewet het driehoeksoverleg wettelijk verankerd. In het driehoeksoverleg maken de burgemeester en de officier van justitie, ieder vanuit hun eigen verantwoordelijkheid, afspraken over de inzet van de politie ten behoeve van de handhaving van de openbare orde respectievelijk de strafrechtelijke handhaving van de rechtsorde. Ellian, U. MJenV
34 WODC-onderzoek en rondetafelgesprek over affectieschade. Vinden we dat broers en zussen aanspraak moeten maken op affectieschade? Is MRb bereid deze stap te zetten (en niet eerst het WODC-onderzoek af te wachten)? MRb vindt het belangrijk dat ook broers en zussen aanspraak kunnen maken op vergoeding van affectieschade. Hoe dit geregeld moet worden, moet nader worden bezien, want zorgvuldige wetgeving is van groot belang. Ook in de Ronde Tafel van uw Kamer over dit onderwerp bleek dat de vormgeving van zo'n regeling complex is, juist om te voorkomen dat slachtoffers en nabestaanden in pijnlijke discussies komen en zich miskend voelen.

Het evaluatieonderzoek van de Wet vergoeding affectieschade is daarom naar voren gehaald in de tijd. De kring van gerechtigden, waaronder broers en zussen, is hier nadrukkelijk onderdeel van. Op dit moment voert het WODC dit evaluatieonderzoek uit. De uitkomsten van dit onderzoek zijn nodig ter voorbereiding van wetgeving en MRb wacht dit onderzoek af. Ook zal dit onderzoek inzicht geven in de financiële consequenties van dit voorstel.

De verwachting is dat het onderzoeksrapport medio 2024 wordt opgeleverd. MRb zal vervolgens zijn beleidsreactie op het rapport aan de Tweede Kamer zenden.
Ellian, U. MRB
Lahlah
30 Hoe staat MJenV tegenover religieuze uitingen op de werkvloer? Uw Kamer heeft de afgelopen jaren met een aantal moties benadrukt dat de neutraliteit van het uniform van politie- en BOA-medewerkers, die in direct contact staan met het publiek of die een geweldsbevoegdheid hebben, in regelgeving moet worden bestendigd. MJenV onderschrijft deze lijn en heeft deze genoemde moties uitgevoerd. De politie is, als vertegenwoordiger van de Staat, volledig neutraal. Het stellen van kledingvoorschriften ten aanzien van het politie-uniform gaat om het borgen van de neutraliteit van het overheidsoptreden. Functies waarbij de overheid zich in de samenleving manifesteert met behulp van de sterke arm, en gebruik maakt van dwangmiddelen, oefenen een bijzondere overheidstaak uit. Hierbij is een neutraal overheidsoptreden erg belangrijk. Dit gaat niet over discriminatie, die stelling doet tekort aan waar dit werkelijk over gaat: het borgen van neutraliteit bij politie en buitengewoon opsporingsambtenaren optreden, namens de Staat.  Lahlah, E. MJenV
31 Recht op demonstratie. Extinction Rebellion wordt afgedaan als terrorist. Dat klop niet, omdat recht op demonstratie belangrijk(er) is. Waarom is verkeersbelang belangrijker dan het recht op demonstratie?
  • Demonstreren is een groot goed, maar moet plaatsvinden binnen de wettelijke kaders. De burgemeester is verantwoordelijk voor de openbare orde en kan voorwaarden stellen aan een demonstratie op basis van de Wet openbare manifestaties.

  • Als gestelde voorwaarden worden overtreden, kan het lokale gezag optreden. Indien er demonstranten zijn die de gestelde voorwaarden niet nakomen, zoals ook gebeurd is bij demonstraties bij XR, dan zal opgetreden worden.

  • Het recht op demonstratie is ook geen vrijbrief voor het plegen van ernstige strafbare feiten. Wanneer daar sprake van is, zullen politie en OM stevig optreden.

  • Van het demonstratierecht mag geen misbruik gemaakt worden.

  • In de Wet openbare manifestaties staat dat een demonstratie kan worden beperkt of verboden op basis van 3 gronden: vanwege voorkomen wanordelijkheden, bescherming van gezondheid of in het belang van het verkeer.

  • Dat betekent niet dat het verkeersbelang belangrijker is dan het recht op demonstratie. Namelijk: bij de grond ‘verkeersbelang’ geldt dat enige verkeershinder bij demonstraties niet altijd te voorkomen is en dus moet worden toegestaan.

  • Wel speelt het verkeersbelang een rol bij de beoordeling of een beperking of verbod van een demonstratie gerechtvaardigd is. Deze beoordeling wordt door het lokale gezag gemaakt.

  • Bijvoorbeeld bij demonstraties die het verkeer langdurig en op gevaarlijke wijze blokkeren kan de burgemeester een beperking of verbod instellen.

  • Zoals toegezegd in het vragenuur op 6 februari wordt begin maart een brief aan de Kamer gestuurd over het demonstratierecht.

Lahlah, E. MJenV
33 In slechts een klein aantal van de gevallen van bedreiging, belaging en kindermishandeling wordt aangifte gedaan. Hoe gaat MJenV ervoor zorgen dat het doen van aangifte gemakkelijker wordt? En hoe gaan de professionals in de keten meer kennis krijgen op deze vlakken? Er is aandacht voor het beschermen van slachtoffers bij melding en aangifte. Zo kan een slachtoffer anoniem melding doen bij Veilig Thuis. Daarnaast, worden bij aangifte maatregelen getroffen om te voorkomen dat daders kennis kunnen nemen van de adresgegevens van slachtoffers. Het is ook mogelijk aangifte te doen zonder een adres op te geven. Onder strikte voorwaarden, namelijk toestemming van de rechter commissaris, is het mogelijk anoniem aangifte te doen. Daarnaast kunnen slachtoffers er ook voor kiezen enkel een melding te doen. Dit is voldoende om een onderzoek te kunnen starten. 

Binnen de politie wordt continu geïnvesteerd in kennis, deskundigheid en bewustzijn van alle politiemedewerkers om signalen van huiselijk geweld, kindermishandeling, stalking en bedreiging door (ex-)partners, goed te herkennen. Zowel in de basisopleiding als daarna. Dit is een doorlopend proces.
 
Lahlah, E. MJenV
37 Hoe verhoudt het vrije recht op demonstratie zich tot de opmerking van MJenV in haar HJ Schoo-lezing over “mensen die vinden dat zij mogen bepalen welke informatie of mening juist of niet juist is, wat kwetsend is of niet kwetsend is, wie wel deugt of niet deugt”? Legt deze opvatting niet een druk op de vrijheid van meningsuiting?
  • Vrijheid van meningsuiting houdt juist in dat iedereen zijn mening kenbaar mag maken.

  • Dat houdt dus ook in dat kwetsende opmerkingen gemaakt mogen worden. Dit valt onder dit grondrecht.

  • In het Wetboek van Strafrecht is opgenomen welke uitlatingen strafbaar zijn, zoals bijvoorbeeld het oproepen tot geweld.

  • Uiteindelijk wordt de grens tussen vrijheid van meningsuiting en datgene dat strafbaar is, door de rechter bepaald. 

Lahlah, E. MJenV
Mutluer
35 Wat is de stand van zaken van het plan van aanpak tegen femicide? De staatssecretaris van VWS, de minister van OCW en de minister voor Rechtsbescherming werken gezamenlijk aan dit plan van aanpak om femicide tegen te gaan. Momenteel wordt gesproken met alle betrokken organisaties, zoals Veilig Thuis, Politie, OM, vrouwenopvang en maatschappelijke organisaties. Ook de inbreng van nabestaanden en ervaringsdeskundigen (van huiselijk geweld) wordt daarin meegenomen. Zoals toegezegd wordt dit plan van aanpak in april 2024 naar uw Kamer gestuurd.  Mutluer, S. MRB
36 In de context van explosieven en jonge verdachten: Kan MJenV een landelijke taskforce excessief geweld inrichten naar het voorbeeld van de taskforce overvallen? Het aantal explosies, en ook de zwaarte ervan, is zeer zorgwekkend. Zoals in uw Kamer eerder gemeld, is MJenV te allen tijde bereid burgemeesters, OM en politie bij te staan in de aanpak van deze problematiek. Een initiatief voor een taskforce of een andere vorm van integrale samenwerking zal dan ook door het ministerie worden ondersteund. Hierover vinden thans gesprekken plaats met betrokken gemeenten, politie en OM. Mutluer, S. MJenV
38 Vrijheid van vrees zegt veel over zelfbeschikking en veiligheid. Kan ik veilig over straat lopen en kan ik in een veilige wijk wonen? Kan ik altijd rekenen op een betrouwbare overheid die mij in bescherming neemt? In dat licht ben ik trots dat we de wet seksuele misdrijven aannamen in deze Kamer. Dat we conform internationale mensenrechtennormen als 16e land in de EU seks zonder toestemming definieerden als verkrachting en dit opnamen in de wet. Slachtoffers staan hiermee op de eerste plek. Uitvoering van de wet door politie en OM wordt een uitdaging, zeker als MJenV weigert mee te werken op meer regie voeren op de strafrechtketen. Ik hoop dat ze daar vandaag uitgebreid op ingaat.
  • Op 5 maart aanstaande behandelt de Eerste Kamer de Wet seksuele misdrijven. Zoals ook aan uw Kamer bericht in mijn brief van december 2023, is de richtingsdatum voor de inwerkingtreding van de wet 1 juli 2024. Tot die tijd werkt de MJenV hard samen met alle organisaties in de strafrechtketen aan de implementatie van de wet. 

  • MJenV zal uw Kamer over de uitvoering van de Wet seksuele misdrijven blijven informeren, ook na de inwerkingtreding van de wet.

  • Dit bijvoorbeeld via de voortgangsbrieven over de aanpak van online seksueel kindermisbruik en zeden die regelmatig aan uw Kamer worden gestuurd.

  • De Wet seksuele misdrijven kan alleen met succes worden geïmplementeerd en uitgevoerd als alle organisaties die de wet zullen uitvoeren met elkaar samenwerken.

  • Daarom is een ketenbreed implementatietraject ingericht waarin politie en OM volop participeren. 

Mutluer, S. MJenV
39 Onze politieagenten zijn cruciaal bij de aanpak van ondermijning. Recent demonstreerden zij voor betere pensioenen en vroegpensioen voor zware beroepen. GL/PVDA heeft daarvoor in de 1e en 2e Kamer voorstellen gedaan. Hoe staat het met de uitvoering daarvan? Recent is een evenwichtig en vernieuwd arbeidsvoorwaardenakkoord voor de sector Politie gesloten, voor het eerst zonder acties. Daar zijn we erg blij mee. Onze politiemedewerkers verdienen onze steun. Het is aan het nieuw te vormen kabinet om over maatregelen in verband met vroegpensioen te beslissen, zoals de Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen in haar brief van 12 januari 2024 heeft aangegeven. Na die politieke besluitvorming treedt MJenV in overleg met de politievakbonden zoals afgesproken in het arbeidsvoorwaardenakkoord. Mutluer, S. MJenV
40 De rol van gemeenten in het terugdringen van ondermijning wordt groter. Maar als zij geen capaciteit en geld hebben voor met name lokale opsporing, dan is het dweilen met de kraan open. Er is een forse versterking nodig van de lokale recherchecapaciteit en versterking van de wijkgebonden geüniformeerde politie. Hetzelfde geldt voor het OM en de rechterlijke macht. Hoe gaat de minister dat oplossen? De vraag naar politiecapaciteit is toegenomen. Daarom hebben de vorige kabinetten de operationele formatie van de politie fors uitgebreid. Rutte III heeft de operationele formatie van de politie met zo’n 2400 fte uitgebreid. Rutte IV heeft daar nog in totaal zo’n 1300 fte aan toegevoegd, waarvan de grootste uitbreiding de 700 fte agenten voor de wijk uit motie-Hermans en de opsporingscapaciteit was. Het vervangen van vertrekkende operationele medewerkers en het realiseren van de uitbreidingen van de kabinetten Rutte III en IV vormt een meerjarige opgave voor de politie en de Politieacademie. De komende jaren zal alle beschikbare opleidings- en begeleidingscapaciteit worden benut. Dit maakt dat nieuwe capaciteitsuitbreidingen met breed opgeleid politiepersoneel in de eerstkomende jaren niet kunnen worden gerealiseerd. Voor specialistische zij-instromers zoals digitale of financieel-economische specialisten is nog wel voldoende opleidings- en begeleidingscapaciteit voor eventuele capaciteitsuitbreidingen, al is de krappe arbeidsmarkt ook voor deze functies een uitdaging voor zowel werving als behoud. Om een aantrekkelijke werkgever te blijven voor zittend en toekomstig personeel heeft de politie een arbeidsmarktstrategie. Mutluer, S. MJenV
41 Er is meer geld beschikbaar in de strijd tegen ondermijning. Waar worden deze middelen voor ingezet? Hoe effectief is de inzet van deze middelen? Hoeveel van die gelden gaan naar de nationale opsporing of lokale opsporing? Voor de aanpak van georganiseerde, ondermijnende criminaliteit is in 2024 830 miljoen euro beschikbaar. Deze middelen zijn beschikbaar gesteld aan partners die langs de volle breedte van de integrale aanpak betrokken zijn, waaronder de politie, het OM, de Rechtspraak, het gevangeniswezen, de KMar, de Belastingdienst, de FIOD, de Douane, gemeenten en de RIEC’s. Van dit bedrag is in 2024 199 miljoen euro beschikbaar voor de politie en specifiek 76 miljoen euro voor opsporing. Dit zijn geen incidentele middelen maar dit is structureel geld, oplopend tot 84 miljoen euro vanaf 2027. Met deze middelen wordt zowel de Landelijke Recherche als de opsporing in de eenheden ondersteund. Aanvullend wordt in alle eenheden ingezet op regionale versterking van de aanpak via de RIEC's en wordt in drie eenheden ingezet op de mainportsaanpak. De besteding van de middelen en effectiviteit van de aanpak wordt nauwlettend gevolgd en via de voortgangsbrieven wordt de Tweede Kamer periodiek uitgebreid geïnformeerd over de voortgang van de gezamenlijke aanpak. Zoals in deze brieven ook wordt toegelicht, is het vaststellen van het effect van de aanpak een complexe opgave, mede door het verborgen karakter van de problematiek. Voor de zomer van 2024 wordt aan de Kamer een volgende voortgangsbrief gestuurd, waarin een geactualiseerd beeld wordt gegeven, kwalitatief en kwantitatief, van de aanpak van georganiseerde criminaliteit. Mutluer, S. MJenV
42 De schadelijke invloed van ondermijning groeit: drugslabs in wijken, garages of glazenwassersbedrijven met uitbuiting en witwassen als enig doel en vakantieparken op grote schaal die gebruikt worden voor witwasdoeleinden. Waar blijft de regelgeving om het invoeren van een vergunningsplicht voor winkels in bepaalde wijken, of de exploitatievergunningen voor vakantieparken, te versnellen? Dan kan via Bibob-toets het kaf van het koren worden gescheiden. Nu is er alleen een handreiking opgesteld door VNG.
  • Gemeenten kunnen verschillende instrumenten inzetten om op lokaal niveau georganiseerde ondermijnende criminaliteit tegen te gaan, zoals het invoeren van een vergunningplicht.

  • Gemeenten hebben hierbij autonomie, omdat zij het beste kunnen inschatten wat in welke wijk of in welke branche nodig is.

  • Voorbeelden van het invoeren van vergunningsplichten zijn te vinden in de autoverhuurbranche en meer recent nog in de glazenwassersbranche. MJenV volgt deze ontwikkelingen en spreekt hierover ook met gemeenten, RIEC's, en andere departementen en branches.

  • Bepaalde gebieden en bepaalde branches zijn inderdaad kwetsbaar. Een landelijke vergunningplicht die geldt in elke gemeente is echter een niet proportioneel en te vergaand middel onder meer vanwege hoge administratieve lasten voor gemeenten en ondernemers.

  • MJenV heeft daarom een handreiking ontwikkeld op basis waarvan gemeenten zelf een kwetsbaarheidsanalyse kunnen uitvoeren. Dit is een startpunt voor het treffen van passende maatregelen.

Mutluer, S. MJenV
44 Waarom heeft de politie nog geen vast aanspreekpunt voor femicide? Kan MJenV reageren op het rapport van de Inspectie Justitie en Veiligheid (IJenV) in de zaak Hümeyra Ergincanli? Op 11 januari jongstleden ontving uw Kamer het onderzoeksrapport Gestalkt. Gezien. Gehoord? Vervolgonderzoek op ‘De aanpak van de stalking door Bekir E. (2019)’ van de IJenV. De Inspectie constateert dat er veel is verbeterd in de aanpak van stalking, maar dat er nog knelpunten zijn.

Zoals aangegeven in de aanbiedingsbrief van 11 januari wordt momenteel in afstemming met de betrokken uitvoeringsorganisaties (waaronder politie, OM en Veilig Thuis) een beleidsreactie opgesteld. Daarin zal ook worden ingegaan op de aanbeveling van de inspectie om bij de politie een vast aanspreekpunt voor slachtoffers te realiseren. Wij verwachten deze beleidsreactie eind februari naar uw Kamer te kunnen sturen.
Mutluer, S. MJenV, MRB
45 Lokale opsporing krijgt op dit moment niet de nodige aandacht in capaciteit en geld. Moeten we daarvoor middelen toekennen? Het is niet duidelijk waar de middelen naar toe gaan, gelet op de begroting. Er moet een balans zijn. Kan MJenV inzicht geven in waar de gelden voor ondermijning voor worden ingezet? Graag ook ingaan op effectiviteit van de besteding. Het kabinet heeft onder andere geïnvesteerd in 700 extra agenten voor de basisteams. Dat betreft zowel wijkagenten als agenten die zich bezig gaan houden met de opsporing van criminaliteit op lokaal niveau. Voor een aanvullende investering in lokale opsporingscapaciteit is het goed om erbij aan te tekenen dat de instroom van extra capaciteit pas na een volgende kabinetsperiode gerealiseerd kan worden. Voor overige vragen over effectiviteit: zie het antwoord op vraag nummer 41. Mutluer, S. MJenV
47 Er wordt 16 miljard euro aan crimineel geld witgewassen. Ondanks dat er meer geld gaat naar ondermijning, blijft de ambitie van MJenV steken op 200 miljoen. Wil MJenV mij uitleggen hoe we de komende jaren meer geld gaan afnemen van criminelen? Het doel van het aanpakken van criminele geldstromen is het verdienmodel te verstoren en het criminele netwerk kapot te maken. Dat heeft de meeste impact op een criminele organisatie. Afpakken is daarin een middel om dit doel te bereiken. De nieuwe inzichten uit onder andere ontsleutelde cryptocommunicatie laten zien dat afpakken van crimineel geld niet eenvoudig is, omdat veel geld naar het buitenland verdwijnt of omdat geld buiten het reguliere financiële stelsel om ‘ondergronds’ gaat (ondergronds bankieren). Tegelijkertijd blijft het belangrijk om geld dat wel in Nederland blijft, op te sporen en af te pakken. Daarom wordt onder andere het wettelijk instrumentarium uitgebreid (Non-Confiction Based Confiscation, FIU-spoedbevriezing), worden twee regionale combiteams opgezet (in Amsterdam-Amstelland en Midden-Nederland) en wordt gewerkt aan systemen om meer en beter zicht te hebben en houden op crimineel vermogen (o.a. vermogensdossier en continue vermogensmonitor). Mutluer, S. MJenV
49 Vorig jaar is er een motie ingediend om door RIEC een onderzoek te laten doen naar vakantieparken. Vervolgens zijn er voorstellen gedaan (kadaster, bibob onderzoeken, exploitatieonderzoeken). Mutluer komt terug op de lokale aanpak, sommige gemeenten hebben deze capaciteit om dat voor elkaar te krijgen, anderen niet. Zonder op de stoel van de burgemeester te zitten, we moeten ze wel helpen. Kan door verschillende dingen: handreiking, extra inzet van politie, landelijke regels (ook door opsteller onderzoek). Kan MJenV antwoord geven op bovenstaande? Er is een Rijksbrede aanpak voor vakantieparken, de actie-agenda vakantieparken. Deze aanpak wordt getrokken door de minister van BZK, in samenwerking met de ministers van JenV, SZW, VWS en EZK. De Kamer is hierover op 29 juni 2023 geïnformeerd. Afgelopen periode zijn diverse acties uitgevoerd om de veiligheid op vakantieparken te stimuleren en gemeenten van een handelingskader te voorzien, zoals een juridische handreiking voor gemeenten, workshops voor toezichthouders en extra aandacht voor de toepassing van de wet Bibob bij vakantieparken. Ook heeft het Ariadne project, de succesvolle hands-on aanpak in Gelderland, in januari 2023 voor nog drie jaar financiering ontvangen. Daarnaast heeft het Ariadne project extra financiering ontvangen om meer aan kennisdeling te kunnen doen, zodat ook andere gemeenten geholpen kunnen worden. In het eerste kwartaal van 2024 stuurt de minister van BZK een brief naar de Kamer over de brede (vervolg)aanpak van vakantieparken. Mutluer, S. MJenV
50 Nationale veiligheid. Ik ben geschrokken van de berichtgeving over het feit dat meerdere gemeenten het toezicht stoppen van voor terrorisme veroordeelde jihadisten die hun straf wel hebben uitgezeten maar geen Nederlander meer zijn. De landelijke pilot om deze voormalige Nederlanders toch in de gaten te houden is er nog steeds niet. Hier wil ik graag een reactie op van MJenV. Naar aanleiding van knelpunten die de G4-gemeenten eerder onder de aandacht hebben gebracht, wordt een pilot voor een Landelijk Afstemmingsoverleg Vertrek (LAOV) ingericht. Het doel van dit overleg is om op nationaal niveau vreemdelingrechtelijk zicht te houden op terrorismeveroordeelden zonder rechtmatig verblijf ten behoeve van het vertrek naar het land van herkomst of het land van de overgebleven nationaliteit. Daaronder valt niet het mitigeren van risico’s ten aanzien van openbare orde en nationale veiligheid. Mogelijke signalen die relevant zijn voor de nationale veiligheid kunnen door de deelnemers aan de LAOV-pilot worden doorgeleid naar de veiligheidspartners (politie en AIVD), die hier vanuit hun eigen taken en bevoegdheden opvolging aan kunnen geven. De burgemeesters van de G4 ontvangen binnen enkele weken, conform afspraak, het definitieve plan van aanpak van het LAOV. Voordat de pilot van start kan gaan dient een juridische validatie plaats te vinden. Deze wordt op dit moment uitgevoerd. Verwacht wordt over enkele weken ook daadwerkelijk te starten met de pilot. MJenV zal uw Kamer hier dan ook over informeren wanneer de pilot gestart is. Mutluer, S. MJenV
51 Kan de staatssecretaris de motie uitvoeren over de continuering van het House of Inner Strength?
  • Ja, SJenV geeft samen met het ministerie van Volksgezondheid, Welzijn en Sport uitvoering aan de motie Mutluer c.s. die de regering verzoekt om met betrokken gemeenten en de VNG in overleg te treden over mogelijke continuering van het House of Inner Strength.

  • Het gesprek met de betrokken organisaties gaat in maart plaatsvinden.

Mutluer, S. SJenV
Sneller
52 Recidive. De gevangenis blijkt de beste leerschool te zijn voor crimineel handelen. MRb is bezig met een verkenning naar alternatieven om de gereedschapskist van de rechter te verbreden en effectief te straffen. MRb heeft aangekondigd geen wetswijziging in gang te zetten, maar wel te kijken naar voorbereiding en pilots. Kan MRb uitleggen hoe het staat met deze verkenning en uitwerking? MRb en MJenV werken nu met de betrokken ketenpartners de maatregelen uit de brief over Straffen op maat verder uit.
 De pilots die MRb en MJenV al binnen de huidige kaders willen uitvoeren zijn bijvoorbeeld de flexibele taakstraf met zorg- en leerelementen en het vaker adviseren door de reclassering bij vroeghulp. Het voorstel voor de pilot vroeghulp is uitgewerkt door de betrokken ketenpartners. De bedoeling is dat de pilot start in de zomer 2024 in het arrondissement Rotterdam. Hierbij wordt onderzocht bij welke doelgroepen (bijvoorbeeld adolescenten) dit van meerwaarde kan zijn. In 2023 is gestart met twee kleinschalige pilots van de taakstraf met zorg. De reclassering werkt aan een voorstel om dit in 2024 op te schalen. De bedoeling is dat de effectiviteit en de slagingskans van taakstraffen hiermee wordt vergroot.
De voorbereiding van andere maatregelen op het gebied van Straffen op maat wordt ook doorgezet door de MRb en MJenV.  Het is aan de nieuwe bewindspersonen om te bepalen of maatregelen uiteindelijk worden ingevoerd.
Sneller, J.C. MJenV, MRB
53 Het kost een agent gemiddeld acht uren om een winkeldiefstal af te handelen. Dit schijnt ten opzichte van andere landen vrij lang te zijn, aldus het lid Sneller. Wat kan er worden gedaan om die tijd te verminderen? Uw Kamer is op 7 december 2023 geïnformeerd over de visie op de politiefunctie. Het is noodzakelijk dat de politie zich kan richten op haar kerntaken. Daarvoor is het nodig dat andere partijen hun verantwoordelijkheid pakken, bijvoorbeeld waar het gaat om winkeldiefstal. Om de druk op de politiecapaciteit door winkeldiefstal te verminderen steunt JenV de toepassing van directe aansprakelijkstelling. Supermarkten kunnen geen boetes opleggen, maar wel een vordering indienen op basis van civiel recht. Dit is inmiddels een veelvoorkomende werkwijze bij verschillende typen delicten, mede vanwege het preventieve effect. De civiele vordering compenseert de indirecte schade van de ondernemer, bestaande uit het vasthouden van de winkeldief, het bellen van de politie en het doen van aangifte. Sneller, J.C. MJenV
54 Het vertrouwen van mensen in de overheid is al lange tijd relatief laag. Het vertrouwen kan hersteld worden door mensen weer te vertrouwen en daarom is al langere tijd het idee om recht op vergissing te geven. Bijvoorbeeld wanneer mensen informatie moeten verstrekken aan de overheid op basis waarvan overheid beslissingen maakt, en als dat fout gaat dat men er dan niet direct vanuit gaat dat het een bewuste fout is en dat een boete passend is, in plaats van een goed gesprek of een kans om de fout te herstellen. CU noemt dat recht op genade en weet niet of het in grondwet moet. Mijn vraag aan MRb is of we kunnen kijken of dit bij de Algemene wet bestuursrecht die al herzien wordt kunnen betrekken? De gedachte achter ‘het recht op een vergissing’ sluit nauw aan bij het wetsvoorstel ter versterking van de waarborgfunctie van de Algemene wet bestuursrecht dat onlangs in consultatie is gegaan. Het wetsvoorstel beoogt bij te dragen aan het herstel van het vertrouwen van de burger in de overheid (en vice versa). Onderdeel van het wetsvoorstel is het recht op herstel van kennelijke fouten in een besluit. Daarnaast kent het bestuursrecht ruime mogelijkheden om vergissingen te corrigeren. Als een aanvraag onvolledige informatie bevat, moet het bestuur de burger bijvoorbeeld eerst de kans geven dit gebrek te herstellen. De aanvraag mag dan niet zomaar worden afgewezen. Het vergisrecht kent wel grenzen, omdat ook de belangen van derden in het geding kunnen zijn. Sneller, J.C. MRB
55 Vorig jaar vond er een recordaantal winkeldiefstallen plaats, onder andere door de invoering van de zelfscan. Dit kost op jaarbasis 178 agenten. Wat mij betreft gaat MJenV in gesprek met supermarkten om meer diefstallen te voorkomen. Daarnaast is er de mogelijkheid om dit via een schadevergoeding te regelen, dat gebeurt nu nog weinig. Welke kansen ziet MJenV om dit verder uit te rollen? In het Nationaal Platform Criminaliteitsbeheersing voert MJenV periodiek overleg met supermarkten om tot een evenwichtige aanpak rondom winkeldiefstal te komen. Uitgangspunt is dat supermarkten – vooral bij de inzet van zelfscankassa’s – een eigen verantwoordelijkheid hebben om de criminaliteitspreventie op orde te hebben.
Momenteel wordt met de retailsector een toolbox interventies winkeldiefstal ontwikkeld om ondernemers te informeren over de aanpak van winkeldiefstal. Onderdeel daarvan is het toelichten van de mogelijkheid van een civiele vordering achteraf waarmee de ondernemer de schade kan verhalen. Dit is inmiddels een veelvoorkomende werkwijze bij verschillende typen delicten, waaronder winkeldiefstal.
Het is belangrijk dat deze civielrechtelijke vordering hand in hand gaat met het inschakelen van de politie. De civiele vordering compenseert de indirecte schade van de ondernemer, bestaande uit het vasthouden van de winkeldief, het bellen van de politie en het aangifte doen. Het is in principe geen vervanging voor politie-inzet. Hierbij verwijst MJenV tevens graag naar de White Paper ‘Visie op de politiefunctie’, die MJenV op 7 december 2023 naar uw Kamer heeft gezonden. Hierin wordt verder ingegaan op het handhaven van normen en regels in de maatschappij door politie en betrokken partners.
Sneller, J.C. MJenV
57 De motie Van Weyenberg-Dijkgraaf vraagt om het opnemen van een standaard evalutieparagraaf bij een substantiële beleidswijziging. Veel evaluaties eindigen met de conclusie dat er onvoldoende gegevens zijn om een conclusie te trekken. Kan MRb aan het WODC vragen om - samen met andere organisaties die zich bezig houden met evaluaties - een kader te maken voor de invulling van evaluatiebepalingen, zodat duidelijker wordt waarop wordt geëvalueerd en wat er nodig is (aan gegevens) om een evaluatie te kunnen uitvoeren? Rijksbreed is er al het nodige aan instrumenten en kaders om evaluaties vorm te geven. Die informatie is echter versnipperd. MRb is het met de heer Sneller eens dat een duidelijk en bruikbaar kader ontbreekt. Als minister voor rechtsbescherming ben ik verantwoordelijk voor het Rijksbrede wetgevingsbeleid en is het mijn taak om instrumenten te ontwikkelen die aan goed wetgevingsbeleid bijdragen. MRb zal dan ook verzamelen hetgeen al bekend en beschikbaar is, om vervolgens met het WODC in overleg te gaan welke onderzoeken zij kunnen doen en welke instituties zij kunnen betrekken om dat verder aan te vullen.  Sneller, J.C. MRB
Uitermark
56 Aanpak organiseren ondermijnende criminaliteit. In dit soort ondermijningszaken worden procesafspraken gemaakt met als inzet om zaken sneller af te doen en dat de zaken dan minder tijd kosten voor de rechtbanken. Insteek is niet onbegrijpelijk, gelet op de druk en de capaciteit, maar het is volgens NSC wel een fundamentele verandering. Er wordt een wettelijke regeling voorbereid. Dat vindt NSC ook nodig om kaders te stellen. Wat wordt de insteek van deze wettelijke regeling en voor welke strafbare feiten wordt deze procesafspraak gemaakt? De regeling van procesafspraken wordt in nauwe samenwerking met de betrokken ketenorganisaties voorbereid en zal worden doorgevoerd in het nieuwe Wetboek van Strafvordering. De insteek van die regeling is dat procesafspraken alleen worden gemaakt in de zaken die zich daar het beste voor lenen. In dat kader wordt ook bezien of bij bepaalde strafbare feiten – zoals ernstige gewelds- en zedenmisdrijven – de mogelijkheid tot het maken van procesafspraken moet worden uitgesloten.

Het voornemen is om de regeling van procesafspraken, als onderdeel van de zogeheten eerste aanvullingswet van het nieuwe Wetboek van Strafvordering, in april in formele consultatie te geven. De regeling van procesafspraken is dan openbaar toegankelijk.
Uitermark, J. MJenV, MRB
58 Bij het OM wordt dit jaar gerekend op 10.470 Ondermijningszaken. Dit blijft de komende jaren gelijk. Hoe kan het dan dat de ambitie tot verdere intensivering van de aanpak leidt tot een toename van het aantal zaken? Kan MJenV hierop reflecteren? De brede aanpak van georganiseerde ondermijnende criminaliteit richt zich niet alleen op het bestraffen, maar ook op het voorkomen en verstoren van georganiseerde ondermijnende criminaliteit. Het kabinet zet in op preventie, op het weerbaar maken van kwetsbare branches en het wegnemen van gelegenheidsstructuren voor criminele netwerken. Het doel is om Nederland onaantrekkelijk te maken voor criminelen die zich hier willen vestigen. De intensivering van deze brede aanpak valt dus niet simpelweg te vertalen in een stijging van strafzaken bij het OM. Als het gaat om het aantal zaken dat het OM afdoet, zijn de ook volgende factoren relevant: Ondermijningszaken worden steeds omvangrijker en bewerkelijker. Bovendien kost het tijd om officieren van justitie op te leiden en in te zetten op ondermijningszaken. Als dat geëffectueerd is zal dat naar verwachting ook terug te zien zijn in de cijfers. Uitermark, J. MJenV
59 Kan de beroepsgroep mediators strafrecht een vaste plek krijgen in justitiële keten? Mediators in strafzaken beschikken over bijzondere deskundigheid en zij vervullen een belangrijke rol in het bevorderen van herstelrecht. Momenteel wordt het Beleidskader herstelrechtvoorzieningen herzien en voert het WODC een plan- en procesevaluatie van mediation in strafzaken uit. Met de resultaten van de plan- en procesevaluatie kan de voorziening mediation in strafzaken – indien noodzakelijk – toekomstbestendiger worden ingericht. Ook wordt onderzocht of herstelrecht, waaronder mediation in strafzaken, steviger wettelijk kan worden verankerd in het nieuwe Wetboek van Strafvordering. Bovendien is dit begrotingsvoorstel beoogd om de vergoedingen voor mediators in strafzaken bij de tijd te brengen. Bij de voornoemde trajecten zal de positie van mediators in strafzaken in de justitiële keten worden betrokken. Uw Kamer wordt na de zomer over de voortgang van herstelrecht geïnformeerd in de voortgangsbrief herstelrecht.
 
Uitermark, J. MRB
60 In de brief van eind januari heeft MRb aangegeven dat uit een eerder onderzoek geen aanleiding blijkt om de bekostigingssystematiek te veranderen. Er wordt verwezen naar stukken uit vergaderjaar 2019/2020. Ik wil MRb het volgende vragen: wat vindt hij daar zelf van? Hoe kijkt MRb naar P maal Q financiering en acht hij dat wenselijk? En hoe kijkt de minister naar ketenfinanciering als mogelijke belemmering voor efficiënte en effectieve oplossingen? In een eerder, onafhankelijk onderzoek naar aanleiding van de motie Rosenmöller is onder andere zeer grondig gekeken naar de werking van de verschillende bekostigingssystemen in de strafrechtketen.

In dit onderzoek werd geconcludeerd dat de onderzochte organisaties (politie, rechtspraak, OM) ieder hun eigen bekostigingssystematiek kennen en dat gehanteerde bekostigingssystemen elk hun voor- en nadelen hebben. Er wordt geen algemene voorkeur uitgesproken voor een bepaald bekostigingssysteem. Er is dan ook geen aanleiding om de huidige wijze van bekostigen, dus ook de (gedeeltelijke) P maal Q bekostiging te wijzigen. Wel werd bepleit om, in samenspraak met de betrokken organisaties, goed de vinger aan de pols te houden en alert te zijn op mogelijke knelpunten zodat waar nodig verbetering of verfijning binnen de bestaande systemen kan worden overwogen. Dit gebeurt ook in de praktijk: bij knelpunten die voortvloeien uit de wijze van bekostiging wordt met de betreffende organisaties bekeken of deze kunnen worden opgelost. Een voorbeeld hiervan is dat nu bij een verwachte toe- of afname van de productie rekening wordt gehouden met de tijd die nodig is om de organisatie te kunnen op- of afbouwen.

Ketenfinanciering is mogelijk en vindt ook al plaats bij specifieke, duidelijk af te baken taken of specifieke projecten, zoals de implementatie van het Wetboek van Strafvordering en de digitalisering van de strafrechtketen.
Uitermark, J. MRB
61 Onderzoeken over recidive laten zien dat verdachten die recidiveren vaak onderliggende problemen hebben waardoor zij terugvallen. Dit belast de strafrechtketen. MRb wordt gevraagd om onderzoek te doen naar die groep veroordeelden die het wel lukt om na veroordeling uit de criminaliteit te blijven. Ook wordt MRb gevraagd wat zijn inzet is op het terugdringen van recidive. MRb zal in overleg met het WODC nagaan welk onderzoek op dit terrein reeds bekend is en of nieuw onderzoek tot nieuwe inzichten kan leiden. Indien dit laatste het geval is, zal MRb het WODC verzoeken dit onderzoek in gang te zetten. De Kamer zal voor de zomer van dit jaar middels de zesde voortgangsbrief “Recht doen, kansen bieden” worden geïnformeerd. Uitermark, J. MRB
62 De strafrechtketen kent grote capaciteitsproblemen. De Universiteit van Maastricht heeft een initiatiefvoorstel ontwikkeld tot invoering van elektronische detentie als zelfstandige hoofdstraf. Naar verwachting leidt dit tot aanzienlijke verlaging van het aantal recidives. Bovendien biedt dit meer tijd voor andere zaken en draagt het bij aan het oplossen van ernstige capaciteitsgebrek in het gevangeniswezen. NSC wilt stappen ondernemen en zelf initiatief nemen in samenwerking met D66. Is MRb bereid om ambtelijke ondersteuning toe te zeggen hiervoor? Ja, MRb wil deze toezegging doen. Het is hiervoor handig om een brief met het verzoek tot ondersteuning aan MRb te richten. Zo kunnen gelijk de juiste contactgegevens worden uitgewisseld. Uitermark, J. MRB
Van Vroonhoven
63 De benoeming van de vicepresident van de Raad van State kan en moet transparanter. De selectie van kandidaten moet gebaseerd zijn op basis van competenties. Een benoeming op een dergelijke functie mag geen politieke deal zijn. Graag een reflectie van MJenV op deze procedure.
  • MJenV herkent niet het geschetste beeld.

  • De vicepresident wordt bij koninklijk besluit op voordracht van de Minister van BZK in overeenstemming met de Minister van Justitie en Veiligheid voor het leven benoemd. Voor de benoeming wordt de Raad van State gehoord.

  • De Wet op de Raad van State voorziet bovendien al in de benodigde transparantie. Vacatures worden in de Staatscourant geplaatst onder opgave van het profiel van de gezochte kandidaat. De kandidaat wordt geselecteerd op basis van de competenties in het profiel.

Vroonhoven, N. van MJenV
64 Deelt MRb de zorg dat het gebruik van open normen in de wet de functie van de wetgever kan uithollen? De wetgever hoort niet weg te lopen van de taak om regels te stellen. Maar er zijn ook situaties waarin open normen juist wenselijk kunnen zijn. Als we ruimte willen geven aan bijvoorbeeld professionals in de zorg moeten we niet dichttimmeren in de wet hoe die zorg in elk individueel geval precies verleend dient te worden. En als we ruimte willen bieden voor innovatieve technieken om bepaalde normen te halen, moeten we niet het middel maar het doel vooropstellen in de normstelling. Het is dus een kwestie van afwegen of in een gegeven setting het verantwoord en wenselijk is om een open norm in de wet op te nemen. Als dat zo is zie ik dat niet als uitholling van de functie van de wetgever maar als verstandig wetgeven. Vroonhoven, N. van MRB
65 Ook wordt gezegd dat besturen via akkoorden gevaarlijk kan zijn voor de kwaliteit van wetgeving. Dan worden coalities gevormd via verschillende maatschappelijke partijen en overheden. Hoe komt die besluitvorming tot stand? De wetgever zou dan eigenlijk alleen maar gaan stempelen en de vraag is of dat juiste wetgeving vormt. Hier graag een reflectie op van MRb. Akkoorden kunnen bruikbaar zijn, daar waar de betrokkenheid van de daarbij aangesloten partijen wenselijk of zelfs noodzakelijk is om resultaat te bereiken. Als een bewindspersoon een voorstel doet om een maatschappelijk probleem aan te pakken op basis van een tussen partijen gesloten akkoord, is het van belang dat dit transparant en goed onderbouwd in de toelichting op een wetsvoorstel staat. Gelet op de verantwoordelijkheid van MRb voor de rijksbrede kwaliteit van wetgeving wil ik benadrukken dat betrokkenheid van alle relevante partijen bij de voorbereiding van beleid en wetgeving van groot belang is om te komen tot een effectief en uitvoerbaar voorstel dat op voldoende draagvlak in de samenleving kan rekenen. Vroonhoven, N. van MRB
66 Hoe kijkt MJenV aan tegen het idee om een contactpersoon bij de gemeente aan te stellen om een betere samenwerking tussen gemeentelijke instanties en sociale advocatuur bij cliënten met sociale en psychische problemen te bewerkstelligen? Het belang van verbinding tussen het juridische en sociale domein is duidelijk. MRb wil dat zoveel mogelijk juridische hulpvragen in een vroeg stadium opgelost worden. En daarvoor is samenwerking op lokaal niveau nodig. Dat stimuleert JenV. De pilot Hillesluis (Rotterdam) is een mooi voorbeeld.

MRb is er druk mee bezig om samenwerking tussen het sociale en juridische domein verder aan te jagen. Dit gaan we in een regio doen, in samenwerking met Divosa en het Juridisch Loket. Hiervoor gaan we in gesprek met gemeenten en andere partijen. Uiteindelijk werken we toe naar een landelijke opschaling. Sociaal advocaten hebben overigens vaak zelf connecties bij bijvoorbeeld wijkteams, of zijn in staat die te ontwikkelen. Gemeenten kunnen het idee van contactpersonen zelf oppakken, als dat past in hun lokale beleid.
Vroonhoven, N. van MRB
67 De Bescherming Bevolking (BB). De organisatie was verantwoordelijk voor het blussen van branden, redden van mensen en het ondersteunen van de bevolking ten tijde van oorlogsdreiging of de gevolgen van oorlogshandelingen. De organisatie is in 1986 opgeheven. Zou het in het huidige tijdsgewricht niet verstandig zijn om deze ontmanteling te heroverwegen?

Een herinvoering van de Bescherming Bevolking ligt niet direct voor de hand, aangezien er in Nederland dag en nacht al duizenden professionals klaar staan voor rampen en crises van welke aard dan ook.

Met de Veiligheidsstrategie voor het Koninkrijk der Nederlanden heeft het kabinet de strategische basis gelegd voor een toekomst waarin Nederland weerbaar is en voorbereid is op de dreigingen van vandaag en morgen. Het ministerie van JenV werkt momenteel aan een meerjarig landelijke agenda crisisbeheersing die hieruit volgt. De drie pijlers van deze agenda betreffen het versterken van de voorbereiding en paraatheid, het versterken van een weerbare samenleving en het bevorderen van de kwaliteit en professionaliteit, zoals toegelicht in de brief van MJenV van 14 december 2023.

Maatschappelijke weerbaarheid is een belangrijk thema en een maatschappijbrede opgave die inzet vraagt van het ministerie van JenV, maar ook van medeoverheden, veiligheidsregio’s, het bedrijfsleven, burgers en andere beleidsverantwoordelijke departementen, inclusief Defensie. De NCTV gaat samen met Defensie aan de slag met het in beeld brengen van wat er additioneel nodig is om maatschappijbreed voorbereid te zijn op een militaire dreiging en de beleidskeuzes die daaruit volgen.

Vroonhoven, N. van MJenV
135 Graag reactie op onderstaande voorstellen: • Een herbeoordeling van de eis om minimaal 10 zaken in het voorgaande jaar op gebied van huurrecht en arbeidsrecht te doen, om zodoende nieuwe zaken te mogen aannemen. Wij krijgen signalen dat deze regel ervoor zorgt dat er te weinig advocaten zijn om toevoegingszaken aan te nemen binnen dit rechtsgebied. • Betere samenwerking tussen gemeentelijke instanties en sociale advocatuur juist bij cliënten met sociale en psychische problemen. Een contactpersoon bij de gemeente kan hier een simpele oplossing voor zijn. Samen met de NOvA wordt jaarlijks bekeken waar het mogelijk is om de inschrijvingsvoorwaarden aan te passen zodat deze niet een te hoge drempel vormen voor de sociale advocatuur. Daarbij is aandacht voor de borging van de noodzakelijke kwaliteit van advocaten. Sociaal advocaten staan doorgaans een kwetsbare rechtszoekenden bij. De belangen voor de rechtszoekenden zijn in de meeste gevallen groot. De eis van minimaal 10 zaken per jaar op het gebied van huurrecht en arbeidsrecht is nodig om de kwaliteit van rechtsbijstandsverlening op deze gebieden te borgen. Het is van belang dat sociaal advocaten jaarlijks voldoende praktijkervaring opdoen en op die manier hun vakbekwaamheid blijven onderhouden. Vroonhoven, N. van MRB
Boswijk
68 Kan MJenV de Kamer informeren over de uitvoering van de motie Van der Werf-Kuik (29 628 nr. 1176)? De opdracht tot het vernieuwen van de systematiek voor het verdelen van eventuele nieuwe politiesterkte zal worden uitgevoerd door een onafhankelijke externe partij. Omdat het een grote exercitie betreft moest deze Europees worden aanbesteed. De procedure daarvoor is inmiddels doorlopen en de externe partij is recent gestart met de opdracht. Zowel bij de aanbestedingsprocedure alsook bij de opdracht zelf worden politie, OM en de Regioburgemeesters betrokken. Het komen tot een sterkteverdelingssystematiek is geen eenvoudige opgave en de uitvoering daarvan zal daarom naar verwachting in elk geval een groot deel van 2024 in beslag nemen. Boswijk, D. MJenV
69 Hoe kijkt MJenV aan tegen het idee om een veteranenwet te maken voor de Nationale Politie, analoog aan de veteranenwet zoals die bij Defensie bestaat? De werkgever heeft te allen tijde een zorgplicht. Voor zowel politie als Defensie is er ook sprake van een bijzondere zorgplicht gezien de bijzondere risico’s waaronder zij moeten opereren. Bij politie is de bijzondere zorgplicht gericht op het voorkomen van beroepsgerelateerde gezondheidsklachten bij politiemedewerkers en op het herstel en re-integratie als dat wel het geval is. Begeleiding van het thuisfront maakt hier ook onderdeel van uit. De bijzondere zorgplicht van politie zal volledig geïntegreerd worden in het nieuwe stelsel beroepsgerelateerde gezondheidsklachten waar MJenV de Kamer nog voor het zomerreces over zal informeren. Dit stelsel wordt vastgelegd in regelgeving in de vorm van een AMvB, een ministeriële regeling en korpsregelingen. De bijzondere zorgplicht van politie zal volledig geïntegreerd worden in het nieuwe stelsel beroepsgerelateerde gezondheidsklachten. Om deze reden is er geen aanleiding om tot een veteranenwet voor politie te komen. Boswijk, D. MJenV
70 De samenleving verhardt: gewelddadigheid van demonstraties en extreem geweld tegen hulpverleners. Dit vraagt veel van de veiligheidsdiensten. Graag reflectie van MJenV hierop: hoe moet dit verder, hoe doorbreken we deze spiraal?
  • Geweld en agressie is absoluut ontoelaatbaar. Ook een demonstratie is geen vrijkaart om geweld te plegen. Dit geldt in alle gevallen, maar helemaal als het gaat om geweld tegen mensen in de uitoefening van hun publieke taak. Het tegengaan van geweld tegen hulpverleners heeft de hoogste prioriteit.

  • In opsporings- en vervolgingsafspraken tussen de politie en het OM staat vastgelegd dat deze zaken met prioriteit opgepakt worden. Daarnaast zal het OM een hogere straf eisen bij geweld en agressie tegen mensen met een publieke taak.

  • Verder is het voor deze hardnekkige problemen in onze samenleving van belang in contact te blijven met zowel de demonstranten als professionals. Samen met onder meer BZK, VNG, SZW en politie wordt gewerkt aan het meer grip krijgen op ongewenste uitingen, om eraan bij te dragen dat het onbehagen in de samenleving niet verder omslaat in onrust. 

Boswijk, D. MJenV
71 Wat is de stand van zaken met betrekking tot het experiment 'digitale meldplicht bij een stadionverbod'?
  • In de recente voetbalbrief aan de Tweede Kamer van 24 januari 2024 (TK2023-2024, Kenmerk 25232-76) is de laatste stand van zaken weergegeven rondom de digitale meldplicht.

  • Deze digitale faciliteit wordt stapsgewijs ontwikkeld, in eerste instantie voor de bestuurlijk opgelegde meldplicht door burgemeesters van voetbalgemeenten.

  • Er zijn geen nieuwe ontwikkelingen sinds 24 januari.

Boswijk, D. MJenV
72 Gebruikers van drugs moeten beseffen dat er een crimineel netwerk schuilt achter hun gebruik. Op welke manier kan een publiekscampagne bijdragen aan die bewustwording? Het kabinet heeft aangegeven drugsgebruik te willen verminderen. Hoe gaat het kabinet dit doen? Betekent dit minder coffeeshops? Het gebruik van drugs draagt bij aan de drugscriminaliteit. Een brede publiekscampagne geeft een stevig statement af over schadelijke effecten van drugsgebruik voor de samenleving. Tegelijkertijd wil dit kabinet niet alleen een statement afgeven, maar ook gedragsverandering bereiken. Uit meerdere onderzoeken blijkt dat brede publiekscampagnes er niet voor zorgen dat er concreet minder of helemaal geen drugs meer wordt gebruikt. Een brede publiekscampagne kan in het slechtste geval zelfs een averechts effect hebben en het gebruik juist doen toenemen. Wat dit kabinet wél doet is inzetten op gerichte campagnes, voorlichting en interventies op (bepaalde groepen) drugsgebruikers. Tegelijkertijd is het belangrijk om te blijven benadrukken wat de impact is van drugscriminaliteit en waar het gebruik van drugs aan bijdraagt. MJenV heeft eind vorig jaar het fotoboek Onder Invloed gelanceerd, waarbij in beeld en verhalen van echte mensen en gebeurtenissen in beeld is gebracht wat de impact is van de nietsontziende drugscriminaliteit. Het gebruik van drugs is daar ook onderdeel van. Deze beelden en verhalen worden ook online beschikbaar gemaakt op de socials en de kanalen van JenV. Boswijk, D. MJenV
73 Dat criminaliteit niet stopt bij landsgrenzen betekent dat er meer samenwerking moet plaatsvinden op toezicht en opsporing. Maar ook op het gebied met bijvoorbeeld Interpol. Informatiedeling is hierbij essentieel. Daar loopt het nog wel vaak mis. Wat CDA betreft gaan we meer gebruik maken van ANPR-camera's, juist bij de grensgebieden om de politie te helpen met de opsporing. In hoeverre wordt hier gebruik van gemaakt? Kunnen we dit uitbreiden om de politie te helpen bij de opsporing? Op welke manier pakken de buurlanden dit aan? In Nederland kan op lokaal niveau een verzoek tot plaatsing voor ANPR-camera’s worden ingediend, waarna op landelijk niveau, door de Korpschef, een besluit wordt genomen over de plaatsing. Dat is anders dan in België, waar een besluit tot plaatsing lokaal wordt genomen. Op Belgisch grondgebied hangen daardoor aanmerkelijk meer ANPR-camera’s. Juist voor de grensgebieden en het makkelijker maken van gegevensdeling tussen de landen van de Benelux is per 1 oktober 2023 het Benelux verdrag inzake de politiesamenwerking inwerking getreden. Op grond van het Benelux politieverdrag hebben de politiediensten een expliciete grondslag om onder voorwaarden referentiegegevens en hits inzake de geautomatiseerde vergelijking van kentekengegevens door middel van ANPR te kunnen delen binnen het wettelijk kader van elk land.
 
Boswijk, D. MJenV
74 Wat gaat MJenV doen om het gebruik van verboden middelen bij voetbal 'supporters' aan te pakken? Wat vindt MJenV van het idee om steekproeven op drugsgebruik bij deze groep te organiseren? De aanpak van drugsgebruik bij voetbal is hetzelfde als de aanpak ervan in reguliere zin rond evenementen. Dat betekent dat vooral clubs en vergunningverleners als eerste aan zet zijn. In alle voetbalstadions is de norm dat drugsbezit en gebruik verboden is. Bij de toegangscontrole door de clubs wordt nu al risicogestuurd steeds vaker gecontroleerd door de clubs op het bij zich hebben van verboden middelen- en/of voorwerpen. Bij misdragingen door supporters is het standaard dat er controle op middelengebruik is. Bij aantreffen hiervan zal er sprake zijn van strafverzwaring. Als er aanleiding/informatie is bijvoorbeeld in het stadion in een bepaald vak, kan ervoor worden gekozen om intensiever te controleren. Als er informatie is over handel, dealen rond supportersgroepen dan kan de politie een opsporingsonderzoek starten. Clubs kunnen dus zelf kiezen voor steekproeven in aanvulling op het bovenstaande. Boswijk, D. MJenV
75 Politie en Defensie hebben een tekort aan mensen en zij vissen uit dezelfde vijver, aldus het Kamerlid Boswijk. Is het mogelijk dat militairen op latere leeftijd (tijdelijk) kunnen instromen bij de politie? Hoe kijkt MJenV hiernaar en hoe kunnen we dit beter stroomlijnen? Defensie, de Dienst Justitiële Inrichtingen, Douane en Politie werken samen op het gebied van in-, doorstroom en behoud van personeel binnen het publieke veiligheidsdomein. Zij doen dit door samen te delen, te ontdekken en te doen, vooral in de praktijk. Partijen weten elkaar te vinden en leren van elkaar en dit verbetert het samenwerkingsverband. Zij richten zich daarbij onder andere op het onder de aandacht brengen van het veiligheidsdomein bij scholieren (Lespakket De Beschermers) en het eenvoudiger maken van de doorstroom tussen de betrokken organisaties. Momenteel is het al voor oud-militairen mogelijk om, na het volgen van de benodigde opleiding(en) bij de politieacademie, een overstap te maken naar de politie. Het volgen van deze opleiding(en) is noodzakelijk, aangezien het vak van militair op onderdelen verschilt van het vak agent.
 
Boswijk, D. MJenV
76 Kan slimmer gebruik gemaakt worden van cameratoezicht en gezichtsherkenning in het voetbalstadion?
  • In het kader van het aanvalsplan tegen racisme in het voetbal “Ons Voetbal Is Van Iedereen” waarin de voetbalclubs, de KNVB en de ministeries van VWS, OCW, SZW en JenV samenwerken, is door VWS in 2021 advies gevraagd aan de landsadvocaat over de inzet van slimme technologieën in voetbalstadions.

  • Conclusie van dit advies is dat er geen ruimte wordt gezien voor de inzet van gezichtsherkenningstechnologie in voetbalstadions, maar wel voor de inzet van slimme camera’s.

  • Bij de inzet van gezichtsherkenningstechnologie is namelijk sprake van de verwerking van biometrische gegevens als bedoeld in de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Biometrische gegevens zijn bijzondere persoonsgegevens. De verwerking daarvan is onder de AVG verboden, tenzij een doorbrekingsgrond van toepassing is. Die grond is er niet en daarom is de inzet van gezichtsherkenningstechnologie in voetbalstadions niet toelaatbaar.

  • Op basis van dit advies is door de KNVB met ondersteuning van VWS ingezet op slimme camera’s en heeft de KNVB haar licentie-voorwaarden de kwaliteitseisen aan de camera’s aangepast.

  • Alle stadions voldoen inmiddels aan deze hoge kwaliteitseisen voor wat betreft cameratoezicht. Deze worden door de KNVB middels de licentie-eisen en tijdens audits gecontroleerd.

  • Met deze camera’s lukt het vrijwel altijd daders van incidenten te identificeren.

Boswijk, D. MJenV
77 Drugsgebruik is ingeburgerd door het gedoogbeleid. Daarom willen we drugsgebruik terugdringen en criminelen raken waar het pijn doet. Er moet een goed georganiseerde overheid staan tegenover de georganiseerde criminaliteit. Vraag aan MJenV: hoe kunnen we uiteindelijk het geld van criminelen goed terugvorderen? Het doel van het aanpakken van criminele geldstromen is het verdienmodel te verstoren en het criminele netwerk kapot te maken. Dat heeft de meeste impact op een criminele organisatie. Afpakken is daarin een middel om dit doel te bereiken. De nieuwe inzichten uit onder andere ontsleutelde cryptocommunicatie laten zien dat afpakken van crimineel geld niet eenvoudig is, omdat veel geld naar het buitenland verdwijnt of omdat geld buiten het reguliere financiële stelsel om ‘ondergronds’ gaat (ondergronds bankieren). Tegelijkertijd blijft het belangrijk om geld dat wel in Nederland blijft, op te sporen en af te pakken. Daarom wordt onder andere het wettelijk instrumentarium uitgebreid (Non-Confiction Based Confiscation, FIU-spoedbevriezing), worden twee regionale combiteams opgezet (in Amsterdam-Amstelland en Midden-Nederland) en wordt gewerkt aan systemen om meer en beter zicht te hebben en houden op crimineel vermogen (o.a. vermogensdossier en continue vermogensmonitor). Boswijk, D. MJenV
78 Drugsgebruik is ingeburgerd in Nederland. Dit komt door een decennialang uit de hand gelopen gedoogbeleid. Het kabinet geeft aan drugsgebruik en beschikbaarheid van drugs terug te willen dringen; wat bedoelt MJenV hiermee? Betekent dit bijvoorbeeld minder coffeeshops? CDA stelt voor om hier nog een component aan toe te voegen. Namelijk de bewustwording van de verantwoording van de drugsgebruiker. Dat je niet zomaar vrijwillig een pil kan nemen. Het terugdringen van drugsgebruik is één van de prioriteiten van dit kabinet. Om in de vraag naar drugs te voorzien, gaan criminelen nietsontziend te werk. MJenV benadrukt dat de vraag naar drugs een gewelddadige, criminele industrie in stand houdt. Het terugdringen van de beschikbaarheid van drugs staat centraal bij de aanpak van ondermijning. MJenV zet daarop in langs de lijn van Voorkomen (dat kleine boeven grote criminelen worden), Verstoren (door bijvoorbeeld de Mainports-aanpak en het oprollen van drugslabs), Bestraffen (strenge aanpak zonder kansen op voortzetting van drugshandel), en Beschermen (van de hoeders van de rechtsstaat). Concreet heeft MJenV wetgeving ingevoerd of voorgesteld om de beschikbaarheid van drugs terug te dringen zoals het precursorenverbod, het wetsvoorstel Nieuwe Psychoactieve Stoffen en het lachgasverbod. Recente cijfers laten zien dat dergelijke verboden effectief zijn. Het percentage gebruikers van lachgas onder uitgaanders is gedaald van 25,3% in 2020 naar 15,0% in 2023. Van de mensen die ook na het verbod op 1 januari 2023 lachgas hebben gebruikt, geeft ongeveer de helft aan dat het moeilijker is geworden om aan lachgas te komen.

Preventiebeleid is primair de verantwoordelijkheid van de staatssecretaris van VWS. Hij heeft u dan ook in zijn voortgangsbrieven drugspreventie geïnformeerd over deze inzet. Twee voorbeelden van interventie zijn: “Festival Oneliners” en “Helder op School”. Beide interventies leveren een bijdrage aan het minder normaal maken van drugsgebruik.
 
Boswijk, D. MJenV
79 Hoe kan ervoor worden gezorgd dat er meer crimineel vermogen kan worden teruggevorderd?
Het doel van het aanpakken van criminele geldstromen is het verdienmodel te verstoren en het criminele netwerk kapot te maken. Dat heeft de meeste impact op een criminele organisatie. Afpakken is daarin een middel om dit doel te bereiken. De nieuwe inzichten uit onder andere ontsleutelde cryptocommunicatie laten zien dat afpakken van crimineel geld niet eenvoudig is, omdat veel geld naar het buitenland verdwijnt of omdat geld buiten het reguliere financiële stelsel om ‘ondergronds’ gaat (ondergronds bankieren). Om het geld te kunnen ontnemen dat door criminelen in derde landen wordt geïnvesteerd en witgewassen, wordt de samenwerking met deze landen versterkt (o.a. Marokko, Turkije en de Verenigde Arabische Emiraten). Zo worden overeenkomsten gesloten, wordt ingezet op nauwe operationele samenwerking en Nederlandse attachés met financiële expertise. Tegelijkertijd blijft het belangrijk om geld dat wel in Nederland blijft, op te sporen en af te pakken. Daarom wordt onder andere het wettelijk instrumentarium uitgebreid (Non-Confiction Based Confiscation, FIU-spoedbevriezing), worden twee regionale combiteams opgezet (in Amsterdam-Amstelland en Midden-Nederland) en wordt gewerkt aan systemen om meer en beter zicht te hebben en houden op crimineel vermogen (o.a. vermogensdossier en continue vermogensmonitor).
Boswijk, D. MJenV
81 Hoe kan er voor gezorgd worden dat er meer wijkgericht straf op maat kan worden ingezet voor mensen waar sprake is van multi- en/of sociale problematiek, teneinde hiermee bij te dragen aan de preventie van criminaliteit door deze doelgroep?
  • Wijkrechtspraak is een vorm van laagdrempelige rechtspraak die erop gericht is om effectief bij te dragen aan het oplossen van uiteenlopende, meervoudige problemen van mensen in wijken met veel financiële en sociale problematiek.

  • Op basis van positieve ervaringen is besloten wijkrechtspraak de komende jaren organisch uit te breiden en daarbij aan te sluiten bij het landelijke programma Preventie met Gezag. Dat programma richt zich op het voorkomen dat jongeren en jongvolwassenen in de georganiseerde en ondermijnende criminaliteit belanden.

  • Vanuit het programma Preventie met gezag is er structureel geld beschikbaar gesteld voor wijkrechtspraak. 

  • Daarnaast is de minister voor Rechtsbescherming voornemens om in het eerste kwartaal 2024 een landelijke regeling vast te stellen om adequate rechtsbijstand bij wijkrechtspraak te faciliteren.

  • De verwachting is dat wijkrechtspraak bijdraagt aan het voorkomen van recidive en het verder afglijden in de criminaliteit.

Boswijk, D. MJenV, MRB
82 Is MRb bereid om wijkrechtspraak een vaste basis te geven? Zie het antwoord op vraag nummer 81 Boswijk, D. MRB
129 Wat vindt MRb van een totaalverbod op gokreclames? Per 1 juli 2023 heeft MRb ongerichte reclame voor online kansspelen verboden. In juli 2024 gaat het verbod gelden voor sponsoring van evenementen en programma’s en in juli 2025 voor sportsponsoring.

Het is te vroeg om te concluderen of en welke aanvullende beperkende maatregelen voor reclame voor online kansspelen noodzakelijk zijn. De evaluatie dit jaar van de Wet kansspelen op afstand, waartoe de wetgever heeft besloten, zal meer inzicht geven over de effecten van de wet waaronder het verbod op ongerichte reclame.

Zoals MRb heeft aangegeven in zijn brief van 27 oktober 2023 zullen verdere maatregelen overwogen worden indien uit de evaluatie blijkt dat de genomen maatregelen onvoldoende bescherming bieden. Bij deze afweging wordt ook gekeken naar wetenschappelijke inzichten over bekende positieve effecten van verderstrekkende reclamemaatregelen bij middelengebruik. Tevens wordt afgewogen welk effect dergelijke maatregelen hebben op de kanalisatie naar online aanbod. Ook moeten eventuele verdergaande maatregelen opnieuw worden getoetst op proportionaliteit, bijvoorbeeld in relatie tot het recht op het vrije verkeer van diensten.
Boswijk, D. MRB
Helder
80 De politie is niet demissionair. Er gaat meer geld naar COA dan naar de politie. De prioriteit ligt niet bij de agenten. Vanaf 2025 zijn er scherpe keuzes nodig (begrotingsplan politie). Moet de politie dan zelf maar met de pet rondgaan? De kabinetten Rutte III en Rutte IV hebben de operationele formatie van de politie fors uitgebreid, de middelen hiervoor worden aan de politie beschikbaar gesteld. De operationele formatie zal nog tot 2028 groeien en ruim 3700 fte hoger zijn dan in 2017. Mede vanwege de arbeidsmarktkrapte en doordat de uitstroom momenteel hoger is dan normaal, gaat het langer duren om de in gang gezette uitbreidingen te realiseren. Het absorptievermogen van de politieorganisatie voor nieuw personeel is bereikt, en daarom zijn naast maatregelen in het kader van instroom ook maatregelen in het kader van behoud belangrijk om te zorgen dat de politiecapaciteit op peil blijft en de uitbreidingen kunnen worden gerealiseerd. Om aantrekkelijk te blijven voor toekomstig en zittend personeel heeft de politie een arbeidsmarktstrategie. Uit de instroomcijfers blijkt dat de politie nog altijd een aantrekkelijke werkgever is. Helder, L.M.J.S. MJenV
83 MJenV is formeel gezien de werkgever van de politie, en de werkgever moet zorgen voor een veilige werkomgeving. Kan MJenV aansprakelijk worden gesteld nu al jaren bewust en structureel te weinig geld wordt besteed aan mensen en middelen? MJenV is politiek verantwoordelijk voor de politie. De zorgplicht berust echter bij de Korpschef - als werkgever. Voor politie is er ook sprake van een bijzondere zorgplicht gezien de bijzondere risico’s waaronder zij moeten opereren. De bijzondere zorgplicht van politie zal volledig geïntegreerd worden in het nieuwe stelsel beroepsgerelateerde gezondheidsklachten. Helder, L.M.J.S. MJenV
84 MJenV is de werkgever. Bewaken, beveiligen en beschermen en verwarde personen kwamen bij de politie erbij. Dit ondanks 2 artikelen zoals “we staan met de taser voor de verkeerde” en “we schieten vaker op verwarde personen dan op criminelen”. De demonstraties die met name door Extinction Rebellion uitlopen op een kat en muis spel waarna het OM hen liever koffie en thee aanbiedt en een mobiele wc. Kamerlid heeft gevraagd Extinction Rebellion aan te merken als criminele organisatie. Dit is 'pas vier weken geleden'. Hoe staat het met de vraag die lid Helder 4 weken geleden al stelde aan MJenV? Graag een stand van zaken. Want agenten willen geen wegsleepdienst zijn.
  • Deze vraag wordt meegenomen in de brief over demonstraties. MJenV en de Minister van BZK doen er alles aan om ervoor te zorgen dat deze brief er zo snel mogelijk, waarschijnlijk begin maart, ligt.

  • MJenV geeft geen opdracht aan het OM om over te gaan tot vervolging. Dat past niet in een rechtsstaat. De afwegingen daartoe liggen echt bij het OM.

  • Wel heeft MJenV gisteren met de top van de politie en het OM gesproken over de aanpak van demonstraties waarbij strafbare feiten worden gepleegd. In de komende periode wordt er zoveel mogelijk direct opgetreden tegenover actievoerders die misdrijven plegen. Als dat niet kan worden zij achteraf beboet en vervolgd.

Helder, L.M.J.S. MJenV
86 Er wordt veel gevraagd van de politie en er is een tekort aan politiecapaciteit. Verwarde personen horen bij de GGZ. Waarom niet het voorbeeld uit San Diego overnemen? GGZ gaat daar op een melding af en alleen wanneer er sprake is van een dreiging van geweld gaat de politie mee. Ook grote winkelbedrijven hebben een eigen verantwoordelijk. Voor wettelijke taken van de politie dienen ook keuzes gemaakt te worden. MJenV kan zelf de criteria voor die keuzes vaststellen. Is MJenV bereid hiernaar te kijken? JenV en VWS zullen zich op de hoogte stellen van de aanpak van San Diego. Dit met het oog op het uitbreiden van de lijst met goede lokale en regionale voorbeelden van samenwerking tussen zorg, de politie en gemeenten.
De inzet van het kabinet in de aanpak voor personen met verward en/of onbegrepen gedrag is het investeren in de lokale aanpak van dit vraagstuk. Dit vraagt om maatwerk. Wat werkt in een grote stad hoeft immers niet altijd te werken in een ruraal gebied. Er bestaan in het land veel goede voorbeelden van samenwerkingsvormen in de aanpak. Deze voorbeelden verspreiden JenV en VWS over het land tijdens regionale werkconferenties. Twente is bijvoorbeeld het boegbeeld van een samenwerkingsvorm genaamd ‘streettriage’, waarbij zorg en politie samen afgaan op een melding van een persoon met verward en/of onbegrepen gedrag. Hierdoor kan beter worden ingeschat of politie-ingrijpen helpend is, of dat zorg passender is. Mensen met verward gedrag worden hierdoor passender bejegend en effectiever en sneller doorgeleid naar de juiste zorg.
Helder, L.M.J.S. MJenV
87 Bij zedenmisdrijven zijn sepots wegens tijds- en capaciteitsgebrek onacceptabel. Kunnen deze zaken geselecteerd worden zodat er via prestatieafspraken een vervolgingsplicht kan worden ingesteld? Het CDA heeft voorgesteld om een vast bedrag te reserveren zodat er voldoende strafrechters specifiek zedenmisdrijven kunnen behandelen. Zijn beide ministers het hiermee eens? En zo ja, wat gaan zij doen en wanneer? Zedendelicten zijn ernstige schendingen van de lichamelijke en geestelijke integriteit van het slachtoffer. Daarom heeft de aanpak van zedenzaken ook hoge prioriteit binnen de strafrechtketen. Zie hiervoor bijvoorbeeld het Actieplan versterken ketenaanpak zedenzaken.

Strafrechtelijk onderzoek rond zedendelicten is naar zijn aard vaak anders dan onderzoek naar de meeste andere strafbare feiten, omdat bij zedenzaken de naam van de mogelijke dader juist in de meeste gevallen wel bekend is, maar het onderzoek vaak om de vraag draait óf er een strafbaar feit is gepleegd en zo ja, welk strafbaar feit precies. Dat komt deels doordat er vaak sprake is van een een-op-een-situatie en het bewijs soms lastig te leveren kan zijn. Het maken van prestatieafspraken zou dit zorgvuldige strafrechtelijke onderzoek doorkruisen. Ook moet het OM onafhankelijk en zelfstandig kunnen functioneren: alleen het OM beslist over de vraag of vervolging moet worden ingesteld, daar kan en willen de ministers niet in treden.

Gelet op de onafhankelijkheid van de Rechtspraak past het niet dat een geoormerkte bijdrage wordt verstrekt voor strafrechters om specifiek zedenmisdrijven te behandelen.

De bijdrage voor de kosten van het primaire proces van de Rechtspraak is – conform het Besluit Financiering Rechtspraak - gebaseerd op het volume (productie) dat mede gebaseerd is op prognosemodellen.

Bij de verdeling van de bijdrage van de Raad voor de rechtspraak aan de gerechten, en de verdeling van de besturen van de gerechten over de diverse afdelingen, kunnen de Raad en de besturen van de gerechten eigen accenten leggen.
 
Helder, L.M.J.S. MJenV, MRB
Bikker
85 Joodse gemeenschap in verdrukking. Antisemitisme neemt toe. Wordt antisemitisme nu ook keihard maar vooral pijlsnel bestraft? Hoe staat het met het snelrecht, kan dat meer?
  • In ons land is absoluut geen plaats voor antisemitisme. Tegen strafbare feiten wordt hard opgetreden. 

  • Het OM is belast met de vervolging van strafbare discriminatie, zoals het aanzetten tot haat jegens Joden.

  • In de Aanwijzing discriminatie wordt het kader gegeven voor de strafrechtelijke aanpak van discriminatie. Hierin staat opgenomen dat deze aanpak geprioriteerd is.

  • Dit betekent dat bij een aangifte, het OM bij een haalbare en bewijsbare zaak in beginsel over zal gaan tot vervolging en zo mogelijk en wenselijk via snelrecht.

  • Of de zaak via snelrecht kan worden afgedaan of via een reguliere afdoening, zal onder meer afhangen van de complexiteit en bewijsbaarheid van de zaak en de beschikbare snelrechtcapaciteit bij de gerechten.

Bikker, M.H. MJenV
88 Spanning openbare ruimte: We zien dat bij lichtprojecties op gebouwen, wanneer een confronterende boodschap wordt geprojecteerd tegen de wil van de eigenaren van gebouwen in. Dit staat lijnrecht tegenover het eigendomsrecht lijkt me. Wat kan MJenV daaraan doen?
  • Vooropgesteld; dergelijke projecties zijn volstrekt onacceptabel.

  • De gemeenteraad kan in de APV regels stellen over het verspreiden van bepaalde boodschappen op iemands eigendom door middel van plakken, kladden of projecteren.

  • Dan gaat het dus niet om de boodschap zelf, maar om de manier waarop die boodschap wordt verspreid.

  • Op het moment dat op iemands eigendom wordt geprojecteerd, kan door de burgemeester worden opgetreden als dit leidt tot verstoring van de openbare orde of bij ernstige vrees daarvoor.

  • Als projecties strafbaar zijn, kan de politie direct optreden en kan worden vervolgd. Dit gebeurt bijvoorbeeld ook bij de racistische leuzen die bij de jaarwisseling vorig jaar bij de Erasmusbrug werden vertoond.

  • Welke uitingen strafbaar zijn, wordt bepaald door het OM en uiteindelijk door de rechter.

Bikker, M.H. MJenV
89 Ten aanzien van de politie. Een weerbare samenleving kijkt wat ze zelf kunnen oplossen. Te vaak bellen we de politie en escaleren we in plaats van dat we het zelf oplossen. Demonstraties worden steeds harder. Gevolg is dat de wijkagent niet meer 80 procent maar 20 procent in de wijk is. Dat de helft van de Nederlander de wijkagent niet meer ziet. Deelt MJenV deze zorgen? Waarom is het eigenlijk altijd de wijkagent die op moet draven bij de ME? Waarom krijgt de voetbalwedstrijd eigenlijk de voorkeur van aanwezigheid boven aanwezigheid in de wijk? Kunnen we dit niet gaan veranderen zodat de wijkagent niet de sluitpost, maar het hart van het politiewerk is? De vraag naar politiecapaciteit is toegenomen. Dit geldt voor vrijwel alle vormen van politiecapaciteit, van ME-capaciteit tot capaciteit voor agenten in de wijk alsook opsporingscapaciteit en capaciteit voor Bewaken en Beveiligen. Voor ME-inzet is opschaalbare capaciteit nodig. Dit wordt o.a. mogelijk gemaakt doordat de ME-rol een neventaak is, gecombineerd met bepaalde functies in de gebiedsgebonden politiezorg. Hierdoor kan de capaciteit worden opgeschaald zodra dit nodig is. Dit is een efficiënte manier en effectieve manier van inzet van politiecapaciteit. 
Voor ME-lidmaatschap is een basisopleiding vereist en daarbovenop ook een ME-opleiding. Het lidmaatschap van de ME vraagt dus specifieke vaardigheden en opleiding en kan niet zonder meer aan iemand zonder een afgeronde basispolitieopleiding, zoals een aspirant, worden toevertrouwd. De lokale inzetprioriteiten worden bepaald door de lokale driehoek. Zij besluit in gezamenlijkheid waar de politie wordt ingezet.
Bikker, M.H. MJenV
90 Oproep aan MRb: Begin vandaag met die wijziging naar één overkoepelende speellimiet binnen het gokbeleid. Graag een reactie. MRb heeft aan uw Kamer in december 2023 aangegeven dat hij een groot belang ziet in overkoepelende speellimieten bij het voorkomen van kansspelverslaving en het beperken van onmatig gokgedrag. Op deze manier is het niet meer mogelijk dat spelers na het bereiken van hun limiet bij de ene aanbieder, verder kunnen spelen bij een andere aanbieder, wat onwenselijk is. MRb scherpt momenteel de regels voor speellimieten aan binnen de kaders van de wet, om speellimieten beter te laten werken. Daarnaast werkt MRb aan de voorbereiding van het mogelijk maken van overkoepelende speellimieten. Om een wettelijke basis te creëren worden privacy en organisatorische aspecten goed uitgewerkt. En zal een nieuw ICT-systeem ontwikkeld moeten worden waarmee speellimieten overkoepelend en zoveel mogelijk realtime geregistreerd kunnen worden. Dit vergt nog veel onderzoek. De onderzoeken hiertoe zijn reeds begonnen en parallel met de evaluatie van de Wet kansspelen op afstand in oktober 2024. Een eventuele wetswijziging die overkoepelende speellimieten verplicht stelt kan vervolgens worden uitgewerkt, nadat de onderzoeken en de evaluatie van de wet zijn afgerond. Bikker, M.H. MRB
91 In een sterke rechtsstaat kijken we ook naar wat online gebeurd. Wat offline niet normaal is, moet dat online ook niet zijn. Als een prediker terecht geen toegang krijgt tot Nederland vanwege het aanzetten tot haat, moet hij online niet dezelfde menigte kunnen toespreken. Hoe staat het met de aanpak van online opruiing en het uitvaardigen van de online gebiedsverboden? (geldt ook voor gegevens van kinderen. Bijvoorbeeld gegevens op schoolplein verzamelen en dan doorverkopen. De Autoriteit Persoonsgegevens (AP) moet meer kunnen doen om op te treden tegen het delen van online gegevens)
  • Gedrag dat offline onaanvaardbaar is, moet ook online niet getolereerd worden.

  • Strafrechtelijk kan worden opgetreden tegen online opruiing. Daarbij kunnen anonieme accounts de strafrechtelijke opsporing compliceren.

  • Ondanks de bestaande strafrechtelijke mogelijkheden is er meer nodig om online radicalisering aan te pakken. Daarom wordt er gewerkt aan de Versterkte Aanpak Online, waarover uw Kamer in december 2023 is geïnformeerd.

  • Er wordt gesproken met de internetsector over hun rol en verantwoordelijkheden om te komen tot een ambitieuze internationale inzet en er zal prioriteit gegeven worden aan het implementeren en handhaven van wetten zoals de Digitale Dienstenverordening. De uitwerking van deze versterkte aanpak kan uw Kamer medio 2024 verwachten.

  • Een online gebiedsverbod zou een vergaande maatregel zijn, die ook grondrechten beperkt.

  • Uw Kamer heeft in oktober jl. een analyse van de Landsadvocaat ontvangen. In het eerste kwartaal van dit jaar volgt de inhoudelijke beleidsreactie.

Bikker, M.H. MJenV
92 In het licht van het rapport van de Venetiëcommissie van 11 oktober 2023: Hoe kijkt MJenV naar de onafhankelijkheid van de Rechtsspraak, in het bijzonder bij benoemingen? Kan daarin de binding met de Tweede Kamer worden meegenomen? Dhr. Sneller heeft op dat gebied een initiatiefwet liggen. De Venetiëcommissie heeft een aantal behartenswaardige opmerkingen gemaakt en aanbevelingen gedaan die betrekking hebben op de benoemingen bij de Rechtspraak. Uw Kamer krijgt voor de zomer een brief met een reactie op deze aanbevelingen. In deze brief zal de Kamer geïnformeerd worden over de resultaten van de evaluatie door de Rechtspraak van de tijdelijke benoemingsprocedure voor gerechtsbestuurders en de interne dialoog over de benoemingsprocedure leden van de Raad voor de Rechtspraak (RvdR). Bikker, M.H. MRB
110 Fijn dat er aandacht is voor het werk van de Commissie Joustra, juist ook voor de dingen die er mis zijn gegaan en welk rechtsherstel er nog steeds nodig is. Mensen willen graag DNA-onderzoek doen, waarvoor de kosten laag zijn. Het zou goed zijn als dat DNA-onderzoek ook mogelijk wordt. Kan MRb daarop reageren? Naar aanleiding van het rapport van commissie Joustra in februari 2021 is in overleg met uw Kamer ervoor gekozen te investeren in ondersteuningsaanbod, waar geadopteerden nu en in de toekomst gebruik van kunnen maken.

Het expertisecentrum interlandelijke adoptie is opgericht (volledig gefinancierd door het ministerie) en biedt ondersteuning bij zoektochten naar familie en bij het vinden van adoptiedossiers en ook psycho-sociale en juridische ondersteuning. Het expertisecentrum biedt wel informatie over DNA-onderzoek en beschikbare (internationale) DNA-databanken, om geadopteerden te ondersteunen in het maken van een goed geïnformeerde en weloverwogen keuze over het al dan niet laten uitvoeren van DNA-onderzoek. Er is dus voor gekozen om een collectieve voorziening te faciliteren en niet om de individuele kosten te dragen.
 
Bikker, M.H. MRB
Van Nispen
9 Ik heb angst dat MJenV de verantwoordelijkheid met betrekking tot de pensioenregeling (vervroegd uittreden politieagenten) morgen gaat afschuiven richting bijvoorbeeld SZW. Ik wil daar graag een antwoord op. Recent is een evenwichtig en vernieuwd arbeidsvoorwaardenakkoord voor de sector Politie gesloten, voor het eerst zonder acties. Daar zijn we erg blij mee. Onze politiemedewerkers verdienen onze steun. Het is aan het nieuw te vormen kabinet om over maatregelen in verband met vroegpensioen te beslissen, zoals de Minister voor Armoedebeleid, Participatie en Pensioenen in haar brief van 12 januari 2024 heeft aangegeven. Na die politieke besluitvorming treedt MJenV in overleg met de politievakbonden zoals afgesproken in het arbeidsvoorwaardenakkoord. Nispen, M. van MJenV
93 Kan MJenV een overzicht geven van de zaken waarop de wijkagenten nu, anders dan in hun eigen wijk, de hele tijd ingezet worden? Wijkagenten draaien waar nodig mee in de 24/7 roosters voor de incidentafhandeling. En net als andere agenten uit basisteams kunnen ze worden ingezet bij demonstraties, de ME en bij bewaken en beveiligen. De politie heeft geen exact overzicht van deze gegevens. Nispen, M. van MJenV
94 Hoe kijkt MRb aan tegen een sociaal notariaat, vergelijkbaar met de sociale advocatuur? MRb onderschrijft de wens om de toegang tot het notariaat te versterken. Hij staat dan ook positief tegenover de verkenning naar een sociaal notariaat. Op voorhand kan echter niet worden gesteld dat een sociaal notariaat gelijk aan de sociale advocatuur wenselijk is. De Radboud Universiteit voert het WODC-onderzoek de “Staat van het notariaat” uit. Bij dit onderzoek wordt de wenselijkheid van een sociaal notariaat betrokken. In het eerste kwartaal van dit jaar wordt het rapport van dit onderzoek verwacht. Hierna zal MRb de Kamer informeren over het vervolg. Nispen, M. van MRB
96 Door politieke keuzes uit het verleden hebben we nu politie op crepeersterkte. Ondertussen raken wij de lokale verankering in de wijk kwijt. In de wet staat: tenminste 1 wijkagent per 5.000 inwoners. En: agenten moeten 80% van hun tijd actief kunnen zijn in de wijken. Maar volgens mij zitten we daar heel ver vanaf. Hoe kan dat? Welk plan heeft MJenV om gehoor te geven aan de wettelijke taak, maar ook de wens van de politie zelf om in de wijk te zijn? We zitten onder de norm van 1 wijkagent op 5.000 inwoners, maar niet heel ver: eind augustus 2023 was de bezetting van wijkagenten 2,2% (of 79 fte) onder de norm. Vergeleken met de onderbezetting in de hele gebiedsgebonden politiezorg (die is rond de 5,5 %) is de onderbezetting op wijkagentfuncties relatief laag. Gevolg van de krapte in de basisteams is dat ook wijkagenten moeten worden ingezet voor de incidentafhandeling en om de 24/7 roosters te vullen. Het gevolg daarvan kan zijn dat zij minder tijd dan bedoeld (bijvoorbeeld minder dan de interne streefnorm van 80%) toekomen aan hun werk in en voor de wijk. Dit speelt in heel veel eenheden, zij het niet overal in dezelfde mate. Het is aan de politiechefs en het lokale gezag om van dag tot dag keuzes te maken over de inzet van politie. De oorzaken van de onderbezetting zijn o.a. leeftijdsgebonden uitstroom en de krapte op de arbeidsmarkt. Middels de arbeidsmarktstrategie zet de politie alles op alles om voldoende personeel te werven en behouden. De Politieacademie start vanaf 2024 met een driejarige bacheloropleiding voor wijkagent. Zo kunnen mensen van buiten de politie, die al in het bezit zijn van een hbo-diploma, zich omscholen tot wijkagent. Hiermee wordt een nieuwe doelgroep aangeboord.  Nispen, M. van MJenV
97 Toegang tot het recht (sociale advocatuur). Is MRb er zelf van overtuigd dat we een probleem hebben qua tekort aan sociale advocaten? Het beroep moet aantrekkelijker.
  • De signalen over dreigende tekorten in de sociale advocatuur baren de MRB ook zorgen.

  • Daarom is op 20 april 2023 het plan van aanpak voor de sociale advocatuur naar de Kamer gestuurd.

  • De vergoedingen voor rechtsbijstandsverleners zijn per 1 januari 2022 verbeterd. Daarnaast hebben advocaten en mediators die staan ingeschreven bij de RvR afgelopen december een eenmalige compensatie gekregen. Ook wordt gewerkt aan het bij de tijd houden van de vergoedingen voor de sociale advocatuur. Nadere informatie hierover is terug te vinden in de tiende voortgangsrapportage die voor het kerstreces naar uw Kamer is gestuurd.

  • Verder verzamelt, analyseert en deelt de RvR kennis en data over het aanbod van sociaal advocaten per rechtsgebied. Hiermee wordt het aanbod nauwkeurig gemonitord, worden mogelijke tekorten gesignaleerd en kan hier tijdig op ingespeeld worden.

  • Ook lopen er verschillende initiatieven om de samenwerking binnen de balie verder te implementeren en de samenwerking tussen commerciële kantoren en sociale kantoren verder uit te bouwen. Zo worden advocaat-stagiaires van commerciële kantoren gedetacheerd naar sociale kantoren en is de RvR een pilot gestart een commercieel kantoor waar advocaat-stagiaires toevoegingszaken behandelen op het gebied van huurrecht. De MRB blijft het gesprek met de beroepsgroep voeren om vorm te geven aan de maatschappelijke bijdrage.

  • Met de Raad van decanen rechtsgeleerdheid zijn we in gesprek over het vergroten van de aandacht voor de sociale advocatuur in het rechtenonderwijs. In de komende periode zullen we ook andere relevante partijen benaderen om samen te zoeken naar manieren om meer aandacht te vragen voor de sociale advocatuur in het rechtenonderwijs.

  • Daarnaast is de subsidieregeling beroepsopleiding advocatuur met terugwerkende kracht vanaf 1 maart 2023 opnieuw vastgesteld. Daarmee kunnen opnieuw de kosten van de beroepsopleiding voor 175 advocaat-stagiairs worden vergoed. In de nieuwe regeling komen ook stagiaire-ondernemers in aanmerking voor de subsidie.

  • De komende jaren blijven we samen met de RvR, de Vereniging Sociale Advocatuur Nederland, en de NOvA hard werken om het aanbod aan sociaal advocaten op peil te houden.

Nispen, M. van MRB
98 De griffierechten zijn niet verlaagd, maar verhoogd. Waarom verkoopt de minister dit als een verlaging? Wanneer stopt de minister met deze PR? Wanneer gaan we de griffierechten fors verlagen?

Door af te zien van de jaarlijkse indexeringen in 2023 en (grotendeels) in 2024 is ervoor gezorgd dat de griffierechten 13,5% lager uitvallen dan ze anders (met indexering in 2023 en 2024) waren geweest. De heer Van Nispen vroeg daarnaast om een verdere verlaging van de griffierechten. Deze verlaging is op dit moment niet voorzien. 

Voor het verlagen van de griffierechten was na de voorjaarsnota nog 27 miljoen euro beschikbaar. Met deze 27 miljoen euro konden de griffierechten op twee manieren worden verlaagd:

  • Gedeeltelijk afzien van de jaarlijkse indexeringen (in 2023 volledig en in 2024 voor een groot deel); en

  • Verlagen door middel van een wetsvoorstel, waarna de indexeringen voor 2023 en 2024 alsnog volledig zouden moeten worden doorgevoerd.

In beide opties zijn de griffierechten 13,5% lager dan ze anders waren geweest.

Nispen, M. van MRB
99 Kan MRb het reclameverbod voor aanbieders voor online gokbedrijven verder uitbreiden? Wat zijn de mogelijkheden om dit ook online verder aan banden te leggen? Per 1 juli 2023 heeft MRb ongerichte reclame voor online kansspelen verboden. In juli 2024 gaat het verbod gelden voor sponsoring van evenementen en programma’s en in juli 2025 voor sportsponsoring.

Het is te vroeg om te concluderen of en welke aanvullende beperkende maatregelen voor reclame voor online kansspelen noodzakelijk zijn. De evaluatie dit jaar van de Wet kansspelen op afstand, waartoe de wetgever heeft besloten, zal meer inzicht geven over de effecten van de wet waaronder het verbod op ongerichte reclame.

Zoals MRb heeft aangegeven in zijn brief van 27 oktober 2023 zullen verdere maatregelen overwogen worden indien uit de evaluatie blijkt dat de genomen maatregelen onvoldoende bescherming bieden. Bij deze afweging wordt ook gekeken naar wetenschappelijke inzichten over bekende positieve effecten van verderstrekkende reclamemaatregelen bij middelengebruik. Tevens wordt afgewogen welk effect dergelijke maatregelen hebben op de kanalisatie naar online aanbod. Ook moeten eventuele verdergaande maatregelen opnieuw worden getoetst op proportionaliteit, bijvoorbeeld in relatie tot het recht op het vrije verkeer van diensten.
Nispen, M. van MRB
100 Er moet langdurig worden geïnvesteerd in de toekomst van de politie en fors worden geïnvesteerd in opleidingen. Ofwel investeren in de Politieacademie, ofwel opleiding mogelijk maken bij Regionale Opleidingscentra (ROC's)ROC's maar beide gebeurt niet. Vraag: Hoe kan dat? Erkent MJenV het belang van de opleidingen? Hoe gaan we zorgen voor extra mensen? De afgelopen jaren is flink geïnvesteerd in de Politieacademie. Een voorbeeld daarvan is de invulling van de motie Hermans. Op basis daarvan gaat 13 miljoen euro extra structureel naar het politieonderwijs. Dit bedrag kan de Politieacademie aanwenden voor de uitbreiding van het aantal docenten.

De Politieacademie maakt voor onderdelen van een aantal specifieke opleidingen, zoals de opleiding voor zij-instromende specialisten en de BOA-opleidingen, gebruik van de inhuur van derde partijen. De verantwoordelijkheid voor opleidingen inclusief de examinering en trainingen ligt, vanwege het geweldsmonopolie, altijd bij de politieacademie. De Politieacademie heeft diverse soorten samenwerkgingsverbanden met andere onderwijsinstellingen. Zo werkt de Politieacademie samen met ROC's, hogescholen en universiteiten en met collega-instituten in het veiligheidsdomein, zoals het Nederlands Instituut Publieke Veiligheid, de Nederlandse Defensieacademie, het landelijk opleidingscentrum KMar en het Centrum voor Veiligheid en Digitalisering.

De instroom van meer aspiranten is momenteel niet mogelijk, aangezien de komende jaren, naast de opleidingscapaciteit, ook de begeleidingscapaciteit in de eenheden volledig is benut. 
 
Nispen, M. van MJenV
101 Niet alleen de betaalbaarheid van de rechtspraak is een probleem, maar ook de nabijheid. We moeten toe naar de rechters in de buurt. En niet alleen rechtspraak, maar eigenlijk bredere sociaal-juridische dienstverlening. In Huizen van het Recht, zoals de SP heeft voorgesteld. We hebben dit in de praktijk gebracht in Heerlen. Ook in Breda is er nu een voorstel aangenomen. Op andere plekken wordt aan de weg getimmerd. Maar waar blijft MRb met zijn noodzakelijke ondersteuning hiervan? Hoe gaat Mrb Huizen van Recht verder stimuleren en aanjagen? Er komen hier meerdere bewegingen samen: rechtsbescherming bij gemeenten, maatschappelijke effectieve rechtspraak en de toegang tot het recht. Het is mooi om te zien dat hier zoveel energie op zit. De initiatieven juicht MRb zeker toe.

Via de pilots stelselvernieuwing rechtsbijstand is de toegang tot brede sociaaljuridische dienstverlening op veel plekken in Nederland gestimuleerd. MRb is ermee bezig om samenwerking tussen het sociale en juridische domein verder aan te jagen. Dit gaan we doen in een regio in samenwerking met Divosa en het Juridisch Loket. Hiervoor hebben we natuurlijk ook betrokkenheid van partners in de regio hard nodig. Deze gesprekken zijn recent gestart.

MRb zal uw Kamer hierover informeren via de voortgangsrapportages stelselvernieuwing rechtsbijstand. Het is overigens niet zijn intentie om een blauwdruk voor heel Nederland te ontwikkelen. Welke dienstverlening en samenwerking een regio nodig heeft, verschilt per regio, en dus moet het per regio kunnen verschillen.
 
Nispen, M. van MRB
102 Vraag over de sociale advocatuur: Kunnen we afspreken dat de investeringen om de vergoedingen op peil te houden die nodig blijken op grond van het nieuwe onderzoek, dat die automatisch mee gaan lopen in de Rijksbegroting? Dan is niet steeds dit debat nodig om te zorgen voor iets heel normaals in een fatsoenlijke rechtsstaat, namelijk redelijke vergoedingen voor de sociaal advocaten die mensen bijstaan om hun recht te halen. Het automatisch meenemen van de herijking van de vergoedingen in het stelsel voor gesubsidieerde rechtsbijstand creëert een open einde op de Rijksbegroting, hetgeen in strijd is met de begrotingsregels. Wel zal – ook in reactie op een eerdere motie van het lid Sneller – dit jaar onderzocht worden of en op welke wijze de uitkomsten van de periodieke herijking van de vergoedingen in de begroting kunnen worden meegenomen, binnen de kaders van de begrotingsregels. Uw Kamer zal eind dit jaar, in de 12de Voortgangsrapportage rechtsbijstand, geïnformeerd worden over de uitkomsten van het onderzoek. Nispen, M. van MRB
103 Welke sancties zijn mogelijk voor bedrijven die zich niet aan de regels rond overkoepelende speellimieten houden? Zijn er naast waarschuwingen ook boetes (bijvoorbeeld 10% van de omzet) mogelijk of is er wel eens een vergunning ingetrokken? De Kansspelautoriteit (Ksa) is een onafhankelijke toezichthouder en heeft meerdere handhavingsinstrumenten tot haar beschikking als er sprake is van een overtreding: het geven van een aanwijzing, een last onder dwangsom, een boete en uiteindelijk het intrekken van een vergunning. De keuze voor de op te leggen sanctie is onder meer afhankelijk van de ernst van de overtreding, van de vraag of er sprake is van recidive, van de vraag of de overtreder zelf gemeld heeft en al herstelmaatregelen heeft getroffen en van de vraag hoe groot de schade is. De op te leggen maatregel dient altijd in overeenstemming te zijn met de algemene beginselen van behoorlijk bestuur, waaronder proportionaliteit en subsidiariteit. Er is nog geen vergunning van een online kansspelaanbieder ingetrokken vanwege het niet naleven van de regels. Nispen, M. van MRB
104 Kan MRb een onafhankelijk meldpunt voor adoptiemisstanden instellen? Het lid van Nispen heeft meerdere vragen gesteld die zien op het ondersteunen van geadopteerden bij het krijgen van antwoorden op vragen over hun afkomst of adoptie. En in het bijzonder ook over het financieel vergoeden van kosten als voor rootsreizen, hulpverlening en een algehele schadeloosstelling voor kosten die zien op identiteitsherstel. Ook heeft het lid Van Nispen gevraagd om het instellen van een onafhankelijk meldpunt voor misstanden.

In navolging op het rapport van de commissie Joustra heeft MRb meerdere keren met uw Kamer gesproken over het bieden van (financiële) ondersteuning aan geadopteerden, die als gevolg van de misstanden bij procedures in het verleden kampen met problemen in het achterhalen van hun afkomst. Dit heeft tot de keuze geleid te investeren in duurzaam ondersteuningsaanbod en niet in het bieden van individuele financiele vergoedingen. Met een subsidieregeling om belangenorganisaties voor interlandelijk geadopteerden en hun aanbod te versterken. En met de oprichting van INEA, een expertisecentrum voor interlandelijke adoptie, zoals de commissie Joustra ook heeft aanbevolen.

De impact van de misstanden is voor veel geadopteerden groot. Het rapport van de commissie heeft aangetoond dat er op grote schaal misstanden hebben plaatsgevonden in het verleden. Dat is reden geweest voor MRb om bij de uitwerking van de diensten van INEA Experticecentrum voor Interlandelijke Adoptie geadopteerden en belangenorganisaties voor interlandelijk geadopteerden te betrekken, recht te doen aan wensen en belangen van geadopteerden in Nederland. Het instellen van een onafhankelijk meldpunt heeft met het rapport van commissie Joustra in handen volgens MRb geen toegevoegde waarde.   

INEA is in het voorjaar 2023 geopend. Het vormt het centrale loket in Nederland voor alle geadopteerden voor informatie en ondersteuning bij vragen over identiteit, nazorg, erkenning en adoptievraagstukken. De diensten kunnen daar kostenloos worden afgenomen en zien op begeleiding bij het krijgen van toegang tot en inzage in dossiers, hulp bij zoektochten naar afstammingsinformatie, psychosociale ondersteuning en het ontsluiten van juridische kennis.
MRb vindt het belangrijk dat allereerst deze diensten, die nu nog in opbouw zijn, verder worden geoperationaliseerd. Zodat de beoogde ondersteuning ook daadwerkelijk van de grond komt en wordt ervaren door geadopteerden. Er is hier in totaal 36 miljoen euro voor gereserveerd vanuit de JenV-begroting. Verdeeld over de jaren tot 2031 komt dit neer op gemiddeld 3,5 miljoen euro per jaar.
Nispen, M. van MRB
105 Kan MRb een compensatie bieden voor de kosten die gemaakt worden bij zoektochten en 'rootsreizen' van geadopteerden? Zie het antwoord op vraag nummer 104. Nispen, M. van MRB
106 Kan MRb geadopteerden die psychologische hulp nodig hebben tegemoetkomen in de kosten die hiermee gemoeid zijn? Zie het antwoord op vraag nummer 104. Nispen, M. van MRB
107 Gerechtstolken en vertalers worden onderbetaald. Het geld moet niet in de zakken van de grote bedrijven terechtkomen, maar rechtstreeks naar de tolken en vertalers. Dat is eerlijker en kost de belastingbetaler minder. Het systeem moet op de schop. Waarom voert MJenV de motie Ellian/Sneller eigenlijk niet uit? De tolken mochten er niet op achteruit gaan; dat gebeurt nu wél. Ook vraag ik MJenV in actie te komen voor de vertalers. Kan de normregel met een reëel tarief naar Duits model worden ingevoerd?
  • De motie is uitgevoerd door het inschrijftarief voor de aanbestedingsvoorwaarden voor gerechtstolken met 15 euro te verhogen voor dienstverlening op locatie. Deze verhoging zorgt ervoor dat de individuele tolk in gesprek met de intermediair een positie heeft om tot een passende en hogere vergoeding te komen voor de tolkopdrachten van het OM/de Rechtspraak. Het is niet de bedoeling dat tolken er, door de nieuwe systematiek, op achteruit gaan.

  • Gerechtstolken voeren voornamelijk tolkopdrachten uit voor het OM en de Rechtspraak.

  • De dienstverlening van de tolkopdrachten voor het OM en de Rechtspraak worden deze maand volledig geïmplementeerd.

  • Vanaf deze maand zullen cijfers van de tarieven binnenkomen en daarmee worden de eerste beelden zichtbaar over de vergoedingen aan tolken en hoe deze zich ontwikkelen.

  • Door het (nog) ontbreken van de nadere informatie uit de tolkcontracten van het OM en de Rechtspraak kan er nu nog niet geconstateerd worden dat de tarieven stijgen/dalen. MJenV zal de ontwikkelingen nauwlettend volgen en zo nodig intermediairs aanspreken.[1] 

Tarief vertalers:

  • Er is op dit moment geen reden om over te stappen naar een ander model. Er is allereerst meer inzicht nodig in de monitoring van de tarieven van vertalers, zodat daarna kan worden vastgesteld of een herijking van het minimumtarief nodig is.

  • De markt van vertalers is een andere markt dan van de tolken, waarbij veel verschil zit tussen vraag, aanbod en opdracht.

  • Na de monitoring van de tarieven voor vertalers zullen we bezien of aanpassing in de systematiek en van het tarief nodig is.

  • Recentelijk is het onderzoek naar de vertaalmarkt afgerond door het Economisch Bureau Amsterdam. Dit onderzoek en de reactie van MJenV hierop is met de Tweede Kamer gedeeld.[2] In het onderzoek wordt ook het belang van meer informatie beschreven.
     

  • [1] Voor de invulling van de motie verwijst MJenV naar de recent beantwoorde Kamervragen rondom de uitwerking van de motie (Kamerstuk 2024Z19631, d.d. 12 januari 2024). De uitwerking van de motie heeft MJenV nader geïntroduceerd in de Kamerbrief van 3 december 2022 (Kamerstuk 29 936, nr. 70, d.d. 3 oktober 2022). Tevens is MJenV in het schriftelijk overleg van 24 juni 2022 (Kamerstuk 29 936, nr. 64, d.d. 24 juni 2022) ingegaan op de nadere afschaffing van de voorrijkosten.

 

  • [2] (Kamerstuk 29 936, nr. 74, d.d. 27 oktober 2023).

Nispen, M. van MJenV
108 Is het mogelijk om geadopteerden op een laagdrempelige manier toegang te geven tot hun dossiers zonder dat hiervoor instemming van instanties of de adoptieouder nodig is? Zie het antwoord op vraag nummer 104. Nispen, M. van MRB
109 Kan MRb geadopteerden een vergoeding of schadeloosstelling bieden voor de kosten die gepaard gaan met identiteitsherstel? Het gaat hierbij onder meer om een correcte geboorteakte en het herstel van oorspronkelijke namen en nationaliteit. Zie het antwoord op vraag nummer 104. Nispen, M. van MRB
111 Kan MRb toezeggen dat de Staat niet in beroep gaat en doorprocedeert in zaken van geadopteerden die hun recht halen in hun zaak?
  • De Staat heeft in twee zaken met betrekking tot interlandelijke adoptie rechtsmiddelen ingesteld.

  • MRb is zich ervan bewust is dat dit betrokkenen zwaar valt.

  • Zoals al eerder is aangegeven in antwoorden op Kamervragen, ziet Mrb echter geen aanleiding om het hoger beroep, respectievelijk het cassatieberoep in deze zaken in te trekken.

  • De Staat ziet zich in beide zaken geconfronteerd met uitspraken waarmee het zich op onderdelen niet kan verenigen op juridisch inhoudelijke gronden.

  • Voor de beoordeling van toekomstige gevallen is van belang om meer duidelijkheid te krijgen over bepaalde rechtsvragen.

  • Hiermee wordt de gelijke behandeling gewaarborgd, wat ten goede komt aan de rechtszekerheid.

  • Dit betekent niet dat MRb geen oog heeft voor de impact die dit heeft op betrokkenen.

  • Er zijn gesprekken gevoerd met (de advocaat van) betrokkenheden over de mogelijkheden tot compensatie.

  • Over de uitkomst van die gesprekken kan MRb geen mededelingen doen.

  • In dit verband is verder relevant dat door de leden Temmink (SP) en Van Nispen (SP) een motie is ingediend, waarin de regering wordt verzocht om te stoppen met procederen in bestuursrechtzaken die lopen tegen burgers die eerder in het gelijk zijn gesteld.[1]

  • Op deze motie zal nog een reactie volgen waarin uitgebreider op deze problematiek zal worden ingegaan.

[1] Kamerstukken II 2020/21, 28 362, nr. 48 en Kamerstukken II 2023/24, 31 753, nr. 282.

Nispen, M. van MRB
El Abassi
112 Onze politieorganisatie is een symbool voor iedereen. In verschillende gemeenten kunnen BOA's een keppeltje of andere religieuze uitingen dragen. Vraag aan MJenV is of zij deze lokale initiatieven ook toejuicht? Zie ook het antwoord op vraag nummer 30. MJenV juicht deze initiatieven niet toe en deelt het standpunt van de meerderheid van de Tweede Kamer die oproept tot neutraliteit van het boa-uniform. Een dergelijk voorschrift is, zo blijkt uit rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) en het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJEU), verenigbaar met artikel 9 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM).
Zoals toegezegd tijdens het Commissiedebat politie van 21 december 2023 gaat MJenV over de neutraliteit van het boa uniform in gesprek met de VNG. 
Abassi, I. el MJenV
113 Wat is de stand van zaken van de aanpak etnisch profileren? Hoeveel agenten kennen de regels omtrent het gelijk behandelen van iedereen? Hoe staat het met de aangekondigde hardere maatregelen omtrent discriminerende agenten? Is dit al onderdeel van alle politieopleidingen? Naar aanleiding van de uitspraak van 14 februari 2023 door het hooggerechtshof inzake gebruik ras en etniciteit in selectiebeslissingen bij de Mobiel Toezicht Veiligheid (MTV) van de Koninklijke Marechaussee is het Handelingskader Professioneel Controleren geactualiseerd. In het handelingskader staat dat het gebruik van ras, etniciteit, afkomst of uiterlijke kenmerken nooit toegestaan is bij een besluit om een burger voor een controle te selecteren, behalve als er een concreet signalement van een verdachte bestaat. De politie zal het aangepaste handelingskader in 2024 bij de hele politieorganisatie opnieuw actief onder de aandacht brengen.

MJenV informeert uw Kamer ieder halfjaarbericht over de voortgang van het Plan van aanpak Uitsluiting, Discriminatie en Racisme. Hierin staan vier thema’s centraal: 1) Expliciteren en uitdragen van de norm op het gebied van racisme en discriminatie, 2) Vernieuwen van de sanctioneringssystematiek, 3) Erkennen, herkennen, herstel en verzoening en 4) Intensivering van leiderschapsontwikkeling. Het uitgangspunt is dat op elke overschrijding van de norm een reactie volgt.  Daarmee wordt gezorgd voor borging van het statement: ‘we kijken niet meer weg’.

Er is een Landelijk team Interne Onderzoeken gevormd die de complexe en/of eenheid overschrijdende interne onderzoeken in opdracht uitvoert met extra expertise op het gebied van racisme en discriminatie. De politie zet in op een scherpe deskundige weging (triage) van gedrag van politiemedewerkers in relatie tot plichtsverzuim. Als discriminerend gedrag expliciet wordt bezien om te komen tot het oordeel plichtsverzuim, volgen ook andere reacties en disciplinaire sancties op dit gedrag. Ook worden leidinggevenden gefaciliteerd door middel van de nieuw ontwikkelde praktische handreiking ‘wat te doen bij signalen van uitsluiting, discriminatie en racisme’ die in oktober jl. met de landelijke nieuwsbrief aan alle leidinggevenden in het korps is meegestuurd. 

Om de politietaak goed uit te kunnen voeren is een professionele beroepsidentiteit belangrijk. Gedurende de gehele basispolitieopleiding wordt daarom aandacht besteed aan het herkennen en tegengaan van discriminatie en racisme. Hiervoor gebruikt de basispolitieopleiding een in de opleiding geïntegreerd weerbaarheidsprogramma. Onder leiding van docenten gaan aspiranten met elkaar in gesprek over gedrag, omgangsvormen en het omgaan met dilemma’s die politiemedewerkers binnen en buiten de politieorganisatie ervaren.
Abassi, I. el MJenV
114 De NCTV bespioneert illegaal al jaren activisten en moskeeën en de politie houdt illegaal lijsten bij. Is MJenV het eens dat het illegaal bespioneren van verdachten niet helpt bij het kweken van vertrouwen van burgers in hun overheid? Wat gaat MJenV doen om te voorkomen dat burgers onterecht gedupeerd raken van deze registraties? De NCTV volgt niemand. De politie mag in het kader van haar Politietaak gegevens over mensen vastleggen. De regels inzake de verwerking hiervan zijn vastgelegd in de Wet politiegegevens (Wpg). De aanzienlijke dreiging die uitgaat van terrorisme en ernstige criminaliteit stopt niet bij onze landsgrenzen. Daarom is het ook cruciaal om gezamenlijk met onze Europese en internationale partners op te treden. Daarbij hoort het registreren en delen van informatie, binnen de wettelijke kaders. Belangrijk onderdeel daarvan is het tijdig kunnen signaleren van personen die relevant zijn in onderzoeken van terrorisme en ernstige criminaliteit ten behoeve van voorkoming, opsporing en vervolging. Voor het signaleren van personen door bevoegde instanties bestaan wettelijke kaders die met zorgvuldigheid worden gehanteerd. Ook buitenlandse opsporingsinstanties signaleringen personen. Ook dat gebeurt met dezelfde waarborgen. Desondanks is niet altijd te voorkomen dat personen om niet herleidbare redenen gesignaleerd staan. Dat is natuurlijk ontzettend vervelend voor de betrokkene. Om vast te stellen of er daadwerkelijk sprake is van een onterechte signalering moet eerst de signalering en de oorsprong daarvan worden vastgesteld en achterhaald. Omdat omstandigheden en situaties zeer uiteenlopen is in alle gevallen maatwerk vereist. Als blijkt dat sprake is van een signalering door een Nederlandse instantie kan betrokkene zich melden bij de betreffende signalerende instantie. Dan wordt deze, als de signalering onterecht is, uiteraard vernietigd. Bij een signalering door een derde land zijn de interventiemogelijkheden van Nederland zeer beperkt, omdat Nederland niet in de rechtsorde van andere landen kan treden. Als een Nederlander door een weigering van de toegang tot een derde land ter plaatse in nood komt, dan kan hij of zij natuurlijk altijd een beroep doen op consulaire bijstand. Omdat alle situaties uiteen kunnen lopen, staat het ministerie van JenV in goed contact met de betrokken Nederlandse signalerende instanties. Om een helpende hand te kunnen bieden aan de personen die problemen ondervinden wordt samen met de betrokken instanties een handreiking opgesteld voor burgers over op welke wijze zij per instantie inzage kunnen krijgen in de gegevens die een desbetreffende instantie over hem of haar heeft geregistreerd en hoe hiertegen (indien gewenst) bezwaar kan worden aangetekend.

Uw Kamer is op verschillende momenten uitgebreid geïnformeerd over de situatie rondom de onderzoeken van NTA. Zo heeft uw Kamer onder meer op 26 oktober 2021 [1] een brief ontvangen en is er ook in verschillende debatten, waaronder het debat over de werkwijze van de NCTV op 2 juni 2022, over gesproken.

[1] Kamerstukken II 2021-2022, 29 754, nr. 625.
Abassi, I. el MJenV
115 De argumentatie van MJenV dat een religieuze uiting afdoet aan de neutraliteit laat zien dat MJenV dit verkeerd definieert. Dat is stigmatiserend, volgens het College voor de Rechten van de Mens. Graag wil ik MJenV vragen religieuze uitingen toe te staan bij de politie. Graag hoor ik of MjenV hiertoe bereid is. Zie het antwoord op vraag nummer 30. Een dergelijk voorschrift is, zo blijkt uit rechtspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) en het Hof van Justitie van de Europese Unie (HvJEU), verenigbaar met artikel 9 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (EVRM). MJenV blijft dan ook voorstander van neutraliteit van het politie-uniform. Abassi, I. el MJenV
116 De protestbeweging Pegida zorgt voor polarisatie tussen ons en onze kinderen. Hoe leggen we dit uit? Het aantal incidenten van haatzaaien neemt toe. Bekladding van gebedshuizen, scholen etc. Eerder vond MJenV het niet nodig aanvullende maatregelen te treffen. Hoe kijkt MjenV hier nu naar? Wanneer zijn volgens MJenV wel extra beveiligingsmaatregelen nodig? Is MJenV bereid naar aanleiding van recente gebeurtenissen wel beveiligingsmaatregelen te treffen? Al dit soort incidenten zijn natuurlijk verschrikkelijk en eigenlijk is elk incident er één teveel.
Organisaties waaronder religieuze instellingen zijn conform het stelsel bewaken en beveiligen eerst zelf verantwoordelijk voor hun eigen veiligheid. Indien dreiging en risico op basis van objectiveerbare gegevens daartoe aanleiding geven kan het lokaal bevoegd gezag aanvullende maatregelen treffen. Lokaal kan het beste beoordeeld worden welke maatregelen in de specifieke omstandigheden passend en proportioneel zijn. De dreiging die uitgaat richting islamitische instellingen geeft op dit moment gelukkig geen aanleiding om extra algemene beveiligingsmaatregelen te nemen. De ontwikkelingen worden nauwlettend in de gaten gehouden en indien de dreiging en risico daartoe aanleiding geven, zullen er ook beveiligingsmaatregelen worden getroffen door het lokaal bevoegd gezag.
Ik heb er alle vertrouwen in dat het lokaal bevoegd gezag daar waar nodig deze maatregelen – die zichtbaar en onzichtbaar kunnen zijn – treft.
Abassi, I. el MJenV
117 In harmonie leven betekent geen discriminatie. Ik heb een motie ingediend voor het niet verbranden van religieuze boeken. Iedereen mag voor zichzelf bepalen wat vrijheid is. Iedereen moet vrij kunnen zijn. Vrijheid van meningsuiting heeft een begrenzing bij discriminatie, belediging etc. Uitingen van Pegida creëren een grotere afstanden en kloven. Het aantal antisemitische en islamofobische uitingen neemt toe. Haat is dus veelvoorkomend en er is een synagoge beklad. Maar deze ochtend werden we weer opgeschrikt door vernielingen van een moskee in Heerlen. Is MJenV het met mij eens dat er naast vernielingen sprake is van discriminatie, groepsbelediging en haatzaaien ? Zo nee: Hoe leggen wij dit uit aan onze kinderen? En wanneer is hier volgens MJenV wel sprake van?
  • In ons land is absoluut geen plaats voor discriminatie, in welke vorm dan ook. Tegen strafbare discriminatie wordt hard opgetreden.

  • Het is aan het OM om al dan niet discriminatie te vervolgen en aan de rechter om hierover een oordeel uit te spreken.

  • In de artikelen 137c tot en met 137g en 429quater Wetboek van Strafrecht zijn verschillende discriminatiedelicten omschreven, zoals groepsbelediging en het aanzetten tot haat, geweld en discriminatie.

  • In de tweede plaats is in de OM-Aanwijzing discriminatie het vervolgingsbeleid neergelegd, dat is gericht op de aanpak van discriminatie.

  • Het beleid ziet op gepleegde commune delicten met een discriminatie-aspect. Hierbij kan het bijvoorbeeld gaan om vernieling of mishandeling met een discriminatieaspect.

  • Het gaat dan om delicten waarbij een discriminatieaspect als motief of aanleiding heeft gespeeld om het delict te plegen, of als het is gebruikt om het delict indringender te plegen.

  • De aanpak van discriminatiedelicten is geprioriteerd.

  • Dit betekent dat bij een aangifte, het OM bij een haalbare en bewijsbare zaak in beginsel over zal gaan tot vervolging.

  • Bij deze delicten is het uitgangspunt dat een strafverzwaring van 100% wordt toegepast door het OM.

  • Of in concrete casuïstiek sprake is van strafbare discriminatie is uiteindelijk aan de rechter.

Abassi, I. el MJenV
Van Dijk
118 Eén van de belangrijke oorzaken van de enorme capaciteitsdruk bij de Politie zijn demonstraties. De SGP hecht eraan te benadrukken dat het demonstratierecht een groot goed is, zij het dat het binnen de grenzen van de wet gebeurt. Demonstranten die, na afgevoerd te zijn naar een plek buiten de stad, soms na een uur al weer plaatsnemen op de snelweg, zonder dat er strafrechtelijke vervolging wordt ingesteld. Dit is niet vol te houden; het verdringt ander belangrijk politiewerk, aangiftes blijven liggen en er zijn minder agenten op straat om op 112-meldingen af te gaan. Daarnaast kost dit miljoenen. Brengt dit onze veiligheid niet onnodig in gevaar en is de balans niet volledig zoek?
  • Het klopt dat dit veel capaciteit van de politie vergt. Inzet van politie die bij een demonstratie wordt ingezet, kan dan niet worden ingezet in de wijk.

  • Door de veranderende dynamiek en vorm van demonstraties is meer inzet nodig en moeten zelfs verloven van agenten worden ingetrokken.

  • Dat is frustrerend.

  • Dat neemt niet weg dat het faciliteren van en handhaven bij demonstraties een kerntaak van de overheid is.

  • Het is aan het lokale gezag om de afweging te maken ten aanzien van de inzet van schaarse capaciteit.

  • Politie en OM zoeken om die reden naar mogelijkheden om recidivisten te vervolgen.

Dijk, D.J.H. van MJenV
119 De SGP pleit voor een conjunctuurongevoelige financiering van de strafrechtketen. Zo blijft onze veiligheid zo goed mogelijk gewaarborgd en komt de keten niet voor financiële verrassingen te staan. Wat is de reactie van MRb op dit voorstel? In een eerder, onafhankelijk onderzoek naar aanleiding van de motie Rosenmöller is zeer grondig gekeken naar de continuïteit in de bekostiging van politie, openbaar ministerie en rechtspraak. Zo luidde ook de titel van het eindrapport.

In dit onderzoek werd geconcludeerd dat snel opeenvolgende algemene bezuinigingen en specifieke investeringen in een relatief kort tijdsbestek vanuit een oogpunt van continuïteit risico’s opleveren voor de organisaties van politie, OM en Rechtspraak. Dit geldt ook voor andere organisaties in het JenV-domein. Er werd aanbevolen om in geval van budgetwijzigingen (zowel opwaarts als neerwaarts) voldoende rekening te houden met de potentiële verandersnelheid van de keten en van de betrokken organisaties.

Deze aanbeveling is ter harte genomen. Het is daarbij wel van belang te benadrukken dat de uiteindelijke vaststelling van de begroting (zowel opwaarts als neerwaarts) door regering en parlement het resultaat is van een bredere politieke afweging, die soms kan dwingen tot andere keuzes. Dit betekent dat op geen enkel onderdeel van de rijksbegroting op voorhand uitgesloten kan worden dat regering en parlement besluiten tot aanpassingen. Wij onderschrijven wel dat in die gevallen duidelijkheid en transparantie over de gemaakte keuzes en de gevolgen daarvan voor de keten en de ketenorganisaties van groot belang zijn.
Dijk, D. van MJenV, MRB
120 Recent nog werden Hamas-aanhangers in Rotterdam opgepakt. Uit onderzoek blijkt dat zij ook zijn aangesloten bij Nederlandse organisaties die beweren hulp te bieden in het Midden Oosten. Kan MjenV verzekeren dat er geen subsidie naar organisaties gaat die haat en terreur verheerlijken? Bij het toekennen van  de subsidies aan organisaties door de rijksoverheid, en dus ook JenV, is het bindende Raamwerk Uitvoering Subsidies van toepassing. Bij totstandkoming van de subsidieregeling wordt een risicoanalyse verricht, bovendien wordt een toets verricht op basis van het beleidskader Misbruik en Oneigenlijk Gebruik. Op deze wijze houdt de Minister controle op de juistheid (rechtmatigheid e.d.) van de subsidietoekenningen. Dijk, D.J.H. van MJenV
121 Wat is de inzet van MJenV om de norm dat agenten voor 80% zijn vrijgesteld voor werk 'in de wijk' in praktijk te brengen? We zitten onder de norm van 1 wijkagent op 5.000 inwoners, maar niet heel ver: eind augustus 2023 was de bezetting van wijkagenten 2,2% (of 79 fte) onder de norm. Vergeleken met de onderbezetting in de hele gebiedsgebonden politiezorg (die is rond de 5,5 %) is de onderbezetting op wijkagentfuncties relatief laag. Gevolg van de krapte in de basisteams is dat ook wijkagenten moeten worden ingezet voor de incidentafhandeling en om de 24/7 roosters te vullen. Het gevolg daarvan kan zijn dat zij minder tijd dan bedoeld (bijvoorbeeld minder dan de interne streefnorm van 80%) toekomen aan hun werk in en voor de wijk. Dit speelt in heel veel eenheden, zij het niet overal in dezelfde mate. Het is aan de politiechefs en het lokale gezag om van dag tot dag keuzes te maken over de inzet van politie. De oorzaken van de onderbezetting zijn o.a. leeftijdsgebonden uitstroom en de krapte op de arbeidsmarkt. Middels de arbeidsmarktstrategie zet de politie alles op alles om voldoende personeel te werven en behouden. De Politieacademie start vanaf 2024 met een driejarige bacheloropleiding voor wijkagent. Zo kunnen mensen van buiten de politie, die al in het bezit zijn van een hbo-diploma, zich omscholen tot wijkagent. Hiermee wordt een nieuwe doelgroep aangeboord.  Dijk, D. van MJenV
122 Graag ontvang ik een reactie op mijn amendement voor middelen om het Werkplan van de NCAB uit te voeren.
  • De appreciatie bij amendementen spreekt MJenV separaat uit.

  • Zie ook het antwoord op vraag 28:

  • Elke vorm van antisemitisme is onacceptabel.

  • De aanpak van antisemitisme in Nederland is uiteengezet in het werkplan van de Nationaal Coördinator Antisemitismebestrijding (NCAB) dat MJenV in oktober 2022 namens het kabinet aan de Tweede Kamer heeft gestuurd.

  • Het kabinet steunt de uitvoering van dit kabinetsbrede werkplan, waarvan de relevantie dezer dagen opnieuw pijnlijk duidelijk wordt.

  • Voor uitvoering van bepaalde onderdelen van het plan, met name buiten het bereik van het ministerie van JenV, ontbreekt momenteel financiering.

  • De benodigde financiering is afhankelijk van de concrete invulling van de voornemens uit het actieplan. 

  • MJenV bekijkt het werkplan nader voor wat betreft de financiële haalbaarheid en gaat hierover op korte termijn met het kabinet in gesprek.

Dijk, D.J.H. van MJenV
123 Het OM noemt aanhouding bij demonstraties op zich al voldoende straf, maar dit leidt tot enkel meer illegale blokkades en het ongestraft overtreden van de wet. Het gebruik van handvatten in de WOM en het strafrecht is geboden. Is MJenV bereid om dit in gesprek met het OM te benadrukken en indien nodig de handelingsvrijheid voor het bevoegd gezag breder te trekken?
  • MJenV voert op zeer regelmatige basis overleg met het OM over de strafbare feiten die tijdens demonstraties worden gepleegd. Op woensdag 7 februari jl. nog, naar aanleiding van de boerenacties.

  • U kunt ervan verzekerd zijn dat hierbij alle mogelijkheden om strafrechtelijk op te treden aan de orde komen.  

  • In de komende periode zal ook zoveel als mogelijk direct worden opgetreden tegenover actievoerders die de wet overtreden.

  • De minister van BZK en MJenV zullen in een brief die in maart 2024 naar de Kamer wordt gezonden toelichten hoe wij naar het demonstratierecht kijken.

Dijk, D. van MJenV
124 In Frankrijk is sinds vorig jaar een wet in werking die kinderen moet beschermen tegen de gevaren van de sociale media. Alle nieuwe apparaten die op het internet kunnen, moeten bij ingebruikname zijn voorzien van een gebruikersvriendelijke, uploadbare app. Daarnaast wordt er in Spanje een wetsvoorstel uitgewerkt om jongeren onder de achttien te beschermen tegen porno op internet. Is MJenV bereid dergelijke voorstellen ook in Nederland serieus te bekijken en over te nemen?
  • Bescherming van kinderen tegen deze gevaren van internet en leeftijdscontrole – een belangrijk onderdeel van het genoemde Spaanse voorstel- is een onderwerp dat ook binnen het Nederlandse kabinet de aandacht heeft.

  • Adequate leeftijdsverificatie is van belang om kinderen online effectiever te beschermen. De Staatssecretaris van BZK beziet momenteel hoe hiertoe kan worden gekomen. Zo is in opdracht van BZK een afwegingskader ontwikkeld dat ontwikkelaars van online producten en diensten voor kinderen helpt om te komen tot een adequate vorm van leeftijdsverificatie voor hun online product of dienst.

  • Uw Kamer is geinformeerd over deze en andere maatregelen die worden genomen om kinderen online beter te beschermen middels de brief die eind december door de staatssecretaris van BZK naar uw Kamer is verzonden.

  • Om tot adequatere leeftijdsverificatie te komen wordt ook naar andere landen, zoals Spanje en Frankrijk, gekeken.

Dijk, D.J.H. van MJenV
125 Heeft MJenV organisaties die uit zijn op het beëindigen van mensenlevens, voldoende in het vizier en biedt het huidig wettelijk kader voldoende handreiking om adequaat op te kunnen treden? Als u doelt op organisaties die hulp bij zelfdoding willen bieden, kan ik u zeggen dat het wettelijk kader volstaat om te vervolgen wanneer de zelfdoding daar het gevolg van is. Het OM volgt, zoals bekend, de ontwikkelingen op de voet. Dijk, D. van MJenV
126 Het aantal antisemitische incidenten steeg met maar liefst 818%. Antisemitische leuzen en beelden waren hoorbaar en zichtbaar in de straten van onze steden en op stations. Voor de SGP staat één ding vast: voor antisemitisme is geen plaats in Nederland en dient hard bestraft te worden. Het is dan ook pijnlijk om te zien dat er niet adequaat opgetreden wordt en dat zogenaamde Pro-Palestijnse organisaties met antisemitische leuzen het leven van Joodse studenten op Universiteiten onveilig maken. Recent nog werden Hamas-aanhangers in Rotterdam opgepakt en uit onderzoek blijkt dat zij ook zijn aangesloten bij Nederlandse organisaties die beweren hulp te bieden in het Midden Oosten. Recent nog nodigde een Utrechtse organisatie een haatprediker uit die openlijk de Hamasterreur verheerlijkte. Hebben burgemeesters en lokale driehoeken voldoende handvatten om tijdig en adequaat op te treden? Hebben veiligheidsdiensten de organisatie op wiens uitnodiging de prediker werd uitgenodigd voldoende in beeld als het gaat om het verspreiden en verheerlijken van geweld? Voor discriminatie is geen plaats in ons land. Antisemitisme in welke vorm dan ook is absoluut onaanvaardbaar. Ten aanzien van visumplichtige extremistische sprekers is het in beginsel aan de organisatoren van een evenement om te voorkomen dat zij een podium krijgen. Wanneer zij deze toch krijgen, is het zaak dat gemeenten met de organisatie van deze evenementen in gesprek gaan. De gemeente Utrecht heeft bijvoorbeeld goede gesprekken gevoerd met zowel de organisator van het evenement als de Jaarbeurs over de destijds mogelijke komst van een extremistische spreker uit Australië. De organisatie heeft de gemeente te kennen gegeven dat zij niet bekend waren met de uitlatingen van de spreker en dat hij, ook niet op een andere manier, zou spreken tijdens de bijeenkomst. Ook is er contact geweest met het ministerie van JenV, gemeenten en veiligheidsdiensten. Over de modus operandi van de veiligheidsdiensten kunnen in het openbaar geen uitspraken worden gedaan.
 
In algemene zin is een burgemeester verantwoordelijk voor handhaving van de openbare orde en zal binnen de lokale driehoek in dit kader een beoordeling worden gemaakt. Het bestaande wettelijke kader brengt met zich mee dat sprekers of predikers worden beoordeeld op de boodschap die zij daadwerkelijk uitdragen. Het vooraf verbieden is alleen mogelijk als sprake is van een concrete en ernstige bedreiging van de openbare orde. In zeer uitzonderlijke gevallen, indien er gerede vrees ontstaat dat de komst van een spreker tot acute wanordelijkheden ter plekke zal leiden, kan de burgemeester een gebiedsverbod opleggen. Ook kan er strafrechtelijk worden opgetreden, bijvoorbeeld in de gevallen waarin sprake is van haatzaaien, groepsbelediging en aanzetten tot haat, geweld of discriminatie. Of er in een specifiek geval sprake is van een strafbaar feit wordt door het OM beoordeeld aan de hand van de concrete omstandigheden van het geval.
Dijk, D. van MJenV
Eerdmans
127 Kan MJenV doortastende maateregelen nemen tegen Extinction Rebellion naar aanleiding van de recente oproep van de Politie? Is zij voornemens om de ANBI-status van Extinction Rebellion in te trekken? Zo niet, welke extra maatregelen gaat MJenV nemen na de zoveelste illegale demonstratie van Extinction Rebellion het afgelopen weekend?
  • De Belastingdienst bepaalt of een organisatie in aanmerking komt voor een ANBI-status. Zie hiervoor de reeds beantwoorde Kamervragen (TK2023, Kenmerk Z16614)

  • Op 7 februari jl. is gesproken met politie en OM. Daar is besloten dat wanneer actievoerders ernstige strafbare feiten plegen, en dit voorbij het gezag van de burgemeester gaat, er steviger en sneller wordt opgetreden. Ook worden de identiteitsgegevens vastgesteld en geregistreerd.

  • In de komende periode zal er zoveel mogelijk direct worden opgetreden tegenover actievoerders die ernstige strafbare feiten plegen. Als dat niet kan worden zij achteraf strafrechtelijk beboet en vervolgd.

Eerdmans, J. MJenV
128 Enorme ontploffing in Rotterdam waar drie mensen om het leven kwamen. Het lijkt duidelijk te worde dat het niet om een gaslek, maar om een gevaarlijk drugslab gaat. Want in die bedrijfsruimte zijn middelen gevonden die gebruikt kunnen worden voor het maken van bommen waar zelfs aanslagen mee gepleegd zijn. Levensgevaarlijk midden in een woonwijk. Mijn vragen voor MJenV: Is dit waar? Hoe weten we of er niet veel meer cokelabs zijn in Rotterdam of in de rest van Nederland? Wie spoort ze op? Kunnen wij nog rustig slapen? Het betreft hier een lopend onderzoek. Het is nu eerst aan het OM en de politie om hier onderzoek naar te doen.
Mocht blijken dat het hier om een drugslab gaat dat is ontploft, dan is dat een bevestiging van de verwoestende effecten die drugscriminaliteit heeft op onze maatschappij. MJenV blijft dan ook onverminderd inzetten op het bestrijden van drugscriminaliteit. De politie heeft in 2023 ruim 120 drugslabs opgerold. Het is niet bekend hoeveel van deze labs zich in stedelijk gebied bevonden. Maar de politie kan dit niet alleen; voor de aanpak van drugscriminaliteit is iedereen nodig. Criminelen houden bijvoorbeeld geen rekening met de veiligheid van hun omgeving. Daarom de oproep aan burgers om een melding te doen als zij het gevoel hebben dat er iets niet pluis is. Zo’n melding kan bij de politie of bijvoorbeeld bij Meld Misdaad Anoniem.
Eerdmans, J. MJenV
130 Wat vindt MJenV van het bizarre pleidooi van burgemeester Halsema van Amsterdam om de cocaïnehandel vrij te geven? Zou ze niet in plaats van op te geven de yuppen op de Zuidas en de grachtengordel de waarheid moeten vertellen? Net zoals in Rotterdam gebeurt met "jouw lijntje, zijn liquidatie" en "zijn lijntje, straks een nieuwe ontploffing in jouw wijk"? MJenV deelt de zorgen van burgemeester Halsema over de drugscriminaliteit en de impact daarvan op onze samenleving. Haar standpunt over legaliseren en reguleren van cocaïne deelt MJenV niet. Drugs worden in Nederland verboden als zij een te groot risico opleveren voor de (volks)gezondheid. Het pleidooi voor regulering houdt geen rekening met oplopende gezondheidseffecten en ook niet met de eventuele toename van gebruik als drugs meer en makkelijker beschikbaar wordt. Het is daarnaast niet aannemelijk dat regulering van drugs in Nederland automatisch leidt tot vermindering van de criminaliteit, ook omdat Nederland geldt als een belangrijk doorvoerland voor drugs. Als drugs in alle ons omringende landen verboden zijn, ontstaat een sterk aanzuigende werking voor criminelen. Het is dan voor criminelen mogelijk om hun lucratieve en verboden handel voort te zetten en in Nederland ongestoord drugs te produceren, importeren en exporteren. Het demissionaire kabinet staat voor het huidige beleid waarin enerzijds oog wordt gehouden voor de problematische gebruikers die hulp nodig hebben en recreatieve gebruikers worden bereikt om drugsgebruik te voorkomen, en anderzijds de nietsontziende drugscriminaliteit keihard wordt aangepakt. De strijd tegen ondermijnende criminaliteit is een strijd van de lange adem. In die strijd investeert het demissionaire kabinet fors en wordt nauw samengewerkt met alle partners in binnen- en buitenland. Zie verder het antwoord op vraag nummer 72 over de campagne Rotterdam. Eerdmans, J. MJenV
131 Ik heb samen met het lid Michon een motie ingediend om lokagenten in te zetten om straatintimidatie echt effectief aan te pakken. MJenV reageerde daarop (in haar brief van 20 of 22 september) dat dat niet in de rede ligt, en dat overwogen kan worden om BOA’s in te zetten. Het lid Eerdmans is benieuwd naar de uitvoering van de motie praktisch/concreet. Volgens JA21 en VVD kan de motie pas worden afgedaan als er concrete resultaten zijn van de pilot met inzet van lokagenten.
  • Zoals de minister van JenV in haar brief van 22 december 2023 heeft toegelicht ligt de inzet van lokagenten (of lok- (buitengewoon) opsporingsambtenaren) niet in de rede.

  • De inzet van lok-agenten is namelijk een ultimum remedium als alle andere vormen van inzet geen of te weinig resultaat hebben opgeleverd. De inzet van lokagenten is een zwaar middel dat zeer zorgvuldig moet worden afgewogen en afgezet tegen het resultaat van de andere vormen van inzet op de handhaving van seksuele intimidatie.

  • Zoals MJenV tijdens de behandeling van het wetsvoorstel seksuele misdrijven door uw Kamer heeft toegelicht zitten ook grenzen aan wat de politie kan doen zonder dat er sprake is van uitlokking. Burgers mogen niet worden overgehaald om iets te doen wat ze anders niet gedaan zouden hebben.  

  • De aanpak van seksuele intimidatie wordt, als de wet straks in werking is getreden (richtingsdatum is 1 juli 2024), eerst geëvalueerd
    en aan de hand daarvan wordt bezien hoe de handhaving verder kan worden ingericht. 

Eerdmans, J. MJenV
132 Wapenbezit. Het drama in Weiteveen heeft ogen geopend. Heeft ogen geopend voor wapenbezit in verkeerde handen. In Nederland zijn 200.000 in bezit van legale wapens. Nederlanders die in bezit zijn van legale wapens moeten van onbesproken gedrag zijn. Bij minste of geringste twijfel is er reden om in te grijpen. Waarom heeft dat hier gefaald? Hoe was het toezicht? Er waren aangiftes van doodsbedreigingen. Is het drama in Weiteveen aanleiding om de controles hierop aan te scherpen?
  • Het strafrechtelijk onderzoek naar de casus-Weiteveen is in volle gang. Over lopende strafrechtelijke onderzoeken kan niets gezegd worden.

  • Na dergelijke impactvolle zaken evalueert de politie ook altijd haar handelen. MJenV kan niet vooruitlopen op de uitkomst van deze evaluatie.

  • Het is nog niet bekend wanneer de bevindingen van dit alles bekend gaan zijn. Het gaat hier immers om een complexe casus die vraagt om een zorgvuldige en volledige analyse.

  • De uitkomsten van de onderzoeken naar het schietincident in Weiteveen zullen betrokken worden bij de modernisering van de Wet wapens en munitie. In dat kader wordt ook de huidige praktijk van vergunningverlening, toezicht en handhaving onderzocht.

Eerdmans, J. MJenV
133 Terreurdreiging. NCTV dreigingsniveau van 3 naar 4. Jihadsmis. Wat terrorisme betreft is JA21 glashelder. Uitgereisde terroristen keren nooit meer terug naar Nederland. Hen wordt het Nederlanderschap ontnomen op grond van vreemdelingenwet. Man of vrouw, geen onderscheid. Het kabinet hanteert helaas een andere lijn. IS-vrouwen worden naar Nederland toe gehaald. Volgens recent onderzoek worden vrouwelijke terroristen relatief licht bestraft in Nederland. Uit 300 rechtszaken tegen geradicaliseerde vrouwen in Nederland, Frankrijk, Duitsland en België blijkt dat in Nederland gemiddeld 1,6 jaar straf is opgelegd, en in buurlanden hoger. België: 4,3 jaar. Frankrijk: 7,6 jaar. Duitsland 4,7 jaar. Dit zijn bijzondere verschillen. Vragen voor MJenV: Hoe kan dat? Hoeveel IS-vrouwen heeft het kabinet teruggehaald? Hoeveel zijn er veroordeeld en hoeveel lopen er alweer op vrije voeten? En zijn er nog lopende zaken om vrouwen op te halen? Terroristische misdrijven kunnen op grond van ons Wetboek van Strafrecht reeds streng worden bestraft. De maximumstraf voor terroristische misdrijven is bijvoorbeeld een derde hoger dan bij andere zware misdrijven in het Wetboek van Strafrecht. Onze wettelijke maximumstraffen voor terroristische misdrijven in Nederland komen in grote mate overeen met die in andere West-Europese landen.
Het onderzoek waar het lid Eerdmans op doelt, ziet op vrouwelijke verdachten die in verschillende landen zijn veroordeeld voor een terroristisch misdrijf. De hoogte van de opgelegde straf is onder meer afhankelijk van de ernst van het feit. Het vergelijken van de hoogte van de opgelegde straffen geeft daarom geen volledig beeld indien de ernst van de onderliggende feiten niet in ogenschouw wordt genomen.
Uiteindelijk is het aan de rechter om op grond van de ernst van de feiten en de persoonlijke omstandigheden van de verdachte een passende straf op te leggen. In die afweging kan het kabinet niet treden.
In verband met de hoogte van de straffen vind ik het belangrijk om te melden dat ik een wetsvoorstel bij uw Kamer heb ingediend dat ziet op het verhogen van de strafmaat voor deelname aan een terroristische organisatie van 15 naar 20 jaar.
 
Tot nu toe zijn er sinds de zomer van 2021 18 vrouwelijke uitreizigers teruggehaald naar Nederland ten behoeve van strafrechtelijke vervolging om daarmee straffeloosheid te voorkomen. Uit de informatiesystemen van de Rechtspraak en het OM kan niet worden afgeleid hoeveel vrouwen er zijn veroordeeld. In geval van een veroordeling van lidmaatschap van een terroristische organisatie wordt niet specifiek bijgehouden welke organisatie het betreft. Er wordt daarnaast in de registratie van verdachten en veroordeelden van terroristische misdrijven geen onderscheid gemaakt op basis van geslacht. Ook DJI hanteert geen aparte registratie op IS-gerelateerde strafrechtelijke feiten. Sinds 2015 zijn circa 45 vrouwelijke gedetineerden ingestroomd op een Terroristenafdeling. Momenteel zitten er circa 15 vrouwen op de Terroristenafdeling (peildatum 30 november 2023). Dit betreft naast terrorismeveroordeelden ook -verdachten. Daarnaast zijn minder dan vijf vrouwelijke terrorismeveroordeelde doorgestroomd naar een ander detentieregime. Het precieze aantal invrijheidstellingen van deze groep is lastig te noemen, aangezien dit onder meer afhankelijk is van ontwikkelingen in de individuele strafprocessen en het voldoen aan voorwaarden. Het aantal (onherroepelijk) veroordeelden van terroristische misdrijven dat in 2024 vrijkomt is daarmee afhankelijk van deze uitkomsten. Van minder dan vijf vrouwelijke terrorismeveroordeelden is de uitstroom uit detentie voorzien in 2024 (peildatum 30 november 2023).
Eerdmans, J. MJenV
134 Bij zijn afscheid gaf Kees Bangma aan dat in zijn ogen de Nationale Politie is mislukt, want te bureaucratisch en te veel afstand van gewone mensen. "Het schip is op een zandbank gelopen", zo zegt Bangma. Dus te veel nationale politie en te weinig lokale politie. Ik ben benieuwd hoe MJenV heeft geluisterd naar de afscheidswoorden van Bangma. De MJenV wil de heer Bangma allereerst bedanken voor zijn lange staat van dienst en bewondering uitspreken voor zijn grote betrokkenheid, tot zijn afscheidstoespraak aan toe. De heer Bangma vraagt terecht aandacht voor een aantal kwesties, waaronder het belang van voldoende ruimte om te gaan met lokale verschillen. Bij de vorming van de nationale politie is gekozen voor lokale verankering zodat de politie, onder gezag van de burgemeester of de officier van justitie, op die lokale verschillen kan inspelen. Eventuele aanpassingen zijn aan een volgend kabinet. De inzet van de politie wordt besproken in de lokale driehoeken, en daarmee wordt ruimschoots de ruimte geboden voor lokale invalshoeken en lokale context. Daarnaast heeft de invoering van de Nationale Politie ook veel goeds gebracht, bijvoorbeeld als het gaat om bedrijfsvoering en de informatievoorziening (IV) van de politie maar ook als het gaat om grootschalige bedreigingen als ondermijnende criminaliteit het hoofd te kunnen bieden.   Eerdmans, J. MJenV